■Komkommer krijgt
ïiatuurli jke weerstand
jtegen spintmijt
Bezorgdheid over export
chrysan ten naar Engeland
DANK ZIJ WAGENINGSE ONDERZOEKER:
insi;
ove
OORZAAK:
MINEER VLIEG
s>
iSMTE FHpIT
BL#ËMEN BEULEN
HAALT WESTLAND-ZUID 170 MILJOEN?
JAAROMZET CCWS TEGEN DE 700 MILJOEN
JAPAN BELEMMERT IMPORT BOLLEN
PAGifoND EN TUINBOUW
LEIDSE COURANT
MAANDAG 8 DECEMBER 1980 PAGINA 9
I
en m
'en,
kwar,
twee:
bonen
uien,
2 groU
ettcn),
1 kg ai
10 gr. i
n
ien eei
t wate VAGENINGEN Acht-
laat uionderd komkommerras-
ien uit de hele wereld heeft
r. O. M. B. de Ponti moe-
ir. dat
'<ooktiji
°"êien onderzoeken om er tien
'ekte le vinden, die gedeeltelijk
ger A»en natuurlijke weerstand
kpan b resistentie) hebben tegen
le spintmijt. Uit dat tien-
dunne al ontwikkelde hij door
t die truisen en selecteren plan-
ongeve en, waarop de spintmijt
arine. en tot de klasse der spi-
moge/jiachtigen behorend diertje
erst de^ zich minder half zo snel
ermenigvuldigt als op be-
komkommerras-
ne pit
it en /Ir. De Ponti, onderzoeker
e gesc )ij het instituut voor de
in st veredeling van tuinbouw-
dan drewassen in Wageningen,
uoo/fteeft zijn bevindingen in
margapen proefschrift gezet,
en a/swaarop hij vorige week
aan de landbouwhoge-
>n vvar^chool is gepromoveerd.
giet i.Dit onderzoek heeft aan-
de pe%etoond, dat de veredeling
'or. jvan de komkommer op re-
de Assistentie (natuurlijke weer
stand) tegen spintmijten
iker vpraktisch uitvoerbaar is en
mg vctot aanzienlijke verhoging
van het resistentieniveau
kan leiden. Door uitgifte
van resistente (planten)lij
nen aan particuliere vere-
delingsbedrijven zal de Ne
derlandse tuinbouw te zij
ner tijd spintmijtresistente
komkommerrassen mogen
verwachten en aldus van
dit onderzoek profiteren".
Dit is de belangrijkste con
clusie uit het proefschrift
„Resistentie in komkom-
joütie mer tegen de spintmijt".
en bj Harde hand
Insektenbestrijding in gewas-
c„ sen is meestal gericht op het
iljoen j met harde (chemische) of
taties1 zachte (biologisch, geïnte-
?reCht greerd) hand doden van in-
sekten op het moment dat ze
I te talrijk worden en schade
veroorzaken. Bij beide met-
hoden blijft echter kans op
herhaling bestaan doordat
overlevende insekten zich
aai^
eeft u
i e C l
e vla
JEA
snel vermeerderen. Er moet
dus steeds opnieuw bestrij
ding plaatsvinden. De plan-
tenveredelaars zijn daarom
begonnen rassen te ontwik
kelen waarop insekten min
der goed gedijen, zodat voor
komen wordt dat ze te talrijk
en te schadelijk worden. Dat
heet resistentieveredeling. Er
zal echter ook hiermee geen
volledige uitroeiing van het
betreffende schadelijke in-
sekt bereikt worden, maar er
heeft wel veel minder vaak
bespoten hoeven te worden
en de biologische bestrijding
(insekten met insekten be-,
strijden) wordt er veel effec
tiever door. Biologisch en
geïntegreerde bestrijding le
nen zich namelijk vooral
voor een traag groeiend in-
sektenbestand. Door vergrote
resistentie van planten zal
dus zowel direct als indirect
de chemische bestrijding te
ruggedrongen worden.
Selectie uit 800
rassen
In de veredelingsprogram-
ma's van bijna alle land- en
tuinbouwgewassen wordt al
rekening gehouden met re
sistentie tegen ziekten.
