ieder geval loop ik nu geen eigen spelers meer in de weg. l 'ON ARROYO AARDIG GEWEND'BIJ RIJNSBURGSE BOYS: 30RT LEIDSE COURANT ZATERDAG 13 MAART 1982 PAGINA 11 'DRHOUT Na een half seizoen Rijns- j lijkt Ton Arroyo zijn vaste stek in de ;balhoofdmacht van dat Bloemendorp wel 'bben gevonden. De 23-jarige Voorhouter, San het einde van de vorige voetbaljaar- g de Overstap van zondagvierdeklasser Fo- :plte naar potentiële zaterdagtopper Rijns- ;se Boys waagde, was de laatste drie wed- len in de basisopstelling van het eerste terug te vinden en gezien de in die duels jekte resultaten lijkt het niet al te optimis- h te veronderstellen dat de spitsspeler ook daag met dat keurkorps (in en tegen Ben- bm) zal aantreden. heeft Arroyo er in de regelmatig aan getwij- hij ooit wel een vaste !iou bereiken. Na een ijdje in het tweede elftal aantal bankzitbeurten "jet eerste, werd Arroyo voor enige tijd naar het re-team verwezen, omdat Ifeat felheid miste". Het waarin de Voorhoutse m terecht kwam was Ijk diep, maar gesprek- Inet trainer Arie Lagen- tn assistent Cees Pouwiel en hem er in de winter- i weer uit. „Op dit mo- f, weet Ton Arroyo ook, ik wel aardig gewend in >urg. Ik heb tenminste neer het gevoel dat ik in veld voortdurend eigen s in de weg loop. Iets in het begin wel had. werk. In Rijnsburg is dat al niet anders." Toen Ton Arroyo in Rijnsburg arriveerde („Ik wilde het eens hogerop proberen en ik zag bij Riinsburgse Boys wel moge lijkheden, al wist ik dan dat Rob Gillissen ook zou komen") had hij al redelijk hoge ver wachtingen van het nieuwe seizoen. De zo geslaagde oefen- het gelijk en hoopvol werd aan de competitie begonnen. „Dat viel dus zwaar tegen", kijkt hij nu terug, „en niet alleen voor mij. We hadden allemaal heel veel van dit jaar verwacht, be stuur, spelers, supporters, alle maal. En dan komt er zo'n start, sta je onderaan na een paar ongelukkig verloren wedstrijden en zie je het elftal rergang van een vierde- steeds verder wegzakken. Als r naar een eersteklasser je (jan (je oorzaken nog weet, is er nog geen man overboord. - - - - - Kan je eraan gaan werken om hebben gewoon meer zaken te verbeteren. Maar die icnt. En dan heb ik zelf oorzaken konden niet worden tiet geluk dat ik mijn aangewezen, door niemand. Er vijze op zich niet ^zo heb werd door elke speler keihard gewerkt, op de trainingen en in het veld, de oefenstof van Lagendijk was goed, alleen de resultaten bleven maar uit. n aan te passen. Bij Fo- e moest ik het al hebben allen in de diepte, van iel rommel- en doorkop- Ton Arroyo Juicht op deze archiefplaat nog namens Fo- reholte. Maar ook als spits van Rijnsburgse Boys werkt en denkt Arroyo bijzonder doelgericht. „Ik ben er om te helpen de bal in dat netje te krijgen". Het enige wat je dan kan be denken is dat de verandering van speelwijze bij het elftal niet goed gevallen is. Vroeger was het van aanvallen en maar zien waar het zaakje zou stranden, dit seizoen wordt er veel meer met systemen ge werkt. Een verandering van spelstijl die de reden zou kun nen zijn van de mindere pres taties. Maar op de vraag waar om het dan in de oefenperiode met dat spelletje wel ver schrikkelijk goed ging kan dan weer door niemand een rede lijk antwoord worden gege ven..." Een antwoord waar voorlopig ook niet meer naar behoeft te worden gezocht. De overwin ning op DTS'35 (0-2), mocht dan twee weken geleden nog door een néderlaag met dezelf de cijfers bij NSW worden gevolgd, met de 1-6 zege op IJ- muiden lijkt Rijnsburgse Boys afgelopen zaterdag toch defini tief weer een heel stuk op de goede weg te zijn geraakt. Ar royo ontkent dat