-)ick Matena
J op weg
jiar Amerika
VAN HAAGSE
E tULLENJONGENBIJ
SMARTEN TOONDER
(IT STRIPTEKENAAR
J HEAVY METAL...
1 of studi
[enodigd m
ar. Voor
het trei
n van ra
achterst
n, uiterll
aart 198
3reidin(
irhoudi
i Een dialoog over een teke-
n twee Amerikaanse stripken-
Groth en Ted White, gepubli-
'.S. aftft stripvakblad The Comic Jour
een g ..Hij is vreselijk goed". Groth:
voon werk". White: „Ik ben er
;zaamtfP 1 Doet me ontzettend veel
K spul te kunnen publiceren",
voorstellingsvermogen zie je de
ankelijP amechtig hijgend van bewon
en minl°9en z't,en over enkele geniaal
Kru«prde vellen tekenwerk van een
'Ij -pen-en-penseel van wereld-
9-kaarheid ligt iets dichter bij huis.
ig I98)er Wje het gaat zit ver weg van
lelinget waar bovenstaande dialoog
tekend. Hij heet Dick Matena en
jrig gekapte, 37-jarige inwoner
w Jv 39 die het tijdschrift met die
Werkeikst na enjg graafwerk tevoor-
uit de enorme chaos van strip-
bkeningen en voorwerpen van
:er allooi in zijn werkstudio. In
ia hetïl opzicht De Geslaagde Teke-
aan bie geneigd bent je achter zulke
Voubrtjrden voor te stellen, arrogant
BG fistreken omruilend voor de vel
dwerk van Johan Enschedé en
eer het type van de slordige
in z'n vrije tijd ook nog wel
henheid ziet een plaatje te ma-
heeft Matena in het Nederland-
m^^reldje al heel wat jaren een ste-
en staat hij zelf sinds jaar en
t voor een aantal uitspraken die
jnheid van het tekenvak niet zui-
iiegelen. Dick Matena in Stripo-
was een laatbloeier. Technisch
ij vroeg bij de pinken; op m'n
i kon ik de produktie al in. De
kreet van „wonderkind". Maar
^ben ik een laatbloeier. Pas na
is te L$s,e heb 'k m n e'9en vorm 9e"
r ppn n 00k Pas rust- ,k weet nu dat
Niet wat betreft kwaliteit, maar
Ik laat me nu niet meer van de
en".
i de vebij het eind te beginnen: Op het
ogenblik publiceert het Amerikaanse strip
blad Heavy Metal, „the adult illustrated,
fantasy magazine", regelmatig werk van
Dick Matena. Het blad is een dochter van
de gigantische onderneming National
Lampoon, heeft z'n grootste verspreiding,
in de Verenigde Staten en wordt buiten
Amerika voornamelijk verslonden door de
insiders uit de stripwereld. Matena kwam
er terecht nadat zijn, in o.a. het Inmiddels
verscheiden blad Gummi, geplaatste Ne
derlandse stripwerk opviel bij de beroem
de Amerikaanse striptekenaar Richard
Corben, bekend om zijn zeer eigenzinnig
gewelfde en gekleurde figuren uit o.a. We
reld van Mutanten. Die liet zijn Europese
agent weten dat hij Matena's verhaal
„Amen" leuk vond en in Heavy Metal wil
de proberen te krijgen.
Dick Matena veerde op in Den Haag, maar
mocht onmiddellijk terug naar af, want
verdere berichten bleven uit. Matena: „Ik
had toch het gevoel dat de deur op een
kier stond. Dus ik heb m'n verhalen zelf la
ten vertalen en letteren, (stripjargon voor:
de ballonnetjes van tekst laten voorzien)
en naar Heavy Metal opgestuurd. En wéér
niks meer gehoord. Ik was al pisnijdig, tot
ik een paar maanden later opeens een
brief van Ted White, Madison Avenue.
Manhattan kreeg. Ik had nog nooit van die
man gehoord, maar hij bleek de nieuwe
hoofdredacteur. Bij het opruimen van mijn
bureau kwam ik je werk tegen, schreef-ie.
Ik wil het graag plaatsen. Ik ben onmiddel
lijk naar New York gereisd en we zijn tot
de afspraak gekomen dat ik rechtstreeks
voor Heavy Metal kon werken".
„Ik vond het zo prachtig dat ik bijna al m'n
eerste Amerikaans verdiende geld in New
York ben kwijtgeraakt. Tenslotte gebeurt
zoiets maar zelden. Worden uitgenodigd
om te tekenen voor een blad uit het land
waar de strip zo'n beetje vandaan komt.
De meeste strips die we hier kennen zijn
Amerikaans. En er zijn er niet veel van hier
die daar hün werk heen brengen. Laten we
wel wezen".
Dick Matena in zijn studio temidden van een chaos van strips en tekenwerk: „Ik ben tenslotte ook maar een mens".