Nieuw is dat de veredeling
nu ook rekening gaat houden
met resistentie tegen insek
ten en andere dierlijke para
sieten. Bijna tien jaar geleden
begon promovendus De Ponti
met het eerste proefobject in
ons land, de resistentie tegen
spintmijt in komkommer. Hij
heeft in een wereldcollectie
van 800 rassen moeten zoe
ken naar de rassen die een
natuurlijke weerstand tegen
de spintmijt vertoonden.
Slechts tien rassen bleken die
eigenschap gedeeltelijk te be
zitten. Door te kruisen en te
selecteren is De Ponti erin
geslaagd uit deze tien rassen
planten te ontwikkelen
waarop de spintmijt zich nog
minder dan half zo snel ver
menigvuldigt dan op de be
staande komkommerrassen.
Een aantal veredelingsbedrij-
ven is ondertussen bezig de
nieuwe eigenschap door
kruising in de bestaande ras
sen aan te brengen.
Proefvelden
Tijdens het onderzoek is dui
delijk geworden dat chemi
sche bestrijding op selectie-
velden helemaal funest is.
Dan is namelijk niet meer te
zien welke planten weer
stand tegen bepaalde insek
ten hebben. En omdat er niet
meer op resistentie geselec
teerd werd, trad er verlies
van deze eigenschap bij veel
soorten op. Door een drasti
sche beperking van het in-
sekticidengebruik op selectie-
velden moet aan deze ongun
stige ontwikkeling een eind
worden gemaakt, zodat ten
minste de van oudsher aan
wezige resistentie gehand
haafd blijft.
Voor de geïntegreerde be
strijding van plagen een
alternatief voor louter che
mische bestrijding, dat steeds
meer belangstelling onder
vindt is de beschikbaar
heid van resistente rassen
van groot belang. Reeds een
geringe vertraging in de ver
menigvuldiging van schade
lijke insekten en mijten door
resistentie van de plant, heeft
onverwacht gunstige effecten
op het gebruik maken van
natuurlijke vijanden en an
dere technieken van de geïn
tegreerde bestrijding.
Het voor Nederland zo be
langrijke kasgewas de kom
kommer heeft ernstig te lij
den van de spintmijt. Naast
chemische bestrijding is in
middels biologische bestrij
ding met de roofmijt op gang
gekomen. De invoering van
de nieuwe resistente kom-
kommerplanten zal deze
vorm van biologische bestrij
ding waarschijnlijk doen toe
nemen omdat deze meer suc
ces zal hebben. En voor de
chemische bestrijding bete
kent het dat het aantal be
spuitingen minstens tot de
Oorzaken van
resistentie
De heer De Ponti zegt in zijn
proefschrift dat over de oor
zaken van resistentie nog
weinig te zeggen is. Op de re
sistente rassen worden vele
spintmijten helemaal zwart.
Dat wijst op een verstoring
van de spijsvertering, waar
van de werkelijke oorzaak
nog onbekend is.
Er zijn ook bittersmakende
komkommers en er is wel
verondersteld dat deze meer
weerstand tegen spintmijt
zouden hebben dan de goeds-
makende. Uit de proeven
van ir. De Ponti blijkt deze
stelling onjuist; er waren heel
wat bittersmakende rassen
die juist vatbaar voor spint
mijt waren.
Behalve voor het onderzoek
naar de resistentie van ver
schillende groenten tegen
uiteenlopende insekten inte
resseert de promovendus zich
nog voor een andere kant
van de veredeling, namelijk
de smaak. Het is een element
dat door veel veredelaars
over het hoofd wordt gezien.
Daarom luidt de laatste stel
ling van de heer De Ponti:
„Smaak en andere intrinsie
ke (wezenlijke) kwaliteiten
van agrarische produkten
zullen alleen verbeteren als
de consument op grond van
volledige informatie zijn
voorkeur voor bepaalde ras
sen en produktiesystemen
kenbaar kan maken".
