schuiven in de
..en daar
zit
moeder dan
Steeds meer volwassenen
schoolbanken
e
voorg
I onbereikbaarheid van
zighouden met onderw
Aanpoten
Voor cursisten die maar twee
of drie vakken kiezen speelt
het vullen van de vrije tijd nog
meer dan voor hen die een
volledig pakfcet hebben geno
men. Deze laatsten moeten
echt aanpoten om het mavo
diploma in drie jaar te kunnen
halen. Een van de docenten
meent dat men voor een paar
vakken beter naar de Volksu
niversiteit zou kunnen gaan.
„Deze mensen remmen de an
deren". zo meent hij. „dagon
derwijs voor volwassenen is
niet alleen hobbyisme, men wil
er ook iets mee bereiken".
Bij het avondonderwijs speelt
dat „iets willen bereiken" een
nog grotere rol. Hier zitten
veelal mensen die voor hun
werk een aanvullende oplei
ding nodig hebben. Toch
speelt natuurlijk ook hier bij
velen het plezier in de studie
een grote rol.
Zo zegt een cursist: „Ik had
behoefte aan wat bijscholing,
aan meer algemene vorming.
Ik had mulo. heb daarna via de
avondschool mijn havo-diplo
ma gehaald en nu ben ik bezig
met nog twee extra vakken,
waarvoor ik dan nog een certi
ficaat krijg. Ik vind het leuk om
te studeren, om meer te doen
dan alleen tv kijken. Als ik
klaar ben ga ik misschien y/el
door voor MO en dan het on
derwijs in". Zo kan dus een
hele levensrichting veranderen.
„Avondschool vraagt wel
moed om er aan te beginnen
en nog meer om het vol te
houden", zo meent een avond-
schoolcursiste. Over het alge
meen blijkt wel dat. al is het
dan niet helemaal wat zij
noemt „een voortgezet thee
kransje". op de dag-mavo toch
wat meer ontspannen gewerkt
wordt dan op de avondschool.
Dat geldt zeker voor degenen
die geen volledig pakket heb
ben.
Samenvattend kan men zeg
gen dat dag- en avondonder
wijs voor volwassenen meestal
wel een hobby is. maar het is
méér dan alleen maar vullen
van vrije tijd.
ONDERWIJSBIJLAGE
gevolgd. Als er té weinig cursisten zijn, die
té verspreid wonen loont het de kosten en
moeite niet ergens in het land een oplei
ding te starten. De PTT brengt in die ge
vallen cursisten en docenten bij elkaar.
Postschool
Het schriftelijk onderwijs in ons land is al
negentig jaar oud. In 1890 startte de zoge
naamde Postschool, een initiatief van de
noorderling A. Rauwerda, met het verzen
den van lesbrieven. De Postschool doceer
de via de brievenbus de vakken Neder
landse taal, rekenen, schrijven, aardrijks
kunde en geschiedenis. In het begin van
deze eeuw luidden de eerste grote institu
ten de schoolbel: in 1912 het Polytech
nisch Bureau Nederland Arnhem (PBNA)
en in 1923 de Leidse Onderwijsinstellin
gen.
Na de Tweede Wereldoorlog breidde het
schriftelijk onderwijs zich snel uit. Hans de
Vries schrijft die belangstelling in belang
rijke mate toe aan het feit dat als gevolg
van de oorlog een omvangrijke inhaal
vraag naar onderwijs was ontstaan. Bo
vendien vroegen de opbouw van het land,
de ontwikkeling van de industrie en export
en de heropleving van de handel, mensen
die beschikten over meer en betere oplei-
aar rijAtis land volgen ruim drie en een half
n oudaen leerlingen volledig dagonderwijs.
ek daflrnaast is er een heel grote groep men-
tor J. j voornamelijk ouderen, die overdag of
„Dcvonds in de schoolbanken of thuis
bij hi er het bureau schuiven om hun kennis
e spijkeren. Het gaat daarbij om een
f/ydejmiljoen mensen die een flink stuk van
van he vrije tijd, soms wel twintig, dertig uur
zelf wi ïeer per week, in de boeken duiken.
woi
aardee motivering verschilt. Er zijn leerlingen
als jblokken voor een „papiertje" dat een
Tien l ntje in de rug kan betekenen bij het
al betei immen van de maatschappelijke lad-
hriftelij Een opstapje voor promotie dus. Een
aantal e groep wil méér kennis om zich beter
een ha unnen ontplooien en een beter en die-
deelte inzicht te krijgen in de samenleving.
genom ir anderen willen hun kinderen bijbe-
nten, i of vóór blijven of eindelijk de kans
n. Wai len die ze misten toen ze zelf kind wa
de voi Ook zijn er mensen die leren als aan-
o wijd aam tijdverdrijf zien of die hun kennis
n opkrikken die door het stof der ja
de idt is ondergesneeuwd.
