iMFMf •irecteur laat huurders oe in Nieuw Rijksdorp Marjolein besloot (in financiële nood) haar balletportie maar aan Fikkie Paul te geven dragen over Zuidafrikaans bezoek aan universiteit Nader onderzoek naar beleid op sociologisch instituut -"AD/REGIO LEIDSE COURANT DINSDAG 29 SEPTEMBER 1981 PAGINA 5 JiDVOCAAT ZORGT VOOR TEGENAANVAL IN ZAAK HOOGENBOOM-BRIER 'erwijl mejuffrouw, en va jevrouw tevens, Jarjoleine Marijke s Iriër, geboortig te en tegstgeest, anno '42 en n on-actief ne alletpedagoge, voor fe «dereen die het maar /ilde horen haar equiem voor een anseres zong en in nkele door haar èëntameerde iterviews een id jokgordijn legde ten 0 ichoeve van Leines 1 i igen manoeuvres; 11 erwijl dit alles dan 2 eschiedde, bereidde de 0l êgenstander zich voor fi ip een aanval op de ti echter flank. Briër gaf ,ri nkele weken geleden - in deze rubriek, inder meer haar pologie weer. Als het n lachtoffer van veel i c inrecht en inbedachtzaamheid. k laar raadsman zat er ■b vaakzaam bij, gereed lJ< im in te grijpen als Marjolein al te wild zou k ;aan spartelen. De i ïeerslag van het to vraaggesprek verscheen in onze kolommen op 12 september. Lj Toen de kruitdamp enigszins ftjjvas opgetrokken, bleek de I rijand echter niet verslagen ,D|te zijn. Een trompetstoot, en r j de aanvalslinie van de l egenpartij trok geregeld op, met blanke sabel en inderwijl vurend in de u ichting van in dekking gende Briër. Van enige stand sloeg de souverein- nolens volens van de lidse Balletschool, Paul ij Willem Hoogenboom, lusicus, geboortig te jakarta, anno '46, de 'oorwaartse bewegingen 'an zijn in de hand inomen juridische veldheer ide. De eerste treffers reikten nu ook onze open lurelen, en ik zie me genoodzaakt de score vast te •leggen op mijn beeldscherm, "let gaat dus ik resumeer nkele vitale historische Nog altijd prijkt Briërs naam op het uithangbord aan de Oude Vest. leiten om de Leidse Balletschool van Marjolein(e) Briër, die in conflict ging met haar ex- vriend en zakelijk partner Paul Hoogenboom. Het gevolg was, dat Hoogenboom de Leidse balletten in z'n eentje moest zien voort te zetten, en dat Marjolein genoodzaakt is, „elders ter wereld emplooi te vinden" (haar raadsman schreef in een missive in eerste instantie: „explooi"). Marjolein die geen clochard voor zichzelf wilde zijn, en zich nu in haar „groene periode" bevindt, gezien alle planten die de plaats van het verdwenen antiek in haar flat hebben ingenomen voelde zich de gebeten hond en overeenkomstig de situatie en in ampel overleg met haar raadsman liet ze wat geluiden horen die een gebeten hond kenmerken. Voor de goede orde vermeld ik nu, dat de belangen van Briër worden behartigd door mr. Leon J. A. Sprenger, deeluitmakend van het „Advocatenkollektief te Leiden". Hoogenboom heeft zijn toevlucht gezocht bij mr. A. N. Huizenga, van Wortelboer Huizenga, residerend aan de Laan Copes. Ook binnen de vaderlandse advocatuur zijn stromingen te onderscheiden. Zo zal het kollektief zich eventueel met de jurisprudentie kunnen bezighouden in de onmiddellijke bereikbaarheid van een koud pilsje; misschien eerder dan de geachte confrères die in 's Gravenhage geassociëerd zijn binnen een Kantoor, en die geen toga huren, maar deze zelf bezitten. Aan beide zijden is het recht evenwel in goede handen; men is opgeleid tot eenzelfde spitsvondigheid, en tot vóór de