Taal van
Vlamingen
in kaart
gebracht
Bisschoppen: Te weinig
contact met IKVOS
Bisschoppen betreuren
beschuldiging van IKV
eneraal
huisheren
edtaf
Korte metten
ZUIDNEDERLANDS,
WAT IS DAT EIGENLIJK?
ïgen
ekki
de I
il
Je Eer dr. W. van Hees osc
is teruggetreden als
overste van de
ieziije van de Kruisheren,
rieks heeft deze functie,
irvoor hij destijds „voor
j leven" werd benoemd,
ir dan 35 jaar vervuld.
;6m
ten 7
Van Hees achtte zich,
zijn leeftijd, niet meer
Btaat om zijn leidingge
eft werk op verantwoorde
v>ie uit te oefenen. Tijdens
kapittel (de algemene
gadering) in februari zul-
rict I de internationale verte-
gew^oordigers van de zes-
gehf*erd leden die de orde
van!voor een Peri°de van zes
f een opvolger van pater
Hees kiezen.
'lkinXDrde van de Kruisheren
elinje enige orde van geheel
le rfiNHandse oorsprong in de
holieke kerk. Sinds 1210,
jaar van de oprichting,
n dei orc*e ^aar diensten
J de opbouw van de kerk
L d^een<^' voornamelijk in
ko .|°raat en onderwijs. De
Jerlandse provincie telt
laveer 170 leden. Ook in
§ië, Brazilië, Indonesië, de
-ht fen'Sde Staten en West-
"heepland zijn Kruisheren te
De bisschoppenconferentie
blijft bij haar besluit haar
jaarlijkse subsidie van
25.000 gulden aan het IK
VOS (Interkerkelijk Vor
mingswerk inzake'Ontwik
kelingssamenwerking)
met ingang van 1984 stop te
zetten. De secretaris van de
conferentie, dr. H. van
Munster, heeft dit geschre
ven aan de commissie „Jus-
titia ct Pax" en de Neder
landse Missieraad.
De bisschoppen ontkennen,
dat zij het IKVOS niet tot dei
missionaire en mondiale be-'
wustmaking en vorming zou
rekenen. Zij hebben hun be
sluit'genomen, omdat er met
het IKVOS te weinig betrek
kingen zijn om het hun mo
gelijk te maken hun verant
woordelijkheid voor de in
houd ervan te kunnen dra
gen. Tevens, omdat de finan
ciering van het IKVOS, naast
de vele activiteiten op dit ge
bied, niet de meest doeltref
fende manier van omgaan
met de krapper wordende
.middelen is.
De bisschoppenconferentie
geeft er de voorkeur aan de
bewustmakings- en vor
mingsactiviteiten die er al
binnen de katholieke kerk
zijn, op diocesaan en natio
naal niveau te versterken en
te coördineren. Zij meent op
deze wijze beter haar verant
woordelijkheid in dit opzicht
waar te maken dan door een
voortzetting van het subsidië
ren van het wellicht waarde
volle, maar in elk geval ver
spreide werk van het IK
VOS, aldus secretaris Van
Munster.
De bisschoppen onderschrij
ven de stelling, dat juist de
basispastor steun nodig heeft
bij de bewustmaking van de
geloofsgemeenschap en ook
de groepen in parochie en
dekenaat. De bisschoppen
vinden het verkeerd, wan
neer het werk in kwestie uit
het midden van een parochie
wordt weggenomen en toe
vertrouwd aan een aparte in
stelling als het IKVOS.
De bisschoppen en hun vica
rissen constateren gebrek aan
contact met het IKVOS, on
danks langdurige en herhaal
de besprekingen over Verbe
teringen op dit punt. Een of
andere vorm van identifica
tie met het IKVOS is daar
door niet tot stand gekomen.
Over het oecumenisch ka
rakter van IKVOS schrijven
de bisschoppen, dat zij sa
menwerking op het gebied
van vrede, ontwikkeling, be
strijding van armoede en
dergelijke als een vanzelf
sprekende zaak willen bevor
deren. Zij vinden echter, dat
de bewegingen en instanties
terzake actief moeten blijven
in de afzonderlijke kerken en
van daaruit elkaar in hun
werk moeten vinden en hun
krachten moeten bundelen.