Hiermee pleit ir. De Ponti er
voor dat net als bij appels en
peren, ook bij ander fruit en
bij groenten de rasnamen
vermeld worden, zodat de
consument naar een bepaalde
smaak kan vragen door de
rasnaam te noemen. De ene
appel smaakt totaal anders
dan de andere, maar bijvoor
beeld bij tomaten en aard
beien kan de smaak per ras
enorm verschillen.
:t mill
DEN HAAG Er is reden
tot zekere bezorgdheid over
de export van chrysanten
uit Nederland naar Enge*
land. Oorzaak is de zogehe
ten „mineervlieg" en in
mindere mate het Japanse
roest waarmee onze chry
santen besmet zouden zijn
en deze door de chrysante
nexport naar Engeland
over brengen.
Al enige tijd trachten de En
gelse kwekers hun regering
te bewegen import zoal niet
te verbieden, dan daaraan
toch streng bepaalde voor
waarden te stellen, hetgeen
reeds heeft geleid tot sterke
vermindering van onze ex
port naar Nederland. Maar
zowel de Vereniging Bloe
menveilingen Nederland
(VBN) als Plantenkundige
Dienst (PD) besteden volle
aandacht aan genoemd pro
bleem. Hierbij heeft zich nu
ook gevoegd een speciale
Bloemenclub.
Het optreden van de mineer
vlieg heeft tot gevolg, dat
bladen van chrysanten en
ook wel van gerbera worden
aangevreten en soms ernstig
beschadigd. Het Japanse
roest tast eveneens de blade
ren aan en geeft een ontkleu
ring.
Gevaren
De Engelse kwekers hebben
geconstateerd dat deze ziek
ten ook op hun bedrijven
aanwezig zijn en dat gezien
de geïsoleerde ligging van
Engeland, de besmetting een
gevolg is van import van
bloemen en stek. Het Engelse
vakblad „Garden Trade"
stelt dat de eerste aantastin
gen vooral zijn bestreden
door het vernietigen van in
gevoerd plantenmateriaal,
maar dat de import van
Scherpere controle op chrysanten Is nodig.
chrysanten ernstige gevaren
met zich brengt voor de ei
gen teelt.
Men heeft twijfel uitgespro
ken over het nemen van af
doende maatregelen door Ne
derland tegen besmetting. In
tussen heeft het Engelse mi
nisterie van landbouw mee
gedeeld dat overleg is ge
pleegd met de Nederlandse
PD. en de situatie is verbe
terd.
Nederland is vrijwel het eni
ge land dat chrysantenbloe-
men en- stekken naar Enge
land exporteert en dat maakt
een niet onaanzienlijk deel
van onze bloemenexport,
welke aan de CCWS onge
veer tachtig procent uit
maakt van de Nederlandse
chrysantenexport.
Het is ook om die reden dat
aan de CCWS sinds enige tijd
scherpe controle wordt uitge
oefend bij de aanvoer en ex
port van chrysanten. Zo is
met ingang van afgelopen
week bepaalt dat chrysanten
met een O-tolerantie, teken
van de controle, een extra
'controle zullen ondergaan.
Tolerantie
Aanvankelijk stond Enge
land een tolerantie van vijf
procent toe, doch na de pro
blemen over aansluiting bij
de E.G., is een O-tolerantie
gesteld. De Engelse Planten-
ziektekundige Dienst (PD)
hanteert zeer strenge nor
men. Er is ook veronderstelt
dat handelspolitieke invloe
den bij een en ander een rol
spelen. Het bestuur van de
VBN heeft geconstateerd dat
de mineervlieg al flink is te
ruggedrongen, maar heeft
wel besloten om de bestrij-
dingsactiviteiten voort te zet
ten en eveneens met aan
brengen van stickers.
Het bestuur van de CCWS
heeft besloten om vooral de
kwekers zelf in te schakelen
bij de bestrijding van de ziek
ten.
De speciale Werkgroep van
de Westlandse Bloemen Stu
dieclubs heeft afgelopen
week een sub-commissie in
gesteld, die voornamelijk in
het Westland, maar ook op
landelijk niveau nieuwe mo
gelijkheden tot genoemde
ziektenbestrijding voort zal
zetten.