rechter zitten de geachte confrères elkaar in de pruik. Tot de wederzijdse bestrijdingsmiddelen behoort ook schriftelijk verweer, en aan beide zijden worden brieven uitgewisseld die niet van tikfouten gespeend zijn. Gelukkig maar, want zo menselijk zijn advocaten ook wel weer. Tot nog toe leek het, dat Hoogenboom blotelings en onbeschermd de tirade van Briër moest doorstaan, maar advocaat Huizenga komt nu in de tactische aanvalsspits met een tank vol tegenbewijzen, materiaal dat er niet om liegt. Ik zal proberen, de voornaamste punten in het kort weer te geven. Degenen die er nu al genoeg van hebben, kunnen ophouden met lezen, maar voor de op sensatie belusten heeft mr. Huizenga nog wat in petto. „Mejuffrouw Briër heeft besloten uit te treden (ofschoon ze nooit in een convent heeft gezeten, T.P.) en cliënt Hoogenboom moest verder maar in z'n eentje de school voortzetten". Nadat ze deze wens kenbaar had gemaakt, gaf Briër enkele interviews weg. „Briër heeft beweringen geplaatst die mijn cliënt in een kwaad daglicht stellen en derhalve Op mijn omwegen door stad en land kom ik graag mensen tegen. Elke morgen tussen tien en elf uur kunt u mij telefonisch vertel len wie u graag in deze rubriek zou willen tegenkomen. Het nummer van mijn geduldi ge telefoon is 071-122244; u kunt dan naar toestel 18 vragen. zijn eer en goede naam aantasten en hem bovendien schade berokkenen doordat reeds ingeschreven leerlingen van de balletschool, die door cliënt alleen wordt voortgezet, zich naar aanleiding van de recente publikaties hebben teruggetrokken, en potentiële leerlingen zich niet hebben laten inschrijven", aldus mr. Huizenga. Juiste feiten nu, namens Wortelboer Huizenga: Hoogenboom is er door Briër toe overgehaald om als haar zakelijke compagnon op te treden, ondanks „herhaalde waarschuwingen van mijn cliënt". Het contract tussen beiden werd getekend nadat Hoogenboom, een paar weken eerder, in mei '78 naar zijn nieuwe woning aan de Oranjegracht was verhuisd. Dus niet vóór die tijd. Verder: „Mejuffrouw Briër is wel degelijk uiterst kwistig met geld omgesprongen. Daardoor ontstonden juist de moeilijkheden. In '79 nam zij 44.000 gulden op en cliënt 30.000; in 1980 51.000 en cliënt 12.000 gulden. De jaarstukken werden opgemaakt door Bureau Zirkzee. Verder spendeerde Briër in 1980 23.000 gulden aan de voorstellingen in de Leidse schouwburg, waar slechts een batig resultaat van 1798 gulden tegenover stond. Mijn cliënt heeft zich hierbij steeds slechts met tegenzin neergelegd". Naar het verloop der onderlinge gesprekken kan men slechts gissen. Eind 1980 waren er, door de grote kosten en hoge opnamen van mejuffrouw Briër geen liquiditeiten meer voorhanden. Daardoor heeft de mejuffrouw in 1981 geen geld meer kunnen opnemen ten laste van de v.o.f.; hetzelfde geldt overigens voor mr. Huizenga's cliënt Hoogenboom. „Dit is de reden waarom mej. Briër van mijn cliënt afwilde. Het had niets te maken met enige belemmering die cliënt haar in haar creativiteit oplegde: daarin was zij volledig vrij, en cliënt bemoeide zich daarmee in het geheel niet Mej. Briër is ermee begonnen te pogen mijn cliënt kwijt te raken als compagnon door hem allerlei onfrisse onbewijsbare verwijten te maken. Materiaal daarover is beschikbaar". Via aantoonbare gegevens werd duidelijk, dat Briër ervoor heeft gekozen om niet zélf met de balletschool