ransen zullen meer tégen dan vóór stemmen GISCARD: "van^hoop" MITTERRAND: tweede MARCHAIS: oudestempel RGEN EERSTE RONDE IN RACE NAAR ELYSEE Mm - C*LJlD ap. een P0,'tiekecarrière OHIKAO: in zevenmijlslaarzen eeuwige Morgen worden nee presidentsverkie- gehouden, maar aan hef zeker ia dat geen kandidaten in de ronde de volstrekte erheid zal behalen éér dan 50 procent stemmen), zal over eken, op 10 mei, de ende tweede kiea- volgen. Een gewone erheid van stemmen voldoende om te ze en. Theoretisch kan n kandidaat dus met em meer dan zijn te nder gekozen wor- ij de verkiezingen in kreeg Giscard d'Es- ongeveer 400.000 n méér dan zijn lamste rivaal Mitter- Ditmaal zullen de „uit- ijke kandidaten", bij leer Giscard en Mitter- het volgens do opinie gen met minder moe- poen. De zogeheten re kandidaten vallen n uiteraard met ze- fd af. Theoretisch blij- jfier grote kandidaten iiscard d'Estaing, Mit- I, Chirac, en Mar- Zoals gezegd zullen de beide eerstgenoemden morgen ver reweg de meeste stemmen behalen; Marchais (de com munistische kandidaat) lijkt minder te krijgen dan het „traditionele cijfer" van de Communistische Partij, nl. 20 pet. Men schat zijn slemmen tal tussen 16 en 18 pet. Chi rac, die de neo-Gaullisten vertegenwoordigt (hoewel hij concurrentie in eigen partij heeft van Michel Debró en Marie-France Garaud) ziet zijn kansen sedert enkele we- ken sterk stijgen, maar het is nog zeer de vraag of hij een werkelijk serieuze kans maakt voor de tweede ronde. Derhalve zullen Marchais en Chirac hun aanhang aanraden in de tweede ronde hun stem te geven aan de kandidaat die, hoewel tegenstander in de eerste ronde, dichter bij hen staat dan diens concur rent. Zo zou Chirac zijn aan hangers kunnen adviseren in de beslissende stemming voor Giscard te kiezen, hoe wel het ook niet is uitgesloten dat hij Mitterrand prefereert. Marchais zou zijn communis tische aanhang kunnen vra gen op de linkse kandidaat te stemmen, dus op Mitterrand, die de communistische stem men in de beslissende twee de ronde hard nodig zal heb ben. In dat geval eist Mar chais van een eventueel ze gevierende Mitterrand wel enkele ministeriële portefeuil les voor de communisten. Mitterrand heeft tot nu toe gezegd dat hij zich daartoe niet kan verplichten zolang de communisten hun vijandi ge houding ten aanzien van zijn Socialistische Partij niet wijzigen. Maar dat standpunt zou hij na morgenavond wel eens gedwongen zijn te ver anderen. Het is natuurlijk altijd moge lijk en dat is herhaaldelijk in het verleden gebleken dat kiezers de adviezen van hun eigen partij in de wind slaan. Zo zouden communis ten op Mitterrand kunnen stemmen, zelfs als Marchais tot 8temonthouding zou aan raden. In het verleden is het voorgekomen dat communis ten op generaal De Gaulle stemden, terwijl hun partij daar uitdrukkelijk tegen was. Gebrek aan geestdrift De Franse presidentsverkie zingen komen in zekere zin overeen met de jongste Ame rikaanse presidentsverkie zing. Er is duidelijk gebrek aan geestdrift, er heerst on verschilligheid omdat noch Giscard noch Mitterrand en thousiasme kunnen opwek ken. Tal van Fransen menen dat het eindelijk tijd is om eens te veranderen; de recht se of centrum-rechtse par tijen hebben het land sedert een generatie geregeerd. Maar links inspireert niet. Als hij zou winnen zal Mitterrand vermoedelijk nimmer kunnen verklaren dat hij met geest drift en grote hoop gekozen is, zelfs niet als hij overweldi gende meerderheid zou ha len. Daarmee is al min of meer gezegd dat de verkie zingen een soort negatief ka rakter hebben omdat vermoe delijk meer tegen dan voor gekozen wordt. En er is geen sprake van geestdriftige of hartstochtelijke steun aan en geloof in de een of andere kandidaat. Met