■Komkommer krijgt ïiatuurli jke weerstand jtegen spintmijt Bezorgdheid over export chrysan ten naar Engeland DANK ZIJ WAGENINGSE ONDERZOEKER: insi; ove OORZAAK: MINEER VLIEG s> iSMTE FHpIT BL#ËMEN BEULEN HAALT WESTLAND-ZUID 170 MILJOEN? JAAROMZET CCWS TEGEN DE 700 MILJOEN JAPAN BELEMMERT IMPORT BOLLEN PAGifoND EN TUINBOUW LEIDSE COURANT MAANDAG 8 DECEMBER 1980 PAGINA 9 I en m 'en, kwar, twee: bonen uien, 2 groU ettcn), 1 kg ai 10 gr. i n ien eei t wate VAGENINGEN Acht- laat uionderd komkommerras- ien uit de hele wereld heeft r. O. M. B. de Ponti moe- ir. dat '<ooktiji °"êien onderzoeken om er tien 'ekte le vinden, die gedeeltelijk ger A»en natuurlijke weerstand kpan b resistentie) hebben tegen le spintmijt. Uit dat tien- dunne al ontwikkelde hij door t die truisen en selecteren plan- ongeve en, waarop de spintmijt arine. en tot de klasse der spi- moge/jiachtigen behorend diertje erst de^ zich minder half zo snel ermenigvuldigt als op be- komkommerras- ne pit it en /Ir. De Ponti, onderzoeker e gesc )ij het instituut voor de in st veredeling van tuinbouw- dan drewassen in Wageningen, uoo/fteeft zijn bevindingen in margapen proefschrift gezet, en a/swaarop hij vorige week aan de landbouwhoge- >n vvar^chool is gepromoveerd. giet i.Dit onderzoek heeft aan- de pe%etoond, dat de veredeling 'or. jvan de komkommer op re- de Assistentie (natuurlijke weer stand) tegen spintmijten iker vpraktisch uitvoerbaar is en mg vctot aanzienlijke verhoging van het resistentieniveau kan leiden. Door uitgifte van resistente (planten)lij nen aan particuliere vere- delingsbedrijven zal de Ne derlandse tuinbouw te zij ner tijd spintmijtresistente komkommerrassen mogen verwachten en aldus van dit onderzoek profiteren". Dit is de belangrijkste con clusie uit het proefschrift „Resistentie in komkom- joütie mer tegen de spintmijt". en bj Harde hand Insektenbestrijding in gewas- c„ sen is meestal gericht op het iljoen j met harde (chemische) of taties1 zachte (biologisch, geïnte- ?reCht greerd) hand doden van in- sekten op het moment dat ze I te talrijk worden en schade veroorzaken. Bij beide met- hoden blijft echter kans op herhaling bestaan doordat overlevende insekten zich aai^ eeft u i e C l e vla JEA snel vermeerderen. Er moet dus steeds opnieuw bestrij ding plaatsvinden. De plan- tenveredelaars zijn daarom begonnen rassen te ontwik kelen waarop insekten min der goed gedijen, zodat voor komen wordt dat ze te talrijk en te schadelijk worden. Dat heet resistentieveredeling. Er zal echter ook hiermee geen volledige uitroeiing van het betreffende schadelijke in- sekt bereikt worden, maar er heeft wel veel minder vaak bespoten hoeven te worden en de biologische bestrijding (insekten met insekten be-, strijden) wordt er veel effec tiever door. Biologisch en geïntegreerde bestrijding le nen zich namelijk vooral voor een traag groeiend in- sektenbestand. Door vergrote resistentie van planten zal dus zowel direct als indirect de chemische bestrijding te ruggedrongen worden. Selectie uit 800 rassen In de veredelingsprogram- ma's van bijna alle land- en tuinbouwgewassen wordt al rekening gehouden met re sistentie tegen ziekten. Nieuw is dat de veredeling nu ook rekening gaat houden met resistentie tegen insek ten en andere dierlijke para sieten. Bijna tien jaar geleden begon promovendus De Ponti met het eerste proefobject in ons land, de resistentie tegen spintmijt in komkommer. Hij heeft in een wereldcollectie van 800 rassen moeten zoe ken naar de rassen die een natuurlijke weerstand tegen de spintmijt vertoonden. Slechts tien rassen bleken die eigenschap gedeeltelijk te be zitten. Door te kruisen en te selecteren is De Ponti erin geslaagd uit deze tien rassen planten te ontwikkelen waarop de spintmijt zich nog minder dan half zo snel ver menigvuldigt dan op de be staande komkommerrassen. Een aantal veredelingsbedrij- ven is ondertussen bezig de nieuwe eigenschap door kruising in de bestaande