Dan zal het werk in kwestie
zijn wortels houden in de ge
meenschap van de gelovigen.
De bisschoppen betreuren
het, dat het Interkerkelijk
Vredesberaad (IKV) zon
der voldoende argumenten
ervan is beschuldigd geld
te hebben aangenomen uit
de Oostbloklanden. Zij vin
den, dat daardoor de dis
cussie wordt weggeleid van
de eigenlijke zaak, name
lijk de kernbewapening.
De bisschoppen zijn echter
wel van mening, dat de ver
tegenwoordigers van de r. k.
kerkprovincie in het IKV er
bij het bestuur van het Vre
desberaad op zouden moeten
aandringen jaarlijks een door
een erkend accountant goed
gekeurd financiëel verslag te
publiceren. Het IKV zou dan
geruchten over-zijn financië-
doen en laten zelf uit de
wereld kunnen helpen door
naar de accountantsverkla-
ring te verwijzen.
Een voorstel daartoe hebben
de bisschoppen gedaan aan
het bestuur van Pax Christi,
dat in een reactie zegt te
waarderen, dat de bisschop
pen erop aandringen alle
aandacht te geven aan de
kernwapendiscussie en geen
tijd meer te verspillen aan
onbewezen verdachtmakin
gen. Het verzoek van de bis
schoppen de aanstelling van
een accountant te bevorde
ren, acht Pax Christi niet op
portuun, omdat alle financië
le stukken van het IKV o-
penbaar en controleerbaar
zijn.
Inmiddels heeft de algemene
vergadering van de stichting
Samenwerking Nederlandse
Priester Religieuzen (SNPR),
bestaande uit de provinciaals
en de abten van orden en
congregaties in Nederland,
zich gesteld achter het IKV-
voorstel „Help de kernwa
pens de wereld uit, te begin
nen uit Nederland". Het
IKV-voorstel, zoals dat door
Pax Christi Nederland is
overgenomen en van com
mentaar is voorzien, wijst
naar het oordeel van de
SNPR een concrete weg om
„in te gaan tegen de zonde
tegen de mensheid, zoals de
heilloze bewapeningsspiraal
van de laatste tien jaren moet
worden aangeduid". De be
langrijkste reden om het
IKV-voorstel te steunen
vond de SNPR-vergadering
in de mogelijkheden, die
daarmee worden geboden om
impasses te doorbreken. De
provinciaals en abten hebben
nun standpunt in een brief
aan de bisschoppen bekend
gemaakt.
De Fransman Gabriel
Marc (48) volgt dr. M.
Klompé op als president
van de Europese commissie
Justitia et Pax. Marc is di
recteur van het Nationaal
Instituut voor Statistiek en
Economische Studiën te Pa
rijs. Hij is voorzitter van
de Katholieke Actie in
Frankrijk en lid van de
Franse commissie Justitia
et Pax. Hij publiceert in
talrijke kranten. Mevrouw
Klompé heeft één termijn
van drie jaar gediend als
president van de Europese
commissie Justitia et Pax.
Zij blijft voorzitter van de
Nederlandse commissie,
waarvan zij sinds de op
richting in 1968 lid en sinds
1972 voorzitter is. Van 1967
tot 1977 was zij lid van de
internationale pauselijke
commissie.
De bisschoppenconferentie
stemt ermee in, dat het
project „Vrouw en Kerk"
binnen de Raad voor Kerk
en Samenleving wordt voort
gezet. Een delegatie van de
bisschoppenconferentie, be
staande uit mgr. Ernst en
mgr. Simonis heeft dit mede
gedeeld tijdens een ontmoe
ting met leden van de KRKS.
Voor de voortzetting van
haar arbeid gaat de werk
groep zich zo uitbreiden, dat
zij representatief wordt.
In de kathedraal van Kan
ton zijn, naar eerst nu be
kend wordt, eind septem
ber twee nieuwe bisschop
pen van de zogenaamde
„patriottische katholieken"
gewijd. Het gaat om John
Tsai Tai-yuen (59) cn om
Peter Paul Li Poons-sek
(68). Zij leiden in het ver
volg de bisdommen Swa-
tow en Kongmoon. Zover
kan worden nagegaan zijn
beide gewijd zonder toe
stemming van het Vati-
caan.
