DE ELLENDE IN IS NIET VOORBIJ MET EEN STA-CARAVAN ,,Mij krijgen ze niet klein Lekker kerk: dorp aan da Lek In da Krlmpenerwaard, al geduren de zevenhonderd jaar. Een half jaar geleden Europese bekend heid gekregen dankzij grote hoeveelheden milieuverpestende chemische stoffen in de bodem. Enige honderden inwoners moesten hun huis verlaten en behuizen nu al maandenlang krap pe nood-caravans, midden in een troosteloze polder. Lekkerkerk: na dertien weken een vangst van 1.316 vaten tolu een, xyleen en ethyl-benzeen, afkomstig uit de verfindustrie. Af valverwerking Rijnmond verslikt zich in het gif; het bedrijf kan de aangeleverde stoffen niet aan. Lekkerkerk: 160 miljoen gulden totale kosten en „een uitdaging voor elke bestuurder" (de burgermeester), „Milieuverpesting van de eerste orde" (een caravan-bewoner), „De mensen zijn agres sief geworden en wantrouwen overheden" (een maatschappelijk hulpverlener). Na paniek en wanhoop, woede en teleurstelling heerst een soort „mij-krijgen-ze-niet-klein"-mentaliteit. De caravan-bewoners richten alle hoop op een spoedige terugkeer. Die ligt wel in het verschiet, maar verzacht de dagelijks terugkerende ellende niet. LEKKERKERK Hannie Verhoog: „Misschien dat we ons door Lekkerkerk meer gaan realiseren hoe we te- genwoordig met ons milieu omgaan". alles wordt opgeteld en wat boven een bepaald bedrag ligt, krijgen we terug". „Vorige week waren de leidingen van de was serette bevroren, dat is ook weer zoiets waar door je dagelijkse regelmaat wordt aangetast. De wasserette zit nu helemaal dichtgespijkerd met piepschuim". Geluk Het gezin De Brieder heeft onlangs een huis kunnen kopen in het Noord-Hollandse Huizen, waar het nog voor de kerst hoopt in te trekken. .Daarmee lijkt de familie geluk te hebben, want de groep bewoners waar Hannie Verhoog over sprak, die letterlijk in de kou zullen blijven staan, zullen naar alle waarschijnlijkheid voor malige huiseigenaren zijn. Het gaat hier om mensen die hun huis aan de gemeente hebben verkocht, daarvoor een extra (verhuis)premie hebben ontvangen (door hen de oprotpremie genoemd) en daarom pas als laatsten in aan merking komen voor een tijdelijk betere behui zing. Huurders gaan voor in deze koude perio de. Men gaat ervan uit dat de voormalige eige naars zich makkelijk een nieuwe toekomst kun nen kopen. Yvonne: „De kopers krijgen vaak te horen: „Jullie hebben toch een premie gekregen, je had toch al lang weg kunnen zijn? Waarom blijf je in de kou zitten? Om een tijdje goedkoop te wonen?". Maar we zijn weken bezig geweest om iets naar onze zin te vinden. En de pas in ons oude huis opgeknapte bovenverdieping neem je ook niet even mee. Ik hoorde laatst, toen ik bij de school stond, „Oh, dat regelt die wel even, heeft toch niks te doen, want ze woont in een caravan". Zo is de afgunst die bij sommige niet gedupeerde Lekkerkerkers heerst. Ze zeggen over ons: „Die hebben een mooie caravan en krijgen nog geld toe ook". Trouwens, je gaat niet werkelijk vrijwillig weg. Want normaal gesproken hadden we het huis in Noord-Holland nooit gekocht, we leefden im mers in een fantastische buurt, ledereen ging erg goed met elkaar om, maar nu gaat bijna niemand meer terug naar de oude buurt. Erg veel mensen zijn nu al weg. Bijvoorbeeld ook de vriendin van m'n dochtertje, die mist ze zeer. En nu maar hopen dat al onze spullen heel uit de opslagruimte komen. Van vrienden die al verhuisd zijn, hoorden we namelijk wel andere dingen". Yvonne vertelt tenslotte hoe haar gezin, hunke rend naar geruststelling wat de gezondheid be treft, een bloedonderzoek