ras sen aan te brengen. Proefvelden Tijdens het onderzoek is dui delijk geworden dat chemi sche bestrijding op selectie- velden helemaal funest is. Dan is namelijk niet meer te zien welke planten weer stand tegen bepaalde insek ten hebben. En omdat er niet meer op resistentie geselec teerd werd, trad er verlies van deze eigenschap bij veel soorten op. Door een drasti sche beperking van het in- sekticidengebruik op selectie- velden moet aan deze ongun stige ontwikkeling een eind worden gemaakt, zodat ten minste de van oudsher aan wezige resistentie gehand haafd blijft. Voor de geïntegreerde be strijding van plagen een alternatief voor louter che mische bestrijding, dat steeds meer belangstelling onder vindt is de beschikbaar heid van resistente rassen van groot belang. Reeds een geringe vertraging in de ver menigvuldiging van schade lijke insekten en mijten door resistentie van de plant, heeft onverwacht gunstige effecten op het gebruik maken van natuurlijke vijanden en an dere technieken van de geïn tegreerde bestrijding. Het voor Nederland zo be langrijke kasgewas de kom kommer heeft ernstig te lij den van de spintmijt. Naast chemische bestrijding is in middels biologische bestrij ding met de roofmijt op gang gekomen. De invoering van de nieuwe resistente kom- kommerplanten zal deze vorm van biologische bestrij ding waarschijnlijk doen toe nemen omdat deze meer suc ces zal hebben. En voor de chemische bestrijding bete kent het dat het aantal be spuitingen minstens tot de Oorzaken van resistentie De heer De Ponti zegt in zijn proefschrift dat over de oor zaken van resistentie nog weinig te zeggen is. Op de re sistente rassen worden vele spintmijten helemaal zwart. Dat wijst op een verstoring van de spijsvertering, waar van de werkelijke oorzaak nog onbekend is. Er zijn ook bittersmakende komkommers en er is wel verondersteld dat deze meer weerstand tegen spintmijt zouden hebben dan de goeds- makende. Uit de proeven van ir. De Ponti blijkt deze stelling onjuist; er waren heel wat bittersmakende rassen die juist vatbaar voor spint mijt waren. Behalve voor het onderzoek naar de resistentie van ver schillende groenten tegen uiteenlopende insekten inte resseert de promovendus zich nog voor een andere kant van de veredeling, namelijk de smaak. Het is een element dat door veel veredelaars over het hoofd wordt gezien. Daarom luidt de laatste stel ling van de heer De Ponti: „Smaak en andere intrinsie ke (wezenlijke) kwaliteiten van agrarische produkten zullen alleen verbeteren als de consument op grond van volledige informatie zijn voorkeur voor bepaalde ras sen en produktiesystemen kenbaar kan maken". Hiermee pleit ir. De Ponti er voor dat net als bij appels en peren, ook bij ander fruit en bij groenten de rasnamen vermeld worden, zodat de consument naar een bepaalde smaak kan vragen door de rasnaam te noemen. De ene appel smaakt totaal anders dan de andere, maar bijvoor beeld bij tomaten en aard beien kan de smaak per ras enorm verschillen. :t mill DEN HAAG Er is reden tot zekere bezorgdheid over de export van chrysanten uit Nederland naar Enge* land. Oorzaak is de zogehe ten „mineervlieg" en in mindere mate het Japanse roest waarmee onze chry santen besmet zouden zijn en deze door de chrysante nexport naar Engeland over brengen. Al enige tijd trachten de En gelse kwekers hun regering te bewegen import zoal niet te verbieden, dan daaraan toch streng bepaalde voor waarden te stellen, hetgeen reeds heeft geleid tot sterke vermindering van onze ex port naar Nederland. Maar zowel de Vereniging Bloe menveilingen Nederland (VBN) als Plantenkundige Dienst (PD) besteden volle aandacht aan genoemd pro bleem. Hierbij heeft zich nu ook gevoegd een speciale Bloemenclub. Het optreden van de mineer vlieg heeft tot gevolg, dat bladen van chrysanten en ook wel van gerbera worden aangevreten en soms ernstig beschadigd. Het Japanse roest tast eveneens de blade ren aan en geeft een