In het kader van het Fran-
ciscusjaar de heilige werd
achthonderd jaar geleden ge
boren biedt het Francis
caanse Gespreks- en Bezin
ningscentrum Stoutenburg,
Stoutenburgerlaan 5, 3835 PB
Stoutenburg (bij Amersfoort)
in de loop van 1982 een pro
gramma aan van bezinnings
dagen, studieweekends, re
traites en meditatieweken.
Tijdens deze bijeenkomsten,
die willen aansluiten „bij de
behoefte aan bezinning en de
wil tot opbouw van een nieu
we wereld", worden ver
schillende thema's aangesne
den, die rechtstreeks-te ma
ken hebben met de Francis
caanse spiritualiteit.
Dc uit Nederland afkomsti
ge jezuïet prof. dr. Peter-
Hans Kolvenbach wordt
per 1 november de nieuwe
rector van het pauselijk in
stituut voor Oriëntaalse
Studiën in Rome. Hij volgt
prof. dr. Eduard Huber sj
op, die na het aflopen van
zijn zesjarige ambtsperiode
om ontheffing heeft ge
vraagd. Pater Kolvenbach,
die op 30 november drieën
vijftig jaar wordt, is gebo
ren in Druten. In 1980 werd
hij door paus Johannes
Paulps II benoemd tot lid
van de gemengde katho
liek-orthodoxe theologen
commissie. Dc nieuwe rec
tor van de „Oriëntale"
heeft een aantal jaren aan
het hoofd gestaan van het
Instituut voor Filosofische
Studiën van de St.-Joseph-
universiteit in Beiroet
Aan het Instituut voor Oos
terse Talen van dezelfde
universiteit was hij profes
sor voor algemene linguïs
tiek en de Armeense taal.
Tanker met
tolueen in
Schelde-
Rijnkanaal
vastgelopen
SINT PHILIPSLAND Door
nog onbekende oorzaak is gis
teravond in de monding van
hetSchelde-Rijnkanaal bij
Sint Philipsland een Belgische
tanker aan de grond gelopen.
De rijkspolitie is de hele nacht
in de weer geweest met het
overpompen Van de 1700 ton
zwaar giftige tolueen die het
schip aan boord had.
Tolueen is een gevaarlijke stof
die in de lucht snel verdampt.
Het gevaar voor luchtveront
reiniging en watervervuiling
was vanochtend zo goed als
geweken. Aanvankelijk was
het de bedoeling om de tanker
met sleepboten vlot te trek
ken, maar omdat er een kans
was dat het schip zou breken,
is daarvan afgezien.
Zoetermeerse beboet
voor
vervalsen cheques
DEN HAAG/ZOETERMEER
Een 26-jarige Zoetermeerse-
kreeg gisteren van de Haagse
politierechter 300 gulden boete
en drie weken voorwaardelij
ke gevangenisstraf opgelegd
wegens het vervalsen van
cheques. De vrouw verklaarde
voor de rechter dat zij door
een vriend was gedwongen
valse handtekeningen te zet
ten onder gestolen cheques.
Een ambtenaar van een post
kantoor in Zoetermeer kreeg
echter argwaan waardoor de
politie de vrouw en haar
vriend kon arresteren.
JNENLAND
lr% HAAG Deze week ver-
agsflf b'j de de uitgever Martinus
echh/f in Den Haag het „Zuidne-
Irdfi \nds Woordenboek". Het is
ais >ngesteld door de hoofdredac-
aa4 bet 'n Le'den verschij-
icr!)e Woordenboek der Neder-
'wefc? Taal, de Vlaamse taalkun-
r Walter De Clerck. Hij heeft
hur,Y boek de huidige Vlaamse
,ev3f-en spreektaal, zo volledig
'nsillijk willen vastleggen, voor-
ns 1 deze afwijkt van het Neder-
hié). De Clerck meent dat het
icr\tdenboek, dat90,- gaat kos-
rpjieen nuttige vraagbaak kan
zijn voor Nederlanders die gere
geld met het Nederlands uit Bel
gië worden geconfronteerd. Het is
samengesteld op basis van veel
radio-en krantenmateriaal in het
zuiden. Uitgever en samensteller
mikken echter vooral op België,
omdat huns inziens daar met het
boek in een bestaande behoefte
wordt voorzien. Samensteller
Walter De Clerck verwacht ver
der dat zijn werk in Vlaanderen
tot veel pennestrijd zal leiden.
