len leven tussen klooster- moppen, beerputten w berekende muren uhilerend vert krach ttoer Nota deeltijdarbeid enthousiast ontvangen JAARVERSLAG LEGTLEIDENS M)IEPSTE INNERLIJK BLOOT COMMISSIE BEVREESD VOOR „NEVENEFFECTEN" Economisch wel en wee LEIDSE COURANT DINSDAG 20 OKTOBER 1981 PAGINA 5 >£-T yrdi Le/ty pro ger- svei 1e é^n Leidse gemeenschap is ren i boeiende. Mensen en TrtJ»eperingen van allerlei g. Vooral in de inenstad treft men een ite verzameling aan: ïalve met gewone lieden (ft men er te maken met 'spt aillisten en f lotwinkeliers, studenten, n t keersmaniakken (op srt jenlopend gebied), Muttuurlijke ijveraars, kalme vo tiniers in afgebakende Ai nsten, kortom: in de city nifesteren zich ogvliegers en diepgravers. ze laatstgenoemde egorie doet vandaag weer j zich spreken. In een r]a jrverslag, over 1980. Als aï/e eerst aangewezene nam wif# gemeester Goekoop Jimorgen het werkstuk ss i de gemeentelijke f heologische jeleidingscommissie met pl genoegen in ontvangst. commissie, die er een voonte van heeft naakt, door middel van >1 en diep geestelijk en terieel spitwerk achter der hoe en waarom van De idens „bodemschatten" te rrdc men, kon tevreden zijn. 10 f^orzitter dr. ir. H. A. van -Ugy rle wijst in het verslag op i**. 0[i „verruiming van het r alsld van onderzoekingen en G, arnemingen. Door het 'aal zeven van uitgegraven >nd kon een meer verfijnd icht in de ensgewoonten van leger worden verkregen". 3m :heologische vreugde en igsc doening, want onze iar<j >rouders zijn weer een ferej:tje „dichterbij" gekomen, 1or de belangstelling voor het vorirk van de commissie is emend. Ook in de grond Leiden nog immer 1 te bieden. Als het er ar uitkomt; en daartoe jvert de jeleidingscommissie zich. gentig bladzijden tonen n, dat er niet met de pet ar is gegooid, het vorig W. Niet direct acnsprekelijk voor de nJpervlakkige toeschouwer, (erib niet onmiddellijk ffnteresseerd is; al dat iinig doorzichtelijke •urwerk in bouwputten, afgravingen, ibrekende arbeid in oude Iers, de statische ihouwingen van zich af tig Jtoe bukkende mannen laarzen aan, spreken eieg^hien in mindere mate tot de verbeelding, maar de uitkomsten kunnen zorgen voor een inslaand succes: het begraven Leiden geeft nog steeds z'n geheimen prijs. Kloostermoppen blijven het nog steeds doen, dat wil zeggen: die middeleeuwse stenen spreken onverminderd hun taal en stutten de theorieën en concrete vondsten met bewijzen. Zo ook rondohi de Burcht, waar ze in de voormalige gracht gevonden zijn. Dertiende-eeuwse boerderijen midden in de „stad", met waterputten, en een beerput die door „derden" werd geleegd. Een complete aspot werd bij de Hooglandse kerkgracht aangetroffen. De Leienaars van 500 jaar geleden waren wellicht (in onze ogen) vrij primitief, maar lang niet gek. De verordeningen van die dagen stonden, met het oog op brandgevaar, niet toe dat 's nachts in huis vuur brandende werd gehouden. Naast de haardplaats werd daarom veelal een voorraadpot in de grond ingegraven, met gloeiende asresten, afgedekt door een plavuis met ronde opening. De gloeiende asresten in de pot werden met een scheutje water geblust. Datering van de „Hooglandse" pot, vrucht van brand-preventie: begin veertiende eeuw, dat is dus meer dan 600 jaar geleden. Beerputten lieten heel wat interessante voorwerpen na, zoals in de tuin van de voormalige Barbaraschool