voort te gaan. Zonder dat overeenkomst was bereikt over afkoopsommen e.d. heeft Marjolein Briër haar beslissing genomen. Nog eind augustus van dit jaar heeft Hoogenboom met nadruk verklaard (volgens zijn advocaat), dat hij het liefst „samen met mejuffrouw Briër verder zou willen gaan". Briër zou zo was door haar toegezegd zorgen voor een lesrooster voor het komende seizoen. Volgens raadsman Sprenger (in brief van 3 september j.l.) kon zij daar voor zorg dragen. Enig uitblijven daarvan zou een verklaring kunnen zijn voor het antwoord op boze telefoontjes van ouders die een dochter willen opgeven en dan van Hoogenboom te horen kregen, dat Briër een rooster zou opstellen, volgens afspraak. Ook moest Marjolein ervoor zorgen, dat geluidsapparatuur en inventaris weer terugkwamen in de studio aan de Oude Vest. Een Vennootschap Onder Firma in ontbinding. Het riekt allemaal wel erg. Marjoleins balletten zijn ooit roze, wit en, hoe dan ook, helder en soms zwart, maar spiritueel en gedreven van conceptie en opbouw geweest. Ten koste van wat een ontketende ziel daaraan wilde besteden. Wat dat allemaal heeft gekost, weten alleen de insiders. Het moet uit de „klauwen zijn gelopen". En ik weet wel een beetje hóe, want de kunst gaat vóór de baat uit, in vele gevallen. Persoonlijk leed en persoonlijke afbraak komen in de openbaarheid, en rechtskundige adviseurs en belangenbehartigers „van partijen" liggen op de loer om elke publicistische miskleun juridisch en gehonoreerd te kunnen afstraffen. Het is net zo onberekenbaar als in een leeuwenkooi: elke grauw en klauw en douw kunnen maar beter binnen de tralies van het beestenspul blijven. In een circus zijn soms al slachtoffers genoeg; maar daar worden wel „plaatjes" van geschoten. Inmiddels heeft mr. Huizenga mij voorzien van ettelijke gekopieerde velletjes vol cijfers en bedragen, opgenomen in een brandbrief aan zijn confrère Sprenger. Over en weer elkanders dienstwillige confrères. Huizenga geeft in een post scriptum aan Sprenger nog iets te kennen: „Uw rekenapparaat staat nog bij mij thuis". Waarschijnlijk, althans mogelijk, heeft mr. Huizenga zich op dat apparaat uitgeleefd. ÏEMEENTE HEEFT NIEUWBOUWPLAN BEJAARDENWONINGEN: ASSENAAR De 70-jari- „actieleider" F.W. Mul- r heeft de tot mislukken J doemde strijd ook opge- tven. Het statige en vredi- e, maar volgens de brand eer „brandgevaarlijke", uize Nieuw Rijksdorp aan Berkbeistraat in Wasse- -p lar is overdag praktisch n (gestorven. Aanbellen bij 132 kamers tellende pand £eft pas na enkele pogin- •t n resultaat: Iemand van n :t al ontslagen, maar in k geval tot november nog u wwezige, personeel ver- Ijst, uit het raam han- nd, naar een open zijdeur, nverigens heeft directeur »t -S. de Visser een soort 0 tnsion gesticht en onder n it mom van 'Ik moet toch ebk leven' 14 nieuwe huur- rs toegelaten. De gemeen- heeft echter plannen om de plaats van Nieuw Ijksdorp zo'n 30 tot 40 be- x ardenwoningen te bou- s. e 82-jarige mevrouw M.J. s ibbeler is de enige van 19 n jaarde bewoners, die nog 'er is. Zij is invalide en moet soms gebruik maken van een rolstoel. Ze wil in Wassenaar blijven, of in het uiterste geval naar Voorburg gaan. Maar voorlopig kan ze daar niet terecht. Voor haar zit er dus niets anders op dan in Nieuw Rijksdorp te blijven. „Ik ben al blij dat ik m'n ge loof (gereformeerd) heb, an ders