On ver ze ttelijkh eid van Wilhelmina een traal in expositie Rijksmuseum inister Albeda probeert het nog een keer BIB 3201 SS lite hofbuite hof"b hof buit er rsteBi Politiek Partij Parlement NENLAND/ LEIDSE COURANT ZATERDAG 25 OKTOBER 1980 PAGINA 9 W 1 jaren zijn geweest, rrij scherp zien wij fvisiebeelden voor jan een showpro- tna, waarin allerlei tlandse politici ten van een Goed Doel tteur of actrice op- li. De toenmalige lier van Binnen- C Zaken. mr. H. K. ernink speelde de kan Bromsnor in pseudo-aflevering Swiebertje, en I collega, minister jSociale Zaken B. tink deed samen je first lady van de j Haya van Some ten of andere be- Iom deze herinne- opgehaald?, zal de pzinnige lezer zich jijfeld afvragen. Iu, in december aande zullen wij pet scherm mis- opnieuw enkele politici kunnen zien op draven in een andere rol dan die ze dagelijks gewend zijn te spelen. Let wel: misschien, want de onderneming waar het hier om gaat, staat op schroeven die nog lang niet vast ge draaid zijn, zo is ons deze week gebleken. Enige tijd geleden kre gen de leden van het kabinet en de fracties in de Tweede Kamer uit Omroepland een invita tie om in december op te treden in een televi sieprogramma ten bate van de Unicef, het kin derfonds van de Vere nigde Naties. Het was de bedoeling, dat een aantal politici tijdens die uitzending „iets geks" zou doen. Wij we ten niet hoe de dames en heren ministers en staatssecretarissen in den beginne tegen de uitnodiging aankeken, maar wat de Kamerle den betreft was de ani mo om mee te doen aanvankelijk vrij groot. In de wandelgangen gonsde het van de dolle plannen. Ziehier een greep uit de op te voe ren stunts. CDA-fractie- leider Ruud Lubbers zou de handschoen op nemen tegen zijn naam genoot, de bokser Ruud Lubbers; een aantal le den van de PvdA (Kos- to, Van der Doef, Van Damzou het program ma „Zo is het toevallig ook nog eens een keer" laten herleven; de VVD'ers Ed Nijpels en Loek Hermans wilden, verkleed als clowns, staatssecretaris Bertha Haars doorzagen (de act van het doorgezaagde weesmeisje) en naar verluidt zocht staatsse cretaris Neelie Smit- Kroes in de Kamer een goeie zanger om een duet mee aan te heffen. SHOW 2 Edoch, toen wij afgelo pen week bij deze en gene belangstellend in formeerden naar de stand van zaken, bleek het enthousiasme voor deelname aan de Uni- cef-uitzending aanzien lijk getaand te zijn. Be langrijkste reden: de ministers en staatssecre tarissen hadden plotse ling collectief laten we ten, niet mee te zullen doen, uit vrees dat ze teveel voor gek zouden komen te staan. Als ge volg daarvan wilde een aantal Kamerleden het ook maar voor gezien houden. Bij nader in zien was zelfs bij enke len de moed geheel in de schoenen gezonken. Plankenkoorts. Hevig verontrust scho ten we deze week Ruud Lubbers aan. „Wat is dat nou? Gaat het bok sen niet door?", infor meerden wij treurig. „Nee, ik denk het niet", luidde het antwoord. „Ik had van het begin af aan al gezegd dat ik best wilde boksen. Een idee van m'n zoon ove rigens. Ik was bereid m'n nek ver uit te ste ken, als op z'n minst een paar andere leden van onze fractie en wat mensen uit het kabinet ook iets geks zouden doen. Daar ging ik van uit. Nou, dat blijkt opeens niet meer het geval te zijn. Jammer, maar dan doe ik ook niks". Paniek bij de organisa tie van de Unicef-show. Paniek ook bij de Ka merleden die nog steeds bereid zijn, een artistie ke of sportieve prestatie te leveren. VVD'er Ed Nijpels mokkend: „Wat is dat nou allemaal voor onzin? Flauw hoor. Wie moeten we nu doorza gen?". Inmiddels, zo vernamen wij, wórdt door de orga nisatoren het uiterste