Kinderboeken van toen: oud maar springlevend BOEKEN „De Knalblauwe Stuiter"na 40 jaar op juiste waarde gescha t Boeiend boek van Engels auteur over acties van Zuidmolukkers Anton Pieo en December Nie u we studie o ver de Kabbala Haar Winkler Prins 14 Prachtig boek over bekende Hollandse schilder Delft gezien met Engelse ogen LEIDSE COURANT DINSDAG 1 DECEMBER 1981 PAGINA Als één boek zijn plaats in de serie Crime de la Crime van Arbeiderspers waard is, dan is het wel Dorothy B. Hughes' Knalblauwe Stuiter". In 1940 in de VS verschenen en meer d veertig jaar later pas in het Nederlands vertaald, is „De Kn blauwe Stuiter" nog steeds een thriller van de eerste orde, ondanks zijn leeftijd niets aan spanning heeft ingeboet. Het v<ï haal draait om een blauwe stuiter, die de bezitter de weg wr naar de schatten van de aarde. Meedogenloze gangsters prol„ ren het kleinood te veroveren. Dorothy Hughes bschrijft de v< wikkelingen pakkend en realistisch; hard, soms keihard, ma nooit tè. „De Knalblauwe Stuiter" leeft echter niet bij spanning allei Het geeft ook een aardig beeld van het New Yorkse society- ven van kort voor dë oorlog. Het boek is de eerste van Hugh dertien thrillers die een plaats heeft gekregen in Crime dë Crime, maar zeer waarschijnlijk niet de laatste. Volkomen anders van opzet maar zeker niet minder goed A „De Schirmer Erfenis" van Eric Ambler. Van deze topauteur - het terrein van de misdaadliteratuur verschenen eerder wérk bij Bruna. „De Schirmer Erfenis", in 1953 geschreven en dt velen als Amblers meesterwerk beschouwd, bleef tot dit jaar vertaald. Het is een in eerste aanzet zeer gecompliceerd verh over een miljoenenerfenis. Advocaat George Carey belandt zijn speurtocht naar eventuele gegadigden voor de erfenis in lf Europa van kort na de Tweede Wereldoorlog, waarmee Arhb zichzelf de mogelijkheid bood zijn kennis van en inzicht in na-oorlogse Europa te etaleren. Carey's zoekactie brengt de'r? vocaat uiteindelijk naar het Grieks-Joegoslavische grensgebi j waar hij verzeild raakt in de achterhoede-gevechten van eP bloedige partizanenstrijd. q „Dood door Foto", een Prisma-detective van de Nieuw Z landse Ngaio Marsh, moet het tegenover bovengenoemde thi° Iers duidelijk afleggen. Het verhaal, dat in sommige opzicht doet denken aan Aghata Christie's „Tien Kleine Negertjes", v r loopt veel te traag om echt spannend te zijn. De uiterst mat vertaling maakt het geheel er niet beter op. Dorothy B. Hughes: De Knalblauwe Stuiter en Eric Ambl De Schirmer Erfenis. Beide: Uitgeverij De Arbeiderspe i: Crime de la Crime. Prijs: 19,50 per stuk. Ngaio Marsh: Dood door Foto. Prisma-detective, UitgevÉ Het Spectrum. Prijs: ƒ8,75. Wijster, Amsterdam, De Punt en Bovensmilde. Vier plaatsen die in de jaren 1975 en 1977 voor wereldnieuws zorgden omdat juist daar vier akties van jonge Zuidmolukkers wer den gehouden. In Amsterdam werd het Indonesisch consu laat bezet, tegelijk met de ka ping van de eerste trein in de wereldgeschiedenis bij Wijster. Twee jaar later werden twee treinstellen bij De Punt in be slag genomen en hielden de aktievoerders kinderen in een schol in Bovensmilde gevan gen. Over deze vier gebeurte nissen, waarbij de bevolking van Nederland en speciaal die van Drente, de adem inhield, heeft de Engelse schrijver Ralph Barker een buitenge woon boeiend boek geschre ven. „Niet hier, maar op een ande re plaats", verscheen verleden jaar al in de Verenigde Staten. De Nederlandse vertaling is nu gereed. Ralph Barker is be