aan het Levendaal: grapen, schoteltjes, platte pannen en schoteltjes, een majolica- schoteltje, een vijzel, en een stenen kruikje, begin 1500, in het Rheinland vervaardigd. Een soort „German export" van vetkruikjes, gevuld met olie („smout"), die aan het spinnewiel hingen. De niet minder vette spinsters gebruikten het vet om de draad in te vetten, zodat deze gladder en buigzamer werd. Verder de restauratie van de Latijnse school aan de Lokhorststraat, met gevonden materiaal dat „te zijner tijd" in een vitrine in het gebouw zal worden opgesteld: hengselpotjes, van rood aardewerk met loodglazuur en gele slib- versiering, begin 15e eeuw, bijna 20 cm hoog. Bij het fijnere zoekwerk kwam een Een van de schoenen die in een beerput In de Latijn se School werden gevonden. houten vogeltje (2 cm. hoog en 13 cm. lang) tevoorschijn;werkelijk bijzonder mooi gesneden. De vogel heeft waarschijnlijk op een „metalen" pen gezeten. Datering en gebruik onbekend. En die allang stoffelijk verteerde „inzender" maar lachen, achter St. Pieters voordeur van het hemels paradijs: zou een aardige kwis-vraag kunnen zijn. Namens de commissie, overigens, wordt verondersteld, dat de vogel een vorkstaartvliegenvanger voorstelt. Een vliegenvanger; echt iets voor een Latijnse school. De vogel wordt geconserveerd, ja allicht. Zo gaat het jaarverslag door. En wie de oudheid enigszins een warm hart is toegedaan, kan daarin dat hart ophalen. Fauna, in een beerput van een pand aan de Pieterskerkgracht: hondenschedels en een schedeltje van een aap.... Jawel, daar schijnt door één of andere doorgedraaide Oostindiëvaarder in de laat- 17e eeuwse of begin 18e agressief apebeest uit Zuid- Afrika naar de Verenigde Nederlanden te zijn meegenomen. Had de man als huisdier gedacht, die groene meerkat, moeilijk tam te houden. Waarschijnlijk heeft de bezitter van de meerkat weinig aardigheid aan z'n apie gehad en heeft het dier al spoedig na aankomst in Holland de geest gegeven. Dan even een wrang voorbeeld van cultuurvernieling, voortgesproten uit, eindelijk losgebroken, godsdienstige frustratie en vernielzucht. Ook afkomstig uit een Zo ziet een groene meer- Kat er in levende lijve uit. beerput. Deze keer naar boven gekomen bij sloopwerkzaamheden van het voormalige (wat is er toch veel voormalig in Leiden...) Zaalbergcomplex aan de Vestestraat. Daar lag, in een beerput, de allerlaagste en minste plaats voor kunst en overdraging, een stenen beeldje, even 30 cm. hoog. Ik vraag me nu even af, waar die geschonden schoonheid met gedrapeerde mantel tentoongesteld zal worden; want het is een kostelijk exemplaartje van destructie, waar de maker ervan heel wat moeite en, wellicht, toewijding aan heeft besteed. Het deskundig oordeel meent, dat hier mogelijk een „Madonna met kind" moedwillig is beschadigd. Een ontheiligde Moeder Gods; in de middeleeuwen de menselijke handreiking naar de „bespreking" van een hemels loon: wie de moeder heeft, heeft de zoon... Het beeldje is moedwillig beschadigd. Het hoofd is duidelijk afgeslagen, waarna he stietH. Op mijn omwegen door stad en land kom ik graag mensen tegen. Elke morgen tussen tien en elf uur kunt u mij telefonisch vertel len wie u graag in deze 'rubriek zou willen tegenkomen. Het nummer van mijn geduldi ge telefoon is, 071-122244; u kunt dan naar toestel 18 vragen. de bovenzijde van het beeld is