Over de aanleiding hiertoe wordt
in onderstaande beschouwing na
der ingegaan.
lena
i dit
FraipAAG „Wij ko-
'an zover Deze
eet wil veel Vla-
nog wel eens uit
fejnd komen, wanneer
'éven dat op taalge-
te jfe situatie nog lang
j zoals ze zouden wil
lfe meeste Nederlan-
lebben er inderdaad
iet flauwste benul
elke lange weg de
Ingen in- taalkundig
—it hebben afgelegd.
[igen komen ter op-
g van het probleem
Ie suggestie dat ze
jn Nederlands moe-
(ren zoals de kinde
in Nederland dat
igt deze oplossing min
or de hand dan op het
Ijgezicht lijkt, als is het
pmdat alle Vlamingep
lis uit al over een taal
)ken: het dialect van
lboortestreek.
behalve de dialecten
n Vlaanderen al eeuwen
rloor een kleine boven-
et Frans gesproken. Na
hting van de Belgische
n 1830 nam het belang
tt Frans sterk toe, maar
der edoen van de Vlaamse
zou de rol van het
geleidelijk aan weer
Hiyorden teruggedrongen,
op inderen zelf is, met uit-
aan ng uiteraard van de
imuiise agglomeratie, de rol
d. fiekenis van het Frans
p ve teruggebracht. De
ïatefce scholieren kiezen in
ogei hoolpakket tegenwoor-
e zker Engels of Duits dan
lede Met recht kan men zeg-
istisjt een groot deel van het
asise andere helft niet meer
t mat. Maar dé diepe sporen
verleden zijn daarmee
d tgewist.
%lln standaardtaal
.n'elin 1933 België officieel
werd, bestond er
weg geen taai
alle Vlamingen elkaar
'n h verstaan. In eikaars
We5 lukte dat evenmin. In
ev"lzicht was de situatie ver-
laar met een Groningse
spreker, die grote moei-
hebben met een Lim-
dialectspreker een ge-
aan te gaan.
n st»chter ten opzichte van
Jaamse dialectsprekers
e wjftig Jaar geleden een be
treft^ verschil. De boven-
omr^n de bevolking in Ne-
e Ap sprak een algemeen
encjjiands, en elke dialect-
t feir kon zich dat op school
ziinaken, zowel de Lim-
1 als de Groningse dia-
pker. Op die manier
werd iets heel belangrijks op
natuurlijke wijze gerealiseerd:
de algemene cultuurtaal
stroomde als vanzelf naar alle
regionen in de samenleving
door.
In Vlaanderen was van een
geleidelijke verbreiding van
een Nederlandse standaardtaal
echter geen sprake. De laatste
bestond in de vorige eeuw
domweg niet. De bovenlaag
van de bevolking, van wie die
taaidoorstroming uit zou moe
ten gaan, was juist door een'
taalbarrière van de rest van de
bevolking gescheiden. Het
handjevol flaminganten, dat ij
verde voor de eigen taal stond,
toen de tweetaligheid in België
werd doorgevoerd, vrijwel met
lege handen. Het taalonderwijs
probeerde men in een gezui
verd dialect te geven want de
leraren die die taal moesten
onderwijzen kenden alleen
maar een min of meer gezui
verde vorm van dialect. Dat
waren overigens rijke dialec
ten met vaak prachtige, tref
fende woorden. Maar als voer
tuig voor 'het moderne leven'
waren ze volstrekt ontoerei
kend, omdat ze als groepstalen
van relatief kleine geïsoleerde
groepen geen woorden voor
nieuwe ontwikkelingen bevat
ten. Natuurlijk was er in Bel
gië een taal die deze ontwik
kelingen wel weerspiegelde:
het Frans en ook de flamin
ganten maakten daar vaker
dan men dacht gebruik van.