kend als schrijver van talloze documentaires en oorlogsver halen. Het boek over de Mo lukse akties laat zich lezen als een thriller en is uitstekend gedocumenteerd. De schrijver' heeft enkele maanden zijn licht opgestoken in ons land. Hij sprak met een groot aantal betrokkenen en heeft grote waardering voor de openheid en medewerking die hij van Nederlandse en Zuidmolukse zijde ondervond. Naast het goed geschetste verloop van de gebeurtenissen geeft Barker een uitstekende analyse van het onderliggende probleem: een ontheemde Molukse ge meenschap en een generatie jongeren, die de idealen van hun ouders willen verwezen lijken en de onmogelijkheid voor de Nederlandse staat om werkelijke of vermeende be loften gestalte te geven. Door verschillende gesprekken met gegijzelden weet de schrijven bovendien de sfeer in de ge kaapte trein, het consulaat en de school goed weer te geven. De bezetting van het Drentse provinciehuis in Assen in maa'rt 1978 komt in het boek wel ter sprake, maar wordt niet uitgediept. De schrijver heeft een uitvoerige bronnen lijst opgenomen en geeft ook een overzicht van zijn belang rijkste zegslieden. De titel van het boek is ont leend aan de brief, die Hansi- na Uktolseja (een van de ka pers van de trein bij De Punt in 1977) aan haar ouders schreef voor ze aan de aktie begon. In die brief neemt ze afscheid van haar vader en moeder. De brief besluit: „Ik weet, dat het slechts verlan gens zijn en moeilijk om onze vrijheid te verkrijgen, toch zullen- we met Gods hulp dit eens bereiken. Ik wil hiermee zeggen, dat wij met Gods wil ook haar weer zullen ontmoe ten. Misschien niet hier maar op een andere plaats. Dat leg ik in Gods handen". In het boek zijn ve^l van de dramatische platen opgeno men, die tijdens de dagen van de gijzelingen op de voorpagi na's van alle kranten prijkten. Ralph Barker: Niet hier, maar op een andere plaats. Uitg. Sijthoff. Prijs 34410. Het fenomeen Anton Piei (86!) tekent nog steeds door groot genoegen van al zijn b wonderaars en uitgeverij On niboek gaat voort met de pi blicatie van zijn*werk. Zo is i pas een album „December de stad" uitgekomen met ei reeks oude en nieuwe Piec tekeningen naar de Engel, editie „A day tot remembe met Nederlandse tekst vi, Marry Goedhart-Alberts. Ei vreemde keuze, want de he van de prenten hebben m december niets te maken; o tekstschrijfster had het ai ook tamelijk lastig met de ffi schriften (een a twee regi per plaat) Ook folkloristi&l zit er wat scheef: Wanne, hebben de sterzangers Sintt klaas aangekondigd? Moet plaat Sintermaarten voorste'' len, goed, maar dan moeten i drie-koningen er af. Het is ei beetje bij elkaar geflanst. I] vorige Pieck-albums war beter. Wie de prenten apa1 wil bekijken, en dat zijn ze n tuurlijk volop waard, moet onderschriften maar op koop toenemen. Zoals ge woo 3 lijk is de kleurendruk ej goed. r M. Goedhart-Alberts en A. ton .Pieck: „December in stad" Uitgave van Omir boek Den Haag. Prijs 14, t Joodse auteurs als Rebbe Raph-Levine en Lewis Browne, zijn niet zo gelukkig met de middeleeuwse gehei me mystieke leer die Kabba la wordt genoemd wat „te aanvaarden" of „aanvaar ding" betekent. Browne plaatst haar zelfs onder de „Nacht der middeleeuwen" terwijl hij de Talmoedistische periode als „Middaghoogte" aanduidt. Het betrof een eso terisch getinte theologie en moraal voor „ingewijden" waarin men trachtte het We zen Gods te verklaren alsme de de relatie schepsel-Schep per. Dat in onze tijd weer studies over de