afgevlakt. Aan de voorzijde is een deel van de figuur afgehouwen, mogelijk is hier Christus, zittend op de arm van Maria, verwijderd. „Dergelijke verminkingen zijn bekend uit de tweede helft van de 16e eeuw (Beeldenstorm); het beeld zelf is vermoedelijk in de tweede helft van de 15e eeuw vervaardigd", aldus het jaarverslag. Waterputten en waterkelders: de na- middeleeuwse stad lag er bezaaid mee. Een natte historie, en een overkoepeling naar de eeuwen erna. Stukje bij beetje werd het Leidse verleden verder afgegraven; oude Hollandse steden kunnen hun afkomst nooit helemaal verdoezelen. Generaties ontmoeten hier elkaar, vaak zonder een flauwe notie te hebben van een opeens weer naar boven gekomen oorsprong. Onthullend was het bouwhistorisch onderzoek van de Bibliotheque Wallonne, aan de Pieterskerkhof. Ontpleisterd interieur, kloostermoppen metselwerk, weggerotte muurstijlen, zware muurpenanten, gelijk- armige kruistekens, keukens en w.c.'s spreken er nog een afgeknotte taal. Daar leefde eens, onder andere, hoogleraar Willebrordus Snellius (1591-1626), en een eeuw later bevond zich daar een opleiding voor verloskundigen met bijbehorende kliniek. Na de Leidse „waterkant", met een niet te hoog te roemen renovatie van de wallekanten, toont het verslag een indringende studie aangaande het laat middeleeuws schoeisel, opgediept uit een beerput van de Latijnse school. Met enige variatie kan men vandaag daarin on orthopedische voorgangers van het huidige schoenwerk herkennen. Leren omhulsels rondom kurken vullingen aan de onderzijde van de zool. Leren bovenstukken van versleten schoenen werden mogelijk van de houten zool verwijderd, er nog over is van de kerkfunderingen van de Vrouwekerk. e t r De apeschedel, die te voorschijn kwam uit de beer put achter het gebouw van Ars Aemula. omdat afvalhout meestal in de haard verdween. Met het leer ging men daarna gewoon maar verder. Weinig praktisch schoeisel, zo vermeldt het jaarverslag, maar uit de uiteenzetting daarover valt voor de belangstellende nog heel wat onthullends te leren. Met tekeningen en toelichtingen over constructies van binnen- en buitenzolen. „Van Vrouwekapel tot Vrouwekerk" heet het hoofdstuk, dat indringend vertelt over de middeleeuwse Onze Lieve Vrouwekerk langs de Haarlemmerstraat die in de eerste helft der vorige eeuw door slopingswerk verdween. Eigenlijk een heerlijke historie, vanaf de „mindere" stichting (na die van de eerzuchtige bouwsels rond kanunniken en andere geestelijke heren met prerogatieven, zoals de Pieters- en Hooglandse kerk) tot en met de Waalse gemeente, die na Napoleon geen gat meer zag in de exploitatie. Maar die Vrouwekerk krijgt iets terug van haar oorspronkelijke rijkdom, die tot op de fundamenten was terug te vinden. Het graf van de vroege hoogleraar Scaliger (Joseph zaliger) werd er teruggevonden. Over die Vrouwekerk is al, na amper 100 jaar, zoveel bekend, dat we het maar aan de instandhouders van een Leids verleden overlaten om (met subsidie) daaraan gestalte te geven. Het is niet veel, maar nog altijd de moeite waard, om de Vrouwekerk in contouren en daar kan iedereen omheen lopen neer te zetten. Tot nu toe zijn kapellen en kooromgang voorbehouden aan gras- en onkruidsetting en aan de luimen van omhuizende katten. En misschien werd de toren van Onze Lieve Vrouw voordien al ettelijke malen hoger opgetrokken, sinds