Kater
„Inmiddels waren er vijf stripverhalen van
me geplaatst en ik wilde iets over de gang
van zaken weten, dus ik bel naar New
York en vraag naar Ted White. „Mister
White is no longer with the company" krijg
ik te horen. Nou daar ga je, dacht ik. Je
weet hoe het is. Een nieuwe koning neemt
z'n eigen hofhouding mee. De lievelinge
tjes d'r in en de ouwe hap eruit. Dus ik
vertel voorzichtig dat er nog werk van mij
in White's bureau moest liggen. Nou, dat
zou de nieuwe leiding eerst wel 'ns bekij
ken. Kortom, ik had een behoorlijke kater.
Ik bel een week later weer en ik krijg te
horen dat 't allemaal „terrific" is en dat ik
gewoon door moet gaan. En daar bovenop
komt dat interview met White in de Comic
Journal. Je begrijpt dat mijn ego behoor
lijk gestreeld was. Ik ben tenslotte ook
maar een mens".
Een gedeelte uit dat interview gaat over
een Matena-verhaal voor een roek-num
mer van het blad, waarin hij de levensge
schiedenis van Elvis Presley in een com
pact en merkwaardig perspectief zet. Whi
te: „Wat dat verhaal „Heartbreak Hotel"
van Matena betreft, aan de ene kant is 't
een surrealistische fantasie. Op een zeker
moment gebruikt de jonge Elvis zijn gitaar
als een geweer en schiet twee mensen
dood. Maar aan de andere kant is het een
metafoor van Elvis Presley's leven die we
zenlijker is dan de feiten zelf. En 't Is
prachtig getekend. Ik hou van Dicks werk.
Ik ontdekte zijn inzending toen ik dit bu
reau overnam. Ik maakte de enveloppe
open en riep meteen: Die jongen Is onge
looflijk". Ter begeleiding publiceert het
blad een aantal tekeningen uit een verhaal
van Matena, die gezien het voorgaande al
hevig aan het overwegen is zich in Ameri
ka te gaan vestigen.
Krullenjongen
Dick Matena begon zijn tekencarrière op
een voor Nederland klassieke manier, bij
oud anatomisch schetsboek van Dürer
ontdekt. Via een daaruit gedistilleerde,
door mezelf gevonden maar moeilijk uit te
leggen truc, kan ik het lichaam is elke
stand redelijk kloppend krijgen. De kleren
over het lichaam is weer een geheel aparte
zaak. Plooien vallen altijd met bepaalde
bewegingen op dezelfde manieren mee.
Een truc is dat de plooi altijd mee moet
gaan met de gemaakte beweging. Maar 't
is en blijft een lastige materie. Hier en
daar moet je wel triefelen. Je moet er mee
kunnen spelen, maar je moet wel weten
waarméé je speelt. Je moet iets kunnen
formeren voordat je weet hoe je het kunt
deformeren"
Alice
Over deformeren gesproken, ook verhaal
technisch doet Matena dat vaak. Zo intro
duceert hij in het verhaal „2005" een
meisje dat uiterst merkwaardige avonturen
beleeft, waarin opeens Lewis Carroll komt
binnenlopen, die weer in Hans Christiaan
Andersen verandert, en waarin allerlei as
sociaties met Alice in Wonderland zijn te
rug te vinden. Matena: „Dat verhaal is een
Ode aan Lewis Carroll. Met dezelfde ab
surditeiten die hij ook gebruikt".
In zijn laatste verhaal voor Heavy Metal
speelt Bob Dylan een rol als Messias,
maar ergens onderweg krijgt die figuur de
contouren van Hitier. Matena lacht: „Hier,
z'n achterhoofd. Dat haar herken je toch,
hè? Als Hitier een swingender kapsel had
gehad, had 't allemaal niet zo gelopen.
Wanneer de haarmode anders was ge
weest, was er heel wat minder kwaad ge
schied in de dertiger jaren. Ik geloof dat je
als tekenaar een eigen stijl moet hebben.
De mijne kun je misschien wat gestileerd
noemen. In elk geval word ik nogal moe
van al dat tekengeweld dat je uit de inter
nationale stripbladen tegemoet dendert".
In 1971 riep Matena op polemische wijze
striptekenend Nederland via Stripschrift
toe: Hou op met tekenen! Een paradox
waarmee hij zeggen wil dat alleen maar
mooi tekenen niets met strip te maken
heeft. Matena: „Ik ben een verhalenvertel
ler, al probeer ik met die verhalen ook ver
warring te stichten. Ik maak mijn werk
voor mezelf. Ik zou voor geen goud van de
wereld voor een grote studio, voor een
Disney willen werken. Dan ga ik liever luci
ferdoosjes natekenen". Zijn nieuwste
schepping, die in het nieuwe Nederlandse
blad met science-fictionstrips. 1984, ge
plaatst wordt, heet Lazarus Stone. Hoe
komt zo'n verhaal tot stand? Matena: „Ik
begin allereerst te schrijven. Alles wat me
Invalt. Alsof ik het verhaal aan iemand in
een bar zit te vertellen. Dan ga ik stileren
zonder de verteltoon kwijt te raken. Dan
ga ik het verhaal tekenen. Is dat gebeurd,
dan haal ik de teksten nog eens door de
zeef. Ik heb ook altijd willen schrijven. Een
stripmaker is een schizofreen beest. Hij
kan niet goed genoeg tekenen om schilder
te worden en niet goed genoeg schrijven
om schrijver te zijn. Wij zijn vertellende te
kenaars. Dickens zou een goeie strip
schrijver geweest zijn. En Jan Steen een
uistekend striptekenaar".
