len leven tussen klooster-
moppen, beerputten
w berekende muren
uhilerend
vert krach ttoer
Nota deeltijdarbeid
enthousiast ontvangen
JAARVERSLAG LEGTLEIDENS
M)IEPSTE INNERLIJK BLOOT
COMMISSIE BEVREESD
VOOR „NEVENEFFECTEN"
Economisch
wel en wee
LEIDSE COURANT
DINSDAG 20 OKTOBER 1981
PAGINA 5
>£-T
yrdi
Le/ty
pro
ger-
svei
1e
é^n Leidse gemeenschap is
ren i boeiende. Mensen en
TrtJ»eperingen van allerlei
g. Vooral in de
inenstad treft men een
ite verzameling aan:
ïalve met gewone lieden
(ft men er te maken met
'spt aillisten en
f lotwinkeliers, studenten,
n t keersmaniakken (op
srt jenlopend gebied),
Muttuurlijke ijveraars, kalme
vo tiniers in afgebakende
Ai nsten, kortom: in de city
nifesteren zich
ogvliegers en diepgravers.
ze laatstgenoemde
egorie doet vandaag weer
j zich spreken. In een
r]a jrverslag, over 1980. Als
aï/e eerst aangewezene nam
wif# gemeester Goekoop
Jimorgen het werkstuk
ss i de gemeentelijke
f heologische
jeleidingscommissie met
pl genoegen in ontvangst.
commissie, die er een
voonte van heeft
naakt, door middel van
>1 en diep geestelijk en
terieel spitwerk achter
der hoe en waarom van
De idens „bodemschatten" te
rrdc men, kon tevreden zijn.
10 f^orzitter dr. ir. H. A. van
-Ugy rle wijst in het verslag op
i**. 0[i „verruiming van het
r alsld van onderzoekingen en
G, arnemingen. Door het
'aal zeven van uitgegraven
>nd kon een meer verfijnd
icht in de
ensgewoonten van
leger worden verkregen".
3m :heologische vreugde en
igsc doening, want onze
iar<j >rouders zijn weer een
ferej:tje „dichterbij" gekomen,
1or de belangstelling voor het
vorirk van de commissie is
emend. Ook in de grond
Leiden nog immer
1 te bieden. Als het er
ar uitkomt; en daartoe
jvert de
jeleidingscommissie zich.
gentig bladzijden tonen
n, dat er niet met de pet
ar is gegooid, het vorig
W. Niet direct
acnsprekelijk voor de
nJpervlakkige toeschouwer,
(erib niet onmiddellijk
ffnteresseerd is; al dat
iinig doorzichtelijke
•urwerk in bouwputten,
afgravingen,
ibrekende arbeid in oude
Iers, de statische
ihouwingen van zich af
tig Jtoe bukkende mannen
laarzen aan, spreken
eieg^hien in mindere mate
tot de verbeelding, maar de
uitkomsten kunnen zorgen
voor een inslaand succes: het
begraven Leiden geeft nog
steeds z'n geheimen prijs.
Kloostermoppen blijven het
nog steeds doen, dat wil
zeggen: die middeleeuwse
stenen spreken
onverminderd hun taal en
stutten de theorieën en
concrete vondsten met
bewijzen. Zo ook rondohi de
Burcht, waar ze in de
voormalige gracht gevonden
zijn. Dertiende-eeuwse
boerderijen midden in de
„stad", met waterputten, en
een beerput die door
„derden" werd geleegd. Een
complete aspot werd bij de
Hooglandse kerkgracht
aangetroffen. De Leienaars
van 500 jaar geleden waren
wellicht (in onze ogen) vrij
primitief, maar lang niet
gek. De verordeningen van
die dagen stonden, met het
oog op brandgevaar, niet toe
dat 's nachts in huis vuur
brandende werd gehouden.
Naast de haardplaats werd
daarom veelal een
voorraadpot in de grond
ingegraven, met gloeiende
asresten, afgedekt door een
plavuis met ronde opening.
De gloeiende asresten in de
pot werden met een scheutje
water geblust. Datering van
de „Hooglandse" pot, vrucht
van brand-preventie: begin
veertiende eeuw, dat is dus
meer dan 600 jaar geleden.