ontkleu ring. Gevaren De Engelse kwekers hebben geconstateerd dat deze ziek ten ook op hun bedrijven aanwezig zijn en dat gezien de geïsoleerde ligging van Engeland, de besmetting een gevolg is van import van bloemen en stek. Het Engelse vakblad „Garden Trade" stelt dat de eerste aantastin gen vooral zijn bestreden door het vernietigen van in gevoerd plantenmateriaal, maar dat de import van Scherpere controle op chrysanten Is nodig. chrysanten ernstige gevaren met zich brengt voor de ei gen teelt. Men heeft twijfel uitgespro ken over het nemen van af doende maatregelen door Ne derland tegen besmetting. In tussen heeft het Engelse mi nisterie van landbouw mee gedeeld dat overleg is ge pleegd met de Nederlandse PD. en de situatie is verbe terd. Nederland is vrijwel het eni ge land dat chrysantenbloe- men en- stekken naar Enge land exporteert en dat maakt een niet onaanzienlijk deel van onze bloemenexport, welke aan de CCWS onge veer tachtig procent uit maakt van de Nederlandse chrysantenexport. Het is ook om die reden dat aan de CCWS sinds enige tijd scherpe controle wordt uitge oefend bij de aanvoer en ex port van chrysanten. Zo is met ingang van afgelopen week bepaalt dat chrysanten met een O-tolerantie, teken van de controle, een extra 'controle zullen ondergaan. Tolerantie Aanvankelijk stond Enge land een tolerantie van vijf procent toe, doch na de pro blemen over aansluiting bij de E.G., is een O-tolerantie gesteld. De Engelse Planten- ziektekundige Dienst (PD) hanteert zeer strenge nor men. Er is ook veronderstelt dat handelspolitieke invloe den bij een en ander een rol spelen. Het bestuur van de VBN heeft geconstateerd dat de mineervlieg al flink is te ruggedrongen, maar heeft wel besloten om de bestrij- dingsactiviteiten voort te zet ten en eveneens met aan brengen van stickers. Het bestuur van de CCWS heeft besloten om vooral de kwekers zelf in te schakelen bij de bestrijding van de ziek ten. De speciale Werkgroep van de Westlandse Bloemen Stu dieclubs heeft afgelopen week een sub-commissie in gesteld, die voornamelijk in het Westland, maar ook op landelijk niveau nieuwe mo gelijkheden tot genoemde ziektenbestrijding voort zal zetten. Uitgaven Momenteel gebeurt dat voor namelijk op chemische wijze hetgeen tot vrij hoge uitga ven leidt. Men wil trachten bijvoorbeeld langs natuurlij ke weg de bestrijding van mineervlieg en Japanse roest toe te passen. Van de nieuwe sub-commissie is de heer J. van Paasen te De Lier voor zitter. Nagegaan zal worden welke groeiproblemen zich voor doen. Voor de Neder landse export van bloemen is Engeland van veel betekenis en zijn er mogelijkheden tot uitbreiding. Volgens een rapport van „Retail Business" kan er een groei van potplantenmarkt in Engeland tegemoet worden gezien. In de komende vijf jaar wordt een verdubbeling in omzet verwacht en in 1985 een omzet van honderd mil joen pond. Er is ook een doorbraak naar de Engelse supermarkten, met het con cern van de bekende Marks en Spencer voorop. De aan dacht voor de Engelse export valt dus wel te begrijpen. Uit weekoverzicht 48 (2428 november) van de Coöperatieve Tuinbouwveilingve reniging Westland-Zuid blijkt dat de om zet over het jaar 1980, tot begin december ruim 162 miljoen gulden groot was. Dit betekent een meeromzet ten opzichte van 1979 van ruim 15 miljoen gulden. Met de maand december nog voor de boeg, ziet het er naar uit dat de totale omzet over het jaar 1980 dicht in de buurt van de 170 miljoen uit zal komen. In 1979 bedroeg de jaaromzet ruim 152 miljoen gulden. Uit ditzelfde overzicht blijkt dat de aanvoer van glassla bij de aanvang van dit seizoen groter uitvalt als in 1979 en 1978. Ten op zichte van vorig seizoen werden er tot be gin november 1 miljoen kroppen meer aangevoerd. Ook bij de radijsaanvoer is er een spectaculaire groei te zien. Tot begin november waren er bijna 32 miljoen bos jes aangevoerd, tegen een aantal van ruim 20 miljoen in 1979. De gemiddelde