andere woor den: de Fransen maken zich op om morgen het minste van twee kwaden te kiezen. De eventuele verkiezing van Mitterrand zal andere proble men met zich meebrengen dan die van Giscard, omdat het parlement niet op hetzelf de tijdstip vernieuwd wordt. De tegenwoordige Nationale Vergadering is overwegend rechts en Mitterrand zou daar als socialistische president moeite mee hebben. Vandaar dat hij al heeft aangekondigd in geval van zijn verkiezing voortijdig parlementsverkie zingen te zullen uitschrijven, vóór het eind van juni, in de hoop dat daar een meer naar links gerichte Kamer uit zal komen. Mocht de nieuwe Ka mer niettemin overwegend rechts blijven, dan zou hij trachten daar zo goed moge lijk mee samen te werken. Voor Giscard doet dit pro bleem zich niet voor en hij is dan ook niet van zins de Ka mer te ontbinden. De verkiezingscampagnes hebben zich voornamelijk ge concentreerd op het vraag stuk van de werkloosheid. Momenteel telt Frankrijk tus sen 1.600.000 en 1.700.000 werkzoekenden. Percentsge wijs staat het land er wat de werkloosheid betreft beter voor dan een aantal andere Europese landen. Aan Gis card en zijn regering wordt (niet ten onrechte) verweten de zaken te lang te hebben laten slepen, een te liberalis tische politiek gevoerd te hebben. Mitterrand heeft ze ker plannen, maar deze zijn niet zonder meer overtui gend. Zo wil hij 210.000 nieu we banen creëren voor amb tenaren. Volgens zijn becijfe ring zou dat 12 miljard francs kosten; volgens die van Gis card zou het socialistische ambtenarenplan 19,5 miljard eisen. Daar komt bij dat Mit- terrands tegenstanders erop wijzen dat dit onproduktieve functies zijn, die de nationale economie niet rechtstreeks ten goede komen. Mitterrand wil dan nog een tiental natio naliseringen doorvoeren en veel zwaardere belastingen voor de hogere inkomens klassen. De sociaal-economische pro gramma's van de twee be langrijkste kandidaten zijn niet zeer overtuigend en de kiezers hebben de indruk dat er op dit gebied wenig veran deren zal, wie ook wint. Dit scepticisme zou mogelijk te gen Mitterrand kunnen wer ken, omdat sommigen vrezen dat de lasten van een socia listisch georiënteerde politiek de situatie nog zou verslech teren. En de invoering van de 35-urige werkweek met hand having van het 40-uren loon, die de socialisten nastreven (stapsgewijs en niet, zoals de communisten, in één keer) lijkt op dit gebied ook geen wonderen te kunnen verrich- Ontgoocheld Als gevolg van deze hele situ atie is het land al bij voorbaat blasé en ontgoocheld. Het voelt dat wie ook de volgende president van de republiek wordt, de sociaal-economi sche situatie niet wezenlijk zal veranderen. En de vele en te mooie beloften hebben de sceptische Fransen nog scep tischer gemaakt. Ondanks de scherpe debat ten in deze verkiezingscam pagne heeft men de indruk dat Frankrijk politiek passen op de plaats maakt, zoals het ook economisch passen op de plaats maakt. Omdat de verbeeldingskracht van de politici tekort schiet in het vinden van middelen en we gen om de regering aan te passen aan de nieuwe om standigheden en voor deze omstandigheden nieuwe krachtbronnen aan te boren. Het is een verschijnsel dat niet alleen Frankrijk kent. JAN DRUMMEN CeidócSouoant 6 inSJ", y, j./ a .an communist van Voor de socialistische leider Franqois Mitterrand zijn de verkiezingen van morgen de derde en naar eigen zeg gen ook zijn laatste kans. De 64-jari- ge advocaat, romanschrijver en poli ticus, voortgekomen uit een gema tigd katholiek burgerlijk milieu in Jar- nac in West-Frankrijk, is een doorge winterd politicus. Na zich in het ver zet onderscheiden te hebben, werd hij na de bevrijding in het parlement gekozen. Hij was nauwelijks dertig