Kabbala verschijnen, wijst op een zekere behoefte aan verborgen mystiek, he laas meer nog aan pseudo-, mystiek waarvan de Kabbala zeker niet is vrij gebleven omdat, zoals Browne zegt, er o.a. veel tweede- of derde hands Hindupantheïsme in verwerkt is. Wie nu het nieuwe boek van mevrouw Gabrielli doorneemt, zal ge noemde auteur gelijk moeten geven want zij verwijst dik wijls naar de pantheïstische opvattingen der oosterse 'godsdiensten, die blijkbaar ook de hare zijn, terwijl zij ook een dankbaar gebruik maakt van enkele Nieuw- Testamentische apocriefen zoals de Evangeliën van Thomas en Nicodemus. Het boek dat de Zohar min of meer eigentijds interpreteert (zie de menigvuldige refe renties aan moderne psycho logen en geleerden) is de vrucht van een jarenlange studie, zoals de auteur in de voorrede zegt, en de lezer die het niet met haar opvattin gen eens is, zal in ieder geval haar duidelijke betoogtrant en haar grote belezenheid moeten waarderen. Veel mystiek heeft altijd gebalan ceerd tussen orthodoxie en ketterij. Misschien kan zij voor onze tijd een derde Weg zijn om tot een Johanneïsch Christendom te komen zoals Berdjajew het zich voorstel de. Maar dan vanzelfspre kend zonder de heidense ele menten. Alexandra Gabrielli: „Kabbala" Uitgeversmij Miranda Wassenaar. Prijs: f 29.50. In een pocket van pakweg 100 bladzijden doet Margo, een kapster uit Boston, enkele sug gesties om het kaal worden bij mannen tegen te gaan zonder behulp van dure preparaten. De „Haargoeroe" behandelt eerst op een duidelijke, met te keningen begeleidt, wijze hoe het haar groeit om pas tegen het einde van het boekje te komen tot het behandelen van MKP (Mannelijk Kaalheids Probleem), gebaseerd op het masseren van de steeds kaler wordende plekken door de bloedcirculatie op gang te brengen. Het zal de mannelij ke lezers van dit probleem ple zieren dat op z'n tijd een bor reltje en seks goed is om de haargroei te bevorderen! Margo: Haar. Uitgeverij De Kern/Bigot Van Rossum. Prijs ƒ1150. De Haagse schilderes en gra ca Ella van Schaik heeft kleine etsen gemaakt voor Poezenkwartetspel waar „alle hoedanigheden van h kattebestaan tot uitdrukkii komen", zoal^ zij zegt. H kaartspel dat een bijzonde combinatie is van spel t kunst, biedt een fraaie ree reproducties van hedendaag grafiek. De twaalf kwartetti wijken nogal af van de gebri kelijke spelvorm. Er mo even bij gedacht worden, vai daar de ingesloten instruct! kaart. Wij veronderstellen d niet alleen de poezenliefhel bers maar ook verzamëlaa van grafiek of reproducti van etsen deze fijnzinnige geestige katteportretten willj toevoegen aan hun verzanij ling. Het spel is opgedrag( aan „Sosoet" de siamees va de ontwerpster. Ella van Schaik: 48 etse voor een Poerenkwartt Uitgave van „Ulysses" D« Haag. Prijs ƒ14.90 In ,,'t Is een bijzonder kind, dat is ie" (kinder boekenschrijvers van toen) door Henk van Gel der, zullen velen van ons oudere lezers, hèt kinder^ boek van vroeger herken nen: Dik Trom, geschre ven in 1891 door C. Joh. Kieviet. Een verhaal dat door veel kinderen al ge lezen en herlezen is, en samen met andere boeken voor hen soms een vriend voor het leven is gewor den. Wanneer je dan zelf volwassen bent en kinde ren wilt verrassen met een mooi boek, omdat je daar vroeger zelf zoveel plezier aan beleefd hebt, is het nu veel meer dan toen mogelijk om in de winkel te kust en te kern- te zoeken in de kinder- boekenvoorraad. De moderne kinderboeken verschillen met die van vroe ger hierin, dat