Vrouw niet alleen op straa t bedreigd 3 hond huis LEWS ONDERZOEK TOONT AAN: Nanouk,een poes met gebruiksaanwijzing AD/REGIO LEIDSE COURANT ZATERDAG 25 OKTOBER 1980 PAGINA 5 (IDEN Sinds enkele jaren is er in ons Qifld een verhoogde belangstelling te con* iteren voor de problematiek van aanran- ag en verkrachting, zowel binnen maat- aappelijke bewegingen die zich met de lancipatie van de vrouw bezighouden als gatenen de criminologie en de victimologie. •ft ds men de landelijke cijfers bekijkt van rn°J aantal gevallen en veroordelingen van en ite gewelddadige zedenmisdrijven en deze '^Tgelijkt met Leiden, blijkt dat de sexuele ranjjminaliteit hier niet hoger ligt dan het tijdelijk gemiddelde. Dit in tegenstelling it Amsterdam, dat met kop en staart bo- ni<fl het gemiddelde uitstijgt. nor, gein t Va dT j lijkeBrote interesse voor agressieve zeden- Ie le&rijven was voor het Wetenschappelijk jggeJerzoek en Documentatie Centrum taarpDC) uit Den Haag aanleiding om in ht ot jaarlijkse landelijke slachtoffers-en- lder?e een aantal vragen op te nemen naar wefrvaringen van vrouwen.met sexueel estejchte agressie op straat en Dinnenshuis. blijf) 10.000 personen (mannen en vrou- werd de vraag gesteld of zij wel eens ge|ieel bedreigd waren. In 1975 beant- bislrdde 2 procent van de (5000) vrouwen p vraag positief. In 1979 was dit 2,5 Aan de hand van deze cijfers kan zien dat het kleine sexuele geweld tisclpeemt in Nederland. In een kwart van ging het geweld verder dan ko£n aanraken, vastpakken en dergelijke ondfcon men spreken van aanranding. Wat menaantal verkrachtingen betreft: per jaar rd ijden 200 tot 300 mensen in Nederland bordeeld voor het plegen van gewel- zoeljdige zedenmisdrijven. Slechts enkele r djtallen daarvan zijn brute verkrachtin- tzinl door vreemden op straat. Er is geen •egsfleiding te veronderstellen dat het aan- vardagressieve verkrachtingen op straat na4eemt- zafbij dient te worden opgemerkt dat n". p niet alle gevallen van verkrachting worden aangegeven bij de politie, ns kan de aangevallen vrouw de da- !-in-spé afweren en gebeurt er verder R>'ernstigs. De dader kan ook een be de van de vrouw zijn. In beide geval- zal zij minder snel aangifte van ver- hting of aanranding doen. De cijfers [en dus nooit precies de juiste situatie auiafr" ij ïialyse 11.30 )t voor niets houden veel vrouwenbe- 'ingen zich intensief bezig met ver- chtingen. Ruim 30 a 40 procent van de uwen in westerse landen, waaronder Ierland, blijken 's avonds niet of nau- ijks de straat op te durven uit angst r criminaliteit, in het bijzonder voor [dergenoemde zedenmisdrijven. Vooral jjonge vrouwen in de grote steden blijkt j* 30;e angst het grootst te zijn. t WODC heeft in zijn uitgave „Justitië- Verkenningen" no. 8 een analyse gepu lseerd van een onderzoek in Leiden de bij de politie aangegeven gevallen aanranding en verkrachting in de ja- 972 tot en met 1977. Volgens mr. J. J. an Dijk, werkzaam bij het WODC igt de analyse feiten aan het licht, iruit men kan opmaken dat aanran- en verkrachting zeer verschillend wat betreft de ernst van het misdrijf >ok wat betreft de achtergrond. Aan- Idingen kunnen worden gepleegd door jonge daders (jonger dan 15 jaar), ter- dit bij verkrachting zelden voorkomt, i aantal is regelmatig verdeeld over de van het jaar en dag en nacht en zij ge- iren bijna altijd op straat, in tegenstelling tot verkrachtingen. 