Vesuvius wordt als goudmijn, gezien, niet als bedreiging Edgar Hilsenrath, een „verdrongen schrijver „MIJN DUITS HEEFT MET DE DUITSERS WEINIG VAN DOEN" <-.■ •:V-- - Vulkanen zijn van nature grillig en hoewel er talloze methoden bestaan om vulkanische activiteit te registre ren, variërend van zeer eenvoudige technieken tot satelietfoto's, is de meest doeltreffende nog altijd een in de buurt van de vulkaan gelegen waarnemingsstation dat dag en nacht een oogje in het zeil houdt. In de meeste landen is dit economisch ech ter geen haalbare kaart Van de ongeveer 500 actieve vulkanen die de wereld telt, hoeft aan de meeste slechts aandacht te worden besteed als een uitbarsting op handen of reeds be gonnen Is. Een sprankje troost kan wor den geput uit de vuistregel dat hevige explosies vaak vooraf worden gegaan door perioden waarin de vulkaan min der actief Is. Maar terwijl zulke romme lende voorbodes dagen, weken, of maanden kunnen aanhouden, kan de werkelijke uitbarsting in enkele uren, ja zelfs minuten zijn geschied. Een oogge tuige van de uitbarsting van de St. He- lens vorig jaar zei, dat de noordkant van de berg In twee of drie seconden werd weggeblazen. Op het Caribische eiland Martinique had de gloeiend hete, onstuitbare substantie die in 1902 van de berg Pelee stroomde, binnen vijf mi nuten de hoofdstad St. Pierre bereikt en de 29.000 inwoners gedood. En toch waren in belde gevallen de eerste spo ren van vulkanische activiteit al enkele weken daarvoor waargenomen. Kort na het actief worden van de vul kaan St. Helens op 27 maart vorig jaar, publiceerde een plaatselijke krant het verhaal dat het de niet uitgesproken wens van vele mensen was dat de vul kaan „als een van de jongste ter wereld een respectabele uitbarsting zou onder gaan die in de hele wereld bewondering zou afdwingen vanwege het magnifieke natuurverschijnsel in de ongeloofelijk mooie, met sneeuw overdekte bergke tens". Na de fatale uitbarsting zeven weken later vroeg een televisiecommen tator zich af, waarom het leger „de berg niet plat maakte" opdat het probleem voor eens en voor altijd uit de wereld zou zijn. DE SLAPENDE REUS BIJ NAPELS KAN BINNENKORT ONTWAKEN Tweeslachtig Deze gevoelens benadrukken nog eens hoe weinig mensen afweten van de kracht van een vulkaan en van de mo gelijkheden om een uitbarsting te voor komen of in goede banen te lelden. Dat een vulkaan die sporen van activiteit vertoont ééns tot een uitbarsting komt, mag dan een gemeenplaats zijn, het is er wel een die maar al te vaak wordt genegeerd. Mensen die spreken van „uitgewerkte vulkanen" maken zich schuldig aan een geologisch understa tement. Verantwoordelijk voor de tweeslachtige houding die de meeste mensen jegens het verschijnsel aannemen zijn, de be perking van actieve vulkanen tot duide lijk omschreven geografische locaties en de sporadisch voorkomende uitbar stingen. Een vulkaan gaat tienduizen den, vaak honderdduizenden jaren mee en als hij dus twee eeuwen lang niet ac tief Is geweest, Is hij niet zozeer dood en begraven alswel even Ingedommeld. De leek is snel geneigd dit te vergeten èn dat vormt een bron van toenemende zorg voor R. Scandone en zijn collega's die belast zijn met het toezicht op de vulkaan Vesuvius. De Vesuvius die in alle geschiedenisboeken vermeld staat als de vulkaan die In het jaar 79 Pom- pejl, Herculaneum en Stabiae verwoest te, leek na de uitbarsting van 1631 waarbij 18.000 mensen om het leven kwamen, gekozen te hebben voor een geregeld leven. Volgens het vaste pa troon kan het gerommel van de vul kaan, dat om de tien vijftien jaar tot een climax komt, met geregelde tussen pozen onderbroken worden door een rustperiode van twee tot zeven jaar. Attractie De vulkaan was het laatst actief In maart 1944 tijdens de Tweede Wereld oorlog toen de strijd om Monte Cassi- no, zo'n 75 kilometer noorderlijker, In