er geen sprake meer is van een wereld be volkt door ondeugende jon gens met een hart van goud en brave jongens met een pestka- rakter. Meisjes vormen niet meer uitsluitend versiering op de achtergrond. Annie M.G. Schmidt karakteriseerde het als volgt: „In de boeken die eind 19e eeuw ontstonden gold de volgende opvatting van de jeugdboekenschrijver: kijk, in mijn ene hand houd ik het kind en in de andere hand heb ik een vat met enige liters mo raal. Het gaat erom, de moraal in het kind te gieten en dan komt alles goed". Wat dat be treft is er in de hedendaagse kinderboekenwereld toch maar weinig veranderd. Ook nu soms tot in den treure op geheven vingers (voor plus minus 14-jarigen b.v. zijn er heel weinig zomaar spannende en vooral met humor gevulde verhalen). Immers, vanaf 8 jaar moeten onze kinderen so lidair zijn met de Derde We reld en weten dat ouders die scheiden niet slecht hoeven te zijn; ons milieu moet be schermd worden en „anders zijn" is heel normaal; op emancipatie hebben alle meis jes recht. Terug naar de herinneringen aan vroeger. Dik Trom is voor velen onvergetelijk omdat hij een echt mens is. Van Daantje had je het gevoel dat je hem ieder ogenblik om de hoek kon tegenkomen en wie had niet Fulco de Minstreel willen zijn, die (zelf niet van adel) sommige edellieden liet zien wat adeldom van hart is? Boe ken kunnen veel invloed heb ben op de groei van de gevoe lens van een kind. Ze kunnen een kind troosten, plezier ge ven, ontspannen en ze kunnen een vriend zijn op een moment dat het alleen is of zich alleen voelt. Zeven schrijvers In het boek: 't Is een bijzonder kind, dat is ie" worden zeven schrijvers van kinderboeken van weleer, uitgebreid bespro ken. Waarom Chr. van Abcou de (Pietje Bell), Nienke van Hichtum (Afke's Tiental), C.J. Kieviet (Dik Trom), Cissy van Marxveldt (Joop ter Heul), Top Naeff (Schoolidyllen), Le onard Roggeveen (Bram Vin gerling), J.B. Schuil (De AF- C'ers, de Katjangs) en geen an deren? Behalve eigen voor keur van de samensteller H. van Gelder was bij deze keuze belangrijk, dat de boeken die. het uitgangspunt vormden meer dan 50 jaar geleden ge schreven moesten zijn en nog altijd gelezen worden. Oud maar springlevend dus. Van iedere schrijver wordt een uitgebreide persoonsbe schrijving gegeven met schets van omgeving en tijdsbeeld waarin het betreffende boek ontstaan is, aangevuld met commentaar van hedendaagse schrijvers, verder werk en wat daar nog verkrijgbaar van is. Hét feit dat deze schrijvers spanning, humor en (heel be langrijk) een goed einde tot besluit wisten te combineren, maakt hun werk nog steeds aantrekkelijk ook in deze tijd. Als kritiek zou je gemakkelijk het woord discriminatie kun nen laten vallen: de kafferjon gens van J.B. Schuil gedragen zich anders dan de Nederland se leeftijdsgenoten en praten „krom"; de arbeiders van Nienke van Hichtum dragen hun lijden en komen niet in verzet; de meeste moeders van de zeven schrijvers blijven in de keuken; de meisjes van Cissy van Marxveldt giechelen veel en lachen om de arbei dersklasse en zo kunnen we nog even doorgaan. Kinderzie len worden'niet zo gauw ver pest. Als er maar voldoende stimulans om hen heen is om kennis te nemen van wat goe de schrijvers hebben gemaakt. Onmisbaar is er samen met je ouders over kunnen praten, bij deze „ouwe'tjes" zijn er daar voor mogelijkheden genoeg! En is het niet leuk om eens te zien of kinderen nu nog even veel genieten kunnen van ver halen, die je zelf vroeger met rode