niet, maar blijft voorzichtig. „In IJmui- den hadden we eindelijk eens het geluk dat het allemaal meezat. Binnen vijfentwintig minuten kwamen we daar met 5-0 voor, eenvoudigweg omdat alles lukte. Maar, hoe belang rijk dat ook voor Rijnsburgse Boys als ploeg was, we weten nu tenminste weer dat we het nog kunnen, je kan na een wedstrijd niet zeggen dat de ban gebroken is. Dat je als ploeg uit het dal bent geklom men en er weer helemaal bent. Wat dat betreft is de wedstrijd van vandaag erg be langrijk. Bennekom is per slot van rekening een van de kop lopers en pas als je tegen die ploeg een leuk resultaat be haalt weet je dat het weer echt goed gaat met Rijnsburgse Boys." Omschakeling In het streven weg te komen van de onderste plaatsen, be sloot trainer Arie Lagendijk voor de wedstrijd tegen DTS tot een omschakeling. Het sy steem met drie spitsen werd gelaten voor wat het was; Rijnsburgse Boys zou met twee puntspelers en een vierde mid denvelder in de ploeg aan het herstel gaan werken. Tevens koos Lagendijk voor meer ka rakter in de ploeg. Gerrit van Egmond werd als laatste man geposteerd en een week later zou ook Arie van Dijk mede voor dat doel in het elftal wor den gehaald. Ook Arroyo maakte bij DTS zijn echte de buut. Enerzijds omdat hij in 'dat systeem leek te passen, an derzijds omdat ook hem ka rakter niet kan worden ont zegd. „Ik weet van mezelf dat ik geen mooie voetballer ben, dat ik het van mijn werklust, moet hebben. Er lopen bij ons jongens op het veld die dingen doen, bewust acties onderne men om het mooie ervan. Ik duidelijk niet. Ik loop er alleen maar om te helpen die bal in dat netie te krijgen. En dan maakt het niet uit of ik dat doe, of dat het mooi gebeurt, als het maar gebeurt." Daarom ook prefereert de Voorhouter het nu gehanteerde 4-4-2-sy- steem, waarin veel plaats is in geruimd voor snel opkomende middenvelders. „Omdat het blijkbaar op dit moment effec tiever werkt dan het spelletje met drie spitsen." Scoren Zelf scoorde Arroyo (die overi gens pas in zijn laatste jaar bij de A-junioren als Foreholte- spits werd ontdekt, omdat hij zijn fouten als naar voren ge schoven laatste man zo aardig doeltreffend goedmaakte) in de laatste drie duels tweemaal. Een subtotaal dat het onwaar schijnlijk maakt dat hij bij voorbeeld zijn score in het laatste Voorhoutse jaar (21) nog zal bereiken. „Ik ben er bij mijn over gang ook niet vanuit ge gaan dat ik dat totaal zou halen. Ik ging naar Rijns- burg om zo mogelijk een leuk seizoen te draaien, maar vooral om te leren. Maar als beide doelen als nog kunnen worden ge combineerd, dan heb ik daar natuurlijk geen be zwaar tegen..." GERT-JAN ONVLEE 'h 'ESVOLLE TRACER DE GROOT: ras gewoon its langer Openhouden' ^'LEGOM Karting is in Nederland tamelijk 'c.kende bezigheid. Zo'n inderd Nederlanders be ien deze snelheidsport. X [ommer Leo de Groot is an die zeshonderd kart- De Groot is een succes- skelterpiloot, in het afge- 'J seizoen werd de Hille- '^ner kampioen van de Be- Op dit moment, aan de »4vond van het nieuwe Seizoen, werkt De Groot ^sachtig aan zijn skelter. m taamheden die hem ook w r weer de nodige succes- oeten opleveren, oje Groot is drie jaar actief de wedstrijd-kartsport. oor al wilde hij wedstrij- ijden .maar daar had hij niet voor. Karting is u melijk dure sport. Voor- Jnneer karting op hoog, ationaal niveau wordt nd. De Groot komt uit ternationale klasse, de ■te Nederlandse klasse: daar niet voor spek en I mee te doen heb ik goe- ullen nodig. En goed ma- .jl kost geld," zegt De I die meldt dat hij niet in ld „zwemt" maar dat hij ït karten kan „veroorlo- leen goede spullen kom liet" weet de Groot: „Een (dosis lef is erg belang de moet je gas net iets openhouden dan je te nders. Doe je dat niet lijf je altijd ergens in de imoot hangen." De halen een topsnelheid 135 kilomter per uur. 