was ik er allang onder door gegaan", zo zegt de be jaarde dame. Mevrouw Hibbe- ler woont al zeven 'jaar in Nieuw Rijksdorp en wil nu graag naar het tegenover Nieuw Rijksdorp liggende Sophiekehuis. Van de „bezet ting" van Nieuw Rijksdorp sinds eind juli moest ze niks hebben: „Dat doen die kra kers allemaal en daar hou ik niet van". Mevrouw Hibbeler heeft niet zo veel hoop voor de toekomst. De urgentiever klaring die zij twee jaar gele den kreeg, heeft blijkbaar nog niet erg geholpen. „Ik wacht maar af", klinkt het half be rustend, half hoopvol. Voor de directeur is de ex ploitatie van Nieuw Rijks dorp, dat wegens 'onvoldoen de beiaarden' nu geen bejaar dentehuis meer mag heten, naar eigen zeggen nog maar nauwelijks rendabel. De 14 nieuwe mensen betalen alleen huur, terwijl de 19 bejaarden zo'n 2500 gulden all-in moes ten neertellen. De directeur hoopt nog wel de sinds het ge bod tot sluiting betaalde per soneelskosten op de overheid kunnen verhalen. De Visser, die niet kwijt wil hoeveel huur hij van de nieuwe bewo ners krijgt, is door de 'ge dwongen verhuizing' van de bejaarden van Huize Nieuw Rijksdorp niet veel meer dan een kapitein van een zinkend schip geworden. De directeur zelf zegt hierover: „Ach, ze zijn al zo lang bezig. Er lopen nog bezwaarschriften, het kan nog Wel even duren". Hij is nu in elk geval al aan het solliciteren geslagen en heeft zich bij het Gewestelijk Arbeidsbureau als werkzoe kende laten inschrijven. Het wil overigens ondanks 21 jaar ervaring nog niet zo lukken. „Het is moeilijk ja, je moet voor dit soort baantjes al gauw een katholieke levens overtuiging hebben". Totdat de gemeente Wassenaar defi nitief besluit over Nieuw Rijksdorp genomen heeft, kunnen de 14 huurders blij ven. Exploitatie De Visser kan Huize Nieuw Rijksdorp zeker nog tot het einde van dit jaar exploiteren, hoewel een architectenbureau uit Soest binnenkort al plan nen gaat uitwerken. Plannen voor naar schatting 30 tot 40 bejaardenwoningen. Wasse naar zelf is nog uitgebreid be zig om uit te laten zoeken, hoe De Visser en de nieuwe bewo ners „verdreven" kunnen worden. „Er is door de komst van die 14 mensen nu een volstrekt nieuwe situatie ont staan, volgens de gemeentelij ke voorlichter. „En wat moet je daar nou aan doen, het is net als met het kraken van panden. De gemeente heeft nu in studie wat het best kan worden gedaan. Dat kan even duren. Maar als er brand uit breekt is De Visser eerder verantwoordelijk dan de ge meente". En de kans op „een brandje" is wellicht groter ge worden, omdat de bewoners Mevrouw M.J. Hibbeler: Afwachten... zelf hun potje moeten koken. De commandant van de brandweer in Wassenaar, Jansen, had eens „voorzich tigjes" verklaard: „Ja, wat is gevaarlijk? Als ie in een auto rijdt is dat ook gevaarlijk". Het brandweerrapport liet aan duidelijkheid niets te wensen over; Van „bordpa pier" was het in 1895 gebouw de Nieuw Rijksdorp nog niet, maar brandgevaarlijk wel de gelijk. Bovendien zijn de vluchtwegen volgens de brandweer onvoldoende. "TDEN „Heeft het college van bestuur t gehandeld door prof. J. Greyling van uidafrikaanse universiteit van Durban- tville te ontvangen?". Deze vraag werd eravond gesteld door universiteitraads- D. Koelega van de Progressieve Partij, leer Koelega vroeg zich ook af waaróm £idse universiteit deze professor eigen- heeft ontvangen, waarbij hij onder r verwees naar drie jaar geleden geno- I raadsbesluiten om contacten met Zuid- ika zoveel mogelijk te beperken vanwe- de apartheidspolitiek die er wordt ge- d. 