fmmt ~4rJ3& Roofinsekten, schimmels en parasieten effectieve wapens in plaagbestrijding 1 Zeer oude nederzetting gevonden bij Uitgeest BINNENLAND LEIDSE COURANT VRIJDAG 18 SEPTEMBER 1981 PA< Ook bij Assendelft zijn opgravingen aan de gang. Daar zijn de resten van een boerderij van 600 vóór Christus opgegraven, zoals wij gisteren hebben gemeld. Een archeoloog houdt een aardewerk pot in de hand, terwijl op de voorgrond de resten van een wiel zijn te zien met een ijzeren asgat (foto rechts). UITGEEST Bij de afgravingen van een terrein nabij het gehucht Dorregeest (bij Uitgeest) in Noord-Holland zijn de resten van een nederzetting uit de derde eeuw blootgelegd. De vele voorwerpen, zaden en dierlijke en menselijke overblijfselen die zijn gevonden zijn van groot archeologisch belang en geven een duidelijk inzicht in de wijze waarop de mensen toen leefden. Het staat vast dat zij een levendige ruilhandel dreven met de Romeinse bezetters, die op enkele tientallen kilometers van de neder zetting waren gestationeerd. Aan het begin van onze jaartelling was dat deel van Holland, eerst een soort waddengebied, zover opge droogd dat de mensen zich op de zandruggen konden vestigen. De nederzetting uit de Romeinse tijd bleef bewoond tot rond het jaar 400. Op het terrein dat door de Rijkdienst voor het oudheidkundig bodemonder zoek uit Amersfoort wordt afgegraven zijn onder meer resten van waterputten gevoftden, maar ook enige gra ven met goed geconserveerde skeletten van de oor spronkelijke bewoners. Naast resten van huizen, ge maakt van leem, gevlochten biezen en riet en inheems aardewerk zijn er veel Romeinse „importartikelen" te voorschijn gekomen: Bronzen sieraden, zoals mantel spelden, fragmenten van bronzen vaatwerk en munten uit de tweede en derde eeuw. Ook zijn er veel zaden gevonden van gerst, haver, lijnzaad (vlas) en duivebo- nen. De derde eeuwse bewoners verzamelden ook wilde planten en vruchten. Er zijn zaden gevonden van ha zelnoten, bramen en vlierbessen. Botten van runderen, schapen, geiten, varkens en paarden wijzen erop dat er naast landbouw ook veeteelt werd bedreven. De in heemse bevolking leefde van de ruilhandel met de Ro meinen, die zij vee, vlees, huiden, leer, linnen, wol en moerasijzer leverden. De rijksdienst is zeker nog tot volgend jaar met het onderzoek bezig. Het tot nu toe best geconserveerde skelet uit de derde eeuw is gevonden bij opgravingen in Uitgeest, waar een nederzetting uit de Romeinse tijd is blootgelegd. Het geraamte is van een man van 1.70 meter lengte (foto links). NS wil dubbeldeklp naar eigen ontwerp UTRECHT De minister Zeevalkii verkeer en water; stemming gevraagd i bouw van 75 dubbelj tuigen, die in Aken gen ontwerp van de ten worden gebouwd Als de order van 95| doorgaat, kan de briek de rijtuigen in veren. Tot die tijd hui treinen van buite spoorwegen om de gr het reizigersverkeer ai te vangen. De dubbelt) nen worden ingezet tu kop van Noord-Hol' Amsterdam. De Net industrie zal zoveel bij de bouw van de treinen worden ingei Bezwaar tege pensioenkorl niet gegrondw DEN HAAG Hi meen Burgerlijk Pt fonds is het niet e< het bezwaar van ongt gepensioneerde ambj^ tegen de korting op hj sioenen. De korting houdt in djfo kantietoeslag aan eew mum wordt gebonden» de toeslag omlaag gaan naar 7,5 procent. De,d vloeit voort uit de loon» gel die de voormalige Albeda per 1 januari af de. Salarismaatregelen ir bij ambtenaren meesljp in hun pensioenen. Dep» naren meenden gegrofc zwaren te hebben, omft gens de