oonmaatregel zorgt voor xtra belastingwijzigingen ISCUS HAALT HEEL WAT Of ERHOOf» kINNENLAND LEIDSE COURANTI WOENSDAG 31 DECEMBER 1980 PAGINA Kleine zelf standigen die niet meer winst maken dan 67.000 gulden per jaar kunnen, evenals vorig jaar, tweedui zend gulden van hun be lastbaar inko men aftrek ken. S v jljet rd m n. :t SN HAAG In tegenstelling tot voor- ande jaren valt het dit jaar niet mee overzicht te geven van alle wijzigin- op fiscaal gebied die op 1 januari n kracht worden. Omdat men op het ■j nisterie van Financiën maar niet uit- studeerd raakte op een aantal voor- ;llen aan de Tweede Kamer heeft deze reeks van fiscale lastenverlichtingen ""j or het bedrijfsleven niet meer op tijd innen behandelen. Om dezelfde reden J er nog steeds geen duidelijkheid over «it er volgend jaar met de zogenaamde ^biljetten gaat gebeuren: in welke mate I veel betaalde loonbelasting via zo'n ^ljet in 1981 kan worden teruggevor- zal pas in februari duidelijk wor- Verder is nog geen helderheid over mate waarin betaalde rente in het jaleuwe jaar nog aftrekbaar zal zijn- De jins is groot dat de Kamer een lagere j ens voor de aftrekbaarheid van hypo- t eekrente wil dan de regering (540.000 ilden) j aken we de balans op van de voorstellen die t kabinet de afgelopen maanden door de :1 veede en Eerste Kamer aanvaard kreeg dan ijkt er desondanks toch heel wat per 1 janua- m op fiscaal en sociaal gebied te veranderen. Ïrucht zijn intussen de accijnsverhogingen op rke drank, benzine en tabak (de laatste ove- ens pas op 15 februari). Maar daarmee zijn Se er nog niet: tal van fiscale regelingen wor- u :n gewijzigd, uitkeringen gaan omhoog, belas- :J ïgen gaan omlaag, andere worden weer opge- j okken. Wat er zoal verandert op het moment ,t om middernacht voor 30 miljoen gulden .1 n vuurwerk de lucht in gaat hebben we hier- ider nog eens op een rijtje gezet. e aanslaggrens voor de inkomstenbelasting is 't istgesteld op 50.300 gulden (was 47.000). De grens lor teruggaaf op verzoek van ingehouden, loonbe- sting (T-biljet) en premie volksverzekeringen jjjordt 109 gulden (was 104) .1 i het kader van de loonmaatregel, waardoor ie- i ireen moet inleveren, gaat ter gedeeltelijke com- jgnsatie de loon- en inkomstenbelasting omlaag, gaat om een verlaging van de belastingvrije men met 4 procent die komt bovenop een ver- ;ing van deze sommen en de tariefschijven met procent als gevolg van de inflatiecorrectie, far gaat voor 1981 dan weer 0,9 procent vanaf in band met de eenmalige uitkering aan de ex-In- •h geïnterneerden. Voor 65-plussers trouwens der goed nieuws: hun „bevoorrechte" positie |rdt langzaam afgegraven. De voor hen nog geï nde speciale bejaardenaftrek wordt verder af- bouwd. !e belastingvrije sommen komen er dan zo uit te ■tariefgroep 1 (werkende gehuwde vrouw) f 2.278 f. 2.101) tariefgroep 2 (ongehuwden tot 35 jaar) f. 6.599 I vas f.6.087) tariefgroep 3 (ongehuwden vanaf 35 jaar) f 8.871 /as f. 8.183) tariefgroep 4 (gehuwde mannen) f. 11.371 (was 10.489) a sjaardenaftrek voor gehuwden f.2.253 (was a 1.691) 'jaardenaftrek alleenstaanden f. 1.579 (was f. 1.886) arbeidsongeschiktheidsaftrek voor jonger dan 65 issen 45 en 80 procent ongeschikt f 790 (was f 815) 1 em voor meer dan 80 procent ongeschikt f 1.579 f. 1.815) maximale aftrek onvolledig gezin f 3.644 (was f. 3 ictra af rek alleenstaande met recht op kinderbij- ag f. 2.500 (was f 2.306) 1981 gaat een dividendvrijstelling gelden voor .tten bedrag van 500 gulden uit de