Uitgaven
Momenteel gebeurt dat voor
namelijk op chemische wijze
hetgeen tot vrij hoge uitga
ven leidt. Men wil trachten
bijvoorbeeld langs natuurlij
ke weg de bestrijding van
mineervlieg en Japanse roest
toe te passen. Van de nieuwe
sub-commissie is de heer J.
van Paasen te De Lier voor
zitter. Nagegaan zal worden
welke groeiproblemen zich
voor doen. Voor de Neder
landse export van bloemen is
Engeland van veel betekenis
en zijn er mogelijkheden tot
uitbreiding.
Volgens een rapport van
„Retail Business" kan er een
groei van potplantenmarkt in
Engeland tegemoet worden
gezien. In de komende vijf
jaar wordt een verdubbeling
in omzet verwacht en in 1985
een omzet van honderd mil
joen pond. Er is ook een
doorbraak naar de Engelse
supermarkten, met het con
cern van de bekende Marks
en Spencer voorop. De aan
dacht voor de Engelse export
valt dus wel te begrijpen.
Uit weekoverzicht 48 (2428 november)
van de Coöperatieve Tuinbouwveilingve
reniging Westland-Zuid blijkt dat de om
zet over het jaar 1980, tot begin december
ruim 162 miljoen gulden groot was. Dit
betekent een meeromzet ten opzichte van
1979 van ruim 15 miljoen gulden. Met de
maand december nog voor de boeg, ziet
het er naar uit dat de totale omzet over
het jaar 1980 dicht in de buurt van de 170
miljoen uit zal komen. In 1979 bedroeg de
jaaromzet ruim 152 miljoen gulden. Uit
ditzelfde overzicht blijkt dat de aanvoer
van glassla bij de aanvang van dit seizoen
groter uitvalt als in 1979 en 1978. Ten op
zichte van vorig seizoen werden er tot be
gin november 1 miljoen kroppen meer
aangevoerd. Ook bij de radijsaanvoer is er
een spectaculaire groei te zien. Tot begin
november waren er bijna 32 miljoen bos
jes aangevoerd, tegen een aantal van ruim
20 miljoen in 1979. De gemiddelde prijs
lag wel wat lager als in 1979, toen lag de
prijs op bijna 54 cent per bosje, dit jaar
haalde de gemiddelde prijs de 51 cent niet.
Sla moest inleveren
Ook in de afgelopen week daalden de sla-
prijzen weer met een paar centen per
krop. De zware sla (21 kg en op) daalde
van 56 cent per krop naar 52 cent. Voor
de lichtste sorteringen was het prijsverval
groter, hier daalde de prijs van 37 cent
naar 20 cent per krop. Tot op dit moment
was de concurrentie van Franse sla min
der groot als vorig seizoen. Dit valt toe te
schrijven aan het feit dat de sla in de
teeltgebieden rond Parijs verloren is ge
gaan door strenge vorst. De produktie in
de Provence was daarentegen minder
groot als verwacht. Uit de ramingen die
door het Franse Ministerie van Landbouw
bekend zijn gemaakt, blijkt dat de be
schermde teelt minder spectaculair groei
de als in het vorig seizoen. In het belang
rijke teeltgebied Roussillon was de opper
vlakte in 78/79 zo'n 380 ha groot, in het
seizoen 79/80 groeide het areaal naar 500
ha en voor het seizoen 80/81 wordt er een
oppervlakte van 520 ha geraamd. In het
Voor er geplant wordt, bedekt men
de grond met plastic banen.
tweede belangrijke teeltgebied, Bouches
du Rhóne valt dezelfde ontwikkeling
waar te nemen, hier nam de oppervlakte
eveneens met 4% toe en komt op 570 ha.