Beerputten lieten heel wat
interessante voorwerpen na,
zoals in de tuin van de
voormalige Barbaraschool
aan het Levendaal: grapen,
schoteltjes, platte pannen en
schoteltjes, een majolica-
schoteltje, een vijzel, en een
stenen kruikje, begin 1500,
in het Rheinland
vervaardigd. Een soort
„German export" van
vetkruikjes, gevuld met olie
(„smout"), die aan het
spinnewiel hingen. De niet
minder vette spinsters
gebruikten het vet om de
draad in te vetten, zodat
deze gladder en buigzamer
werd. Verder de restauratie
van de Latijnse school aan
de Lokhorststraat, met
gevonden materiaal dat „te
zijner tijd" in een vitrine in
het gebouw zal worden
opgesteld: hengselpotjes, van
rood aardewerk met
loodglazuur en gele slib-
versiering, begin 15e eeuw,
bijna 20 cm hoog. Bij het
fijnere zoekwerk kwam een
Een van de schoenen die in een beerput In de Latijn
se School werden gevonden.
houten vogeltje (2 cm. hoog
en 13 cm. lang)
tevoorschijn;werkelijk
bijzonder mooi gesneden. De
vogel heeft waarschijnlijk op
een „metalen" pen gezeten.
Datering en gebruik
onbekend. En die allang
stoffelijk verteerde
„inzender" maar lachen,
achter St. Pieters voordeur
van het hemels paradijs: zou
een aardige kwis-vraag
kunnen zijn. Namens de
commissie, overigens, wordt
verondersteld, dat de vogel
een vorkstaartvliegenvanger
voorstelt. Een
vliegenvanger; echt iets voor
een Latijnse school. De vogel
wordt geconserveerd, ja
allicht.
Zo gaat het jaarverslag door.
En wie de oudheid enigszins
een warm hart is toegedaan,
kan daarin dat hart ophalen.
Fauna, in een beerput van
een pand aan de
Pieterskerkgracht:
hondenschedels en een
schedeltje van een aap....
Jawel, daar schijnt door één
of andere doorgedraaide
Oostindiëvaarder in de laat-
17e eeuwse of begin 18e
agressief apebeest uit Zuid-
Afrika naar de Verenigde
Nederlanden te zijn
meegenomen. Had de man
als huisdier gedacht, die
groene meerkat, moeilijk
tam te houden.
Waarschijnlijk heeft de
bezitter van de meerkat
weinig aardigheid aan z'n
apie gehad en heeft het dier
al spoedig na aankomst in
Holland de geest gegeven.
Dan even een wrang
voorbeeld van
cultuurvernieling,
voortgesproten uit, eindelijk
losgebroken, godsdienstige
frustratie en vernielzucht.
Ook afkomstig uit een
Zo ziet een groene meer-
Kat er in levende lijve uit.
beerput. Deze keer naar
boven gekomen bij
sloopwerkzaamheden van
het voormalige (wat is er
toch veel voormalig in
Leiden...) Zaalbergcomplex
aan de Vestestraat. Daar lag,
in een beerput, de
allerlaagste en minste plaats
voor kunst en overdraging,
een stenen beeldje, even 30
cm. hoog. Ik vraag me nu
even af, waar die
geschonden schoonheid met
gedrapeerde mantel
tentoongesteld zal worden;
want het is een kostelijk
exemplaartje van destructie,
waar de maker ervan heel
wat moeite en, wellicht,
toewijding aan heeft besteed.
Het deskundig oordeel
meent, dat hier mogelijk een
„Madonna met kind"
moedwillig is beschadigd.
Een ontheiligde Moeder
Gods; in de middeleeuwen
de menselijke handreiking
naar de „bespreking" van
een hemels loon: wie de
moeder heeft, heeft de
zoon...
Het beeldje is moedwillig
beschadigd. Het hoofd is
duidelijk afgeslagen, waarna
he
stietH.
Op mijn omwegen door stad en land kom
ik graag mensen tegen. Elke morgen tussen
tien en elf uur kunt u mij telefonisch vertel
len wie u graag in deze 'rubriek zou willen
tegenkomen. Het nummer van mijn geduldi
ge telefoon is, 071-122244; u kunt dan naar
toestel 18 vragen.
de bovenzijde van het beeld
is afgevlakt. Aan de
voorzijde is een deel van de
figuur afgehouwen, mogelijk
is hier Christus, zittend op
de arm van Maria,
verwijderd. „Dergelijke
verminkingen zijn bekend
uit de tweede helft van de
16e eeuw (Beeldenstorm);
het beeld zelf is
vermoedelijk in de tweede
helft van de 15e eeuw
vervaardigd", aldus het
jaarverslag.