prijs lag wel wat lager als in 1979, toen lag de prijs op bijna 54 cent per bosje, dit jaar haalde de gemiddelde prijs de 51 cent niet. Sla moest inleveren Ook in de afgelopen week daalden de sla- prijzen weer met een paar centen per krop. De zware sla (21 kg en op) daalde van 56 cent per krop naar 52 cent. Voor de lichtste sorteringen was het prijsverval groter, hier daalde de prijs van 37 cent naar 20 cent per krop. Tot op dit moment was de concurrentie van Franse sla min der groot als vorig seizoen. Dit valt toe te schrijven aan het feit dat de sla in de teeltgebieden rond Parijs verloren is ge gaan door strenge vorst. De produktie in de Provence was daarentegen minder groot als verwacht. Uit de ramingen die door het Franse Ministerie van Landbouw bekend zijn gemaakt, blijkt dat de be schermde teelt minder spectaculair groei de als in het vorig seizoen. In het belang rijke teeltgebied Roussillon was de opper vlakte in 78/79 zo'n 380 ha groot, in het seizoen 79/80 groeide het areaal naar 500 ha en voor het seizoen 80/81 wordt er een oppervlakte van 520 ha geraamd. In het Voor er geplant wordt, bedekt men de grond met plastic banen. tweede belangrijke teeltgebied, Bouches du Rhóne valt dezelfde ontwikkeling waar te nemen, hier nam de oppervlakte eveneens met 4% toe en komt op 570 ha. De teelt in de open grond vertoont in Roussillon na jaren van inkrimping dit seizoen weer een uitbreiding, nl. van 1800 ha naar 2000 ha. In het gebied Bouches du Rhóne bleef deze oppervlakte constant en wel op 700 ha. Van Franse zijde mag er dus nog wel degelijk op de nodige concur rentie gerekend worden. Daarnaast zal de aanvoer 'van Hollandse sla voorlopig blij ven toenemen. Een aanhoudende prijs- druk ligt als gevolg hiervan voor de hand en er moet met lagere prijzen rekening gehouden worden. Radijs De aanvoer van radijs is de laatste weken aanmerkelijk groter als vorig seizoen. De tien belangrijkste veilingen voerden de laatste weken ruim 2 miljoen bos per week meer aan als vorig seizoen. Dit roy ale aanbod heeft zijn uitwerking op de prijsvorming dan ook niet gemist. De ge middelde prijs daalde steeds verder onder die van vorig seizoen. Eind vorige week werd er gemiddeld 40 cent per bosje be taald. De gemiddelde prijs in dezelfde ver- slagweek lag vorig seizoen op 92 cent Naar het zich laat aanzien zal de aanvoer niet verder toenemen en mag er op vaste prijzen gerekend worden. Hogere prijzen ;zijn niet uitgesloten. Overige gewassen De komkommerteelt loopt inmiddels op zijn achterste benen, spoedig zal de aan voer geheel afgelopen zijn. Het restant aan komkommers wordt tegen dalende prijzen afgezet. Dit is niet zo verwonder lijk als men ziet dat Griekenland in de week van 24 tot 28 november maar liefst 2780 ton exporteerde naar West-Duits- land, tegen vorig seizoen 308 ton. Bij de tomaten wordt het restant van de teelt juist tegen oplopende prijzen verkocht. De A-I-export liep in prijs op naar 2,61 per kilo. De concurrentie van Spanje op <Je Westduitse markt neemt de laatste weken af. De ontstane ruimte in de markt werd echter onmiddellijk opgevuld door Ma rokko. In een week tijd wist dit land zijn export in de laatste week van november te vergroten met 1000 ton, zodat de export in die week 1345 ton groot was. Het ziet er naar uit dat het tomatenseizoen 1980 bin nenkort naar alle tevredenheid afgesloten kan worden. Andijvie werd de afgelopen week wat goedkoper, de gemiddelde prijs bedroeg 1,40 per kilo. Een verdere prijs daling lijkt niet waarschijnlijk. Door het omslaan van het weer liep de prijs voor prei wat op, nl. naar 1,15 per kilo. Bij aanhoudend koud weer lijkt de prijs zich te handhaven of zelfs nog verder op te lo pen. Het zijn de potplanten die er voor hebben gezorgd dat de maand november voor de CCWS niet is geëindigd met een negatief omzetcijfer, vergeleken bij vorig jaar, het geen wel het geval blijkt te zijn met de snijbloemen. Daar zijn verschillende