opbrengst van rfewone aandelen en voor 1000 gulden voor inkom- in uit aandelen in participatiemaatschappijen. De mtevrijstelling gaat omhoog naar 700 gulden en tldt voor het saldo van betaalde en ontvangen tnte. "gen ai* tijdelijke zelfstandigenaftrek voor kleinere :g: ilfstandigen is gehandhaafd op het niveau van Dit houdt in dat ten aanzien van onderne- lers van 18 jaar en ouder die niet méér winst ma in dan 67.000 gulden een inkomensaftrek wordt legepast van 2000 gulden. Bij hogere winsten wordt de aftrek verminderd met 200 gulden voor elk bedrag van 1000 gulden waarmee de winst de 67.000 te bóven gaat. Vanaf 77.000 wordt geen af trek meer verleend. Aan degene die tenminste 1750 uren werkt in de onderneming van dp echtgenoot wordt een derde van de winst toegerekend met een minimum van 2.250 gulden (was 3.136) en een maximum van 26.955 (was 25,598). Bij minimaal 875 uren geldt een vijfde van de winst met een minimum van 2.250 en een maximum van 16.176 (was 15.361). Bij minimaal 525 uren geldt een negende van de winst, opnieuw met een minimum van 2.250 en een maximum van 5.396-(was 5.124) Voor hun fiscale oudedagsreserve mogen zelfstan digen volgend jaar opnieuw 11,5 procent van de winst die zij maken opzijleggen als deze in totaal niet meer is dan 47.196 gulden (was 44.820). In an dere gevallen mag 10 procent worden toegevoegd^ Het minimumbedrag van de jaarlijkse toevoeging is verhoogd van 806 naar 849 gulden en het maxi mum van 12.721 naar 13.396 gulden. De jaarlijkse onbelaste afneming van de resreve wordt 511 (was 485) bij een winst van niet-meer dan 25.373 (was 24.095 gulden). Voor ondernemers is verder van belang de stam- rechtvrijstelling. De geldende maxima worden verhoogd. Bij overdrachten door 60-plussers, inva lide ondernemers of bij het staken van een onder neming door overlijden gaat een vrijstelling gelden van 491.666 gulden (was 466.919). Is men tussen 50 en 60 f. 245.834 (was 233.460) en in alle overige ge vallen f. 122.917 (was 116.730). Verder kunnen genoemd worden de lijfrentepre mie-aftrek waarvan het maximum 13.523 gulden gaat bedragen (in plaats van 12.842). Voor een in vesteringsbijdrage in het kader van de WIR komt men in aanmerking als de investeringen in het ka lenderjaar 1981 meer dan 2300 gulden belopen. Aanspraak op een kleinschaligheidstoeslag ontstaat als er niet meer dan 918.142 gulden wordt geïnves- téerd (was 871.929) Aftrekposten Ook tal van aftrekposten hebben veranderingen ondergaan. Belastingplichtigen die geen recht heb ben op kinderbijslag kunnen onder bepaalde voor waarden aanspraak maken op buitengewone-laste- naftrek voor de kosten van levensonderhoud voor kinderen jonger dan 27 jaar. Het betreft 275 gulden per kwartaal voor kinderen tot drie jaar die in be «Bijdragen voor een ziektekostenregeling kunnen in 1981 alleen van het belastbaar inkomen 4forden afgetrokken als zij betrekking hebben op een tijdvak van niet langer dan 12 maan- langrijke mate worden onderhouden, 550 gulden tussen drie en 18 jaar en 1.1000 gulden per kwar taal voor kinderen van 18 jaar en ouder die groten deels door de belastingplichtige worden onderhou den. Behoren deze kinderen niet meer tot zijn ei gen huishouden dan kan zelfs op een aftrek van 1.650 gulden per kwartaal aanspraak gemaakt wor den, mist de kindeken geheel of nagenoeg geheel op 'zijn kosten worden onderhouden. Dat is het ge val wanneer de belastingplichtige minstens 52 gul den-per week voor het levensonderhoud van het kind betaalt (was 50 gulden). Bedragen de totale kosten minder dan 104 gulden, dan is voldoende dat de helft, van de totale kosten door de belasting plichtige wordt betaald. 