de mestvaalten der middeleeuwen en processies, binnen de muren. Twee hengselpotjes daterend uit de vijftiende eeuw, die tijdens restauratiewerkzaamheden aan de Latijn se School werden opgegraven. IN Sempre Cres- herdenkt met een feestelijkheden deze dat zij 150 jaar be- n het voor de „bur- bestemde concert :eerde zij een vee programma. De Stadsgehoorzaal 'vol' te spelen iteravond haar niet |e opgave. voerde deze uit met lest, dat tot symfonische was uitgegroeid. Hoe- look daarmee de kracht jen beroepsorkest niet ^en de zaal de klank bo- verdunde, klonk zij verrassende volheid en gloed. De deskundige en hoorbaar precieze repetities door Sempre's dirigent Bas- tiaan Blomhert hebben onte genzeggelijk resultaat gehad. Tot het laatst toe de spanning aanhouden in de Symfonische Proloog van Matthijs Vermeu len is een prestatie, omdat de langdradigheid van het stuk juist tot verslapping noodt. Ook de vermenging van ro mantiek met moderne polyto- naliteit mist een inspirerende werking. De 'Londense' symfonie van Haydn inspireert als eenheid wel en bij vooral de strijkers van Sempre gisteren tot een toon van brede allure. Ook de met veel technische passages gevulde finale ging door de verfijnde toon en het strakke samenspel muzikaal leven. Na de Kéllódansen van Ko- dély als een intermezzo, waar in koor en orkest goed harmo- nieërde, behalve in het in wa zigheid gehulde slot, kwam Beethovens vioolconcert als hoofschotel aan bod. De soliste Theodora Geraets liet eerst in de langzame passa ges de warmte en overtui gingskracht van haar toon ho ren. Na eenmaal losgespeeld te zijn en bevrijd van technische remmingen klonk haar spel als geheel zorgvuldig en mees lepend. De enthousiaste bijval na af loop gold ook het orkest, dat hier eveneens imponeerde met een brede toon en slechts op onderdelen faalde. DIRK VOOREN LEIDEN Het plan van het college om deeltijdar beid binnen het gemeen telijk apparaat te bevorde ren, is enthousiast ontvan gen door de commissie personeelzaken. Het raadslid J. Brands (CPN) was bevreesd voor nega tieve neveneffecten. Hij zei onder meer, dat deel- tijdarbied nooit verplicht gesteld mag worden. Ook het huidige plan herbergt discriminerende kanten. De laagst betaalden heb ben hun gehele inkomen (voor 40 uur) immers hard nodig en kunnen zodoen de niet tot deeltijdarbeid over gaan. Ook binnen andere partijen werd dit probleem onderkend. Vast stond desondanks wel, dat de nota snel in praktijk gebracht moet worden. „Een kleine klasse wordt be voordeeld. Iemand met een re delijk inkomen kan h.et zich veroorloven minder uren ta maken. Een lagere ambtenaar kan dat niet, omdat er dan geen brood meer op de plank komt De vrouw van menig arbeider verdient bij, als werkster bijvoorbeeld. Die zou nu misschien van deeltijdar- beid gebruik kunnen gaan ma ken. Als aanvulling op het sa laris van de man. Maar dat is niet de bedoeling van de maat regel", aldus Brands. Het raadslid vroeg zich af, of ie mand, die in deeltijd-verband wil werken als aanvulling op het volledige salaris van de le venspartner, verkozen wordt boven een werkloze, die full time wil werken. Wethouder J. Fase-Dubbelboer was van mening, dat dat in de regel wel zal moeten, om het eigen beleid niet te ontkrachten. Deeltijd krijgt, in geval van gelijke geschiktheid, de voor keur. „In deze tijd van werk loosheid kan je dat niet