een
sychoii jrgierigen
Gewent r al die leergierigen bestaat er een
b 'ijst aan mogelijkheden om wijzer te
een zjden en zich te laven aan de bron van
aid d/i nis. Ze kunnen terecht bij onder ande-
ie schiiet vormingswerk, dag- en avondscho-
tje en volkshogescholen, universiteiten, aca-
iun vo »es en instituten voor schriftelijk on-
7its d/WiIs- 0ok radi0 en televisie, Teleac bij-
rlinger beeld, werken mee aan de educatie
zettei volwassenen. Straks is er dan ook nog
oe zijn0Pen sch0°' d'e door sommigen wordt
swerk. ien a's de kroon op de educatieve en
gertje. ure,e mogelijkheden die ons land
ge do< 't.
Ze mogelijkheden zijn de laatste tien jaar
k toegenomen. Hetzelfde geldt voor de
vervwin9sle"'n9- Nieuwe activiteiten klopten
faJde schooldeur. Kakelverse namen en
ac/jfer'ppen als permanente educatie, edu-
eeB' netwerk, betaald educatief verlof,
nn school en moeder-mavo nestelden
'n onze taal.
<eid. shriftelijk
Ir een' de9enen die niet volledig dagonder-
en ze v0,9en studeert 45 procent (208.000
Ten zii l'n9en) schriftelijk. Mede door de toe
fen ze iende vrije tijd en de stijgende belang-
ling voor her- en bijscholing stijgt het
,erzoeJtal cursisten met gemiddeld drie pro-
i waai1 Per 'aar' kunnen terecht bij in to-
42 door de minister erkende instituten
r schriftelijk onderwijs. Die zijn samen
fed voor meer dan twaalfhonderd cur-
schoo sen en °P|e'd'n9en- Veruit het grootste
ha ituut is de Leidse Onderwijsinstellingen
die sf,>'> me* 115.000 cursisten, 500 cursus-
350 admin'stratieve medewerkers en
/ezr3 bevoegde docenten.
it deri1 schrifte,'jk onderwijs mikt op andere
""f/sten dan bijvoorbeeld het dag- en
idonderwijs. LOI-voorlichter Hans de
„Bij bijvoorbeeld moeder-mavo's
It ook het sociale aspect een rol; het
teten van andere mensen en met el-
studeren. Het schriftelijk onderwijs is
mensen die in hun eigen tempo willen
>p^n'dïlfieren' niet achteroP willen raken als ze
nderwt paar weken ziek zijn en die ook niet
onwedt de w'"en stappen om door weer
arde/7/lwind naar sch0°' te gaan"-
Mcftslstandsonderwijs
igen vj
beooij
v
man
vi
vej
inele o
Dl kom
telijk i
senen is al lang niet meer de belangrijkste
reden waarom men kiest voor schriftelijk
onderwijs. De belangstelling voor leren via
de brievenbus, ook wel „afstandsonder
wijs" genoemd, groeide namelijk mee met
de voortdurende toename van het aantal
scholen voor avond- en dag-avondonder-
wijs. „Veel volwassenen studeren bij het
"schriftelijk onderwijs, omdat zij in sterke
mate aan huis gebonden zijn. Bijvoorbeeld
werknemers met onregelmatige werktijden
en vrouwen die voor jonge kinderen moe
ten zorgen. Zij zijn niet in staat om op vas
te tijdstippen naar school te gaan". Daar
naast bestaat er een lange lijst opleidin
gen die alleen schriftelijk kunnen worden
ien bi
derdt
issiën
nalen
lereikl
benut
schoi
yiing
en
v«l,
iede
rwijs
grote
et gro
te leei
ilfs de
ondei
wanpr
irs" te
evalllg
het be
Is kent
i tie, vt
het st
niet
gespt
n autoi
rs blijl
ld m
■jedrag
ie en
gen pi
1 VOOI
i onwt
jccess
SNOE
studeren ook een manier om vrije tijd te vullen?
tejezien de vele mogelijkheden die er op dit gebied
zou men zeggen van wel. Wie wil kan voor een
lencursus naar Volksuniversiteit, conversatiecursus
vormingscentrum. Ook mogelijkheden als politie-
scholingscursussen en Koppelklassen trekken
vooral vrouwelijke cursisten. Er zijn er ook die
nog serieuzer aanpakken en naar de dag- of
ondschool gaan. Die belangstelling wordt duidelijk
veeds groter. Het dag- en avondonderwijs voor vol-
issenen trok drie jaar geleden 19.000 cursisten. Dat
n er nu bijna 90.000.
at beweegt dit legioen? Willen zij alleen hun tijd
vullen of er in meer dan één opzicht wijzer van
irden? Een gesprek met drie cursisten van wat in
wandeling de moeder-mavo wordt genoemd, le-
t een scala van motiveringen en meningen op.