1 Ziektekosten Premies en bijdragen voor een ziektekostenrege ling komen voortaan alleen maar voor aftrek in aanmerking als zij betrekking hebben op een tijd vak van niet langer dan 12 maanden. Kosten van ziekte, invaliditeit, bevalling, adoptie en overlijden korpen slechts voor "aftrek in aanmerking voor zo-., ver zij meer bedragen dan 11 procent (was 10) van het onzuivere inkomen als dat 42.272 gulden of minder bedraagt (was in 1980: 40.500). De kosten moeten hoger zijn dan 4.650 (was 4.050) als het on zuiver inkomen meer is dan dit bedrag. Bij een in komen van 95.000 gulden moeten de kosten min stens 5.800 gulden hebbe,n bedragen (was 5.050), Voor extra uitgaven voor kleding en beddegoed in geval van ziekte of invaliditeit mag 520 gulden worden afgetrokken (was 470 gulden). Als de kos ten hoger uitvallen dan 1040 gulden (was 940) gaat deze grens omhoog van 1175 naar 1300 gulden. De kosten van gezinshulp in één-oudergezinnen met jonge kinderen komen voor aftrek in aanmer king als ze meer zijn dan 10 procent van het onzui ver inkomen en dat minder dan 95.000 gulden be draagt (was 91.000). Is het- inkomen hoger dan moeten de kosten meer dan 9.500 gulden hebben bedragen. De maximale aftrek is gestegen van 27.300 naar 28.500 gulden. Reiskostenregeling In het nieuwe jaar geldt een nieuwe reiskostenre geling en een voor de korte'afstanden iets gewij zigde reeks van vrijgestelde vergoedingen: enkele reis afstand km. aftrek 8180 vrijgesteld 8180 10 200 200 390 390 10—15 830 760 1200 1130 15—20 1130 1090 1510 1510 20—30 1600 1600 2140 2140 30—40 2200 2200 .2850 2850 40—50 2620 2620 3360 3360 50 en meer 3260 3260 .4140 4140 De hier genoemde aftrekbedragen, gelden alleen voor de inkomstenbelasting. Voor dp lQonbelasting zijn ze 200 gulden lager omdat in de tabellen van' deze belasting al rekening is gehouden met een be drag van 200 gulden. Niet meer aftrekbaar zijn giften van nog niet lo pende termijnen van huren, pachten én renten van schuldvorderingen; ook niet de giften van lopende termijnen voorzover die niet tot het inkomen van de schenker worden gerekend. Zo zal bijvoorbeeld de schenking in 1981 van nog niet verlopen obliga tiecoupons niet meer fiscaal aftrekbaar zijn. Successie- en schenkingsrechten Een groot aantal ingrijpende wijzigingen worden van kracht in de sfeer van de successierechten (de. belasting die over erfenissen moet worden betaald) en de schenkingsrechten (belasting over schenkin gen). Er zijn nieuwe vrijstellingen ingevoerd en de tarieven zijn gewijzigd. Nieuw is ook de jaarlijkse aanpassing van de vrijstellingen met het inflatie percentage. Daardoor gaan in 1981 de volgende vrijstellingen gelden: Voor het successierecht. Echtgenoten: 368.550 gulden (was 250.Ó00), zij het dat de verhoging van de vrijstelling van de echtge noot voor het jongste minderjarige uit het huwelijk geboren kind is vervallen. Kinderen tot 23 jaar: f. 5.265 per jaar met een mi nimum van 10.000 gulden Kinderen boven 23 jaar 10.530 mits de verkrij ging niet meer bedraagt dan 31.590 gulden, (deze voorwaarde geldt niet voor invalide kinderen) Voor invalide kinderen onder 23 jaar geldt een afwijkend minimum: 15.795 gulden De oude vrijstellingsregeling voor kinderen komt daarmee te vervallen. Ouders: vrijstelling van 52.650 gulden Voor andere bloedverwanten