jaar oud toen hij minister voor oud strijders werd en met succes zorgde voor de miljoenen die uit de oorlog terugkeerden. Mitterrand diende in elf kabinetten van de Vierde Republiek voordat deze in 1958 uiteenviel. Hij stond in de voorste gelederen om te proberen de terugkeer van generaal De Gaulle in 1958 te beletten. In tegenstelling tot andere politici van de Vierde Re publiek aanvaardde hij nooit een mi nistersfunctie onder De Gaulle. Als de enige kandidaat van links dwong Mitterand in 1965 De Gaulle tot een onverwachte en vernederende twee de ronde bij de presidentsverkiezin gen. Hij was betrokken bij talrijke pogin gen om het versplinterde links weer op te bouwen, hetgeen in 1971 al thans lukte met de socialisten. Twee jaar later onderhandelde hij met de communisten over de totstandko ming van een Unie van Links en in 1974 was hij opnieuw de enige linkse kandidaat. Mitterrand verloor met een neuslengte verschil van Giscard. In de verkiezingen van morgen mag Mitterrand niet langer op de mede werking van de communisten reke nen. Het linkse bondgenootschap spatte vier jaar geleden uiteen. Sindsdien is hij het mikpunt van de Francois Mitterrand: „Ik ben in staat communistische campagnes gewor den. Mitterrand probeert het land achter zich te krijgen door zich niet als een socialistische kandidaat te presente ren, maar als een man die in staat is partijstructuren te overwinnen. Hij heeft zijn kiezers in het vooruitzicht gesteld dat hij na zijn verkiezing het parlement zal ontbinden en een over gangsregering zal vormen. Zijn be langrijkste zorg is de angst voor een socialistisch Frankrijk weg te nemen. In zijn campagne richtte hij zich voor al tot de kleine man, d6 middenstan partijstructuren te overwinnen-.". ders en de boeren. Tegelijkertijd ver loochent hij de socialistische erfenis niet. Hij wil tien grote ondernemin gen, waaronder Peugeot, nationalise ren en het oerwoud van privileges af schaffen. Om de werkgelegenheid te vergroten is hij voorstander van ver korting van de arbeidstijd. Op het gebied van de buitenlandse politiek zal Frankrijk volgens Mitter rand lid van de Westerse alliantie blijven, maar wel is hij voorstander van een evenwichtiger behandeling van de Sovjet-Unie en de Verenigde Staten. Het is de 60-jarige secretaris-gene raal van de Franse communistische partij Georges Marchais niet meer aan te zien dat hij vroeger arbeider (vliegtuigbouw) is geweest. Hij maakt graag een elegante en verzorgde in druk. Met goed gesneden pakken, meestal in het blauw, zou de vierde serieuze kandidaat voor het Franse presidentschap kunnen doorgaan voor het type dat hij zo graag be strijdt: de ondernemer. Maar op verkiezingsbijeenkomsten spreekt duidelijk de arbeidersleider. „Laat ons Giscard in het zand doen bijten. Weg met de winst van de on dernemers en de banken, weg met de werkloosheid, ontslag verbieden en het minimumloon verhogen". Zijn gehoor bestaat doorgaans uit ruwe klanten, werfarbeiders met vereelte handen, werklozen, ambtenaren, boeren en vissers met verweerde ge zichten. De strateeg Marchais, slim, listig, buitte al snel in zijn verkie zingsstrijd het werkloosheidsvraag stuk uit als herkenbaar thema. Hij pakte als eerste en met veel opzien de hete hangijzers aan: de aanwezig heid van de gastarbeiders en het drugsprobleem. Marchais laat er geen misverstand over bestaan dat hij met behulp van de kiezer zijn „afvallige" socialisti sche broeder Mitterrand, die zich steeds meer van beloften aan de communisten distancieert, de voet dwars wil zetten, „zodat er wezenlijk iets verandert". Marchais hamert erop, dat Mitterrand in een tweede ronde niet buiten de communisten kan en in het geval van een overwin ning communisten in zijn kabinet moet