De teelt in de open grond vertoont in
Roussillon na jaren van inkrimping dit
seizoen weer een uitbreiding, nl. van 1800
ha naar 2000 ha. In het gebied Bouches du
Rhóne bleef deze oppervlakte constant en
wel op 700 ha. Van Franse zijde mag er
dus nog wel degelijk op de nodige concur
rentie gerekend worden. Daarnaast zal de
aanvoer 'van Hollandse sla voorlopig blij
ven toenemen. Een aanhoudende prijs-
druk ligt als gevolg hiervan voor de hand
en er moet met lagere prijzen rekening
gehouden worden.
Radijs
De aanvoer van radijs is de laatste weken
aanmerkelijk groter als vorig seizoen. De
tien belangrijkste veilingen voerden de
laatste weken ruim 2 miljoen bos per
week meer aan als vorig seizoen. Dit roy
ale aanbod heeft zijn uitwerking op de
prijsvorming dan ook niet gemist. De ge
middelde prijs daalde steeds verder onder
die van vorig seizoen. Eind vorige week
werd er gemiddeld 40 cent per bosje be
taald. De gemiddelde prijs in dezelfde ver-
slagweek lag vorig seizoen op 92 cent
Naar het zich laat aanzien zal de aanvoer
niet verder toenemen en mag er op vaste
prijzen gerekend worden. Hogere prijzen
;zijn niet uitgesloten.
Overige gewassen
De komkommerteelt loopt inmiddels op
zijn achterste benen, spoedig zal de aan
voer geheel afgelopen zijn. Het restant
aan komkommers wordt tegen dalende
prijzen afgezet. Dit is niet zo verwonder
lijk als men ziet dat Griekenland in de
week van 24 tot 28 november maar liefst
2780 ton exporteerde naar West-Duits-
land, tegen vorig seizoen 308 ton. Bij de
tomaten wordt het restant van de teelt
juist tegen oplopende prijzen verkocht. De
A-I-export liep in prijs op naar 2,61 per
kilo. De concurrentie van Spanje op <Je
Westduitse markt neemt de laatste weken
af. De ontstane ruimte in de markt werd
echter onmiddellijk opgevuld door Ma
rokko. In een week tijd wist dit land zijn
export in de laatste week van november
te vergroten met 1000 ton, zodat de export
in die week 1345 ton groot was. Het ziet er
naar uit dat het tomatenseizoen 1980 bin
nenkort naar alle tevredenheid afgesloten
kan worden. Andijvie werd de afgelopen
week wat goedkoper, de gemiddelde prijs
bedroeg 1,40 per kilo. Een verdere prijs
daling lijkt niet waarschijnlijk. Door het
omslaan van het weer liep de prijs voor
prei wat op, nl. naar 1,15 per kilo. Bij
aanhoudend koud weer lijkt de prijs zich
te handhaven of zelfs nog verder op te lo
pen.
Het zijn de potplanten die er voor hebben
gezorgd dat de maand november voor de
CCWS niet is geëindigd met een negatief
omzetcijfer, vergeleken bij vorig jaar, het
geen wel het geval blijkt te zijn met de
snijbloemen. Daar zijn verschillende fac
toren voor te noemen, zoals het wintertje
aan het begin van de maand, waardoor
zowel aanvoer als verkoop sterk werden
afgeremd. Voorts zijn er twee veilingda-
gen minder geweest dan vorig jaar en ook
daarmee moet bij bezien van de cijfers re
kening worden gehouden.
Tenslotte behoorden in het algemeen de
prijzen van de produkten de afgelopen
maand niet tot de uitschieters. Aldus toe
gelicht is er nog een positief omzetbedrag
aan de Honselersdijkse veiling van
1.443.376,79 of ruim 22 procent wat de
potplanten betreft, doch negatief van
1.997.679,46 of ruim 4 procent voor de
snijbloemen tegenover vorig jaar novem
ber.
Wat het totale omzetbedrag van de CCWS
van 1 januari tot 1 december van dit jaar
aangaat, dat bedraagt 614.706.802,49 te
gen dezelfde periode in het vorig jaar
526.373.028,23 een hoger omzet van
88.333.774,26 of 16,78 procent zodat het
omzetbedrag van de CCWS over 1980 de
700 miljoen gulden zal naderen. Het totale
omzetbedrag van de CCWS deze week lag
bijna gelijk aan dat van dezelfde week in
het vorig jaar. Het was ook nu de groter
aanvoer en hoger omzetbedrag van de
potplanten die een iets hoger omzetcijfer
gaven.