oortjes hebt zitten te ver slinden? Baron van Münchhausen Ook een oud verhaal voor alle kinderen verteld door een man die zo verschrikkelijk lie gen kon, dat hij er wereldbe roemd door werd. Liegen mag toch niet? Daar heb je zeker gelijk in, maar deze meneer heette Karei Frederik Hieron- ymus van Münchhausen. Hij was een baron en loog zo prachtig dat de mensen bleven luisteren, ook al wisten ze heel goed dat het allemaal leugens waren die hij vertelde. Deze baron heeft lang geleden ook écht geleefd in een tijd dat er veel oorlogen waren. Hij reis de veel en heeft ook meege daan aan oorlog voeren. Daar vertelt hij over. Vergeet bij het lezen ervan niet dat de helft verzinsels zijn. Heb jij wel eens een paard boven op een kerk toren zien zitten? Deze baron wel. Bovendien krijgt hij zijn paard er ook weer af! Voor als je 9 jaar en ouder bent. MARIE JOSE WILLEMSE Henk van Gelder: 't Is een bijzonder kind, dat is ie. Prijs fï0,95. E. Kastner Baron van Münchhausen. Uitg. W. Friesland. Prijs 15,90. Het veertiende deel van de Grote Winkler Prins behandelt de onderwerpen leeuwebek (plantegeslacht) tot en met Guil- laume des Marez, Belgisch historicus. Daartussen de behan deling van plaatsen als Leiden, Leiderdorp, Leidschendam (tot en met de verplaatsing van het automobielmuseum naar Raamsdonkveer in 1980), De Lier en Maasland. De Loire- en Maconwijnen krijgen hun aandacht, figuren als van Leeu wenhoek, Lenin, Leonardo da Vinci, Luther en Gina Lollo- brigida, maar ook lichaam, licht, liefde en leven. Weer een compleet boek; met zorg voor een actuele bibliografie en een goede technische verwerking, en ingeleid door een schets van de veertiende eeuw. Grote Winkler Prins dl. 14, uitg. Elsevier, prijs per deel ƒ159,60 CO WESTERIK Haagse grafica on twerp t geëtst Poezenkwartet Jeremy Barlow: De Oude Delft. Kunstboeken zijn niet van vandaag of gisteren. Van Rembrandt weten we dat hij er enige bezat en de vrienden van Alberdingk Thijm bewon derden, wanneer zij bij hem op berzoek kwamen, de folio-uit gaven die altijd op een tafel in de ontvangkamer lagen. Nieuw is echter wel dat men thans nog bij het leven van een kunstenaar 'n boek aan zijn werk wijdt. Zo heeft de man of de vrouw in kwestie er nog de voldoening van dat zijn kunst „erkend" is. Collega Volkering heeft eens zulke, meestal met royale kleurendrukken uitgevoerde werken „prenteboeken voor grote mensen" genoemd. Wij denken dat dit maar op een gering aantal kopers-lezers slaat en hopen dat net ook bij die categorie even verder komt dan louter plaatjeskij- kën. Het prachtige nieuwe kunst boek dat W.A.L. Beeren, di recteur van hèt Museum Boy mans-Van Beuningen te Rot terdam, over een van de be kendste Nederlandse-schilders Co Westerik schreef (hij woonde jaren in Den Haag en thans in Rotterdam) zal deze hoop wel waar maken. Want we hebben hier te doen met een kijk- maar niet- minder met een leesboek en het ene wordt niet opgeofferd aan het andere. De auteur zegt in zijn inleiding dat het hem op de eerste plaats te doen is een vi suele representatie van Wes teriks schilderijen, tekeningen en grafische werken te geven, de toelichtende beschouwin gen komen op de tweede plaats in hun dienende functie. Dat is zijn uitgangspunt: Kunst moet gezién worden en de ge sproken of geschreven impres sies kunnen dan volgen. Hele maal juist, maar dat geschre ven woord van Beeren geeft zulk een heldere kijk op de kunst die het behandelt, dat we het natuurlijk niet als on misbaar aanzien, maar