in de rechte lijn geldt een vrijstelling van 10.530 gulden dfe in be ginsel vervalt als de verkrijging dat bedrag te bo ven gaat. Voor alle andere gevallen is dit bedrag 1053 gulden. De vrijstellingen voor periodieke uitkeringen van minderjarige halfwezen en wezen en van in valide ouders zijn alle vervallen. Op de vrijstellingen van echtgenoten, kinderen tot 23 jaar en. ouders worden eventuele pensioen rechten in mindering gebracht tot een bedrag van 100.000 gülden voor echtgenoten, 10.000 voor kin deren en ouders en 15.000 voor invalide kinderen. Voor ongehuwd samenwonenden gaat een vrij stelling van successierecht gelden van 105.300 gul den als zij bloedverwanten in de rechte of zijlijn zijn (tot en rhgt de tweede graad) en samen met de erflater na hun 30ste jaar minstens vijf jaar aan eengesloten een gemeenschappelijke huishouding hebben gevoerd. Zijn zij geen bloedverwanten in deze zin en hebben zij na hun "18de gedurende minstens vijf jaar achtereen met de erflater een ge meenschappelijke huishouding gevoerd (bijvoor beeld een twee persoonshuishouden van niet-ge- huwderi) geidt deze vrijstellling eveneens. Heeft het samenwonen vier jaar achtereen geduurd dan geldt een bedrag van 84.240 gulden, bij drie jaar 63.180, bij twéé jaar-42.120 gulden. Voor schenkingèn door ouders aan kinderen geldt in het nieuwe jaar een vrijstelling per kalenderjaar' van 5.265 gulden in plaats van de tot nu toe gel dende 2000 gulden. De vrijstelling voor eon eenma lige schenking ter gelegenheid van het huwelijk van een kind is vervallen. In de plaats daarvan komt een eenmalige vrijstelling van 25.000 gulden (door de toegepaste indexatie geldt nu al een be drag van 26.1325 gulden), mits bij de aangifte voor de belasting op deze vrijstelling een beroep wordt gedaan. Deze aanmerkelijk verruimde regeling wordt gefaseerd ingevoerd. In 1981 geldt zij alleen voor kinderen tussen 18 en 21 jaar. In 1982 voor kinderen tussen 18 en 26 en het jaar daarop voor kinderen tussen 18 en 30 jaar. In 1984 wordt zij uit gebreid tot kinderen tussen 18 en 35 jaar en pas het jaar daarop geldt zij voor alle kinderen. Voor alle andere gevallen gaat een vrijstelling gel den van 3.159 voor een periode van twee jaar (was 2Q00 gulden). Vermogensbelastingen In de vermogensbelasting wordt een oudedagsre serve ingevoerd. De vrijstelling is bedoeld voor be lastingplichtigen die geen of geringe pensioenrech ten hebben, maar wel beschikken over vermogens bestanddelen. Tot nu toe moesten zij daarover het volle pond aan vermogensbelasting betalen. Daar komt nu een eind aan. Déze vrijstelling brengt be lastingbetalers na hun 35ste in een meer gelijke po-" sitie mét belastingplichtigen die wél van vermo gensbelasting vrijgestelde pensioenrechten hebben. De nieuwe oudedagsvrijstelling loopt op'van 5.000 gulden tot 183.000 gulden, afhankelijk van de de leeftijd, de burgerlijke'staat en de rechten waarop aanspraak gemaakt kan worden. Bovendien wordt een intèringsvrijstelling van kracht. Dat deel van het vermogen dat een belas tingbetaler in de toekomst moet aanwenden voor zijn noodzakelijke kosten van levensonderhoud wordt van belasting vrijgesteld. Het gaat hierbij om gevallen waarin de belastingbetaler geen qf een zeer gering inkomen heeft en niet voor een (sociale) uitkering in aanmerking komt, louter om dat hij een vermogen bezit. Door deze nieuwe re geling wordt voorkomen dat mensen zo bijvoor beeld eerst hun eigen huis moeten opeten alvorens zij een