opnemen, „en daarom moet u in de eerste kiesronde communis Met zijn 48 jaar is Jacques Chirac de jongste van de vier grote kandidaten voor het presidentschap van de Franse republiek. Ook al houden de opiniepeilingen het voor morgen nog steeds op een derde plaats achter Giscard en Mitterrand wat uit schakeling voor de beslissende twee de ronde zou betekenen volgens zijn campagneleiders is nu alles mo gelijk, gezien de snelle vooruitgang in de peilingen dè afgelopen maanden. Chirac staat morgen oog in oog met de zittende president Giscard, de man die mede aan hem deze positie te danken heeft en hem daarvoor in 1974 beloonde met het premier schap. De tijden zijn veranderd. Met zevenmijlslaarzen heeft Chirac politieke carrière gemaakt. Van de ene springplank naar de andere be reikte hij tot nu toe met vlag en wim pel alle doelen die hij zich had ge steld. Als 35-jarige werd hij minister van landbouw, zes jaar later, in 1974, premier onder president Giscard. In dat jaar steunde hij Giscard d'Es taing in zijn campagne tegen de gaullist Chaban-Delmas en droeg op beslissende wijze bij aan diens over winning door talrijke gaullisten ach ter Giscard te krijgen. In 1976 nam hij ontslag als premier omdat hij van de president te weining speelruimte kreeg. Ook was hij het oneens met diens economische politiek. Met de zelfde vastberadenheid als tijdens de verkiezingscampagne voor Giscard verzamelde Chirac daarna de gaullis ten achter zichzelf en richtte de „Rassemblement pour la Republi- que" (RPR) op, nu de grootste fractie In het Franse parlement. De aanvan kelijk verhulde oppositie tegen Gis card nam openlijke vormen aan toen Chirac in 1979 de regeringskandi daat versloeg en burgemeester van Parijs werd. Het politieke programma van Chirac wordt wel vergeleken met dat van ■MBHM dlrluW tisch stemmen, zodat wij in een ver bond van links sterk staan". Mar chais wil zijn stemmen in een tweede ronde duur verkopen aan Mitterrand. Marchais is de meest loyale pro-Rus sische communistische partijleider in West-Europa. Kritiek van binnenuit en buitenaf dat hij daarmee alle kans op een aan de macht komen verhin dert, laat hem koud. Velen, vooral in tellectuelen, hebben de partij verla ten, maar de aanhang is gebleven in de industriesteden, in de arme stre ken van het platteland en in de „rode gordel" rondom Parijs. Deze harde kern trekt zich weinig aan van de steun die Marchais gaf aan de Russi sche inval in Afghanistan, aan de „normalisering" in Tsjechoslowakije en de politieke en militaire bedrei ging van Polen. Marchais' aanhang vindt de werkloosheid, het huisves- tingsvraagstuk en de problemen rond de aanwezigheid van zovele gastarbeiders belangrijker. En Mar chais speelt daar handig op in. „Om Frankrijk op het niveau van de modernste landen ter wereld te bren gen", namelijk dat van de Verenigde Staten en Japan, dingt president Va- lery Giscard d'Estaing op 55-jarige leeftijd naar een nieuw en laatste mandaat van zeven jaar. Hij presen teert zich als de enige kandidaat van de hoop, waarbij hij wijst op zijn werk van de afgelopen zeven jaar en op de wanorde die volgens hem de verkiezing van een linkse president met zich meebrengt. Als bekwaam econoom strijdt hij met de cijfers in de hand tegen demago gisch beoordeelde programma's van zijn tegenstanders. Hij belooft geen wonderen, maar een zorgvuldige uit voering van zijn plannen en vooral het indammen yan de jeugdwerk loosheid, op welk gebied hij, naar hij zelf toegeeft, als president zijn be langrijkste nederlaag heeft geleden. Voor zijn tegenstanders een „repu blikeinse monarch", is hij voor zijn aanhangers een bekwaam staats hoofd dat daarvoor de noodzakelijke kwaliteiten bezit: de juiste connec ties, de juiste