'allend is namelijk, dat uit het onder- ik van het WODC blijkt, dat verkrach ten voor het merendeel binnenshuis en 0Q iauto's worden gepleegd en dus niét op kantat. Veelal is de dader van de ver- 30 fchting geen volslagen onbekende van slachtoffer. De daders blijken bij voor- ur na acht uur 's avonds actief te zijn, het weekeinde en gedurende de zomer landen. Dit is een aanwijzing voor de 16ronderstelling dat dit misdrijf het uit- tsk#nsleven (cafébezoek) als sociale achter- dsj>nd heeft. De onderzoekers trekken 00 Iruit de conclusie dat in dit opzicht ver- ihtingen nauwelijks verschillend van gewelddadige handelingen. Ge- plaatsen voor verkrachtingen dus niet alleen buitenshuis - op straat n parken, zoals vaak wordt gedacht - ir juist in de auto en zelfs binnenshuis. Oral jonge vrouwen blijken de sterkste lustgevoelens te hebben. Dit komt over- Aanrandingen doorgaans binnenshuis en in auto's Veel vrouwen durven 's avonds niet meer alleen de straat op te gaan een met de leeftijd van de slachtoffers, die gemiddeld tussen de 15 en 25 jaar ligt. Deze groep jonge vrouwen neemt ook veel meer dan ouderen deel aan het uitgaans leven, dat een sociale achtergrond voor verkrachtingen bleek te zijn. On veiligheidsgevoelens Uit de cijfers is komen vast te staan dat sexuele criminaliteit op straat niet méér voorkomt dan binnenshuis. Toch blijven vrouwen zich onveilig voelen op straat. Die gevoelens mogen beslist niet worden gebagatelliseerd, omdat het „maar" gevoe lens zijn. Ze zijn evenwel zéér reëel. De heer Van Dijk over het „veilig voelen op straat". „Hoe is de angst van vrouwen te verklaren en is die angst niet onrede lijk, gezien de cijfers", was de vraag die de heer Van Dijk zich had gesteld. Zijns in ziens ontstaat die angst door een complex van factoren. „In veel relaties, met een traditioneel rolpatroon gebruiken mannen de onveiligheid op straat als argument om hun vrouw niet alleen uit te laten gaan. In feite zijn ze er op tegen dat hun vrouw in contact komt met andere mannen en zodoende een eigen leven gaan leiden. Naarmate het huwelijk traditioneler is, blijken de gevoelens van onveiligheid bij vrouwen toe te nemen. De man maakt zijn vrouw dan onveilig", zo beweert de heer Van Dijk. „Ook de opvoeding werkt dit in de hand", vindt hij. „Als moeder bang is zal ze dat doorgeven aan haar dochter. Bovendien rust er in veel gezin nen nog steeds een taboe op alles wat met sex te maken heeft. Dat vormt zelfs in deze tijd nog een belemmering bij het ge ven van voorlichting aan kinderen, die dan opgezadeld kunnen worden met een verwrongen beeld van sexualiteit". Media Over de rol van de media (film, tv, boe ken, politievoorlichting) in deze, heeft de heer Van Dijk eveneens het een en ander op te merken: „Amerikaanse feministen stellen zelfs dat het bekende sprookje „Roodkapje en de Wolf" een typisch voor beeld is voor de wijze waarop meisjes al vroeg geconfronteerd worden met het feit dat ze beter niet alleen op pad moet gaan, omdat ze dan vast en zeker belaagd wor den door de boze wolf, in casu een gevaar lijk manspersoon. De angst wordt er al vroeg ingepompt. Bovendien is de rol van het slachtoffer in films meestal een vrou wenrol, terwijl de daders mannen zijn. Uit onderzoek is gebleken dat meisjes zich in de meeste gevallen met de rol van het slachtoffer identificeren, wat leidt tot angstgevoelens. Jongens