beroep op bijstand kunnen doen. Verder is in de vermogensbelasting de vrijstelling voor ondernemers verruimd met een minimum van 95.000 gulden. De( waardering vhn de tot hoofdverblijf dienende eigen woning gebeurt voor taan voor iedereen aan de hand van een vaste in de wej' opgenomen maatstaf, namelijk 60 procent van de waarde van de woning in lege staat. De basisvrijstelling is verhoogd van 66.000 tot 91.000 gulden voor gehuwden. Voor ongehuwden geldt.een belastingvrije som afhankelijk van de ta riefgroepindeling van 45.000 tot 74.000 gulden (was 43.000 - 66.000 gulden). De kinderaftrek is verlaagd tot 5-000 gulden voor jonger dan 18. Voor studerenden tussen 18 en 27 jaar geldt een aftrek van 28.000 gulden. De in validiteitsaftnek en bejaardenaftrek voor de vermogensbelasting blijven ongewijzigd, zij het dat ook hier'een indexering wordt toegepast: 40.000 gulden in plats van 38.000) De wijzigingen van de vermogensbelasting, het successie- en schenkingsrecht moeten betaald wor den door een verhoging van de tarieven. De suc cessierechten alleen al moeten voor 100 miljoen gulden meer belastingopbrengst zorgen. Voor som mige categorieën gaat de'belasting echter weer om laag. Ongehuwd samenwonenden gaan er bijvoor beeld op vooruit. ARJEN BROEKHUIZEN Uitkeringen per 1 januari omhoog (Van onze parlementaire redactie) DEN HAAG Op nieuwjaarsdag gaan de AOW en AWW-uitkerïngen weèr omhoog. Uitgangspunt daarbij is de zogenaamde netto-netto-koppe ling. Hierbij is het netto AOW-pen- sioen per maand voor een echtpaar gelijk aan het netto minimumloon. Deze koppeling geldt ook voor de vakantie-uitkering. Verder bedraagt het netto AOW-pensioen voor een al leenstaande 70 procent van dat van een echtpaar. De bruto-maanduitkeringen die vanaf 1 janu ari gelden luiden: gehuwde bejaarden van f. 1.449,75 naar 1.478,10 ongehuwde bejaarden van f. 1.009,65 naar f 1.028,76 weduwen met kinderen van f. 1.449,75 naar f. 1.478,10 weduwen zonder kinderen van f. 1.009,65 naar f. 1028,76 wezen tot 10 jaar van f 323,08 naar f. 329,20 wezen van 10 tot 16 jaar van f. 484,63 naar f. 493,80 wezen van 16 tot 27 jaar van f. 646,17 naar i f. 658,41 Ook de kinderbijslagen worden in het nieuwe jaar gewijzigd. De veranderingen treden op vanaf het tweede kind. Daarvoor gaat de bij slag van 428 naar 433 gulden per kwartaal. Voor het derde kind van 432 naar 436, voor het vierde en vijfde kind van 522 naar 527 en voor het zesde en zevende kind van 575 naar 581 gulden. Voor de achtste en volgende kin deren kan gerekend worden op een kwar taalbijslag van 640 gulden (was 634 gulden). Bij het parlement ligt nog een voorstel om de kinderbijslag voor het eerste en tweede kind nog verder te verhogen in verband met de koopkrachtontwikkeling. Dan geldt voor het eerste kind geboren na 1-1-79 een bijslag van 137 gulden per kwartaal, voor alle andere eerste kinderen 274 gulden en voor het twee de kind 436 gulden per kwartaal. Het minimumdagloon voor de WAO komt op 1 januari uit op 113,22 gulden. Dat voor de WW op f. 116,71 en voor de WWV op f 123,33. Het maximumdagloon wordt f. 239,99. De toelatingsgrens voor de bejaardenzieken fondsverzekering is vastgesteld op 22.774,20 gulden. De volgende premies gaan gelden (gebaseerd op inkomen 1981): Voor ongehuwden: tot 18.177,20 29,80 per maand 18.177,20—18.617,20 59,50 per maand 18.617,2010.059,20 89,10 per maand 10.059,2022.774,20 ƒ.118,70 per maand Voor gehuwden gelden dezelfde premies met dien verstande dat tussen 