'benadrukte hij dat de Nederlandse rege- onlangs het zogeheten cultureel verdrag dit land om dezelfde redenen heeft verbro- De heer Koelega had vooral kritiek op de handelwijze van de universiteit rond de ont vangst van de geleerde. Prof. Greyling had zich begin september per brief gericht tot de Leidse universiteit met de vraag of hij daar welkom was. Hij wilde onder meer de structuur binnen de universiteit bekijken en tevens de mogelijk heid bezien of enkele (Indische) studenten in oosterse wetenschappen hier kunnen studeren. Het antwoord op zijn verzoek om te worden ontvangen heeft de professor niet kunnen af wachten. Hij heeft dan ook niet kunnen ingaan op de vraag van de universiteit om zijn bezoek wat nader te willen toelichten en stond half september plotseling op de stoep. Na zijn kort stondig bezoek liet hij toch een soort nadere verklaring op schrift achter, waarin hij vertelt dat hij tegen apartheid is en op een universiteit werkt die speciaal voor Indiërs is opgericht. Vragensteller Koelega stelde dit geschrift nu juist aan de kaak. „De universiteit kan iemeand toch niet objectief op betrouwbaarheid testen door hem te vragen daarover zélf een brief te schrijven?", zo vroeg hij. Zijn navraag bij de Boycot Outspan Actie leerde dat de Durban University van de Zuidafrikaanse professor „niet zo'n nette" instelling is. Deze universiteit is in 1959 opgericht naar aanleiding van het ^oen uitgevaardigde verbod voor kleurlingen om te studeren aan de bestaande wetenschap pelijke instellingen. Door dit verbod waren kleurlingen niet meer welkom in de banken van de bestaande Durban University en werd de University of Durban-Westville opgericht. Koelega ziet in deze afzonderlijke stichting, met instemming van het regiem, „een duidelijke steun" aan het apartheidsbewind van Zuid-A- frika. Het college van bestuur van de Leidse universi teit schreef in een brief eerder deze maand waarin aan de raad over het bezoek van de professor werd bericht „geen strijdigheid te kunnen constateren met de door de raad aange nomen motie van drie jaar geleden" (over de genoemde af te koelen relatie met Zuid-Afri- ka). Na het relaas van de heer Koelega in de raad gisteravond wilde bestuurslid Sicking al vast wel de opmerking kwijt dat hij daarin „een insinuerende toon" meende te bespeuren. Overigens wordt de indiening van de vraag nog eens schriftelijk overgedaan, waarna over on geveer anderhalve week ook weer schriftelijke beantwoording zal plaatsvinden. Mocht dit on bevredigend zijn dan overweegt Koelega een motie van afkeuring in te dienen. LEIDEN „De buitenwereld moet nu wel een behoorlijk slecht beeld van de universiteit hebben". Dit zei gisteravond raadslid G.J.Jansen in de universiteitsraadsvergadering naar aanleiding van de recente uitlatingen van de Leidse socioloog Van de Vall. Zoals eerder gemeld stelde deze hoogleraar in een interview met het universiteitsblad Mare dat er aan „zijn" instituut „zo tenmin ste twaalf medewerkers kunnen vertrekken zonder dat het on derwijs of onderzoek bij sociologie daar schade van ondervindt". Hij is het niet eens met het bezuinigingsbeleid op het instituut, dat naar zijn zeggen talrijke vaste medewerkers