kreeg, waar ze nooit de uitslag van heeft gehad. Ook niet bij na vraag. Nogal ironisch merk» ze dan op, dat het algehele lichamelijke onderzoek, dat ze zelf moesten aanvragen, een lachertje was, een Voor de afgraving van het gif is de wijk in Lek- kerkerk-West in vijf zogenaamde compartimen ten ingedeeld. Drie daarvan zijn nu afgegraven. In één vari deze drie compartimenten zijn de door het gif aangevreten gas- en waterleidin gen al bijna alle vernieuwd. Men denkt dat de huurders er over ruim'een maand kunnen te rugkeren. In dit compartiment staan ook enkele koopwoningen, waarvan de voormalige bewo ners zijn verhuisd. Deze woningen worden van wege de winterkoude gereed gemaakt om er huurders van wie het huis voorlopig nog niet klaar is. tijdelijk te huisvesten. Voor andere be woners komen dan enkele van de 52 grotere en luxueuzere wisselwoningen of zomerhuisjes vrij, die de gemeente net als de 271 sta-carvans verhuurt. Blijft over een groep bewoners die voorlopig nog geen redelijk dak boven het hoofd heeft. Hannie Verhoog schampert dat de schuldige misschien hoog en droog in een luxe bungalow zit, „terwijl er straks, als het nu keihard gaat vriezen, voor de resterende groep mensen geen opvang is omdat de werkzaamheden in de wijk dan worden vertraagd". Gasflessen Yvonne De Brieder, moeder van twee jonge kinderen, is een andere winterkampeerster in de polder. Zij kan net als andere bewoners met vele voorbeelden illustreren hoezeer de gevol gen van de gif-affaire nog elke dag de dagelijk se beslommeringen sterk beïnvloeden. Yvonne: „Wij krijgen tiet vanavond ook niet bo ven de vijftien graden met de wind die hier pal op staat. De luchtgaten in de caravan hebben we maar dichtgestopt, net als de kierende ra men. Vooral 's nachts is het niet te harden, dan hangen we er handdoeken voor. Gisteren kwam ik terug van boodschappen doen, stond de warmwaterleiding onder de caravan te spui ten, omdat hij gesprongen was. Dat heeft het zelfde effect als wanneer je de warmwaterkraan open zet. De geiser brandde dan ook volop. Dat was dus weer een gasfles. Ze komen twee maal in de week twee van die dingen brengen, maar ik gebruik er al twee in drie dagen. Bo vendien kosten ze 24 gulden per stuk en dat is bij elkaar ongeveer vierhonderd gulden in de maand. Al de rekeningen moeten we bewaren, Afgelopen week heeft de gemeente enkele tonnen strobalen laten aanrukken om de caravans enigszins te isoleren tegen de koude wind die er onder doorblaast De voormalige gifwijk-be- woners zijn kampeerders tegen wil en dank in de eindeloze, troosteloze winterpolder. rten i gat( met kust LEKKERKERK „Vorig jaar hebben we hier nog geschaatst", zegt Hannie Verhoog, wij zend naar de plek waar nu haar nood-behui zing staat. Als voormalige bewoonster van de gifwijk in Lekkerkerk-West is zij met man en twee jonge kinderen een van de kampeerders tegen wil en dank in de voor de winter onge schikte sta-caravans. „Twee weken geleden is de caravan geïsoleerd. Niet afdoende, zo blijkt nu. Opeens deed 't gas het niet, omdat die monteurs een nietje in de gasleiding hadden geslagen. Ik kon niet koken, had geen verwarming. De reparatie liet op zich wachten omdat bepaalde onderdelen niet di rect leverbaar waren. Ik dus elektrisch stoken, maar dat kon ik de volgende dag ook wel ver geten, want in de elektriciteitskabel bleek eveneens een nietje te zitten. De derde dag spoelde ik wat overgebleven thee weg. Die kon ik in m'n schoenen terugvinden. Want ook de afvoer was van een nietje voorzien. Op zo'n moment bel ik iedereen op bij wie ik m'n hart kan luchten, wat ik