Totale aanvoer bedroeg 24.980.631 bos of
stuks met een opbrengst van
12.921.804,05 tegenover vorig jaar aan
voer 25.958.550 bos of stuks en omzetbe
drag van 12.363.969,96.
De wat zachter weersomstandigheden
deed het aanbod afgelopen week toene
men, zij het niet met geweldige hoeveel
heden. De trosanjers kwamen boven de
twee miljoen, de jaarrondtros zelfs boven
de vier miljoen met een prijs gemiddeld
gelijk aan die van vorig jaar.
Wel waren er veel produkten die het er
lelijk bij lieten zitten en beneden die van
vorig jaar bleven. Ook dat feit was van
betekenis op het ongunstig omzetcijfer.
Wat gemiddelde prijzen met tussen haak
jes die van vorig jaar zijn: Amerikaanse
anjers 35(36), trosanjers 29(30), anthurium
98(1,49), snijgroen 16(17), jaarrond
troschrysanten 47(47), idem geplozen
56(62), normaal troschrysanten 1,36(1,54),
idem geplozen 39(23), freesia 33(23), gerbe
ra 57(65), irissen 18(23), leliekelken 74(44),
lelietakken 85(63), cymbidium groot
63(88), idem klein 19(16), grote rozen
52(54), idem klein 35(35), sonia 46(47), be-
linda 30(40), red garnette 24(23), tulpen
34(36).
De importbloemen waren bijna dubbel zo
veel als vorig jaar namelijk 254.382 bos of
stuks en omzet van 138.451,70 tegen
126.471 bos of stuks vorig jaar en op
brengst 73.520,40. De statice uit Israël
kwam iets ruimer los met prijs van ge
middeld 38 cent, vorig jaar 50. Verder
nogal wat importanjers en trosanjers.
De kerstveilingen zijn weer begonnen tot
en met 24 december. Het Westlandse pro-
dukt druivehout is er weer, eveneens
kerststukjes en de speciale kerstplanten
zoals poinsettia, cyclamen en azalea die
reeds flink in de belangstelling staan. De
potplantenaanvoer bestond afgelopen
week uit ruim een miljoen stuks, bijna
200.000 méér dan vorig jaar om deze tijd.
De jongste vorstdagen hebben remmend
gewerkt op de bouwerij aan de CCWS.
Niettemin wordt verwacht dat het eerste
gedeelte van de uitbreiding begin februari
in gebruik kan worden genomen, waar
door voor verpakken en distribueren een
verbetering wordt verkregen.
De Japanners weten van wanten! Ze ver
overden een fors deel van de internatio
nale automarkt; zagen kans de haast onge
naakbaar lijkende positie van de Duitse
foto-industie aan te tasten, en-zo-maar-
voort. Maar de mannen van het Land van
de Rijzende Zon moeten van importen
niet veel hebben. Vraag het de bloembol
lenexporteurs, die zich de afgelopen jaren
keer op keer te pletter hebben gelopen op
een torenhoge muur van fytosanitaire be
palingen. Die zijn vaak bij het belachelij
ke af. Bollen die worden ingevoerd moe
ten bijv. langdurig in quarantaine en op
die manier is er natuurlijk geen sprake
van dat men ook handel kan doen. Men
heeft gedaan wat men kon, maar de bolle-
nexporteurs moesten ervaren dat het
vechten was tegew*0e bierkaai. De Japan
ners bleven vriendelijk en beleefd, maar
de grens bleef wel potdicht
Hoongelach
En dat alles gebeurt onder het mom dat
men in Japan zo bevreesd is dat men met
de bollen ook plantenziekten in huis
haalt. Heeft men in dat land de zaken dan
zelf zo goed in orde? Heeft de sierteelt
daar geen last van plantenziekten? Zijn
bijvoorbeeld virusziekten in de lelies die
de Japanners in grote getalen naar Neder
land uitvoeren, dan allemaal zo kernge-
zon? In het derde kwartaal van 1980 kwa
men tot nu toe 575.000 kg lelies (en een
stuk of wat andere bolgewassen) uit Japan
naar Nederland. Gezamenlijke waarde:
4.000.000,-. Het is dus niet niks.