'oertuigen die niet eens 'gerust met vering een vaart. De Groot heeft >k enkele onplezierige 'gen opgedaan. Zo hij met zijn skelter eens ft kuiltje terecht. De kwam na een flinke •rong met zijn kart weer :t wegdek terecht en Ie een paar ribben, iwicht van de racer is slangrijk. Vooral in de fijdsport kan een kilo [of minder weieens de »g geven. Zoveel moge- 'slanken dus. En naast idacht voor het eigen li- is ook de verzorging je machine van groot be- De Groot sleutelde in de r uren aan zijn skelter «ei maniertjes uitdenken motor net iets sneller te slopen dan die van de frentie." Bewijs Met de komst van de televi sie-camera's is het leven van de voetbalscheidsrechter er niet eenvoudiger op gewor den. Waar hij in split-seconds dient uit te maken wie de overtreding begaat en welke strafmaatregel dient te vol gen, kunnen wij, kenners on der elkaar, later met het vaak nog vertraagde bewijsmate riaal voor ons op het scherm, nog even rustig bezien of de „scheids" het in dat ene geval wel goed had. Regelmatig blijkt dan van niet; conclusies die er dan al te vaak toe lei den betreffende arbiter maar in het rijtje „kneuzen" in te passen. „Die man, ach, die be grijpt er niets van. Die ziet het echt niet." Tevreden met ons tv-gestuurde inzicht bepa len we vervolgens onze aan dacht weer op de buis om de volgende blunder op te spo ren... Neen, de televisie-camera 's hebben het de scheidsrechter niet gemakkelijker gemaakt. aan. Prenten waarop duidelijk zichtbaar wordt dat doorge broken spits A. door verdedi ger B. wel degelijk onregle mentair van een treffer is af gehouden, terwijl de scheids rechter in dat geval het leer toch echt niet op de stip heeft laten leggen. Dit ondanks het feit dat ook betreffende leids man met het fotografisch vastgelegde spelmoment in handen de maandag erop tot de conclusie komt dat het echt een „schoolvoorbeeld van een strafschop" is. Jammer alleen dat hij op het moment van beslissen die foto nog niet in handen had... Onder redactie van. Gert Jan Orivlee Bewij: Bewijs (2) Ook alerte fotografen leveren ruim na afloop van negentig minuten voetbal nog wel eens doorslaggevende bewijzen Onder het motto „scheids rechteren is moeilijk&r dan u denkt" en „veroordeel dus niet te snel" wil de redactie van Hutspo(r)t nu een voor beeld aanhalen van een situa tie die zelfs na uitvoerige be studering van het bewijsmate riaal bijzonder onduidelijk blijft. Een moment dat zich in de 61ste minuut van het tref fen tussen UVS en CVV voor deed. Natuurlijk: Nico Ooster- lee had de bal nog maar voor het inleggen en CW-aan voerder Nab haalde hem stijl vol onderuit. Maar was dit nu wel de strafschop waard waar de UVS-aanhang om smeek te? Oordeel zelf: wil Nab in een laatste reddingspoging nu de bal spelen (dan raakt hij de voet van Oosterlee onopzette lijk en moet er dus gewoon verder worden gespeeldof vloert Nab Oosterlee moed willig (een actie waarvoor on middellijk een strafschop dient te worden verstrekt). Scheidsrechter Van de Bosch koos voor de eerste lezing en wij van Hutspo(r)t - op deze redactie staakten overigens de stemmen - durven ook na langdurige bestudering van de „bewijzen" de Rotterdamse aanvoerder niet van opzet te beschuldigen. Wellicht had dén ook wij dus laten doorspelen... Standbeeld Een uitspraak behoeft voor lopig niet te worden ver- Alkmanla KRV ASC St. Boy* Warmurvda ZLC VNL Lotda* B Alphia