herkennen zich meer in de dader, een spannende en op windender rol. Het zou een goed ding zijn als er meer kritiek kwam, óók van femi nistische zijde, op het bevorderen van angstgevoelens en het bevestigen van rol patronen door de media. Klein sexueel geweld neemt steeds meer toe, zoals nalopen, betasten en lastig val len van vrouwen op straat. „Het is lo gisch", vervolgt de heer Van Dijk, „dat men dat soort geweld gaat zien als voor beeld voor het grote geweld, zoals ver krachting". Het is volgens hem van be lang vrouwen weerbaarder te maken. Het psychologische effect daarvan is dat de angst zich niet of nauwelijks te kunnen verdedigen vermindert. In dit verband vindt de heer Van Dijk het geen gek idee jonge meisjes al op de lagere school judo lessen te geven. Over het aandeel dat mannen moeten le veren zegt hij: „Zij zouden moeten inzien dat zij vaker dan zij zelf vermoeden of weten willen, de angstgevoelens bij vrou wen te versterken. Dit vereist een veran dering van de mentaliteit en een bereid willigheid bij mannen om bij het pro bleem stil te staan en af te wijken van de bestaande rolpatronen en vooroordelen. Bovendien is het noodzakelijk te proberen mannen risico-lozer te laten leven en zou vrouwen wat meer durf moeten worden bijgebracht". Bespreekbaar Allerlei vrouwenorganisaties, waaronder ook feministische groepen, vechten al ja ren voor een betere opvang van vrouwen die verkracht zijn. Zij hebben het misdrijf bespreekbaar gemaakt, zodat er nu steeds meer aandacht aan wordt besteed. Hun belangstelling hangt echter ook samen J.J.M. van Dijk van het WODC: „Vrouwen moeten weerbaarder ge maakt worden" met de symbolische betekenis van ver krachting. Dat is voor sommige van deze groepen hét voorbeeld voor de wijze waarop vrouwen in onze cultuur door mannen worden bejegend. Zij zijn van mening dat de verkrachtingssituatie de vrouw vernedert en degradeert tot object. Hun conclusie is dat sexualiteit de sleutel is tot de analyse van de onderdrukking van de vrouw. Veelal hebben zij dan ook verkrachting als „item" genomen voo^ het sexisme van de maatschappij ten aanzien van vrouwen. Zo gaan de „Vrouwen te gen sexueel geweld" zelfs zo ver, dat zij de leus: „Elke man is een potentiele ver krachter" voeren. In een gesprek met enkele vrouwen van die groep vertellen zij dat niet alle man nen zich deze leus persoonlijk aan moeten trekken, maar dat daarmee wel duidelijk wordt aangegeven hoe de maatschappelij ke verhoudingen huns inziens liggen. Yvonne: „Mannen die hun wil boven die van hun vrouw stellen zijn in staat hun vrouw te verkrachten. Die mannen zien haar niet als iemand met een eigen per soonlijkheid, met eigen gevoelens". De „Vrouwen tegen sexueel geweld" weten dat de meeste verkrachtingen worden ge pleegd door bekenden van de vrouw, een vriend, kennis, of familielid. Corinne: „Het gebeurt ook vaak binnen het huwe lijk. Hoeveel mannen vinden niet dat hun vrouw altijd klaar moet staan. Als ze geen zin heeft, komt er desnoods geweld aan te pas om haar te dwingen. Dat is net zo goed verkrachting, want het gebeurt te gen haar wil. Daar zijn veel getrouwde vrouwen het slachtoffer van, want hoe vaak denken zij nog dat het een vanzelf sprekende zaak is zich over te leveren aan de willekeur van de man. Van mannen is het in veel gevallen een daad van agressie ten opzichte van de vcouw. Fysiek zijn zij