gedaan om de twijfel moedige politici tot an dere gedachten te bren gen. De uitzending moet doorgaan, dat staat vast. Maar de pi kante jus is er natuur lijk wel van af, als er onder de Bekende Ne derlanders die meedoen geen enkele hoogwaar digheidsbekleder zit. We hopen er het beste van. STOORZENDER 1 „Er wordt wat afge- kletst in dit land". Een dergelijke verzuchting, waarbij het vierde woord ook wel eens door een nog minder vleiend synoniem wordt vervangen, valt met onregelmatige tus senpozen te beluisteren uit de mond van parle mentaire journalisten, zoals ondergetekende, wier taak het is de woorden van politici dagelijks te volgen. Nu is dat allemaal best vol te houden als de Ka merleden of bewindslie den één voor één hun stemgeluid laten horen. meer politici tegelijker tijd aan het woord zijn. Dat overkwam ons maandag. In een van de vergader zalen der Tweede Ka mer (de Schepelzaal) boog de commissie voor Economische Zaken zich over het exportbe leid van het kabinet- Van Agt. In een andere zaal (de Grote Zaal) zat de commissie voor Volkshuisvesting zich het hoofd te breken over de huurprijzen van vandaag de dag. Beide onderwerpen lagen net zover van elkaar ver wijderd als de zalen waarin zij besproken werden. Zij worden door enkele brede en minder brede wandel gangen en met drie trappen van elkaar ge scheiden. Kortom: er was geen enkel verband tussen de twee bijeen komsten, totdat Totdat er ineens iets misging. Toen 's lands hoogste econoom, mi nister Gijs van Aarden- ne, in de Schepelzaal met vuur de inspannin gen van zijn ministerie op het gebied van de exportbevordering ver dedigde, klonk opeens uit de luidsprekers dwars door zijn zware stem het evenmin zoet 'gevooisde geluid van Marcel van Dam, Spe cialist Volkshuisvesting van de PvdA, die in de andere vergaderzaal aan het woord was. Een unieke technische sto ring. Terwijl Gijs de Kamercommissie be zwoer de organisatie van zijn departement te laten voor wat zij is, hield Marcel de export- specialisten voor „dat de zorg voor de volks huisvesting gepaard gaat met steeds zwaar dere lasten". Onver stoorbaar, alsof dit duet grondig was ingestu deerd vervolgde Gijs: „Dat heb ik altijd al ge vreesd". STOORZENDER 2 Het leek eerst allemaal zo natuurlijk dat het slechts weinigen opviel dat de Schepelzaal plotsklaps ook het to neel geworden was van een volkshuisvestings debat. Toen het goed en wel doordrong en de hi lariteit over de stoor zender zich van alle aanwezigen meester had gemaakt, leek het euvel al weer verhol pen en maakte Van Aardenne zich op jzijn betoog te vervolgen. Maar hatsekidee, daar was Marcel van Dam plotseling weer aanwe zig, thans nog luider en nadrukkelijker dan even tevoren. „Zou ik nu ook in de Grote Zaal te horen zijn?", vroeg de minister zich be scheiden af. En prompt kwam er vanuit die zaal weer een hartekreet van Van Dam: „Dat is voor ons onaanvaard baar". Temidden van het toe nemend gelach en ge- gniffel begon de minis ter zich echter toch wat onzeker te voelen. Hij had het toch al moeilijk genoeg de Kamercom missie van zijn gelijk te overtuigen. „D'r zal toch wel ergens een knop zijn om die man af te zetten?", vroeg Gijs, hulpeloos om zich heen blikkend. Zaalbo des ijlden heen en weer en doken achter de cou lissen. Enkele ogenblik ken later werd \fan Dam definitief het zwij gen opgelegd. „Hè, hè", zuchtte de bewindsman en hij vervolgde zijn be toog alsof er niets ge beurd was. De etherpi raat liet (helaas, want wij houden wel van een verzetje) niets meer van zich horen. t' H I A. Het voorblad van het Engelse Bijbeltje van koningin Wilhelmina. Oe tekst luidt: Voor de Nederlandsche Her vormde Gemeente te Londen. Wilhelmina. In 1940 door mij gekoght in Londen en gebruikt tijdens mijn verblijf in het Verenigd Konink rijk. JHSTERDAM „Duits is voor mij de taal van tijnheerHitier", zei koningin Wilhelmina in Dnden tegen de schrijver A. den Doolaard, toen {j in een vanuit Zwitseland gesmokkelde bundel trzetspoësie de Duitse vertalingen van Neder- indse gedichten onder een stuk blauw papier egplakte. Den Doolaard had de koningin er list op gewezen, dat het weggeplakte Duits ook - taal was, waarin mensen als Goethe en Schil- t hun meesterwerken hebben geschreven. De t deze anekdote sprekende ovrzettelijkheid van iningin Wilhelmina is de rode draad, die loopt or de tentoonstelling „Wilhelmina in Londen", gistermiddag in het Rijksmuseum in Amster- i werd geopend. jaar. Dit temeer daar er veel over de vorstin is geschre ven, maar er nog nooit een degelijke expositie over haar doen en laten in Londen bleek te zijn ingericht Bij de uiteindelijke opzet e onverzettelijkheid van de Inmalige vorstin, zowel ten hzien van de tegenover de loffen in te nemen hou- ten aanzien van haar [ornemen om Nederland na torlog te „vernieuwen", is luurlijk niets nieuws. In s wat in de loop der jaren3 heeft de afdeling Nederland er de in 1962 overleden ex- rstin is gezegd en gesch re is haar standvastigheid ns haar gedwongen ver- in Londen een vast te- |»kererid element. Het zal weinigen verbazen dat het belangrijkste deel i haar regeringsperiode is gorden. wetenschap was voor I afdeling Nederlandse Ge- fciedenis van het Rijksmu- um aanleiding om in dit pderdste geboortejaar van ningin Wilhelmina extra pdacht te besteden aan die belangrijke fase uit haar jgeerperiode van vijftig Geschiedenis van het Rijksmuseum zich vooral ge richt op de staatkundige kant van het verblijf in Londen, waarin de verhouding tussen vorstin en kabinet een zeer voorname plaats inneemt. En vijfjarige ballingschap», dat is dan ook goed te zien, koningin Wilhelmina waarbij overigens direct moet -worden opgemerkt dat de tentoonstelling er hierdoor niet minder aantrekkelijk op is geworden. Integendeel: Aan de hand van zorgvuldig uitgezocht foto's, herinnerin gen, dagboekpassages en brieven van zowel de minis ters als de koningin zelf, worden de ontwikkelingen in, de Londense regering ge toond. Zoals bijvoorbeeld het aftreden van minister-presi- Koningin Wilhelmina voor de microfoon van Radio Oranje. dent De Geer in september 1940. Hij had zich de woede van de koningin op de hals gehaald door voor te stellen om buiten Groot-Brittannië om een aparte vrede met Nazi-Duitsland te sluiten. In de vitrines van het Rijksmu seum hangen verschillende ontwerpen voor dé radiorede over het ontslag van De Geer, waarin de werkelijke reden van diens aftreden verzwegen werd. Ook aan de opvolger van De Geer, Ger- brandy, wordt de nodige aan dacht besteed. Maar ofschoon hij het in het begin van zijn ambtsperiode goed met de koningin kon vinden, liepen hun ideeën naarmate de oor log vorderde uiteen, overi gens zonder dat het tot een- onherstelbare breuk met Wilhelmina kwam. Het ging hierbij met name om het be stuur in Nederland direct *na de oorlog. Zoals bekend was de vorstin van mening dat „vernieuwde personen" oud- verzetsmensen uit het bezette vaderland en zijzelf verant woordelijk zouden moeten zijn voor het toekomstige be leid. Niet de Londense minis ters. In dat nieuwe staatsbe stel zou, zoals de geschied- Jong in zijn boek over de Londense periode aangeeft^ de Kroon een veel groter in vloed hebben en moesten de partijpolitieke tegenstellin gen van voor de oorlog ver