Negentigduizend volwassenen
Scala van
motiveringen
Willy
Willy zegt: „Ik heb vroeger gewerkt. Toen ben ik getrouwd, werd
huisvrouw en moeder. Maar nu gaan de kinderen allemaal naar
school. Toen dacht ik: nu ben ik aan de beurt. Want daar zat
moeke dan, de hele morgen alleen thuis en die tijd vullen met het
laten wapperen van de stofdoek vind ik vreselijk. Toen kwam het
idee om verder te gaan leren. Ik heb mulo en daar kun je niet
veel meer mee, tegenwoordig. Mijn man wil wat inleveren van de
tijd die hij aan de sport geeft, de kinderen vinden het ook leuk
dat moeder weer naar school gaat en dus ben ik dit jaar begon
nen aan het havo-diploma.
Willy heeft een volledig pakket, met de drie exacte vakken. „He
laas kunnen die nog niet op de dagopleiding gegeven worden,
zodat ik daarvoor naar de avondopleiding moet".
Willy's man vindt het niet alleen goed dat zijn vrouw gaat stude
ren. hij stimuleert haar zelfs. Maar het blijkt dat toch nog veel
echtgenoten wat moeilijk aankijken tegen het feit dat hun vrouw
weg zal zijn of moet studeren op tijden dat zij anders voor hem
koffie zet of de kinderen naar bed brengt.
schuiven overdag of 's avonds in de schoolbanken.
Gerda
Daarom zijn er vrouwen die er dan maar niet aan beginnen, er
zijn er ook die het dan maar tegen de zin van manlief doen. „En
daar heb ik echt bewondering voor", zegt Gerda. „Bij mij in de
tweede mavo-klas zit er zo één en mij dunkt dat de studie dan
extra zwaar valt".
Ook Gerda zelf heeft de kinderen nu in de leerplichtige leeftijd.
Het de hele dag thuiszitten gaf haar een onbevredigend gevoel.
„Ik heb hobby's genoeg, daar gaat het niet om", zegt ze, „maar
dat is echt tijdverdrijven en je doet er niets mee. Je kunt een
enkele morgen wel weer eens terug gaan in bed als man en kin
deren de deur uit zijn, maar dat houd je ook niet lang vol".
Belangrijker leek het haar om haar eigen algemene ontwikkeling
bij te schaven, om later de kinderen te kunnen helpen en te kun
nen meepraten. Daarom begon ze met drie vakken, maar al
gauw kreeg de studie haar zo te pakken, dat ze dacht: „Ik kan
het eigenlijk best" en ze breidde het pakket uit tot zes vakken.
De aarzeling en twijfel over eigen kunnen zijn van haar afgevallen
en het naaien en breien komt ook nog best aan bod. Gerda is
door de studie langzamerhand ook toegegroeid naar het idee om
met dat diploma straks een baan te zoeken. Zij realiseert zich
dat dat in deze tijd niet eenvoudig is. „Maar", zegt ze enthou
siast, „als ik geen baan vind ga ik toch gewoon door voor havo!"
Herma
Toch moesten de volwassen scholieren eerst wel weer wennen
aan de sfeer van proefwerken en examens. Daar ben je wel uit
als je, zoals Herma, halverwege de brui aan de ulo gegeven hebt.
Toch kreeg ze daar later spijt van. Herma heeft tijd moeten ma
ken om te kunnen studeren. Zij had een baan, maar kreeg het
gevoel daar niet verder te kunnen komen, omdat zij de vereiste
opleiding niet had. Ze heeft haar baan opgegeven. Dat betekent
een financieel offer.
„Het heeft zo moeten zijn", zo zdgt ze lachend. De leraar bij wie
ze uit de klas gelopen is omdat ze het indertijd op de ulo niet
meer zag zitten, was uitgerekend degene die haar inschreef op
de avondscholengemeenschap, waarvan de dagopleiding voor
volwassenen deel uitmaakt.
Het aantal cursisten dat al na enkele maanden afvalt is vrij groot.
„Daar wilde ik niet bij horen", zegt Herma. „Daarom heb ik
doorgebeten". Het gezinsleven wordt er anders door nu moeder
naar school gaat. maar beslist niet minder, zo constateren ze alle
drie. Het gesprek beweegt zich rondom andere onderwerpen en
je krijgt een grotere band, zo meent Gerda.