Direct nadat in 1933 besloten
was dat de Belgische admini
stratie tweetalig zou worden,
moest er dan ook een algeme
ne 'Nederlandse' taal uit de
grond worden gestampt. Met
enkele uitzonderingen kwa
men de als arrogant be
schouwde Hollanders niet in
aanmerking om daarbij de hel
pende hand te bieden. De
meeste flaminganten hadden
trouwens helemaal geen bood
schap aan de taal in het noor
den. Aanvankelijk wilden zij
slechts de dialecten in hun
oude luister herstellen. Toen
vooral ook vanwege de sociale
misstanden waartoe het exclu
sieve gebruik van het Frans
aanleiding had gegeven be
sloten werd bij rechtsspraak,
leger en bestuur de tweetalig
heid door te voeren, stonden
de ijveraars van de Vlaamse
moedertaal in feite met lege
handen. Alle ontbrekende
woorden die nodig waren om
de leemtes in de dialecten op
te vullen werden plompverlo
ren vertaald. Franse woorden
en begrippen werden volgens
een streng puristisch principe
letterlijk weergegeven. Men
had dan een Nederlands klin
kend woord, maar in de verta
lingen bewees de „Nederlands
onkundige Belgische admini
stratie" constant haar horig
heid aan het Frans. Het woord
was Nederlands,maar door
juist dat woord in diè bepaalde
situatie te kiezen bewees men
dat men afhankelijk was van
het Frans.
Zeer veel taalgroei kampt
trouwens met hetzelfde euvel.
LHDSE COURANT DINSDAG 20 OKTOBER 1981
De bron van veel taalvernieu
wing blijft het Frans. Verwon
derlijk is dat niet omdat in het
gecentraliseerde België veel
nieuwe ontwikkelingen en in
stituties eerst hun naam krij
gen in het Frans en vervol
gens meestal minder gelukkig
vertaald worden in het Neder
lands, vaak met voorbijzien
van de woorden die daarvoor
in Noord-Nederland bestaan.
De Vlaamse dialectenkenner
J. Goossens heeft in dat ver
band gesproken van het „taai-
vreemde centrum" waarmee
het Nederlands in Vlaanderen
is behept. Het scheppen van
eigen bestuursorganen voor
Vlamingen en Walen in het
kader van de zogenaamde fe
deralisering van België zou
taalkundig een belangrijke
wending ten goede kunnen be
tekenen: het taaicentrum zou,
althans voor een deel, weer in
Vlaanderen komen te liggen.
Taalopbouw
In de afgelopen vijftig jaar is
er door de leraren Nederlands
die aan de universiteiten van
Leuven en Gent werden opge
leid, geprobeerd de algemeen
Nederlandse norm van het
noorden in het onderwijs te
introduceren. Zoals duidelijk
zal zijn: die leraren leefden
niet in een vacuüm. Zij brach
ten, net als hun (hoogleraren
van huis Hun dialect mee en,
yerkeerden in een taalsituatie
die zij zelf zouden overnemen
om haar vervolgens gedeelte
lijk te corrigeren naar de nor
men die ze van hun leermees
ters meekregen.
Vijftig jaar lang is er sindsdien
letterlijk aan taalopbouw ge
werkt in Vlaanderen. Deze is
dus niet, zoals al uiteengezet,
tot stand gekomen door mid
del van het klassieke doorstro
mingsproces van „hoog" naar
laag", zoals bijvoorbeeld in Ne
derland en talloze andere lan
den het geval was, maar het
resultaat van een uiterst moei
zaam doorgevoerde operatie.
De groep aan de top die de
„juiste" norm kende was klein
en kon zich nauwelijks vol
doende manifesteren in het o-
penbare leven. Momenteel is
de groep die op de hoogte is
van de .juiste' norm of het
.juiste" woord veel groter,
maar de vele afwijkingen die
vanuit de dialecten zijn opge
komen en de vele verkeerde
vertalingen hebben in de loop
der tijd gebruiksrecht verkre
gen. Dat proces is sterk gesti
muleerd onder invloed van"ra
dio, televisie en de pers en
de laatste twintig jaar door de
sterk toegenomen contacten
met het noorden.
Er is daarmee een soort bo
vengewestelijke omgangstaal
ontstaan, die zowel afwijkt
van het Nederlands in het
noorden als van de nog alom
gesproken dialecten. In feite
zijn daarmee vrijwel alle Vla
mingen tweetalig geworden.
