Gouden greep levert zilver en brons op Ruitertop handhaaft zich Hurling, óf: hoe raak je een paar tanden kwijt': KAMERGENOTEN BESLUITEN EK ZWEMMEN GOED Poloverlies tot besluit SPORTTRIBUIME LEIDSE COURANT MAANDAG 14 SEPTEMBER 1981 PAGINA! SPLIT De gouden greep om bij de inkwartiering in ho tel Split Jolanda de Rover en Conny van Bentum op een kamer onder te brengen, hooft Nederland, op de laat ste dag van de Europese zwemkampioenschappen zil ver en brons bezorgd. Terwijl do rest van het gezelschap al aan hot koffers pakken ging, moesten deze twee meisjes zich concentreren op hun laatste race. „Dat was best moeilijk", aldus Jolanda de Rover, „lederen zegt natuur lijk dat je goed moet zwem men, maar zelf zijn ze al klaar". Nu hadden de twee steun aan elkaar en waar dat toe leidde, zijn zelfs de Oost duitsers een beetje van onder de indruk gekomen. Jolanda de Rover, de achttienjarige atheneum-leerlinge uit Bui- tenveldert verbeterde het Ne derlands record op de 200 meter rugsiag met bijna twee seconden en legde als eerste en enige Westeuropese be slag op het zilver. Voor het overige scoorde Oost-Duitsland bij het dames- zwemmen met uitzondering van de schoolslag steeds een en twee. Anett Kuenzel, ver antwoordelijk voor deze „blaam op het blazoen", ver liet met betraande ogen het bad. De twee jaar jongere Conny van Bentum, die even als De Rover in de vijfde klas van het atheneum zit, duwde al even energiek tegen het Oost- duitse overwicht aan. Bij haar eerste bronzen medaille (op de 100 meter vrije slag) was het verschil met de donker ge- vooisde DDR-zwemsters nog een volle seconde, nu was het beduidend minder. „Ik denk dat Conny de stap heeft gemaakt naar de kans- hebsters" stelde bondscoach Bert Sitters tevreden vast. „Zo van: daar wordt op gelet". De Barneveldse zwemster is met recht de opvolgster van Enith Brigitha, die in 1976 bij de spe len van Montreal met precies dezelfde tijd ook derde werd. Brigitha heeft altijd de pech gehad tegen superzwemsters als Cornelia Ender en Barbara Krause te moeten aantreden. De huidige Oostduitse vrij- eslagzwemsters missen die klasse. De donkerblonde win nares Carmela Schmidt die eerder de 800 meter op haar naam had gebracht, bleef bo ven de twee-minutengrens ste ken. Nog een klein rukje en Van Bentum kan haar aan. Of dat er echter van zal ko men, is zeer de vraag. In Ne derland is de volgorde nog al tijd: eerst school en dan zwem men. In de DDR is dat omge keerd. Vier uur per dag trainen is daar normaal. Bert Sitters acht het mogelijk zo ver te gaan zonder dat de optreden de bijverschijnselen van een dergelijke belasting hormonaal moeten worden weggewerkt. De praktijk is echter, dat in Nederland zwemsters niet meer dan een uur of tien in het water liggen. „Al zou dat best vijftien uur kunnen worden, als het aan mij ligt", aldus Sitters. Voor zowel De Rover als Van Bentum is het mooi zo. De school gaat voor. Zeker nu de een anderhalve week en de an- SPLIT Het Nederlandse waterpolo-zevental heeft zaterdag- midag zijn laatste duel bij de Europese titelstrijd in groep A met 27 verloren van Hongarije. De periodestanden waren: 12, 13, 0—0, 02. Nederland zal zijn plaats in de A-groep van het toernooi om het Europese waterpolokampioenschap moeten verdedigen tegen Tsjecho-Slowakije en Griekenland. Laatste uitslagen: Sovjet-Unie—Roemenië 98 (32, 1—3, 3—1, 2—2); West- Duitsland—Joegoslavië 106 (2—1. 33, 1—0, 42); Spanje—Italië 99 (1— 2. 2—3. 