verko pen. De armste werkloze blijft op die manier werkloos. Hij heeft geen keus, omdat hij met part-time werk niet genoeg verdient om zijn gezin te kun nen onderhouden. Het komt er nu op neer, dat de hogere ambtenaren en degenen, die een aanvulling op het gezins inkomen willen hebben, van de mogelijkheid gebruik kun nen maken", aldus Brands. Toch was de commissie het erover eens, dat deeltijdarbeid gestimuleerd moet worden. Direct, zonder eerst proefge bieden aan te wijzen. „Ook an dere gemeenten hebben ons het advies gegeven om gewoon te beginnen. In de praktijk blijken de problemen best mee te vallen", aldus een ambte naar. Een van de onduidelijkheden is het financiële plaatje, dat gaat ontstaan. De loonontwik keling op de langere termijn blijkt maar moeilijk ingeschat te kunnen worden. Wel staat vast, dat de gemeente de eerste jaren binnen het budget kan blijven. Ouderen worden im mers door nieuw (in de regel lager) in te schalen mensen vervangen. Hoe zich dat ech ter op de langere duur ver houdt, kan met geen mogelijk heid gezegd worden. In de gemeentelijke adverten ties wordt in de toekomst ge steld, dat bij vacatures de mo gelijkheid tot deeltijdarbeid open staat. D' 456'er J. Hoeke- ma ging dat niet ver genoeg: „Dat geeft het gemeentelijke beleid niet weer. In beginsel worden deeltijd-banen aange boden, maar de mogelijkheid voor full-time- vervulling van de baan blijft bestaan. Dege nen, die in deeltijd-verband willen werken, hebben feite lijk gewoon de voorkeur". Volgens een ambtenaar van personeelszaken heeft een der gelijke wijze van handelen echter het nadeel, dat geschik te personen, die full-time wil len werken, afgeschrikt wor- den- LEIDEN Geboren: Monique, d.v. J. W. TIJdeman en J. H. van de Graaf; Arjan, z.v. IJ. van der Plas en E. M. Crucq; Jan-Willem, z.v. J. G. van Delft en L Koelewijn; Maaike Florien, d.v. F. M. P. M. van Zaal en P. J. M. Beuk; Hilgarda, d.v. J. H. J. de Tombe en J. M. Mioch; Anna, d.v. N. Schaap en A. W. van Duijvenbode; Dirkje, d.v. G. Ouwehand en C. Koopman; Cornelia Jacoba. d.v. N. Meijvogel en G. J. van der Zwan; Renate. d.v. M. J. Nole boom en M. J. Duyverman; Antonie Jan Leidlus, z.v. J. Hengstmengel en R. M. B. Koopmans; Petronella Elisa beth Maria, d.v. H. Kruit en M. J. C. D. van Went; Peter, z.v. C. J. van der Ham en A. C. A. Rodenburg; Gijs, z.v. P. J. Kikkert en J. M. E. van Lit; Arie. z.v. A. van Beelen en L. D. Sip; Mi riam Jacomlna, d.v. S. P. Sengkerij en M. Koolstra; Danny Michael, z.v. C. H. C. A. Swaanenburg en A. M. R. Lo-A-NJoe; Robert William, z.v. L. H. M. van der Putten en S. J. van Duljn; Kees, z.v. F. van Ingen en B. Moller; Margaretha Theodora Maria, d.v. M. H. J. van Stijn en M. van der Zwart; Valerie Retna, d.v. H. C. S. Gibson en M. Wahban Hilal. Gehuwd: H. Verkade en J. M. J. Geervliet; F. de Keiser en M. Pardon; R. van Reljswoud en S. Olivier; G. A. Dijkers en A. J. M. Moot; H. J. P. F. A. M Nijhuis en J. de Ruiter; M. H. Brandt en T. Brussee; M. P. Furnèe en J. E. S. Huisman; J. Gongalves Sampaio en J. H. P. van Ulden; J. G. Kramp en Y. Nieuwenburg; F. P. Geerman en M. Choy; Th. F. van den Aardweg en S. Grijpma; D. Ketting en H. Hallink; C. M. van der Voort en W. F. Kikkert; J. Wirjadhi en B. N. Liem; P. A. M. van Tongeren en H. A. Boers. Overleden: A. Kleijn, geb. 19-3-1908, man; C. Maaskant, geb. 24-2-1914, vrl. geh. gew. met