volle gang was. Sindsdien heeft de vul kaan niet meer gewerkt, hetgeen de langste rustperiode In 350 jaar is. Als gevolg daarvan bevindt zich onder de twee miljoen mensen die rond de berg wonen, een hele generatie die de vul kaan nog nooit actief heeft meege maakt. Als toeristische attractie is de vulkaan een belangrijke bron van in komsten, vandaar dat de meeste om wonenden de Vesuvius eerder als een goudmijntje dan als een bedreiging zien. Hoe deze mensen op een nieuwe perio de van activiteit zullen reageren is on bekend. Met de uitbarsting van de St. Helens nog vers in het geheugen kan elke uitbarsting, of die nu wel of niet een bedreiging vormt, grote paniek te weeg brengen onder de plaatselijke be volking. De regionale autoriteiten zou den gedwongen kunnen worden over te gaan tot massale evacuatie, al zou het alleen maar dienen ais psychologisch lapmiddel. De druk die als gevolg daar van op de economie zou komen te rus ten, zou een verlammend effect op het functioneren van de samenleving kun nen hebben. Met de mogelijkheid dat het tot een eruptie komt, moet terdege rekening worden gehouden. De hevige aardbe ving die In november vorig Jaar hele dorpen met de grond gelijk maakte, heeft de aardschollen onder Italiö uiter aard niet onaangetast gelaten. Als er zich veel verschuivingen hebben voor gedaan, zouden de rotsen onder de Ve suvius wel eens gedwongen kunnen worden te wijken voor de druk van het gesmolten materiaal dat zich een weg naar boven vecht. De kracht van de uit barsting die daarop volgt, valt moeilijk te schatten. De Vesuvius zou een be trekkelijk kleine stroom lava kunnen uit stoten, maar voor hetzelfde geld voor een ramp kunnen zorgen waarbij de uit- Het wordt niet uitge sloten geecht, dat de jongste aardbeving in Italië, die eind vorig jaar hele dorpen met de grond ge lijk maakte en duizen den slacht offers eiste, de nu nog slapende reus vsn Na pels, de Ve suvius, tot activiteit zal prikkelen. Instabiel Zolang de mogelijkheid van een uitbar sting bestaat en het nog steeds niet mogelijk Is die met zekerheid te voor spellen, zou de bevolking Ingelicht moe ten worden over de ware aard van de Vesuvius. Afgezien van het feit dat hier- door de kans op paniek kleiner zou worden, zou dit initiatief tevens tot ge volg hebben dat er een beleid wordt gevoerd dat is gericht op en rekening houdt met de geologische instabiliteit van het gebied. Want hoewel de lava die door een vulkaan wordt uitgestoten, vaak een heilzame Invloed heeft op de bodemgesteldheid, Is dit een langdurig proces waar vaak generaties overheen gaan. En ondertussen kan het over stroomde land niet gebruikt worden, waardoor de boeren aan wie het toebe hoort niet meer In hun levensonderhoud kunnen voorzien. Maar ambtelijke molens werken In Italië net zo langzaam, misschien nog wel langzamer, als elders in de EQ en de Vesuvius, die ais de „onuitputbare" een hele reputatie heeft waar te maken, zou wel eens actief kunnen worden voordat er een doordacht plan op tafel ligt deugden en zwakheden tet een verbijste rend concentraat dat door de hoofdper soon van de roman, Ranak, met een koele blik maar met een groot gevoel van mede leven wordt weergegeven. Schokkend Was „Nacht" het boek waarmee Hilsen- rath zijn jeugdtrauma's uit het getto van zich afschreef („Het was een soort thera pie voor mij"), In „De nazi en de kapper" rekent hij af met de waanzin van het Duit se fascisme. Het Is het groteske, schok kende verhaal van Max Schulz, de massa moordenaar van de SS die er als een Jood uitziet en die, om het vege lijf te redden, in de Identiteit kruipt van zijn vroegere buur- en speelgenootje, de jood Itzig Finkelstein die In het kamp is omgebracht. Hilsenrath Is erin geslaagd het schijnbaar onmogelij ke gedaan te krijgen, namelijk een satire te schrijven over de Jodenvervolging. „De nazi" Is een