opleiding. Zelfs zijn bit terste tegenstanders geven toe dat het meer dan geluk is dat de aristo cratische, goed uitziende Giscard in staat heeft gesteld in de politiek als een meteoor omhoog te schieten. Ambitie, hard werken, geraffineerd de zwakheden van zijn tegenstanders uitbuiten en een niet aflatend naja gen van macht en invloed een ka rakteristiek van de familie Giscard zijn kenmerkend voor zijn carrière. Op 33-jarige leeftijd had Giscard al naam gemaakt als financieel deskun dige. Hij werd zonder problemen ge kozen in een district waar een oom politieke invloed uitoefende. Zijn car rière kreeg ook een impuls door zijn huwelijk met Anne-Aymone Brantes, een lid van een oude familie waar door de Giscards gemakkelijker toe gang kregen tot de besloten kring van de Franse adel. In 1962 kreeg Giscard de portefeuille van financiën, maar in 1966 moest hij aftreden vanwege zijn strenge eco nomische controle die De Gaulle on populair had gemaakt. President George Pompidou bracht Giscard weer aan het hoofd van het ministerie van financiën. Na diens dood in 1974 deed hij een succesvol le gooi naar het presidentschap zon der een grote politieke partij achter zich te hebben, daarbij sterk ge steund door de jonge rebellerende garde in de gaullistische partij. De zeven jaar dat Giscard in het Ely- see verbleef, brachten zowel succes sen als tegenslagen. Ondanks groeiende economische moeilijkhe den slaagde hij erin Frankrijk een economische groei te bezorgen die gunstig afstak bij de overige wester se landen. Kritiek op zijn buitenland se politiek kan Giscard nauwelijks velen. Net als De Gaulle vereenzel vigt hij kritiek op zijn eigen persoon met die op Frankrijk zelf. Zijn groot ste triomfen zijn volgens hem dan ook op dit terrein aan te treffen. „De meeste grote internationale initiatie ven waren Franse initiatieven", aldus Giscard. Degenen die hem verwijten te aardig te zijn tegen buitenlandse tegenstanders antwoordt hij, dat bui tenlandse politiek niet betekent met iedereen ruzie hebben. „Als Frankrijk goede betrekkingen heeft met zoveel landen, dan kan men alleen maar zeggen: des te beter". Jaques Chirac: „Minder belasting, n macht...". president Reagan van de Verenigde Staten. Chirac predikt minder belas ting, minder bureaucratie en minder staatsalmacht. Bovendien moet er zijns inziens harder worden gewerkt om de economische problemen op te lossen. Niet een kortere werkweek, maar juist meer inspanning. Chirac ziet Frankrijk als derde atoommacht, onafhankelijk en welvarend. Wat de binnenlandse politiek betreft, droomt hij hardop van een „nieuw maat schappelijk model", zonder liberalis me of sociaal-democratie. Toen Chirac zijn verkiezingscampag ne in het Pare des Princes afsloot en duizenden rode, witte en blauwe ba- Sonnen opstegen, werd op de groene nder bureaucratie, minder staatsal- grasmat de leuze „Jacques Chirac president" zichtbaar. Of dit optimis me reëel is zal morgenavond blijken. Chirac rekent in elk geval zowel op z|jn verkiezingsthema's als op het gaullistische verkiezingsapparaat. De gaullisten willen hun macht en ge worteldheid in de Franse politieke geschiedenis bevestigen. Geheel in de stijl van De Gaulle sloot Chirac de manifestatie dan ook af met een „Vive la France". De rode, witte en blauwe balonnen dreven al in de richting van het Elysée-paleis. En als het daarbij blijft? Een verkie zingsnederlaag zal voor de nog pas 48-jarige Chirac niet desastreus zijn. Volgens velen richt hij zijn blik al op 1988. Georges Marchais: „Laat ons Giscard in het zand doen bijten...". Valery Giscard d'Estaing: „De meeste internationale initiatieven waren Franse initiatieven...".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1981 | | pagina 17