pensioenwet z« ting moet worden vapl in een algemene mit van bestuur, hetgeen i gebeurd. WAGENINGEN Ongewenste eters als insekten, rupsen en mijten heten al snel een plaag. Daarom duikt er in de wild groei van specialisa ties een nieuw feno meen op: de „insect- control-expert" ofte wel iemand die er zijn vak van maakt insek- tenplagen onder con trole te brengen. Wat vindingrijke breinen in de loop der jaren al niet aan oplossingen hebben aangedragen, daar neem je je pet voor af. Schimmels, virussen en hormo nen zijn in de striid geworpen teneinde de vraatzucht van plaag- insekten binnen de perken te houden. Want elke hap gaat ten koste van de mens, die het onder ste uit de kan wil hebben. Wat ze in India nog maar enkele jaren ge leden tegen me zei den: „Bestrijdings middelen zijn goed, want wij verkopen ze" gaat niet meer op, want het biologische denken is in opmars. De spuitbus ruimt het veld voor de sluip wesp en de roofmijt, terwijl ook oorwur men, lieveheersbees tjes en zweefvliegjes een stevige biologi sche duit in het be- strijdingszakje doen. Geen insecticiden meer die niets ont ziend vriend en vijand om zeep hel pen, maar selectieve bestrijdingsmethoden die korte metten ma ken met één bepaalde soort en alle andere ongemoeid laten. Aan het woord is prof. dr. J. de Wilde die deze week in Wa- geningen een interna tionaal congres af sloot, waar kopstuk ken uit binnen- en buitenland het thema „De insektenbestrij- ding van morgen" be handelden ter gele genheid van de 65e verjaardag van deze hoogleraar. De Wilde staat bekend als voor vechter van alterna tieve en biologische bestrijdingsmethoden, gebaseerd op kennis van het insekt en zijn relatie met zijn voed selbron, de plant. Hij stond aan de wieg van het onderzoek naar de zogenaamde geïntegreerde bestrij ding van plagen, waarin naar de beste combinatie gezocht wordt van biologische en chemische midde len en methoden. „Nog steeds", zo zegt hij nadrukkelijk, „zijn er bestrijdingsdeskun- digen die aan het oude geloof van de volledige uitroeiing van bepaalde insek ten vasthouden. Maar die uitroeiingsgedach te is onverenigbaar met zorgvuldig be heer". Wetenschappers en onderzoekers, die met eindeloos geduld ja renlang veldwerk hadden verricht of belangwekkende re sultaten hadden ge boekt, waren vanuit de hele wereld naar het symposium geko men om verslag uit te brengen. Daaruit bleek overduidelijk dat de biologische be strijding in opmars is. Meestal is een plaag te wijten aan de in voer van landbouw- planten met aanhan gende plaaginsekten. Het gesleep met deze planten heeft weer gesleep met roofin- sekten en parasieten tot gevolg. Een insek- tensoort als zodanig is nooit schadelijk, maar bepaalde hoeveelhe den ervan kunnen zich onder gunstige omstandigheden tot een plaag ontwikke len, vaak het gevolg van menselijk ingrij pen. Coloradokever Een sprekend voor beeld daarvan is de coloradokever, die in Mexico wilde nacht schade als voedsel bron verkiest boven de aardappel, terwijl hij op veel plaatsen in Europa en Amerika ware plagen veroor zaakt in de aardappel cultuur, doordat daar geen nachtschade, meer voorhanden is. Eén van de belang rijkste conclusies van het symposium was voorts dat het insekt speciale zintuigen heeft om signalen van hun specifieke voed selplant op te vangen. Iedere plant heeft minstens één insekt dat hem als voedsel bron gebruikt Daar op is een van de be strijdingsmethoden gebaseerd. Verander de smaak van het aardappelblad en de volwassen colorado kever