Waterputten en
waterkelders: de na-
middeleeuwse stad lag er
bezaaid mee. Een natte
historie, en een
overkoepeling naar de
eeuwen erna. Stukje bij
beetje werd het Leidse
verleden verder afgegraven;
oude Hollandse steden
kunnen hun afkomst nooit
helemaal verdoezelen.
Generaties ontmoeten hier
elkaar, vaak zonder een
flauwe notie te hebben van
een opeens weer naar boven
gekomen oorsprong.
Onthullend was het
bouwhistorisch onderzoek
van de Bibliotheque
Wallonne, aan de
Pieterskerkhof. Ontpleisterd
interieur, kloostermoppen
metselwerk, weggerotte
muurstijlen, zware
muurpenanten, gelijk-
armige kruistekens, keukens
en w.c.'s spreken er nog
een afgeknotte taal. Daar
leefde eens, onder andere,
hoogleraar Willebrordus
Snellius (1591-1626), en een
eeuw later bevond zich daar
een opleiding voor
verloskundigen met
bijbehorende kliniek.
Na de Leidse „waterkant",
met een niet te hoog te
roemen renovatie van de
wallekanten, toont het
verslag een indringende
studie aangaande het laat
middeleeuws schoeisel,
opgediept uit een beerput
van de Latijnse school. Met
enige variatie kan men
vandaag daarin on
orthopedische voorgangers
van het huidige schoenwerk
herkennen. Leren omhulsels
rondom kurken vullingen
aan de onderzijde van de
zool. Leren bovenstukken
van versleten schoenen
werden mogelijk van de
houten zool verwijderd,
er nog over is van de kerkfunderingen van de Vrouwekerk.
e t r
De apeschedel, die te voorschijn kwam uit de beer
put achter het gebouw van Ars Aemula.
omdat afvalhout meestal in
de haard verdween. Met het
leer ging men daarna
gewoon maar verder.
Weinig praktisch schoeisel,
zo vermeldt het jaarverslag,
maar uit de uiteenzetting
daarover valt voor de
belangstellende nog heel wat
onthullends te leren. Met
tekeningen en toelichtingen
over constructies van
binnen- en buitenzolen.
„Van Vrouwekapel tot
Vrouwekerk" heet het
hoofdstuk, dat indringend
vertelt over de
middeleeuwse Onze Lieve
Vrouwekerk langs de
Haarlemmerstraat die in de
eerste helft der vorige eeuw
door slopingswerk
verdween. Eigenlijk een
heerlijke historie, vanaf de
„mindere" stichting (na die
van de eerzuchtige bouwsels
rond kanunniken en andere
geestelijke heren met
prerogatieven, zoals de
Pieters- en Hooglandse
kerk) tot en met de Waalse
gemeente, die na Napoleon
geen gat meer zag in de
exploitatie. Maar die
Vrouwekerk krijgt iets terug
van haar oorspronkelijke
rijkdom, die tot op de
fundamenten was terug te
vinden. Het graf van de
vroege hoogleraar Scaliger
(Joseph zaliger) werd er
teruggevonden. Over die
Vrouwekerk is al, na amper
100 jaar, zoveel bekend, dat
we het maar aan de
instandhouders van een
Leids verleden overlaten om
(met subsidie) daaraan
gestalte te geven. Het is niet
veel, maar nog altijd de
moeite waard, om de
Vrouwekerk in contouren
en daar kan iedereen
omheen lopen neer te
zetten. Tot nu toe zijn
kapellen en kooromgang
voorbehouden aan gras- en
onkruidsetting en aan de
luimen van omhuizende
katten. En misschien werd
de toren van Onze Lieve
Vrouw voordien al ettelijke
malen hoger opgetrokken,
sinds de mestvaalten der
middeleeuwen en processies,
binnen de muren.
Twee hengselpotjes daterend uit de vijftiende eeuw,
die tijdens restauratiewerkzaamheden aan de Latijn
se School werden opgegraven.