J. M. Verkade; C. W. Straatman, geb. 10-9-1918, vrl. echtg. van J. W. F. Deurloo; S. van As, geb. 11-2-1912, vrl. echtg. van P. de Tombe; K. A. Dommisse, geb. 7-9- 1909, man; J. B. van den Berg, geb. 15-11-1918, man; G. Boer. geb. 5-5- 1909, vrl.; K. Schaap, geb. 8-9-1929, vrl. echtg. van H. van der Bent; C. Verschoor, geb. 25-5-1904, vrl.; M. Kerpershoek, geb. 2-2-1907, man; H. M. Kok. geb. 15-6-1923, man; M. van den Dool, geb. 26-4-1913, man. Aan de Vondellaan 76 is het zaakadres gevestigd van „E.D. Luma slachtprodukten b.v.", groothandel in runder- en var- kensslachtproducten. Aan de Rijnstraat 4 is de winkel in stucadoorsartikelen „Show-Stuc-Room" gevestigd. Aan de Hoogl. Kerksteeg 10 is in een eerder vrijgekomen winkelruimte een winkel in bloemen en planten gevestigd. De nieuwgebouwde brand weerkazerne aan de Gooi meerlaan 25 is door verhuizing van de staf, de administratie, een deel van de uitrukdienst en de Regionale Brandweer Rijnland van de Langebrug 56-58 in gebruik genomen. In de eerdere ruimte van het clubhuis voor oudere jeugd Het Honk" aan de Suriname- straat 118 (berging van de flat hoek Surinamestraat/Antil- lenstraat) is het „Onderwijs Honk" geopend (informatie materiaal voor ouders en leer krachten, spreekuurruimte, kinderkantine). Aan de Haarlemmerstraat 221 is in een eerder leeggeko men winkel „Croissanterie Christian", spec, winkel in Frans brood/broodjes geves tigd. Aan de Rooseveltstraat 61 is de imp./export van een groot handel in waterbehandelings- app. „Amitra" gevestigd. Aan de Schubertlaan 259 is „Sports Management", bemid deling tussen sport en com mercie op het gebied van sponsoring, promotie e.d. ge vestigd. In een eerder leeggekomen winkelruimte aan de Raam- steeg 77 is 1981 pizzeria „II Sogno" gevestigd. Aan de Nw. Beestenmarkt 2 is de Turkse broodjeszaak „Grillroom Istanbul" geves tigd. Aan de Merelstraat 26 is het zaakadres gevestigd van het snackcarbedrijf van G. H. Ruys. Het adviesbureau „Easy Way" aan de Aletta Jacobs- laan 53 is opgeheven. De huisartsenpraktijk van T. H. J. G. Jansen aan de Von dellaan 58 is overgenomen en voortgezet door H. J. H. R. Prince. Het petit-rest. „Femia" aan de Vrouwenkerkkoorsteeg 7 is voortgezet als cafébedrijf on der de naam Café Blonk. Hét bedrijf „Data Entry", het invoeren van computergege vens, aan het Primuladuin 19 is opgeheven. Van het Jac. Urlusplantsoen 116 ia „Metan", het bemidd. bij het tot stands komen van bui tenlandse reizen uit Leiden vertrokken. De meubelstoffeerderij van I. Reyken aan de Nic. Beets- straat ld is opgeheven. Aan de Nieuwstraat 23 ,is „Mode Reprise", bemidd. bij de verkoop van gebruikte kle ding gevestigd. Aan de Vliet 5 is „B.B. Plant", groothandel in planten gevestigd. Aan de Havikshorst 93 is „De Regenboog", glazenwas- sersbedrijf gevestigd. Aan de Azaleaduin 15 is het typebureau „Copytype" geves tigd. Aan de Lammenschansweg 132 is i.p.v. de eerder opgehe ven Garage Poot, het autobe drijf „Auto-Home Leiden b.v." gevestigd. Het bedrijf „Metavo", fabr. van metalen labels, naampla ten e.d. is verplaatst van de Oude Herengracht 9 naar de Morsweg 340a. Cafetaria/restaurant Voort man aan de Haarlemmerstraat 20 wordt, met eventuele over name van de naam en inven taris, voor 65.000,- per jaar te huur aangeboden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1981 | | pagina 5