komt niet meer, terwijl de larve vergeefs op het blad zit en wacht tot hem prikkels bereiken die hem tot eten zullen aanzetten. Als ze uit blijven legt hij door uithongering het loodje. Het lijkt verbazing wekkend dat er maar twee roofinsekten zijn die vrijwel alle plan tenziekten de baas kunnen: de sluipwesp en de roofmijt De roofmijt, die puur toe vallig uit Peru meek wam op orchideeënk- nollen, bleek een ac tieve vreter, die dol is op de beruchte fruit- spintmijt. Ook de sluipwesp is een veel vraat die niet kies keurig is in zijn dieet. Bladrollers, motjes, bloedluizen, spintmij- ten en witte vlieg, waarvan onze kassen rijkelijk voorzien zijn, betekenen voor hem luilekkerland. De be strijding met roofmij- ten wordt al op zo'n grote schaal toegepast, dat ze massaal in fles jes te koop zijn en ex portartikel zijn ge worden. Het is maar hoe je het bekijkt. In China jagen ze een den door de rijstvel den en ook dat is ef fectief gebleken tegen bepaald ongedierte. Er zijn allerlei metho den om de insekten- bestrijding biologisch aan te pakken. Door middel van cultuur- maatregelen, zoals het kweken van kleine boompjes met een gladde stam, die veel minder insekten aan trekken dan grote bo men met een ruige stam. En eerder zaaien of later oog sten, zodat je de pe riode waarin een be paald insekt vliegt, vermijdt. Het invoe ren van natuurlijke vijanden, dat altijd moet gebeuren bij een plaag die ook inge voerd is. Een voor beeld daarvan is de bloedluis die uit Ame rika komt en die hier geen vijanden heeft, zodat hij welig kan tieren. Pas nadat de sluipwesp was inge voerd, werd de plaag weer onderdrukt. Bij een inheemse plaag hoeven geen vijanden te worden ingevoerd, want die is er al. Maar vaak is dan deze inheemse vijand niet voldoende werkzaam omdat hij bijvoorbeeld door be strijdingsmiddelen is uitgeschakeld. Dat komt in ons land voor bij de spintmijt Zijn vijand, de roofmijt, moest plaatselijk weer worden ingevoerd. Nauwe relatie Er is een nauwe rela tie tussen het insekt en zijn „gastheer- plant". De beruchte Floridamot, een grote rupsensoort uit Ame rika, komt veel voor in kassen voor de bloementeelt. Hij is dol op het kasklimaat en op chrysanten. „Er zijn allerlei dingen geprobeerd om hem in te tomen", legt dr. P. Gruijs, directeur van het Rijksinstituut voor Natuurbeheer uit, die het als voor malig onderzoeksbe- heerder van de proef- boerderij De Schuy- lenburg kan weten, „tot een nieuw ont wikkeld insecticide toe. Nu zijn er erg hoopvolle resultaten met viruspreparaten, die kunstmatig te fa briceren zijn". Ook de roofmijt bleek een liefhebber van het kasklimaat en de kas- spintmijt te zijn en dat kwam goed uit. Want de mens trekt zijn neus op voor komkommers, toma ten en paprika's met aangevreten huidje, maar de roofmijt lust van de boosdoeners wel pap. De biologi sche bestrijding begon dan ook in komkom- merkassen. Maar het is allemaal niet zo eenvoudig als het lijkt. Om bij die komkommers te blij ven, een optimale oogst door geïnte greerde bestrijding, het grote ideaalbeeld van het congres betekent in de prak tijk blauwzuurgas om de witte vlieg om zeep te helpen, de roofmijt om de spint- mijt te verorberen en chemische (selectieve) middelen om de meeldauwschimmel de baas te blijven. De appelboom is er nog veel erger aan toe: die staat ook nog eens bloot aan allerlei an dere schimmels, schurft, kanker en vruchtmot. Je kunt wel aan het spuiten blijven.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1981 | | pagina 12