briljant geschreven en gecom poneerd verhaal, van een pikzwarte humor die toch de eer en de waarde van de slachtoffers Intact laat. Het Is de schep ping van iemand die lacht om te verhinde ren dat hij anders in tranen uit zou bar sten. Hllsenraths laatste boek, „Bronsky's be kentenis", is wederom een afrekening, van een soortgelijk hoog niveau. Deze keer gaat het de schrijver om zijn ervaringen In het Amerika van de jaren vijftig, die hij als Joods Immigrant aan de periferie van de maatschappij daar heeft opgedaan. Mee dogenloos maar vol humor wordt een sy steem geschilderd waar alleen de prestatie telt, niet de mens. Weer gaat het om een Jungle, waarin Iedereen de weg naar boven zoekt, zonder zich om anderen te bekom meren. Buitenstaander Hilsenrath Is een uiterst bescheiden, vrien delijke man met een grote snor, lang haar waarop een zwart kalotje, verbaasde wenkbrauwen en het meest opvallende aan zijn gezicht boven een half brilletje zeer donkere ogen waarin een droevige ironie blinkt. HIJ heeft Iets over zich van de „born loser" (geboren verliezer), Iets „schlemieligs" dat het ongeluk aantrekt. Dat klopt wel als je hoort hoe het met zijn boeken is gegaan: weigerachtige Duitse uitgevers, faillissementen van uitgevers in de Verenigde Staten en de Bondsrepu bliek als het eindelijk een beetje begint te lopen, geld dat niet los komt, kortom, een lijdensweg tot hij bij Langen Mueller in München sinds enige tijd een goed onder dak schijnt te hebben gevonden. In zijn tamelijk armoedig woonvertrek In Berlijn vertelt hij dat zijn eerste manuscript voor een boek dat hij als veertienjarige jongen schreef (en dat In de oorlog verlo ren ging) als hoofdpersoon een witte neger had. Het lijkt typerend voor de schrijver zelf die overal een buitenstaander is ge worden. Dat was het geval in Palestina, In Frankrijk, In de Verenigde Staten en ei genlijk ook In Duitsland. Het naoorlogse Palestina stelde de voormalige zionist Hil senrath zeer teleur. „De joodse mentaliteit ging er verloren, het werd een heel ander volk, zelfs met enigszins fascistische trek ken. Ik vond er een heel nieuwe wereld, een soort wild-westen, waar een brutale strijd om het overleven gaande was. Nee, dat is me niet bevallen. En dan die waan zinnige Jeugdcultus, het was een land van teenagers, dat is het eigenlijk tot nu toe gebleven". Moedertaal In de Verenigde Staten haatte Hilsenrath vooral het sociale en maatschappelijke sy steem, met zijn talloze strenge, ongeschre ven wetten. De mogelijkheid om zich daar te assimileren sneed hij bewust af door In het Duits te blijven schrijven. Voor hem geldt eigenlijk hetzelfde als voor Heinrich Boell die eens heeft gezegd dat de taal zijn ware „Heimat" Is. Ook Hilsenrath vindt in zijn moedertaal zijn tehuis; dat is ook de reden waarom hij naar Berlijn Is gekomen. „Mijn Duits heeft verder met de Duitsers weinig van doen". Omgekeerd stuit Hilsenrath zowel bij Is raëliërs als bij Duitsers op weinig tegen- liefde. „Nacht" en „De Nazi" bijvoorbeeld werden in de Bondsrepubliek pas jaren la ter uitgegeven dan In het buitenland. Het motief: de boeken zijn te controversieel voor onze lezers; daar zijn ze nog niet rijp voor. Hilsenrath verklaart dit door te wij zen op het „filosemltisme" dat als gevolg van het oorlogsverleden en het daaruit ge- SERLIJN Een jaar of twee geleden kocht ik met in iet achterhoofd het idee dat tr iets bijzonders mee was j- de roman „Der Nazi und Ier Friseur" („De nazi en de kapper") van een zekere Ed gar Hilsenrath. De straf voor deze ongemotiveerde daad was een doorwaakte nacht; de beloning de kennisma king met een boek dat men niet meer zo gemakkelijk, zo niet onmogelijk vergeet. Daarna zocht ik alles over Hilsenrath op >n las zijn eerder verschenen boek „Nacht" en het vorig jaar uitgekomen „Bronskys Gestëndnis". Straf en beloning */aren idem dito, en