dwijnen. De onenigheid - want zo mag ie het zeker noemen - die hierover binnen de regering ontstond, wordt aan de hand van authentieke documenten getoond. Een van de mooiste voorbeelden hiervan is een nota die Gerbrandy over Ne derland na de oorlog schreef en waarin hij voorstelde dat het oorlogskabinet op „zeke re tijd" na afloop van de strijd zou aftreden. In de kantlijn staat een niets aan duidelijkheid te wensen overlatende reactie van de koningin: „Onmiddellijk af treden, proclamatie opmaken (ik)". Hoewel er geen twijfel over kan bestaan dat het werk van dr. L. de. Jong een be langrijke steun is geweest bij de uiteindelijke opzet van de expositie, heeft het Rijksmu seum er terdege voor opge past „Wilhelmina in Lon den", het karakter te geven van een „aan de muur ge plakt boek". Zo heeft men naarstig gespeurd naar wat meer tastbare herinneringen aan het koninklijk verblijf in Engeland, wat tot gevolg heeft dat naast de helm die koningin Wilhelmina steeds bij zich droeg ook haar Lon dense bijbeltje, de op kasteel Neyerode teruggevonden voorzittershamer van het ka- binet-Gerbrandy en een in een kamertje van het minis terie van onderwijs aange troffen schilderij van het Ne derlands onderkomen in En geland zijn te bewonderen. Verder worden op twee tele visies regelmatig films ver toond: De een over de her denking van 10 mei 1940 en 10 mei 1941 in Londen en een interview met de toen- van de koningim F. van 't Sant, de ander over een be zoek van de vorstin aan het opvangcentrum voor de door haar zo bewonderde en ge waardeerde Engelandvaar ders. Ook czijn er passages te beluisteren uit toespraken die voor Radio Oranje werden gehouden. Het pronkstuk is de zogenaamde „Verzetsta- fel" van koningin Wilhelmi na uit paleis Het Loo, waarop de vorstin tastbare herinne ringen aan het verzet (boe ken en foto's) had samenge bracht en die alleen door haar en één van haar hofda mes mocht worden aange raakt. Wie nu na dit alles denkt zë= ker een dag nodig te zullen hebben om de expositie in zijn geheel te kunnen zien, zal bedrogen uitkomen. De tentoonstelling „Wilhelmina in Londen" wordt gehouden in de kleine tentoonstellings zaal van de afdeling Neder landse Geschiedenis van het Rijksmuseum, een ruimte van hooguit vijftien bij "zeven meter. Bij elk thema (onder meer „Leven in Londen", „Relatie tot de kabinetten" en „Waardering voor de En- gelandsvaarders") zijn echter zulke karakteristieke voor beelden gezocht, dat zij aan duidelijkheid niets te wensen overlaten. „Wilhelmina in Londen" is tijdens dc- dagelijkse ope ningsuren van het museum toegankelijk en loopt tot en met 1 februari van het ko mend jaar. JOS TIMMERS HAAG Verrassend was hét be niet, dat het gesprek van het ka- met werkgevers en vakbeweging Stichting van de Arbeid van afge- n dinsdag niets heeft opgeleverd. I kende immers reeds lang de dpunten van de verschillende par- Die lagen in menig opzicht ver en en ze waren onwrikbaar. Even het er nog op, dat er ruimte was een echt gesprek, toen de vakcen- es FNV en CNV aan de vooravond de bijeenkomst na afloop van de aderingen van hun toporganen mededelingen wilden doen: Had hun voorlieden toch nog een onder- delingsmarge meegekregen Het ijdele hoop. „Ze zijn allenlaal ge keerd," moest minister Albeda stellen. Maar de bewindsman blijft spel volgens de reglementen spelen wdl de gesprekspartners nog eens cnroepen. Het zal wel de laatste zijn, want hij komt in tijdnood en eite is ook zijn speelruimte niet "1: de Tweede Kamer heeft hèm ge werd..