Maar is dat allemaal puntgaaf materiaal?
Vraag het maar eens aan de importeurs
van leliebollen uit Japan en het noonge-
lach klinkt een uur later nog treiterend
tegen de trommelvliezen. Want aan de Ja
panse leliebollen mankeert niet zelden
geen beetje. Als de bollen in de kassen aan
de groei gaan, blijken ze soms bol te staan
van het virus.
Discriminerend
Niettemin kwam onlangs bij het Produkt-
schap voor Siergewassen een brief binnen
van het Ministerie van Economsiche Za-
Japanse trompetlelies staan soms
bol van virus.
ken. Daarin werd geadviseerd om bij im
porten toch vooral geen al te strenge eisen
te gaan hanteren, want dat zou het bui
tenland als discriminerend kunnen gaan
ervaren. So what! dat moeten ze dan
maar doen in Japan. Dat Hollandse expor
teurs het al vele jaren als zeer discrimine
rend ervaren dat ze met hun bollen geen
poot aan de grond krijgen, doet kennelijk
niets ter zake. Maar men moet de Japan
ners vooral geen strobreed in de weg leg
gen als ze bijv. lelies naar Holland sturen,
die bepaald niet altijd even vlekkeloos
zijn.
Samenwerken
Op een bijeenkomst van bloembollenkwe
kers in Treslong heeft de directeur Ak
kerbouw en Tuinbouw, ir. W. Duffhues,
de problemen met Japan ook aangesne
den. De bloembollenexporteurs zijn de
enigen niet die hun neus hebben gestoten.
De bloemenhandelaren en de vleesver
werkende industrie kunnen er ook een
boekje over open doen. Als vak alleen be
hoeft men niet te gaan proberen de fyto
sanitaire eisen veel milder te gaan maken.
Als men dat probeert, staat de uitslag van
het gevecht tevoren al vast. Het heelt wel
zin als verschillende groeperingen die
moeilijkheden hebben om hun produkten
op de Japanse markt te brengen, samen
met de overheid aan de slag gaan. Dan
heeft men veel meer kansen om openin
gen te maken.
Interventieregeling
In het bloembollenvak wordt al geruime
tijd naarstig gesleuteld om een interven
tieregeling van de grond te krijgen. In
EEG-kringen in Brussel waren nog al wat
bezwaren, maar het verzet heeft men nu
opgegeven. Er kan dus schot in deze zaak
gaan komen. De heer Duffhues vond het
in feite een wat wonderlijke zaak dat het
bloembollenvak met een interventierege
ling wil gaan werken. Die moest eigenlijk
in het bloembollenstuk helemaal niet
kunnen voorkomen. De bloembollen kwe
kers beseffen veel te weinig dat ze een
sleutelpositie innemen. Nergens ter we
reld kunnen tulpen, hyacinten en tal van
andere bolgewassen met zulke goede re
sultaten worden geteeld als in ons land.
Nergens is de know how zo groot. Waar
om maakt men van die monopoliepositie
niet veel meer gebruik? Waarom spitst
men zich niet veel meer toe op exportbe
vordering en op exportverbreding vooral.
•Vandaag gaan de meeste bollen naar en
kele grote afnemerslanden. Maar er zijn
meer landen waar de afzet door gezamen
lijke inspanningen vergroot kan worden.
Onder meer in Japan, een land met een
grote welvaart en een even grote bevol
kingsdichtheid.
De heer Duffhues gaf het bollenvak de
woorden in de mond. Kom eens praten op
het Ministerie en laten we samen gaan be
kijken wat we, eventueel in combinatie
met andere bedrijfstakken uit de agrari
sche sector, kunnen doen aan het afzwak
ken van de fytosanitaire maatregelen in
Japan.