IN Sempre Cres-
herdenkt met een
feestelijkheden deze
dat zij 150 jaar be-
n het voor de „bur-
bestemde concert
:eerde zij een vee
programma. De
Stadsgehoorzaal
'vol' te spelen
iteravond haar niet
|e opgave.
voerde deze uit met
lest, dat tot symfonische
was uitgegroeid. Hoe-
look daarmee de kracht
jen beroepsorkest niet
^en de zaal de klank bo-
verdunde, klonk zij
verrassende volheid
en gloed. De deskundige en
hoorbaar precieze repetities
door Sempre's dirigent Bas-
tiaan Blomhert hebben onte
genzeggelijk resultaat gehad.
Tot het laatst toe de spanning
aanhouden in de Symfonische
Proloog van Matthijs Vermeu
len is een prestatie, omdat de
langdradigheid van het stuk
juist tot verslapping noodt.
Ook de vermenging van ro
mantiek met moderne polyto-
naliteit mist een inspirerende
werking.
De 'Londense' symfonie van
Haydn inspireert als eenheid
wel en bij vooral de strijkers
van Sempre gisteren tot een
toon van brede allure. Ook de
met veel technische passages
gevulde finale ging door de
verfijnde toon en het strakke
samenspel muzikaal leven.
Na de Kéllódansen van Ko-
dély als een intermezzo, waar
in koor en orkest goed harmo-
nieërde, behalve in het in wa
zigheid gehulde slot, kwam
Beethovens vioolconcert als
hoofschotel aan bod.
De soliste Theodora Geraets
liet eerst in de langzame passa
ges de warmte en overtui
gingskracht van haar toon ho
ren. Na eenmaal losgespeeld te
zijn en bevrijd van technische
remmingen klonk haar spel
als geheel zorgvuldig en mees
lepend.
De enthousiaste bijval na af
loop gold ook het orkest, dat
hier eveneens imponeerde met
een brede toon en slechts op
onderdelen faalde.
DIRK VOOREN
LEIDEN Het plan van
het college om deeltijdar
beid binnen het gemeen
telijk apparaat te bevorde
ren, is enthousiast ontvan
gen door de commissie
personeelzaken. Het
raadslid J. Brands (CPN)
was bevreesd voor nega
tieve neveneffecten. Hij
zei onder meer, dat deel-
tijdarbied nooit verplicht
gesteld mag worden. Ook
het huidige plan herbergt
discriminerende kanten.
De laagst betaalden heb
ben hun gehele inkomen
(voor 40 uur) immers hard
nodig en kunnen zodoen
de niet tot deeltijdarbeid
over gaan. Ook binnen
andere partijen werd dit
probleem onderkend.
Vast stond desondanks
wel, dat de nota snel in
praktijk gebracht moet
worden.
„Een kleine klasse wordt be
voordeeld. Iemand met een re
delijk inkomen kan h.et zich
veroorloven minder uren ta
maken. Een lagere ambtenaar
kan dat niet, omdat er dan
geen brood meer op de plank
komt De vrouw van menig
arbeider verdient bij, als
werkster bijvoorbeeld. Die zou
nu misschien van deeltijdar-
beid gebruik kunnen gaan ma
ken. Als aanvulling op het sa
laris van de man. Maar dat is
niet de bedoeling van de maat
regel", aldus Brands. Het
raadslid vroeg zich af, of ie
mand, die in deeltijd-verband
wil werken als aanvulling op
het volledige salaris van de le
venspartner, verkozen wordt
boven een werkloze, die full
time wil werken. Wethouder
J. Fase-Dubbelboer was van
mening, dat dat in de regel
wel zal moeten, om het eigen
beleid niet te ontkrachten.
Deeltijd krijgt, in geval van
gelijke geschiktheid, de voor
keur. „In deze tijd van werk
loosheid kan je dat niet verko
pen. De armste werkloze blijft
op die manier werkloos. Hij
heeft geen keus, omdat hij met
part-time werk niet genoeg
verdient om zijn gezin te kun
nen onderhouden. Het komt er
nu op neer, dat de hogere
ambtenaren en degenen, die
een aanvulling op het gezins
inkomen willen hebben, van
de mogelijkheid gebruik kun
nen maken", aldus Brands.
Toch was de commissie het
erover eens, dat deeltijdarbeid
gestimuleerd moet worden.