toch zeer nuttig vinden, vooral voor hen voor wie Westerik nog vele raadsels heeft. Beeren is als volgt te werk ge- Êaan: hij heeft niet direct een iografie van de kunstenaar willen geven maar wel een analyse van diens kunst, dat is „iets te doen onderscheiden van de structurele verbanden" waarbij dan tegelijk de mens Westerik zichtbaar wordt. Naar onze mening is hij daar uitstekend in geslaagd. De be geleidende tekst is inderdaad een analyse volgens de echte kunstbeschouwelijke methode: Algemene inleiding - voorstel lingen en thema's - situaties en scènes - impliciete voorstellin gen en andere componenten - schilder- en tekenwijze - sa menvattende conclusie. En na de reproduktie-reeks de zake lijke biografische gegevens met foto's. Dus éérst het werk en dén de man die er achter staat terwijl de lezer en kijker zich daardoor al een portret heeft kunnen vormen. Inge nieus bedacht wel. Het boek is viertalig: Neder lands, Duits, Engels en Frans en wordt besloten met een op gave van alle werken met da tum van voltooiing, maten en eigenaar, vervolgens een resu mé van Westeriks exposities van 1945 tot het vorig jaar. Er wordt wel eens overheen ge keken, maar zulk een docu mentatie moet men niet' on- drschatten. Het boek loopt wel de kans de „uitgave van het- jaar" te worden in de sectie Kunst-monografieën. Het zou ons niet verwonderen. W.A.L. Beeren: „Co Westerik - schilder, peintre, maler, painter". Uitgeverij Van Spijk BV Venlo-Holland. Prijs: 120,-. JAN VERHEYEN Jeremy Barlow, een En gelse schilder die in Duitsland woont is, even als zo vele Engelsen, ge fascineerd door het oude Delft waarvan hij een reeks aquarellen maakte. Vierentwintig stuks uit deze reeks werden al in het vooijaar in de Delftse galerie PloemP tentoon gesteld en deze zaak heeft ze thans ook voor een mooie album-uitgave la ten reproduceren. Barlow laat-goed uitkomen dat hij een Angelsaksische-artis- tieke mentaliteit bezit: weg van het onderwerp, maar een koele gereserveerde realisatie. Of het nu zomer is, herfst of winter, we krijgen een perfec te maar ongeëmotioneerde in druk van het onderwerp, de Delftse grachten, straatjes, doorkijkjes, etc., maar dan ook zo nauwkeurig dat een kleu renfoto het niet beter zou kun nen doen. Geen wonder dat de Gemeente Delft een aantal prenten voor zijn archief heeft aangekocht, een mooier topo grafie laat zich moeilijk voor stellen en benevens het blauw- Delfts, kan de toerist geen be ter aandenken van deze oud- Hollandse veste meenemen, dan dit album. Barlow was blijkbaar zo geïmponeerd door de historische schoonheid van Delft dat hij zich streng aan de realiteit moest houden, bang dat er iets van verloren zou gaan en dat strookte dan met zijn eigen Engels getinte visie en werkwijze die nauwgezet, lichttonig en zonder een sterke individuele expressie is, con ventioneel in hoge mate, maar zeer zuiver en technisch vol komen verantwoord: Zo is het en niet anders. Gelukkig heeft Barlow van Delft geen mu- seumstad gemaakt zoiets als een „Delft la morte", er lopen mensen, er staan auto's en fiet sen, de stad leeft! Deze aqua rellen die veel overeenkom sten hebben met illustrerende platen uit de vorige eeuw, worden begeleid en ingeleid door Henk van Leeuwen een tekst waarin korte maar dui delijke historische gegevens verwerkt zijn. Een aantrekke lijk boek. Jeremy Barlow en Henk van Leenwen: „Delft" Uitga ve Galerie PloemP-Delft. Prijs 60,-.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1981 | | pagina 10