fac toren voor te noemen, zoals het wintertje aan het begin van de maand, waardoor zowel aanvoer als verkoop sterk werden afgeremd. Voorts zijn er twee veilingda- gen minder geweest dan vorig jaar en ook daarmee moet bij bezien van de cijfers re kening worden gehouden. Tenslotte behoorden in het algemeen de prijzen van de produkten de afgelopen maand niet tot de uitschieters. Aldus toe gelicht is er nog een positief omzetbedrag aan de Honselersdijkse veiling van 1.443.376,79 of ruim 22 procent wat de potplanten betreft, doch negatief van 1.997.679,46 of ruim 4 procent voor de snijbloemen tegenover vorig jaar novem ber. Wat het totale omzetbedrag van de CCWS van 1 januari tot 1 december van dit jaar aangaat, dat bedraagt 614.706.802,49 te gen dezelfde periode in het vorig jaar 526.373.028,23 een hoger omzet van 88.333.774,26 of 16,78 procent zodat het omzetbedrag van de CCWS over 1980 de 700 miljoen gulden zal naderen. Het totale omzetbedrag van de CCWS deze week lag bijna gelijk aan dat van dezelfde week in het vorig jaar. Het was ook nu de groter aanvoer en hoger omzetbedrag van de potplanten die een iets hoger omzetcijfer gaven. Totale aanvoer bedroeg 24.980.631 bos of stuks met een opbrengst van 12.921.804,05 tegenover vorig jaar aan voer 25.958.550 bos of stuks en omzetbe drag van 12.363.969,96. De wat zachter weersomstandigheden deed het aanbod afgelopen week toene men, zij het niet met geweldige hoeveel heden. De trosanjers kwamen boven de twee miljoen, de jaarrondtros zelfs boven de vier miljoen met een prijs gemiddeld gelijk aan die van vorig jaar. Wel waren er veel produkten die het er lelijk bij lieten zitten en beneden die van vorig jaar bleven. Ook dat feit was van betekenis op het ongunstig omzetcijfer. Wat gemiddelde prijzen met tussen haak jes die van vorig jaar zijn: Amerikaanse anjers 35(36), trosanjers 29(30), anthurium 98(1,49), snijgroen 16(17), jaarrond troschrysanten 47(47), idem geplozen 56(62), normaal troschrysanten 1,36(1,54), idem geplozen 39(23), freesia 33(23), gerbe ra 57(65), irissen 18(23), leliekelken 74(44), lelietakken 85(63), cymbidium groot 63(88), idem klein 19(16), grote rozen 52(54), idem klein 35(35), sonia 46(47), be- linda 30(40), red garnette 24(23), tulpen 34(36). De importbloemen waren bijna dubbel zo veel als vorig jaar namelijk 254.382 bos of stuks en omzet van 138.451,70 tegen 126.471 bos of stuks vorig jaar en op brengst 73.520,40. De statice uit Israël kwam iets ruimer los met prijs van ge middeld 38 cent, vorig jaar 50. Verder nogal wat importanjers en trosanjers. De kerstveilingen zijn weer begonnen tot en met 24 december. Het Westlandse pro- dukt druivehout is er weer, eveneens kerststukjes en de speciale kerstplanten zoals poinsettia, cyclamen en azalea die reeds flink in de belangstelling staan. De potplantenaanvoer bestond afgelopen week uit ruim een miljoen stuks, bijna 200.000 méér dan vorig jaar om deze tijd. De jongste vorstdagen hebben remmend gewerkt op de bouwerij aan de CCWS. Niettemin wordt verwacht dat het eerste gedeelte van de uitbreiding begin februari in gebruik kan worden genomen, waar door voor verpakken en distribueren een verbetering wordt verkregen. De Japanners weten van wanten! Ze ver overden een fors deel van de internatio nale automarkt; zagen kans de haast onge naakbaar lijkende positie van de Duitse foto-industie aan te tasten, en-zo-maar- voort. Maar de mannen van het Land van de Rijzende Zon moeten van importen niet veel hebben. Vraag het de bloembol lenexporteurs, die zich de afgelopen jaren keer op keer te pletter hebben gelopen op een torenhoge muur van fytosanitaire be palingen. Die zijn vaak bij het belachelij ke af. Bollen die worden ingevoerd moe ten bijv. langdurig in quarantaine en op die manier is er natuurlijk geen sprake van dat men ook handel kan doen. Men heeft gedaan wat men kon, maar de bolle- nexporteurs moesten ervaren dat het vechten was tegew*0e bierkaai. De