In ons land volgen
500.000 mensen
niet volledig da
gonderwijs. Meer
dan 200.000 cursis
ten studeren
schriftelijk. De stu
die hapt in veel ge
vallen een flink
stuk uit de vrije
tijd, soms wel twin
tig tot dertig uur
per week.
van een kangoeroe met gloeiende kolen in
haar buidel. In een van zijn oudejaarscon
ferences nam Wim Kan die STER-spot op
de hak: „Ik hoor die man niet meer. Hij is
zeker gezakt".
Achilleshiel
Hans de Vries geeft toe, dat de afvallers
de achilleshiel van het schriftelijk onder
wijs vormen. „Naarmate de cursus langer
duurt, wordt het steeds moeilijker het vol
te houden. Bij de opleidingen mavo. havo
en vwo haalt twintig procent de eind
streep. Bij het avondonderwijs is dat der
tig procent!"
Om die percentages op te krikken is be
sloten de lange opleidingen in partjes te
knippen. Er ontstaan dan mijlpalen waar
de cursist zich op kan richten. Bij mavo-,
havo- en vwo-opleidingen, via die zoge
naamde deelcertificaten, bemachtigt vijftig
procent het diploma. Bij heel korte en
meer beroepsgerichte opleidingen ligt dat
percentage beduidend hoger. De cursus
veiligheidsbeambte bijvoorbeeld telt ne
gentig procent geslaagden.
Een toenemend aantal cursussen kent he
lemaal geen diploma meer. Dat is bijvoor
beeld het geval met de korte, doelgerichte
cursussen die als vrijetijdsbesteding in
zwang komen of zich op de vrije tijd rich
ten. Voorbeelden zijn: schilderen, koken,
knutselen, fotograferen, tuinieren, wijnken
nis, postzegels verzamelen enzovoort.
Bij veel cursussen wordt niet uitsluitend
schriftelijk onderwijs gegeven. Er zijn ook
mondelinge lessen, discussiebijeenkom
sten en praktijklessen, grammofoonplaten,
geluidsbanden, films en andere hulpmid
delen. In de toekomst komen daar twee
heel belangrijke informatiebronnen bij: de
beeldplaat en Viditel.
Wisselwerking
Bij deze vruchten van de micro-elektronica
is er sprake van een wisselwerking. De
Vries: „Bij het integreren van de micro-
elektronica in de samenleving, bij de om
en bijscholing, zal het onderwijs en dus
ook het schriftelijk onderwijs een be
langrijke rol spelen. Andersom kan het on
derwijs van die nieuwe ontwikkelingen
profiteren. Nu krijgen onze cursisten de
correcties tweemaal per week via de post
thuis. Dat gebeurt straks veel directer.
Maar het schriftelijk element zal nooit ver
dwijnen. Je hebt iets nodig, dat je na kunt
slaan".
De LOI-voorlichter ziet de belangstelling
voor het niet-volledig dagonderwijs voorlo
pig in de lift blijven. Op de vraag hoe
straks een beetje lijn en samenwerking
kan worden gebracht in de doolhof van
studiemogelijkheden, moet de „Nota Vol
wassenen-educatie" het antwoord geven.
Die zit al jaren in de pen, maar komt er
niet uit, omdat de drie ministeries die er
bij betrokken zijn verschillende opvattin
gen hebben. De Vereniging van erkende
Instellingen voor Schriftelijk Onderwijs
(VISO) hoopt dat die nota ook het doek
ophaalt voor financiële steun aan individu
ele cursisten. De Vries: „Avondscholen bij-,
voorbeeld worden gesubsidieerd. Op elke'
stoel ligt bij wijze van spreken tweeëntwin
tighonderd gulden belastinggeld. Schrifte
lijke cursisten worden extra zwaar belast.
Zij moeten het cursusgeld - alles bij elkaar
zo'n honderd miljoen per jaar - zelf op
brengen. Dat is niet rechtvaardig. Daarom
pleiten wij voor financiële steun voor indi
viduele cursisten. Financiën mogen name
lijk nooit een drempel vormen om schrifte
lijk onderwijs te gaan volgen".
Er zijn
veel
manieren
om
wijzer
te worden
ding. Later kwam het studeren als invullen
van de toenemende vrije tijd er bij.
Koek
Met steeds grotere reclamecampagnes
probeerden de 42 instellingen hun part
van de groter wordende onderwijskoek te
bemachtigen. Een aantal jaen geleden
werd zelfs via de STER de loftrompet over
het schriftelijk onderwijs gestoken. In een
zo'n spot riep een man enthousiast in de
microfoon iets in de trant van: „Ik ga naar
de zolder, om fijn te studeren!" Hij liet die
mededeling vergezeld gaan van een jodel-
partij die deed denken aan de bronstroep