- liggen die standpunten De werkge- i die al lang in de financiële puree zit dagen met angst en vreze, dat de kosten komend jaar met acht procent en gaan stijgen, mede op grond van afgesloten cao's (waaraan zij overi- '-elf hadden meegewerkt) en smeek- om lastenverlichting: drie procent zou er op de loonkosten gematigd moeten worden. Het kabinet erkende die mati- gingsnoodzaak, mikte echter op twee pro cent. Totdat de Tweede Kamer op nog verdergaande matiging aandrong. Toen kwam het met 2,5 procent door voor te stellen de loonsverhoging via de prijscom pensatie met 2 procent te beperken en door een half procent van de yakaptie- toeslag af te knabbelen. De feitelijke te ruggang voor de werknemers zou minder zijn, want er zou onder meer belastingver laging tegenover staan. En die belasting verlaging zou zo worden geregeld, dat de laagste inkomens minder pijn zouden lij den dan de hogere ingevolge de- slogan voor de jaren tachtig: de sterkste schou ders moeten de^ zwaarste lasten dragen. Toen kwam de vakbeweging in het ge weer. Eén opvatting hadden ze gemeen: Over matigen valt alleen te praten als we ook kunnen zien, dat het daarmee beoog de doel, te weten herstel van het bedrijfs leven en dus herstel van de werkgelegen heid, wordt bereikt. De werkgevers moe ten niet alleen azen op onze centen, zo was de redenering, ze moeten er ook wat voor teruggeven en dan geen vage belof ten, dat het automatisch goed zal komen, maar iets concretere. Over de wijze waar op zich die matiging zou moeten voltrek ken was men het in vakbondsland niet eens. Het CNV wilde een stuk prijscompensatie wel ruilen voor belastingverlaging mits het maar voor één keer zou zijn, daarbij vergetend dat een dergelijke operatie al eerder was uitgehaald. De FNV zei dan ook bikkelhard: Die prijscompensatie is het enige dat ons nog aan zekerheid rest, daar moet afgebleven worden. Stel dan maar een maximum aan prijscompensatie en vakantietoeslag, aldus de FNV, overi gens nog in zoverre vrijblijvend dat de achterban er ook mee zou moeten instem men. Dan bereik je niet genoeg matiging, reageerden de werkgevers. Stop, riep de vakcentrale van middelbaar en hoger per soneel MHP, dan worden de middeninko mens (lees: onze leden) nog meer het kind van de rekening. Inderdaad, erkende mi nister Albeda, er is al zoveel genivelleerd en er kan in de toekomst nog wel vaker een beroep moeten worden gedaan op die sterkere schouders. De vakcentrales stonden weer schouder aan schouder in hun verlangen, eis mag men wel zeggen, dat het minimumloon en de minimumuitkering niet in koopkracht achteruit mogen gaan, want Albeda had gemikt op min én procent. Als je dat evenmin wilt volvoeren ten koste van de sterkere schouders zouden de mensen met de minima nog meer belastingverlaging of andere lastenverlichting moeten krijgen. Dat kost de schatkist anderhalf miljard, zuchtte Albeda, dat hebben we niet be schikbaar. Misschien zou er toch nog wel met wat ge ven en nemen iets van een overeenkomst te bereiken zijn geweest als de werkge vers zich wat soepeler hadden opgesteld ten aanzien van de matiging-betekent- werk-redenering. Toen het daarover ging in het gesprek van de Stichting van de Arbeid laaiden de emoties hoog op en wellicht daardoor werd de handreiking van FNV-voorzitter Kok niet opgemerkt. Andere dan het wat meegaander CNV heeft de FNV het door interne verdeeld heid heel moeilijk. Daar zijn stromingen, die elk geloof in het nut van matiging hebben verloren (de voedingsbonden), maar er ziin er ook (de industriebonden), die wel willen matigen zonder al te zware zekerheden, omdat ze duizenden ontsla gen zien en dan leveren de leden enkele tientallen procenten in.... De filosofie van Kok moet zijn geweest: als ik