een jaar geleden nooit zou hebben gedaan". Eerst was er bij de bewoners het vermoeden, vervolgens de zekerheid dat hun woningen wa ren gebouwd op gifgrond. Daarna het afsluiten van de drinkwaterleiding, de verkoop van fles jes water op straat, de verkoop van de 271 hui zen, de zorgen om de eigen, misschien wel ver giftigde gezondheid en die van hun kinderen. Dan de opslag van de huisraad en de evacuatie van 190 gezinnen naar caravan en wisselwo ning. Toen kwam de regentijd in de zomer: klamme caravans, maar ook niet uit te houden hitte als de zon eens scheen. En dan nu bevro ren waterleidingen en slapen met de kleren aan. Daarbij ervaren de gedupeerde bewoners wat het is om lange tijd geen privacy te hebben tijdens een verblijf in kleine en gehorige cara vans. Kleine dingen Hannie: „Het is vooral de opeenstapeling van kleine gebeurtenissen. Herhaaldelijk krijg je wat voor je kiezen, dat weet je onderhand wel, maar noem dat alsjeblieft geen berusting. Ij( voel me hier rusteloos. We ontvluchten de om geving door regelmatig maar weekends weg te gaan. Als je dan na een weekend weg, hier weer binnen rijdt, en je ziet al die caravans...". „Eerst raakte je van elk ding in paniek, maar je incasseringsvermogen neemt toe, in je achter hoofd heb je de hoop dat je gauw terug kan. En je leert er wel van. Ik was altijd een vrij stil iemand, maar tegenwoordig zeg ik eerder iets dat op m'n hart ligt. Valt dat niet goed, dan is dat jammer". „Ben je iets kwijt? Ligt vast en zeker in de op slag", is een gevleugelde uitspraak geworden onder de caravan-bewoners. Want ondanks de door de gemeente opgeslagen huisraad, bars ten de bewoners uit hun kleine caravans. De kinderen hebben geen speelruimte, ze worden vervelend en eerder bestraft. De bewoners kunnen niet werkelijk wennen, het is niet hun eigen huis, ze weten dat ze er tijdelijk zitten. Het is geen vakantie-caravan, men kan niet vluchten wanneer het regent en alles binnen klef wordt. Apathisch Hannie Verhoog: „Ik denk dat het de mensen veel kost, sommigen zijn duidelijk eerder geïrri teerd, je merkt dat aan de felle reacties als er weer eens iets gebeurt.' Sommigen worden er een beetje apathisch van, anderen krijgen toch wel een lichte depressie. Gelukkig staan de meesten met de vroegere buren bij elkaar. We steunen elkaar, je bent lotgenoten. Dat was al in de wijk, toen we hoorden dat we geen lei dingwater meer mochten drinken, ledereen was tot tranen toe bewogên. Tot diep in de nacht spraken we met elkaar en gingen uiteindelijk wat vrolijker uiteen. Alleen de buurt zoals je hem had, een groepje van zeven, acht mensen, dat is er niet meer. Dat heeft zich opgesplitst tot drie of vier mensen. Trouwens, in zo'n klei ne ruimte kom je moeilijk met z'n zevenen bij elkaar en bovendien liggen de kinderen achter een houten schotje te slapen". IRRITATIE, APATHIE EN AGRESSIE NEMEN TOE soort „kloppen, vegen en zuigen". „Erg serieus namen ze ons niet", concludeert ze. De burgermeester De gif-affaire heeft voor flinke veranderingen gezorgd in Lekkerkerk. Niet alleen voor de ge dupeerde bewoners, ook voor de gemeentebe stuurders. Plotseling is er sprake van landelijke bekendheid, intensief overleg met „Den Haag", tonnen worden miljoenen guldens, de werkdag tweemaal zo lang en de verantwoordelijkheid nog groter. Burgermeester H. Ouwerkerk: „Voor een be stuurder is dit natuurlijk een grote uitdaging. Je kan laten zien wat je als overheid voor de men sen waard bent. Want het is nogal niet niets als je zomaar uit je huis wordt geknikkerd. Verder slokt het natuurlijk veel tijd op van