Direct, zonder eerst proefge
bieden aan te wijzen. „Ook an
dere gemeenten hebben ons
het advies gegeven om gewoon
te beginnen. In de praktijk
blijken de problemen best mee
te vallen", aldus een ambte
naar.
Een van de onduidelijkheden
is het financiële plaatje, dat
gaat ontstaan. De loonontwik
keling op de langere termijn
blijkt maar moeilijk ingeschat
te kunnen worden. Wel staat
vast, dat de gemeente de eerste
jaren binnen het budget kan
blijven. Ouderen worden im
mers door nieuw (in de regel
lager) in te schalen mensen
vervangen. Hoe zich dat ech
ter op de langere duur ver
houdt, kan met geen mogelijk
heid gezegd worden.
In de gemeentelijke adverten
ties wordt in de toekomst ge
steld, dat bij vacatures de mo
gelijkheid tot deeltijdarbeid
open staat. D' 456'er J. Hoeke-
ma ging dat niet ver genoeg:
„Dat geeft het gemeentelijke
beleid niet weer. In beginsel
worden deeltijd-banen aange
boden, maar de mogelijkheid
voor full-time- vervulling van
de baan blijft bestaan. Dege
nen, die in deeltijd-verband
willen werken, hebben feite
lijk gewoon de voorkeur".
Volgens een ambtenaar van
personeelszaken heeft een der
gelijke wijze van handelen
echter het nadeel, dat geschik
te personen, die full-time wil
len werken, afgeschrikt wor-
den-
LEIDEN Geboren: Monique, d.v. J.
W. TIJdeman en J. H. van de Graaf;
Arjan, z.v. IJ. van der Plas en E. M.
Crucq; Jan-Willem, z.v. J. G. van Delft
en L Koelewijn; Maaike Florien, d.v.
F. M. P. M. van Zaal en P. J. M. Beuk;
Hilgarda, d.v. J. H. J. de Tombe en J.
M. Mioch; Anna, d.v. N. Schaap en A.
W. van Duijvenbode; Dirkje, d.v. G.
Ouwehand en C. Koopman; Cornelia
Jacoba. d.v. N. Meijvogel en G. J. van
der Zwan; Renate. d.v. M. J. Nole
boom en M. J. Duyverman; Antonie
Jan Leidlus, z.v. J. Hengstmengel en
R. M. B. Koopmans; Petronella Elisa
beth Maria, d.v. H. Kruit en M. J. C.
D. van Went; Peter, z.v. C. J. van der
Ham en A. C. A. Rodenburg; Gijs, z.v.
P. J. Kikkert en J. M. E. van Lit; Arie.
z.v. A. van Beelen en L. D. Sip; Mi
riam Jacomlna, d.v. S. P. Sengkerij
en M. Koolstra; Danny Michael, z.v.
C. H. C. A. Swaanenburg en A. M. R.
Lo-A-NJoe; Robert William, z.v. L. H.
M. van der Putten en S. J. van Duljn;
Kees, z.v. F. van Ingen en B. Moller;
Margaretha Theodora Maria, d.v. M.
H. J. van Stijn en M. van der Zwart;
Valerie Retna, d.v. H. C. S. Gibson en
M. Wahban Hilal.
Gehuwd: H. Verkade en J. M. J.
Geervliet; F. de Keiser en M. Pardon;
R. van Reljswoud en S. Olivier; G. A.
Dijkers en A. J. M. Moot; H. J. P. F.
A. M Nijhuis en J. de Ruiter; M. H.
Brandt en T. Brussee; M. P. Furnèe
en J. E. S. Huisman; J. Gongalves
Sampaio en J. H. P. van Ulden; J. G.
Kramp en Y. Nieuwenburg; F. P.
Geerman en M. Choy; Th. F. van den
Aardweg en S. Grijpma; D. Ketting en
H. Hallink; C. M. van der Voort en W.
F. Kikkert; J. Wirjadhi en B. N. Liem;
P. A. M. van Tongeren en H. A.
Boers.
Overleden: A. Kleijn, geb. 19-3-1908,
man; C. Maaskant, geb. 24-2-1914,
vrl. geh. gew. met J. M. Verkade; C.
W. Straatman, geb. 10-9-1918, vrl.
echtg. van J. W. F. Deurloo; S. van
As, geb. 11-2-1912, vrl. echtg. van P.
de Tombe; K. A. Dommisse, geb. 7-9-
1909, man; J. B. van den Berg, geb.