BERT JANSMA
FOTO: MILAN KONVALINKA
Anatomie
Matena's bewondering gaat behalve naar
modern werk als van Moebius, vooral uit
naar het werk van de Nederlander Hans
G.Kresse: „Ongelooflijk, wat die man kan.
Een weergaloos groot tekenaar. Misschien
wel de beste realistische tekenaar ter we
reld. Elk spiertje, elk vezeltje van een li
chaam klopt. En wat waren die Eric de
Noorman-verhalen prachtig geschreven.
Maar Kresse is een moeilijk mens. Hij
zeurt verschrikkelijk en is nooit tevréden.
Nu moet hij niets meer van die Eric-verha-
len hebben, en tekent alleen nog maar In
dianen. Maar dan wel alles volkomen ge
documenteerd, zonder avontuur".
„Dat realistische tekenen van het mense
lijk lichaam was voor mij het moeilijkste
om te leren. Ik heb een herdruk van een
Marten Toonder: „Ik kwam er op m'n ze
ventiende. Als krullenjongen. Maar ik werd
toch al gauw bij de produktie ingescha
keld. Ik heb er onder andere vier jaar lang
Panda getekend". Ondanks dat hij zijn tijd
bij de Toonderstudio's tweemaal onder
brak wegens ruzie, heeft hij er een jaar de
dagstrip Tom Poes getekend en een eigen
strip Polleje Pluim voor het blad Prinses
ontworpen, geschreven en getekend, en
heeft hij Marten Toonder nog steeds hoog
zitten.
Zijn nieuwste werk stuurt hij nog altijd
Toonders adres In Ierland op en het
dat hij terugkrijgt liegt er niet
Ondanks Matena's volkomen andere
gerichtheid, geeft Toonder commentaar,
lof en kritiek. Maar vooral lof. Vooral het
laatste werk uit Heavy Metal wordt
Toonder om z'n zeer eigen stijl,
en inhoud niet los van elkaar te
ken zijn. gewaardeerd.
„Logisch dat ik Toondi
zitten. Ik denk dat iedereen
hem heeft gewerkt. Ik vind
dat hij de moeite neemt
serieus te reageren. Die
zeventien jaar lang een godheid
geweest. Die is al veertig jaar in
bezig. Die heeft ongelooflijk hoge
en maatstaven ontwikkeld. Hij is boven
dien toch een soort vader voor je geweest.
Hoewel, vader. M'n eigen vader had liever
gezien dat ik de HBS had afgemaakt".
Pep
Striptekenaars hebben één ding tegen
vergeleken bij schrijvende of schilderende
collega's: Het publiek kent hun naam over
het algemeen niet, hoogstens hun schep
pingen. Disney en Toonder zijn voor het
grote publiek dan weliswaar direct te
plaatsen grootheden, maar daarmee houdt
het wel op. De naam Dick Matena zal ook
maar een klein publiek van kenners iets
zeggen. En toch heeft Matena strips gete
kend die door heel wat Nederlanders gele
zen moeten zijn: De Argonautjes in het
jeugdblad Pep met tekst van Lo Hartog
van Banda, Ridder Roodhart, Grote Pyr in
datzelfde blad en Kleine Pier voor Eppo,
terwijl hij de teksten schreef voor de voet
balstrip De Macaroni's met tekeningen
van de Italiaan Dino Attanasio.
Het is wel een periode die definitief voorbij
is voor Matena. Als hij geld nodig heeft,
tekent hij anoniem nog wel Kleine Wolfje
voor de Nederlandse Disney, maar van ka
rikaturaal tekenen is hij compleet overge
stapt naar realistisch werk. Het begin
daarvan lag half '77 in het Mickey Maand
blad met de science-fictionstrip over de
held Virl. Daarna kwam een ontwikkeling
op gang die via Ger van Wulftens blad
Gummi de huidige Dick Matena vormde.
„Al de tijd dat ik karikaturaal tekende
werd ik om de haverklap van de wijs ge
bracht. Ik was wankelmoedig. Maar vanaf
het moment dat ik realistisch begon, heb
ik daar geen last meer van. Kennelijk ben
ik dit dus zelf. En daar gaat het om bij
creativiteit. Je wordt geboren, in mijn ge
val dus als Dick Matena, maar dan is het
de kunst om Dick Matena te wórden. De
een is het al op z'n zeventiende, bij mij
heeft het dertig jaar geduurd".