jezelf en je gezin en dat is niet altijd even prettig. Ik ben nu vier jaar burgermeester in Lekkerkerk en zeker het afgelopen half jaar is te merken hoe de ge beurtenissen mijn dagelijkse werk voor zeker 75 procent in beslag nemen. Dat geldt natuur lijk ook voor de raadsleden en andere bestuur ders". Brief De heer Ouwerkerk legt de nadruk op het men selijke aspect bij alle problemen. „Vooral de positieve reacties van de bevolking houden me op de been. We zijn een kleine gemeente en dat heeft het voordeel dat er heel wat individu ele gesprekken mogelijk waren tussen bestuur ders en bewoners. Het is vermoeiend maar dankbaar werk". Burgermeester Ouwerkerk meent dat de kou valt uit te houden wanneer de caravanbewo ners weten waar ze aan toe zijn. Zij hebben dan ook een brief gekregen waarin staat wan neer ze ongeveer naar huis terug kunnen. An deren die langer in de caravan moeten wach ten, zo blijkt uit de brief, krijgen een financiële tegemoetkoming wanneer zij naar een etage in Lekkerkerk of een naburige gemeente verhui zen. Ouwerkerk: „Maar ik moet toegeven, wordt de winter werkelijk streng, dan is het verblijf in de caravans een niet helemaal op te lossen pro bleem. Caravans kan je nu eenmaal niet winter hard maken". Yvonne de Brieden „M'n man stoot dagelijks zijn hoofd door te lage deurposten en zijn bed is te kort". Volgens de bewoners is er in het opvangcen trum in de „caravan-wijk" nog wel spreekuur, maar is het sociale hulpverleningsteam opge heven bij gebrek aan belangstelling. David Bartels is een van de maatschappelijke hulpverleners voor de gedupeerde bewoners. Hij wil zijn hulp niet opdringen. Volgens hem is dat niet nodig, omdat er al zoveel groepjes bu ren zijn die elkaar steunen. Maatschappelijke opvang noemt hij in dit geval niet meer dan een pleister op de wonde. David Bartels: „Er is een totaal wantrouwen in overheden gegroeid, heel moeilijk om dat eruit te krijgen. Maar de materiële hulpverlening komt dan ook steeds net te laat. Het is heel vreemd dat er voor deze mensen geen voor rang bestaat bij andere gemeenten, als ze daar een huurhuis of huuretage proberen te vinden. „U staat achteraan de lijst, nog zeshonderd wachtenden voor u", krijgen ze te horen. De mensen zijn nogal agressief geworden, je kan het merken aan de kleine en grote kibbelpar tijen, huilbuien, ruzies in de te kleine wasseret te". Over de spreekuren: „Die hebben een nogal wisselvallig bezoek. Dat loopt gelijk, denk ik, met de oplopende spanningen. Van de huisart sen hoorde ik dat het patiëntenbezoek de laat ste tijd flink is toegenomen. Je hoort van kin deren die terugvallen in hun ontwikkeling, die plots weer gaan bedwateren. Sommige bewo ners die naar een andere gemeente zijn verhuisd, krijgen een terugslag. Ze kunnen moeilijk zonder hun oude kennissen of vrien den en vinden in hun nieuwe omgeving geen begrip voor wat ze hebben doorgemaakt. Of zoals anderen die nu nog steeds op hun werk, zogenaamd voor de grap, worden uitgemaakt voor gifkikker. Of zoals familieleden, die er he lemaal niets van begrijpen. Sommigen zeggen: „Joh, je hebt er toch genoeg aan verdiend, waar zanik je toch over?". Ze vergeten dat ve len heel wat extra reiskosten hebben gemaakt, met een tweede hypotheek zitten of noem maar op. Iemand vertelde me laatst dat hij geen nieuwe auto durfde te kopen, bang voor de scheve gezichten. Of men moet aan het beeld voldoen van de zielige gifwijk-bewoner, of niet zeuren. Zo denkt de buitenwacht erover". HENK ENGELENBURG FOTO'S CEES VERKERK

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1980 | | pagina 19