15-11-1918, man; G. Boer. geb. 5-5-
1909, vrl.; K. Schaap, geb. 8-9-1929,
vrl. echtg. van H. van der Bent; C.
Verschoor, geb. 25-5-1904, vrl.; M.
Kerpershoek, geb. 2-2-1907, man; H.
M. Kok. geb. 15-6-1923, man; M. van
den Dool, geb. 26-4-1913, man.
Aan de Vondellaan 76 is het
zaakadres gevestigd van „E.D.
Luma slachtprodukten b.v.",
groothandel in runder- en var-
kensslachtproducten.
Aan de Rijnstraat 4 is de
winkel in stucadoorsartikelen
„Show-Stuc-Room" gevestigd.
Aan de Hoogl. Kerksteeg 10
is in een eerder vrijgekomen
winkelruimte een winkel in
bloemen en planten gevestigd.
De nieuwgebouwde brand
weerkazerne aan de Gooi
meerlaan 25 is door verhuizing
van de staf, de administratie,
een deel van de uitrukdienst
en de Regionale Brandweer
Rijnland van de Langebrug
56-58 in gebruik genomen.
In de eerdere ruimte van het
clubhuis voor oudere jeugd
Het Honk" aan de Suriname-
straat 118 (berging van de flat
hoek Surinamestraat/Antil-
lenstraat) is het „Onderwijs
Honk" geopend (informatie
materiaal voor ouders en leer
krachten, spreekuurruimte,
kinderkantine).
Aan de Haarlemmerstraat
221 is in een eerder leeggeko
men winkel „Croissanterie
Christian", spec, winkel in
Frans brood/broodjes geves
tigd.
Aan de Rooseveltstraat 61 is
de imp./export van een groot
handel in waterbehandelings-
app. „Amitra" gevestigd.
Aan de Schubertlaan 259 is
„Sports Management", bemid
deling tussen sport en com
mercie op het gebied van
sponsoring, promotie e.d. ge
vestigd.
In een eerder leeggekomen
winkelruimte aan de Raam-
steeg 77 is 1981 pizzeria „II
Sogno" gevestigd.
Aan de Nw. Beestenmarkt 2
is de Turkse broodjeszaak
„Grillroom Istanbul" geves
tigd.
Aan de Merelstraat 26 is het
zaakadres gevestigd van het
snackcarbedrijf van G. H.
Ruys.
Het adviesbureau „Easy
Way" aan de Aletta Jacobs-
laan 53 is opgeheven.
De huisartsenpraktijk van T.
H. J. G. Jansen aan de Von
dellaan 58 is overgenomen en
voortgezet door H. J. H. R.
Prince.
Het petit-rest. „Femia" aan
de Vrouwenkerkkoorsteeg 7 is
voortgezet als cafébedrijf on
der de naam Café Blonk.
Hét bedrijf „Data Entry", het
invoeren van computergege
vens, aan het Primuladuin 19
is opgeheven.
Van het Jac. Urlusplantsoen
116 ia „Metan", het bemidd. bij
het tot stands komen van bui
tenlandse reizen uit Leiden
vertrokken.
De meubelstoffeerderij van I.
Reyken aan de Nic. Beets-
straat ld is opgeheven.
Aan de Nieuwstraat 23 ,is
„Mode Reprise", bemidd. bij
de verkoop van gebruikte kle
ding gevestigd.
Aan de Vliet 5 is „B.B.
Plant", groothandel in planten
gevestigd.
Aan de Havikshorst 93 is
„De Regenboog", glazenwas-
sersbedrijf gevestigd.
Aan de Azaleaduin 15 is het
typebureau „Copytype" geves
tigd.
Aan de Lammenschansweg
132 is i.p.v. de eerder opgehe
ven Garage Poot, het autobe
drijf „Auto-Home Leiden b.v."
gevestigd.
Het bedrijf „Metavo", fabr.
van metalen labels, naampla
ten e.d. is verplaatst van de
Oude Herengracht 9 naar de
Morsweg 340a.
Cafetaria/restaurant Voort
man aan de Haarlemmerstraat
20 wordt, met eventuele over
name van de naam en inven
taris, voor 65.000,- per jaar te
huur aangeboden.