met „minimale wetenschappelijke productie" bevoordeelt boven jonge en veel belovende krachten. Uit protest tegen dit beleid dreigt hij zelfs het onderwijs op het instituut te staken. Raadslid Jansen vroeg het college van bestuur om nader onder zoek en uitleg van de gang van zaken op het sociologisch insti tuut. BURGERLIJKE STAND LEIDEN Geboren: Rachel dv. K. J. de FelJ en L. Overduln, Steven zv. J.W. van der Voort en S. C. C. Erades, Carlen Jeanne dv. W. A. Caljouw en J. H van Dijk, Suen Wal dv. K. W. Chau en C. M. Suen, Cenglz zv. H. Narln en E. Ylldlz, Johan Martin zv J. Konstapel en W. J. Lubbers, Sandy dv. J. van der Vijver en C. W. van der Linden, Addy zv G. Molenaar en A. van der Toorn Rlcardo zv. J. J. van Oosten en C. van Heljnlngen, Katja dv. H. W. Arkeveld en J. M. van Nlekerk. Jantlne Eveline dv. J. Slappendel en C. Ouwehand Joseph Paul Johannes zv. P. A. H. M. Grooten en J. A. M. K. van Veldhuizen. Martola Ilse Hendrlka dv. A. de Geus en M. Y. W. M. Isphordlng. Geertje Jacoba dv G A. van der Poel en C. H. HeIJmans. Nlcolette Catharine Theodora Maria dv. T. G. P. H. Focke en A. G. M. M. van Eeden, Fabian Nathaniel zv. C. de Graaf en P. C. Sanders. Antonla Wllhelmlna dv. F. J. van den Eljnden en J. C. Joosen Chantal dv. A. van der Plas en J. M. Coenraad. Carolina Maria Jacoba dv. H. J. F. Klerx en M. A. H. de Wit, Bobby zv. P. M. van Dam en I. Stam, Patrick Jacobus zv. J. M. Slingerland en P. L. Ossevoort. Bert zv. L C. de la Rle en J M. M. Hermsen. Renate Henrlca Cornelia dv. H. A. van Gellecum en W. C. Hillebrand. Cornells Theodorus zv. H. J. van Leeuwen en M. J. Mathot. Marre- tje Hendrlka dv. P. Voshol en M. J. Snijder, Anne-Marleen Jacoba Cornelia dv. A. G. van der Spek en A. B. M. M. Opdam. Kevin Paul zv. J. P. O'Shaughnessy en E. H. van Seek, Katharlna dv. A. J. A. M. Emmers en M. E. J. van den Dries Anne Marijke Beatrijs dv. E. L. P. Hesslng en J. C. Wagner, Evelien dv. J. van der Meij en A. van Hout. Overleden: E. Gullckx. geb. 21/3-1970 man, W. B. Spaanderman, geb. 14/9- 1981 man. F. van Nlerop. geb. 21/2-1923 man. D. Bonnet, geb. 11/4-1911 man. J. Ouwerkerk, geb. 30/10-1916 man, M. C. Frljda, geb. 22/9-1943 vrl echtg. van C. Dolkens. N. P. A. Oudheusden, geb. 17/7-1903 man, G. A. An- nokkèe, geb. 2/6-1907 man. J. van der Hoeven, geb. 31/10-1915 man, L Spij ker. geb. 28/6-1893 vrl. geh. gew. met G. J. F. van Berkel, P. W. Blom, geb. 11/11-1917 man, A. Westerduin. geb. 20/9-1899 vrl. geh. gew. met L van der Zwan. M. S. van Helden, geb. 12/9-1920 vrl., P. F. W. Mlnderman. geb. 8/2- 1901 man. Gehuwd: N. G. C. Nachtegeller en E. J. Louws, R. A. van der Hansz en M. H. Asln, C. H. Hoppers en Y. Neuteboom. J. C. Vreeken en M. M. van der Hoeven, A. J. T. A. Krulnlng en J. W. Hartevelt. H. van Houten en B. J. Bulsslnk. VALKENBURG Geboren: Ralph, zn. v. J. Zwitser en G. Waldeck. Jurjen Jo- hann August, zn. v. O.A.P. Gaarlandt en R. Melnders. Sophia Marlssa. dr. v. A. Oosterlee en G.Y. Jansen. Theo teunls Cornells, zn. v. W. Harteveld en N E Ouwehand. Ilona Edwlna. dr. v. A.J. Imthorm en S. Slijkhuis, Glsbert Dirk. zn. v. D. Meljvogel en D.M.C. Slootweg. Ytje Maria Elisabeth, dr. v. A.J. van Delft en W.E. Koning. Kim Patricia, dr. v. W.A. Binnendijk en C.LJ. Binnendijk. Gehuwd: W.B. M< lenaar, J. Sink* e

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1981 | | pagina 5