De meesten spreken behalve
hun dialect in situaties met
buitenstaanders ook met meer
of minder moeite die bovenge
westelijke omgangstaal.
Aan die bovengewestelijke
omgangstaal wordt nog volop
gesleuteld, het is een taal
waarin men zich onzeker
voelt, waarin men iedere keer
kan uitglijden, omdat de nor
men erg onvast zijn en vaak
weer worden weersproken. De
taalgebruikers in Vlaanderen
staan vele hulpmiddelen ten
dienste, zoals ABN-gidsen en
woordenboeken met correc
ties, die grote oplagen halen.
Niettemin is er, hoeveel bewe
ging er in de taalsituatie ook
nog is, zoals gezegd volgens
velen van een zekere stan
daardisering sprake. Afwijkin
gen, hoe dikwijls ook bestre
den, lijken in vele gevallen
een duurzame plaats verwor
ven te hebben.
Woordenboek
De Vlaamse lexicoloog dr.
Walter de Clerck heeft nu alle
afwijkingen van de Neder
landse standaardtaal, die in
heel Vlaanderen voorkomen,
in kaart gebracht. Zijn uitgave
is in feite de laatste in de rij
van de vele boeken en boekjes
waarin afwijkingen van de
standaardtaal werden behan
deld. Het verschil met de vori
ge uitgaven is tweeledig. In de
eerste plaats is er veel meer
onderzoek gedaan om de ver
schillende afwijkingen van de
standaardtaal in kaart te bren
gen. Het pretendeert in zekere
zin een representatie beeld te
geven van de afwijkingen en
de taalgroei die dat Neder
lands van na de oorlog in
Vlaanderen kenmerkt. In de
tweede plaats zegt de schrijver
zich op een nadrukkelijk we
tenschappelijk standpunt te
willen stellen. Met andere
woorden, hij wil in het voet
spoor van alle wetenschappers
slechts beschrijven.
Ongetwijfeld weet hij echter
dat iemand die het woorden
boek raadpleegt dit doet om te
weten wat de juiste uitdruk
king is, kortom te weten: hoe
hoort het eigenlijk Vindt hij
daar het juiste woord
De juiste norm nu is fel om
streden in Vlaanderen. Een
niet onbelangrijke groep, voor
al ook onder de jongste
Vlaamse generatie taalweten
schappers vindt dat de feitelij
ke toestand van het taalge
bruik als uitgangspunt moet
worden genomen. Zij willen
niet langer 'veroordelen', maar
aanvaarden wat in de afgelo
pen vijftig jaar is gegroeid.
Tegenover hen staat de nog al
tijd meest gezaghebbende
groep (zonder dat hun woord
overigens automatisch wet is)
van (hoog)leraren die vinden
dat verder gestreefd moet
worden naar de standaardtaal
zoals die in het noorden ge
bruikelijk is. Zij hebben daar
goede redenen voor. Zij menen
dat Vlaanderen zich in de gro
tere Nederlandse taalgemeen
schap isoleert door er een
aparte gewestelijke taal op na
te houden. Dat isolement pakt
meestal verkeerd uit naar de
Nederlanders, maar ook naar
de Franstaligen, van wie er
velen best bereid zijn Neder
lands te leren, als het maar het
„echte" Nederlands is.
Taalgebruik heeft onvermijde
lijk met status te maken en de
voorstanders in Vlaanderen
van de Noornederlandse norm
menen dat niets zo belangrijk
is voor het gebruik van het
Nederlands nu juist is dat het
die broodnodige status krijgt
die het al zo lang heeft moeten
ontberen. Die status verwerft
men door de Noordnederland
se term te hanteren.
In Vlaanderen zijn de komen
de tijd dan ook over het woor
denboek van De Clerck forse
debatten te verwachten. Het
zal immers ook al zegt de
auteur nadrukkelijk geep
standpunt te willen innemen
ingrijpen in de ontwikke
ling die het Nederlands in het
zuiden neemt, omdat het nu
eenmaal voor sommigen
normgevend zal zijn. De pres
tigieuze vorm die de uitgever
Martinus Nijhoff dezelfde
die ook het meest gezagheb
bende woordenboek op de
markt brengt, de Van Dale,
aan het woordenboek heeft ge
geven draagt daar nog het
hare toe bij.