3—2, 3—2). Eindstand: West-Duitsland Sovjet-Unie Hongarije Joegoslavië Italië Roemenië Nederland 7 6 1 0 13 67—49 7 5 1 1 11 62—53 7 4 2 1 10 54—45 7 3 0 4 6 54—62 7 1 3 3 5 55—60 7 1 2 4 4 55—63 7 2 0 5 4 49—56 7 1 1 5 3 47—55 der drie weken van het nieuwe schooljaar heeft moeten mis sen". Maandag om half negen begint voor hen het gewone le ventje weer", stelde Sitters met een ondertoon van spijt vast. „Ze hebben telefonisch hun lesrooster opgevraagd om te weten wat voor boeken ze moeten meenemen. Jolanda de Rover en Conny van Ben tum spelen met de gedachte om over twee jaar als de school erop zit meer te gaan trainen. Dan valt het woord Amerika. Op financiële steun van de KNZB behoeven ze niet te rekenen. Bert Sitters weet eigenlijk niet eens of hij een dergelijk plan moet toejuichen. We hebben zo onze ervaringen uit het verleden. Ik ben bang dat heel wat trainers theore tisch niet zo best geschoold zijn. Het is daar echt een survi val of the fittest". De bondstrainer keert naar huis met een equipe, die een maal zilver en driemaal brons heeft gewonnen. Een achteruit gang ten opzichte van vier jaar geleden in Joenkoeping, toen zes medailles werden gepakt. Maar het is heel wat meer dan iemand mocht verwachten na de nationale kampioenschap pen in Amersfoort, waar nie mand de persoonlijke limieten haalde. De metamorfose, die zich sindsdien heeft voltrok MÜNCHEN De Nederlandse springruiters hebben zich tijdens de strijd om de Europese titels in München uitstekend laten gelden. Het homogene rijden van Nooren, Heins, Hen- drix en Ehrens leverde zaterdag de bronzen medaille op in de landenwedstrijd, achter winnaar West-Duitsland en het verrassende Zwitserland, dat in hetzelfde stadion in 1975 eveneens zilver bemachtigde. In de individu ele wedstrijd was Emiel Hendrix met Livius veruit de beste Nederlander. Hij gaf de elite van Europa tot het laatste toe knap partij om net buiten de medailles te vallen. Met slechts 0,34 strafpunten meer dan de Zwitserse reve latie Bruno Candrian, met het in Nederland gefokte paard Van Gogh, werd Hendrix vier de. Daarmee liet de 25-jarige Limburger talrij ke groten uit de springwereld achter zich. Twee getipte favorieten, de Brit Malcolm Pyrah met Anglezarke en de Westduitser Paul Schoc- kenmöhle met Deister, maakten hun faam wel waar. Pyrah kon echter de 2,03 strafpunten, die hij vrijdag in het jachtspringconcours opliep, niet meer goed maken. Paul Schockenmöhle weigerde een fout te maken en zo volgde hij het voorbeeld van broer Alwin, die zes jaar ge leden eveneens in München Europees kam pioen werd. De grote verliezers waren de Fran sen. In de landenwedstrijd raakten zij zaterdag het spoor volkomen bijster om ontluisterd als vijfde te eindigen. In het persoonlijke eindklas sement kwam slechts een Fransman voor: Pa trick Caron (zesde). Ook in de breedte viel Nederland in München, waar het gisteren de gehele dag regende, in gunstige zin op. Het viertal oranjeruiters plaat ste zich bij de beste twintig deelnemers, iets wat verder alleen West-Duitsland presteerde. Drie Nederlanders reden zich bij de beste tien. Naast Hendrix waren dat Henk Nooren (negen de) en Johan Heins (tiende). Rob Ehrens viel door een zwakke slotronde terug tot de 19e positie.. Emiel Hendrix bleef gisteravond na zijn laatste foutloze rit, die hem overigens niet meer deed stijgen, nuchter als altijd. „Ik ben natuurlijk ontzettend blij met deze vierde plaats", aldus de ruiter uit Baarlo, „maar ik blijf er nuchter te genover staan. Het is nu eenmaal in deze tak van sport zo dat je ook weer heel diep kunt val len. Een goeie wielrenner heeft z'n fiets waar hij altijd op kan vertrouwen. In de paardensport heb je met andere levende wezens te maken. Je weet nooit precies wat er kan gebeuren. Daarom sta ik hier niet al te lang bij stil, hoe mooi het resultaat op zich ook is". Hendrix maakte in vijf parkoersen voor de Eu ropese titels slechts een spFingfout. Dat was op de openingsdag, toen hij als eerste ruiter het jachtspringconcours moest afwerken en zich in de vierde hindernis verslikte. „Ik denk nu na af loop niet eéns zo zeer aan die fout", aldus Hendrix, maar er speelt wel één ding door mijn hoofd: was ik nu maar een seconde sneller ge gaan, dan had ik nu brons gehad". Ook toen hij steeds mooiere uitzichten op een topklasse- ring kreeg had Hendrix zijn zenuwen volledig onder controle. „In de barrage van de grote prijs tijdens Indoor Brabant had ik laatst wel een vreemd gevoel van binnen", zei Hendrix. „Nu