19.059,20 en 20.917,20 gulden 118,70 gulden premie moet worden betaald en tussen f. 20.917,20 en f. 22.774, 20 178 gulden per maand. Met ingang van 1 januari worden de eigen bijdragen en de minimaal ter vrije besteding overblijvende bedragen in AWBZ-inrichtin- gen aangepast. Voor ongehuwden wordt de maximale eigen bijdrage f.729,66 pep maand en het minimaal ter vrije besteding resteren de bedrag f.275,10 per maand. Voor gehuw den worden deze bedragen respectievelijk f.872,40 en f. 550,20 per maand. Een aantal premies voor volksverzekeringen gaat ook omhoog. Voor dé AOW gaan werk» nemers 10,35 procent premie betalen en voor de AWW 1,25 procent. Voor de AWBZ gaan werkgevers 3,05 procent betalen, voor de Kinderbijslag 1,9 procent, voor de AAW 4,95 procent. Al deze percentages worden geheven over maximaal 48.750 gulden per jaar. De WAO-premie voor werknemers komt op 10,40 en voor werkgevers op 7,90 procent. De ziekenfondspremie komt voor beiden op 4,3 procent, de WW-premie. op 0,775 procent. De ziektewetpremie wordt voor werkgevers 6,3 en voor werknemers één procent. Minimumlonen 1 procent omhoog (Van onze parlementaire redactie) DEN HAAG Ook het wettelijk minimumloon voor werknemers van 23 jaar en ouder gaat op 1 janua ri weer omhoog. Ten opzichte van het peil van medio juli betreft het een stijging met een procent. Daar door gaan de volgende bedragen gel den: 1882,40 bruto per maand (was 1862,90) 434,40 bruto per week (was 429,90) 86,88 bruto per dag (was 85,98). De nieuwe bedragen liggen overigens lager d'an in de maand december. De oorzaak daar van is dat deze maand voor een keer een tij delijke verhoging werd uitbetaald van bijna 2,5 procent in verband met de koopkracht- handhaving van minimumloontrekkers. Ook het minimumjeugdloon wordt op 1 janu ari gewijzigd. Hier treedt een verlaging op in het kader van'de bezuinigingsvoorstellen die het parlement onlangs goedkeurde. Tot nog toe was het minimumjeugdloon voor elk leef tijdsjaar beneden de 23 -steeds 7,5 procent minder dan het wettelijk minimumloon voor werknemers van 23 jaar en ouder. Dit per centage wordt nu gewijzigd. Voor 22-jarigen gaat een percentage van 90 gelden, waardoor zij per maand kunnen rekenen op f. 1694,20 bruto. 21-jarigen krijgen 80 procent (f.1505,90), 20-jarigen 70 procent (f. 1317,70) en 19-jarigen 60 procent (f. 1129,40). Voor 18-ja- rigen geldt een percentage van 52,5, waar door zij vanaf 1 januari f.988,30 krijgen uitbe taald. Bij 17 jaar geldt 45 procent, wat neer komt op f. 847,10 en bij 16 jaar 40 procent: f.753,- Deze wijziging doorbreekt overigens niet de bestaande collectieve arbeidsovereen komsten en de al dan niet hierop gebaseerde individuele looncontracten. De verlaging zal pas een rol spelen bij het afsluiten van nieu we cao's en bij het aangaan van nieuwe indi viduele arbeidsovereenkomsten. Bovendien geldt er nog een overgangsregeling waardoor degene die op 31 december 1980 al op arbeids overeenkomst werkzaam is recht blijft hou den op het oude jeugdloon dat op die datum gold. De regeling geldt ook bij het verande ren van baan, waarbij een nieuwe dienstbe trekking niet direct op de oude hoeft aan te sluiten. De overgangsregeling wordt toege past zolang het loonbedrag waarop een werk nemer volgens deze regeling aanspraak maakt, hoger ligt dan het bedrag waarop hij gezien zijn leeftijd volgens de nieuwe bereke ningswijze tenminste recht zou hebben.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1980 | | pagina 13