Oranje G Kickore'69 Unit** L VNA 12 10 2 0 22 14 10 2 2 22 14 9 2 3 20 15 8 4 3 20 14 8 2 4 18 14 6 3 5 15 14 6 3 5 15 15 5 2 8 12 14 3 3 8 11 15 5 1 9 11 12 4 1 7 9 34-11 33-17 39-17 31-18 31-20 30-19 27-17 18-31 22-27 18-22 24-21 10-51 9-55 wacht. Immers, ook daar staat geen tijdslimiet voor". Je zal het altijd zien. Maken wij eens een grapje over de traagheid van de ambtelijk ogende molens van het Ko ninklijk Nederlands Korfbal- verbond en hop, daar wordt binnen een week de uitspraak een feit in de zaak van de „eeuwig durende" strafworp, zoals Wilfred Cornelisse die in de slotfase van het treffen tussen Crescendo en IJsselvo- gels uitvoerde. Nou ja, uit voerde. Cornelisse poseerde een minuut voor standbeeld, deed alsof hii zich concen treerde én mikte, maar waag de geen doelpoging. De door tikkende klok werkte in het voordeel van het leidende Crescendo en een tijdslimiet voor een strafworp was er ge woon niet. Hoewel de uitspraak van de KNKB - Onnodig spelophou- den, te bestraffen met een vrijwe worp voor de verdedi gende partij") er nu wel is, is die tijdslimiet er nog altijd niet. De TC geeft immers niet aan waar mikken en concen treren ophoudt en opzettelijk treuzelen begint. De definitieve oplossing? De tijd zal het wel leren. Opzet Het bestuur van de Afdeling Leiden van de KNVB is (op nieuw) bezig de dertien nu in de eerste klasse zondag uitko mende voetbalclubs te polsen of zij wellicht „in" zijn voor een interessantere opzet van de competitie. Het voorstel in briefvorm dat het bestuur de verenigingen als mogelijkheid aan de hand heeft gedaan, houdt in dat de dertien clubs 'komend seizoen al in twee eerste klassen - waarschijnlijk van zes en zeven ploegen - zullen worden opgedeeld. Vervolgens zal na een hele competitie van tien tot twaalf wedstrijden (goed voor een half seizoen) over worden ge gaan tot de instelling van een overgangsklasse van zes ploe gen (de nummers een, twee en drie uit de twee eerste klassen) en een eerste klasse van de resterende teams. Na weer een hele competitie pro moveert de kampioen van de overgangsklasse dan aan het eind van het voetbaljaar naar de KNVB, de nummers vijf en zes degraderen en zullen worden vervangen door de nummers een en twee van de eerste klasse. Een heel aar dige (Warmunda-achtige) op zet, waarin een grote door stroming van ploegen is gega randeerd - twee competities in een seizoen - en waarin een in augustus in de eerste klasse startend elftal in juni toch als kampioen van de overgangs klasse kan worden gehuldigd. Opzet (2) Wij van Hutspo(r)t zouden ja willen zeggen tegen dit voor stel. Het „waarom"moge dui delijk zijn als de ranglijst van de eerste klasse zondag per 8 maart aan een nadere be schouwing wordt onderwor pen. Als we wat smokkelen, de positie van Alkmania is wel erg riant, zijn op dit mo ment nog vijf ploegen doelge richt aan de competitie bezig. De andere acht weten zich onder aanvoering van ZLC kansloos voor de titel en rest niets anders dan het plicht matig afwerken van de com petitie. Indien Alkmania, KRV, ASC, Stompwijkse Boys, Warmun- da en ZLC echter op dit mo- mt t die overgangsklasse al zo den vormen en de andere pi egen dus in de eerste klas se zouden vertoeven, zouden er op dit moment nog elf van de dertien ploegen daadwer kelijk promotie- en degrada tiespanningen kennen. Span ningen die het voetballeven er hoe dan ook aantrekkelij ker op maken. Wij van Hutspo(r)t vragen ons dan ook af welke club in re delijkheid tegen het gedane voorstel kan zijn. We wachten af. Bewijs.. Bewijs?

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1982 | | pagina 11