heb ik echt niet onder druk gereden. Daar komt bij dat ik op het voorterrein aan Livius al merk of hét goed zal gaan. Dat geeft extra ver trouwen als je binnen komt rijden". De prestatie van Hendrix, die als beginnend ponyruiter ooit nog eens te horen kreeg dat hij het nooit zou leren heeft hem in ieder geval twee dingen opgeleverd. „Ten eerste heb ik er meer zelfvertrouwen door gekregen. Ik ben nu ook tot de overtuiging gekomen dat ik met goed materiaal in de top kan meedraaien. En ten tweede kan ik er nu zeker van zijn dat ik het komende winterseizoen meer wedstrijden voor de wereldbeker zal rijden. Ik heb al con tacten gehad met organisatoren, die mij er graag bij willen hebben. Zo zal ik in ieder geval in Amsterdam, Parijs, Brussel en Bordeaux rij den". Maar eerst maakt Hendrix, met Heins, Nooren en Ehrens de oversteek naar Canada, waar hij over anderhalve week in Calgary uit zal komen in een internationaal concours hippique. Twee onderdelen In de landenwedstrijd, die was uitgesmeerd over de eerste twee onderdelen van het indivi duele kampioenschap, was Hendrix ook de beste man van Nederland. Zaterdag bleef hij in beide manches foutloos, iets wat verder alleen de Zwitser Candrian, de Brit Pyrah en natuurlijk Paul Schockemöhle presteerden. Tot het laat ste moment was het onzeker waar de zilveren en bronzen medailles terecht zouden komen. West-Duitsland was al na de rit van de derde ruiter, Gerd Wiltfang (als titelverdediger kwam hij niet verder dan de veertiende plaats), zeker van het goud. Toen Candrian ook op nul was blijven staan hadden de Zwitsers zich meester gemaakt van het zilver. Alles rit van oud-wereldkampioen I blijven kon Johan Heins niets meer aan de de plaats van Nederland veranderen. Toen Broome tot zijn eigen verbijstering zelfs twee springfouten maakte moest Heins rijden voor wat hij waard was. De 34-jarige ruiter uit De Wijk mocht zich met Larramy één keer vergis sen, hoewel hij dat zelf op dat moment niet wist. „Toen ik een fout maakte dacht ik dat de bronzen medaille door onze vingers was ge glipt", zei Heins nadat hij met vier strafpunten was rond gekomen. „Dat bleek gelukkig niet zo te zijn". Heins was één van degenen, die tevoren zijn vrees had uitgesproken voor de te verwachten zware parkoersen in München. „Dat is me al leszins meegevallen", keek hij terug. „Er is met name vrijdag en zaterdag zwaar gebouwd, maar het is steeds binnen de perken gebleven. Zondag was het zelfs aan de lichte kant". Dat laatste bleek duidelijk uit de talloze foutloze rit ten, waardoor er in de top van het klassement dan ook vrijwel niets meer veranderde. Het enige incident deed zich voor met de Fran se ruiter Jean Marc Nicolas, na het eerste on derdeel nog derde. In de eerste manche van zaterdag raakte zijn paard Mador zwaar ge blesseerd op de driesprong. Het stond zelfs enige tijd op drie benen. Niettemin verscheen hij toch weer voor de tweede manche. Dat dat volkomen zinloos was bleek toen Mador, die zich de pijnlijke aanraking van het hout maar al te goed kon herinneren, opnieuw twee keer op dezelfde hindernis dienst weigerde. De 10.000 toeschouwers konden het optreden van Nicolas allerminst waarderen en lieten dit met een snerpend fluitconcert ook duidelijk blijken. Het enige dat de veterinaire commissie van de FEI die overigens louter een adviserende functie heeft, deed was het paard voor alle zekerheid aanwijzen voor de dopingscontrole. Het resul taat van dat onderzoek kon overigens door de vele te vervullen formaliteiten niet eerder dan over een paar maanden te verwachten zijn. ken, is stêllig toe te schrijven aan het vele werk dat in het drieweekse trainingskamp voorafgaande aan de Europese kampioenschappen werd ver richt. Bij acht van de tien is het gelukt", stelde Sitters vast. Het ploegje van zestien zwem sters en zwemmers haalde veertien finale-plaatsen en evenzovele plaatsen in de B-fi nales. Het aantal Nederlandse records bedroeg tien plus een aantal persoonlijke