Japan ners bleven vriendelijk en beleefd, maar de grens bleef wel potdicht Hoongelach En dat alles gebeurt onder het mom dat men in Japan zo bevreesd is dat men met de bollen ook plantenziekten in huis haalt. Heeft men in dat land de zaken dan zelf zo goed in orde? Heeft de sierteelt daar geen last van plantenziekten? Zijn bijvoorbeeld virusziekten in de lelies die de Japanners in grote getalen naar Neder land uitvoeren, dan allemaal zo kernge- zon? In het derde kwartaal van 1980 kwa men tot nu toe 575.000 kg lelies (en een stuk of wat andere bolgewassen) uit Japan naar Nederland. Gezamenlijke waarde: 4.000.000,-. Het is dus niet niks. Maar is dat allemaal puntgaaf materiaal? Vraag het maar eens aan de importeurs van leliebollen uit Japan en het noonge- lach klinkt een uur later nog treiterend tegen de trommelvliezen. Want aan de Ja panse leliebollen mankeert niet zelden geen beetje. Als de bollen in de kassen aan de groei gaan, blijken ze soms bol te staan van het virus. Discriminerend Niettemin kwam onlangs bij het Produkt- schap voor Siergewassen een brief binnen van het Ministerie van Economsiche Za- Japanse trompetlelies staan soms bol van virus. ken. Daarin werd geadviseerd om bij im porten toch vooral geen al te strenge eisen te gaan hanteren, want dat zou het bui tenland als discriminerend kunnen gaan ervaren. So what! dat moeten ze dan maar doen in Japan. Dat Hollandse expor teurs het al vele jaren als zeer discrimine rend ervaren dat ze met hun bollen geen poot aan de grond krijgen, doet kennelijk niets ter zake. Maar men moet de Japan ners vooral geen strobreed in de weg leg gen als ze bijv. lelies naar Holland sturen, die bepaald niet altijd even vlekkeloos zijn. Samenwerken Op een bijeenkomst van bloembollenkwe kers in Treslong heeft de directeur Ak kerbouw en Tuinbouw, ir. W. Duffhues, de problemen met Japan ook aangesne den. De bloembollenexporteurs zijn de enigen niet die hun neus hebben gestoten. De bloemenhandelaren en de vleesver werkende industrie kunnen er ook een boekje over open doen. Als vak alleen be hoeft men niet te gaan proberen de fyto sanitaire eisen veel milder te gaan maken. Als men dat probeert, staat de uitslag van het gevecht tevoren al vast. Het heelt wel zin als verschillende groeperingen die moeilijkheden hebben om hun produkten op de Japanse markt te brengen, samen met de overheid aan de slag gaan. Dan heeft men veel meer kansen om openin gen te maken. Interventieregeling In het bloembollenvak wordt al geruime tijd naarstig gesleuteld om een interven tieregeling van de grond te krijgen. In EEG-kringen in Brussel waren nog al wat bezwaren, maar het verzet heeft men nu opgegeven. Er kan dus schot in deze zaak gaan komen. De heer Duffhues vond het in feite een wat wonderlijke zaak dat het bloembollenvak met een interventierege ling wil gaan werken. Die moest eigenlijk in het bloembollenstuk helemaal niet kunnen voorkomen. De bloembollen kwe kers beseffen veel te weinig dat ze een sleutelpositie innemen. Nergens ter we reld kunnen tulpen, hyacinten en tal van andere bolgewassen met zulke goede re sultaten worden geteeld als in ons land. Nergens is de know how zo groot. Waar om maakt men van die monopoliepositie niet veel meer gebruik? Waarom spitst men zich niet veel meer toe op exportbe vordering en op exportverbreding vooral. •Vandaag gaan de meeste bollen naar en kele grote afnemerslanden. Maar er zijn meer landen waar de afzet door gezamen lijke inspanningen vergroot kan worden. Onder meer in Japan, een land met een grote welvaart en een even grote bevol kingsdichtheid. De heer Duffhues gaf het bollenvak de woorden in de mond. Kom eens praten op het Ministerie en laten we samen gaan be kijken wat we, eventueel in combinatie met andere bedrijfstakken uit de agrari sche sector, kunnen doen aan het afzwak ken van de fytosanitaire maatregelen in Japan.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1980 | | pagina 9