de werkgevers zo ver kriig om in derdaad over werkgelegenheid en ar beidsmarktproblemen te praten en daar komt wat uit, dan kom ik straks niet met lege handen bij mijn leden als ik hun vraag in te stemmen met matiging. Laten we daarover gaan praten, als het kan van daag of morgen nog, stelde hij voor. Albe da schatte dat aanbod wel juist in, moedig de zo'n snelle gedachtenwisseling meteen aan. De werkgevers hielden de boot ech ter nog wat af. Ze herinnerden zich, dat ze een jaar geleden zo'n gesprek in het ka der van een breed akkoord hadden aan vaard en dat de FNV juist dat bijna-ak- koord de grond in had geboord door ver dergaande looneisen te stellen. Nu wilde men wel praten, maar niet op stel en sprang, temeer niet omdat men een inter ne studie hierover op stapel heeft staan. Natuurlijk, werkgevers kunnen geen kei harde garanties geven dat het beschikbare werk behouden blijft, dat er nieuwe werkgelegenheid ontstaat, dat er meer deeltijdbanen kunnen komen, dat men meer zal denken aan kwetsbare groeoen en noem ma?r op. Maar ook bij de FNV zijn wat dit betreft de eisen al niet meer zo keihard, men 2iet er ook wel in, dat er geen sprake kan zijn van gelijk overste ken, matiging voor werk. Een redelijk uit zicht (met ingecalculeerde risico's) en een regelmatig overleg over arbeidszaken wil men echter wel. Door dit wat nurks af te wijzen wekken de werkgevers de schijn, dat het er in hun ogen niet zo veel meer toe doet, een overeenstemming met de vakbeweging. De buit is al binnen, gema tigd zal er toch worden, goedschiks of kwaadschiks, dat zegt de Tweede Kamer, dat zegt het kabinet. Die schijn wordt nog versterkt doordat werkgeverevoorzitter Van Veen later in deze week al heeft geroepen, dat de (nega tieve) zaken nu duidelijk genoeg zijn en dat er thans maar een loonmaatregel moet komen. Zijn collega Van Eijkelenburg wilde aanvankelijk ook op deze toer gaan, maar hij bedacht zich en wil het gesprek met vakbeweging en regering zowel over loonmatiging, werkgelegenheid en ar beidsmarkt toch nog voortzetten. Met het CNV zijn ook nog wel zaken te doen, met de FNV alleen als de regering haar voor nemens substantieel wijzigt. Het is nauwe lijks te verwachten, dat Albeda met iet, wezenlijk nieuws op tafel zal komen. Het gesprek van dinsdag wordt weliswaar nog eens in het kabinet doorgenomen en dat zal nog wel tot enige bijstelling van be leidsvoornemens leiden, maar fundamen teel zal dit niet zijn, de Kamer heeft im mers ook gesproken Veel perspectief op toch nog een akkoord is er dus niet. En dit temeer niet, omdat Albeda uiterlijk half november hoe dan ook rond wil zijn omdat overeenstemming of loonmaatregel nog moeten worden uit gewerkt (in belastingtabellen, wetsont werpen e.d), terwijl de computers hunke rend zitten uit te kijken naar de nieuwe gegevens voor de loonberekeningen. .Daarentegen zeggen FNV en CNV, dat zij op zo'n korte termijn hun leden niet kun nen raadplegen. En de MHP Die laat het langzamerhand wat onverschillig: Het is een schimmenspel, de loonmaatregel ligt toch al klaar, zegt men in dat kamp. Met zoveel verschillen van opvattingen - en er zijn er nog wel meer dan de hier opge somde - plus een nu wel tamelijk vastbe raden kamnet kan een loonmaatregel ei genlijk ook niet uitblijven. Maar Albeda wil nog één keer proberen de partijen rond zich te verzamelen en tot een zekere eensgezindheid te brengen. Hij wil achter af niet het verwijt krijgen, dat hij niet al les geprobeerd heeft langs minnelijke weg te bereiken wat nodig en dus onvermijde lijk is. JO SMITS

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1980 | | pagina 9