daarbij kwam de ver- Dijstering, te merken dat vrijwel niemand In mijn omgeving zelfs mensen die toch goed in de literaire wereld zijn ingevoerd van deze schrijver bleek te hebben ge hoord. Ondanks het feit dat Internationaal gerenommeerde bladen in Europa en de verenigde Staten recensies over zijn werk hebben geschreven waarin hij op één lijn vordt gesteld met auteurs als Gorki, Ara- *al of Mailer. Een ontmoeting met de "hrljver zelf In Berlijn verklaart enigszins onbegrijpelijke situatie dat Hilsenrath Jog nooit de bekendheid heeft gekregen Jle hij mijns inziens zonder meer verdient. n Duitstand komt zijn cynische blik op het jrazl-verleden (nog) niet over, en verder ontbeert hij vrijwel elke kijk op „commer- Do schrijver Edgar Hilsenrath (links) In gesprek met onze correspon dent Ami van Vree. cle", met als gevolg dat zijn boeken tot voor kort vrijwel altijd In verkeerde handen (lees: uitgeverijen) terechtkwamen. Van daar dit relaas over een „verdrongen" schrijver die het verdient om In de bestsel lerslijsten te worden opgenomen. Hilsenrath (55) Is een ware „Ahasverus", een wandelende Jood. Geboren In Leipzig (1926) bracht hij zijn jeugd door in Halle an der Saar (tegenwoordig DDR) totdat hij in 1938 met zijn moeder en de andere kin deren naar Roemenië uitweek. Tijdens de oorlog werden zij naar een getto In de OekraTne getransporteerd, waar zij in 1944 door de Russische troepen werden „bevrijd". Via Roemenië komt Hilsenrath op avontuurlijke wijze terecht in Palestina, dat hij In 1947 weer verlaat, om vla Frank rijk (waar de familie met de vader wordt herenigd) in '51 naar de Verenigde Staten te verhuizen. HIJ blijft daar met enkele on derbrekingen tot 1975 en keert dan terug naar Berlijn waar hij nu nog woont. Het werk van Hilsenrath Is een permanen te afrekening met het verleden. „Nacht" Is zijn schokkende relaas over het getto van joden In een Russisch stadje onder Roe meense bezetting, dat eens en voor altijd een eind maakt aan het sprookje dat men sen simpelweg kunnen worden onder schelden in „goeden" en „slechten". Hil senrath beschrijft de verbitterde strijd om overleving, de voortdurende Jacht op een stukje schamel voedsel en een slaapplaats voor de nacht, de permanente angst voor razzia's, „het transport"' of tyfus. In het getto-epos verdichten zich alle menselijke groeide schuldcomplex van veel Duitsers bezit heeft genomen. In de trant van: „Over Joden niets dan goeds". Het is een soort omgekeerd antisemitisme dat de jo den net zomin als gewone mensen be schouwt en dat bij de joodse auteur Hil senrath dan ook een diepe argwaan wekt Men zou er aan toe kunnen voegen dat zijn soort humor, In de werkelijke zin van het woord een „galgenhumor" er mede de oorzaak van is dat zijn boeken, ondanks de uitsluitend lovende recensies, zo weinig weerklank bi) de hiervoor weinig ontvan kelijke Duitse lezers vinden. Toch Is het voor mij onbegrijpelijk dat Hil senrath zijn tamp zo lang onder de koren maat heeft moeten laten schijnen, overi gens ook In Nederland. Zijn romans zijn, ondanks alle realistische en autobiografi sche gegevens, en ondanks aile gruwelijk heden adembenemende sprookjes die je niet meer weg kunt leggen. Ik wacht dan ook met spanning op een nieuw boek, dat overigens nog wel even op zich zal laten wachten. Want Hilsenrath Is typisch een auteur die „vanuit zijn buik" schrijft. In Berlijn heeft hij zich naar eigen zeggen nog te weinig geërgerd om zijn gramschap In een boek vorm te geven. „Nacht" van Edgar Hilsenrath Is In 1966 in een Nederlandse vertaling bij uitgeverij „De Boekerij" uitgebracht maar Is allang niet meer te krijgen. Bij uitgeverij „De Kern" is In 1978 „De nazi en de kapper" verschenen. „Bronskys Gestaendnls" Is (nog) niet in het Nederlands vertaald. AMI VAN VREE

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1981 | | pagina 21