recordtij den. Conny van Bentum en Jolanda de Rover toonden geen enkele inzinking, schoolslagzwemster Petra van Staveren en lange- afstandzwemster Jolanda van der Meer zwommen zo vanuit de anonimiteit de finales bin nen. Annemarie Verstappen deed van zich spreken als vrije slagzwemster, al verhinderde een opkomende griep, dat zij zich op de 200 meter vrije slag manifesteerde. Van de oude ren voldoet Monique Bosga aan de verwachtingen. Fred Eefting daarentegen maakte zich in het geheel niet waar. Dat beïnvloedde het Neder landse heren-optreden beslis send en laat Sitters achter met de brandende vraag, waarom een enkele uitzondering daar gelaten - zwemsters zoveel be ter te motiveren zijn dan zwemmers. Beleefdheid Met een uit zijn diplomatentijd overgehouden beleefdheidsfa se heeft I.O.C.-voorzitter Juan Antonio Samaranch de Euro pese zwemkampioenschappen in Split gekwalificeerd als te zijn van „Olympisch niveau". Wat de organisatie betreft, kan de Spanjaard daar gelijk in hebben. De Europese titelstrijd was nagenoeg perfect georga niseerd. Het prestatieniveau was echter niet van olympisch niveau. Het feit, dat alleen Ute Gewe- niger een wereldrecord zwom, zegt in dat opzicht genoeg. De lange Oostduitse met het hese stemgeluid domineerde de „scene". Uit het glasheldere water van het imposante zwemstadion dook ze vijf gou den en een zilveren plak op. Viermaal kon zij zich ertoe be perken de concurrentie voor te blijven. Eenmaal, bij de 100 meter schoolslag had zij wer kelijk haar zinnen op een re cordprestatie gezet. Haar mede-finalistes lagen toen meteen vele meters achter. Het was kenmerkend dat voor aanstaande Amerikaanse trai ners in Split ontbraken. Ze hadden er kennelijk niets te zoeken. Het Europese zwem men is nog altijd onderge schikt aan het Amerikaanse en soms een afgeleide daarvan als men de vele in de States voorbereide finalisten in ogen schouw neemt. De Sowjet Uniè was aanvanke lijk oppermachtig bij de heren. Later vielen in dat kamp de te genvallers. Het verlies van Sal- nikov op de 400 meter vrije slag tegen de plaatselijke favo riet Petric kwam hard aan. Op de laatste dag revancheerde tweevoudige olympische kam pioen zich op de 1500 meter vrije slag. Het herwonnen pres- Connle van Bentum wuift vanaf haar podium naar toeschouwers. De Nederlandse zwemster veroverde nieuw brons. Titel bij kunstzwemmen naar Britte SPLIT Nederland heeft de Europese titel kunstzwemme de groepen, die vier jaar geleden werd veroverd, moetei staan. Het kunstzwemmen werd daardoor een compleet gels succes. Groot-Brittannië had immers eerder de indivk Ie titel en het kampioenschap bij de duetten veroverd. Het schil tussen Groot-Brittannië en Nederland was iets meer achttiende punt. Nederland veroverde in Split tweemaal zilver bij het kunstz* men .(duet en groep) en brons in de solo door Marijke Eng* tige kwam de Russische ploeg nengehaald ten koste van goed te stade, want even tevo- metov. Bij de dames lieter ren had de Hongaar Sandor Russen het terrein voll Wladar op de rugslag zijn over aan Oost-Duitsland, tweede gouden medaille bin- DDR won alle onderdelen, AMSTERDAM Het ie een kruising tussen hockey, voetbal en rugby en in prin cipe mag alles. Zo kan de terse volkssport hurling worden getypeerd. Hurling is op het eerste oog zeker de meest gevaarlijke sport die er op de wereld wordt beoefend. Dat het in de praktijk nogal eens wil mee vallen, leert de confrontatie tussen de teams van Wex ford en Clare. Deze ploegen zetten ter gelegenheid van het 50-jarige bestaan van de Amsterdamse hockeyclub Hurley ('het slagwapen') voor het eerst voet op het vasteland van Europa. Be studering van de spelers le vert na afloop toch een be hoorlijke oogst aan halve gebitten op. Want al deed zich zaterdag in het Amster damse Bos geen ernstige verwonding voor, het is toch: hurling, óf hoe raak je een paar tanden kwijt Het is te hopen dat de noeste beoefenaars van deze Kelti sche sport een beetje 'ge zond' snoepen, want als naast de tanden ook nog eens de kiezen afscheid van de hier en daar gapende kaak zouden moeten nemen, blijft er helemaal niet veel meer over. Goed, hurley Is dus gevaarlijk (sommige spelers dragen een helm) en de beoefenaars zijn niet al te knap, maar wat is het nu eigenlijk precies? In ons land kan eigenlijk nie mand dat weten misschien alleen Hans Brian van Studio Sport die ook de link voor de organisatie legde), want het was zaterdagmiddag de eer ste keer dat een hurllngwed- strijd op Nederlandse (maar ook Europese) bodem werd gespeeld. Het jubileumcomité van Hurley had alle moeite gedaan de topteams van Ier land naar Nederland te halen. Wexford en Clare waren de ploegen die pas in de halve finale van de All Irelandfinale werden uitgeschakeld. Kort om, kwaliteit was verzekerd. Het publiek ging er - niet ge remd door enige kennis van de spelregels - eens lekker voor zitten. In de eerste vijf minuten stegen zeker tien keer de oh's en de ah's van de drieduizend kijkers op. Want wat bleekWanneer de doelman (die een voetbaldoel met handen, voeten én een breed slaghout schoon moet houden om drie tegenpunten te voorkomen) de bal met een enorme mep over een lengte van bijvoorbeeld 80 meter het veld insloeg, ston den er telkens zeker zes spe lers klaar om de bal met een enorme opdoffer verder te transporteren. Waarbij ze niet schuwden het risico te nemen een mede- of tegenspeler In het gezicht te raken. Amerikaan Het publiek genoot met volle teugen. Het moet zich onge veer gevoeld hebben als de gemiddelde Amerikaan die zich met zijn gezin en een barbecue-set op de tribune van een voetbalstadion nes telt. Die Amerikaan klapt op I ■rt.'i Hurling, zoals het in Ierland in de volle stadions wordt gespeeld. de verkeerde momenten, maar dat deed het Amster damse (voornamelijk hockey- jpubliek ook. Waar de meest onbesuisde actie onmiddellijk een stevig handgeklap oog- ste, ontving een tactische sterke actie of een Individueel staaltje slechts een afwezige blik. Het publiek begreep er dus niets van, daarom een paar zakelijke mededelingen: de hurley is een gebogen stick met een breed blad. Het slag hout is 10 centimeter op het breedste punt en loopt taps toe. Elk team heeft vijftien spelers. Het speelveld heeft een minimale oppervlakte van 128 maal 77 meter. De bal (met een omtrek van 25 cm) mag worden geschopt of ge slagen, maar niet worden ge dragen (alleen wel met de hurley). Een doelpunt (3 pun ten) wordt gemaakt als de bal geheel tussen de palen en onder de lat komt, uitgezon derd wanneer de bal gewor pen of door een aanvaller in het doel gedragen wordt. Eén punt wordt gescoord indien de bal tussen de palen en over de lat vliegt, behalve dus weer wanneer de bal gewor pen wordt door een aanval ler. Dit zijn de regels en zo moet het dus worden ge speeld. Een aantal facetten maakt de sport echter toch gevaarlijk. Bil l vangbal is het zaak het met kurk gevulde ronde stuk paardehuid onmiddellijk weer af te geven, opdat de tegenstander niet de kans krijgt met zijn hurley in te grijpen. Bovendien zijn er de bovengenoemde luchtge vechten, waarbij rake klap pen vallen. Toch willen de le ren, die slechts door hurling (de bond telt 300.000 leden) bij elkaar lijken te kunnen worden gebracht, daar niets van weten. Eén van de spe lers van Wrexham: „Hard? Hoezo? Ach dat valt wel mee. En mijn gebit? Ja, sorry hoor, maar dat kan altijd gebeu ren". Het Is duidelijk dat de leren werkelijk zo gek zijn van I sport, dat ze de nadelen ook niet van willen lm Maar wat wil je, in het I lopen complete volksmai warm voor deze sport, schouwersaantallen van in de 90.000 zijn daar j uitzondering. Vandaar dat de spelers van Wei en Clare een beetje vre opkeken naar het (welis* overvolle) noodtribunetjs het Amsterdamse Bos. daar zaten de aanwei niet mee, want zij hadden prima middag gehad. En Wexford met 23-18 deed ook niemand pijn. DENNIS MULKl

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1981 | | pagina 18