sterker en zij kunnen gemakkelijk van hun kracht gebruik maken om hun zin te krijgen, of om een vrouw te vernederen. Het milieu is daarbij niet van belang. Zo wel mannen uit een zogenaamd hoog als uit een wat men noemt lager milieu zijn in staat op deze manier met hun vrouw om te gaan". De „Vrouwen tegen sexueel geweld" heb ben een tweeledig doel: Enerzijds voeren zij actie en anderzijds geven zij voorlich ting en willen zij de mentaliteit doorbre ken. Sylvia: „Op de voorlichtingsavond merk je dat er veel loskomt en dat velen hun moeilijkheden bij anderen herken nen. Daardoor staan die vrouwen niet meer alleen. Zo maken wij een begin met het veranderen van de mentaliteit. Oók die van mannen. De stelling: „zo zijn mannen nu eenmaal" moet doorbroken worden". De angstgevoelens zouden, samen met woede, voor vrouwen een aanzet moeten zijn om zith te bundelen en actie te voe ren. „We pikken het niet langer, we zijn kwaad", zegt Sylvia. „We moeten af van een opvoeding die uitsluitend uitgaat van mannelijke behoeftes en ideeën. Dat kan alleen maar frustrerend op vrouwen wer ken. Natuurlijk hebben mannen eveneens hun rolpatronen, waardoor ze ervan over tuigd zijn dat ze juist handelen. Die over tuiging veranderen gaat niet een-twee drie. Ook zij hebben tijd nodig om te le ren". De drie vrouwen zijn ervan overtuigd dat niet zozeer de angst van vrouwen om al leen de straat op te gaan moet verdwijnen, maar dat de hele situatie een verandering moet ondergaan. „Als we niet proberen de mentaliteit van vrouwen en mannen om te buigen, blijven we alleen maar bezig met symptoombestrijding. Dat lost niets op. Als we de situatie, waarin de angst ontstaat kunnen veranderen, dan pas zijn ve bezig met de wérkelijke oorzaak van iet probleem". MARIAN KOENS Foto: MILAN KONVALINKA Wekelijks verschijnt in de Leidse Courant de rubriek Hond zoekt huis". In deze rubriek wordt een hond (of soms ook wel een kat) beschreven die in het asiel verblijft om daar een zekere dood tegemoet te gaan... tenzij het dier een goed tehuis vindt. De in de rubriek beschreven hon den zijn óf gevonden, óf door hondenbezitters naar het asiel gebracht. Ze worden om uiteenlopende redenen afge staan, vaak begrijpelijk, maar soms ook volslagen onzinnig. De in „hond zoekt huis" beschreven dieren zijn alle goed gezond, hebben een wormkuur ondergaan en zijn volledig ingeënt. Tegen betaling van circa 60 gulden ten bate van zwerfdieren zijn ze af te halen. Adres: Nieuw Leids Diere nasiel, Besjeslaan 6b, Leiden. Tel.: 411670. Geopend di. t/m vr. 10-12 en 14-17 uur, za. 10 tot 12 en 14-16 uur. Zondag en maandag gesloten. LEIDEN Deze week een poes als hoofdpersoon van de rubriek 'hond zoekt huis'. Niet alleen honden worden geregeld bij het Leids Diere nasiel afgeleverd, omdat zij als zwerfdier door het leven gingen of hun baas genoeg van hen kreeg; ook poezen ontkomen er lang niet altijd aan om een eenzaam bestaan door te maken in een hok van een asiel. Om het poe- zenvolk eens in het middel punt van de belangstelling te zetten, vult deze week een poes deze kolommen. Nanouk is een half-angora en vier jaar oud. Het lijkt erop dat zij elke dag een bad krijgt in een witwasmiddel van een bekend merk, want zij heeft een volkomen witte vacht. Haar schoonheid wordt nog verhoogd door haar lichtblau we ogen. Momenteel is haar vacht tamelijk kortharig voor een angora, maar binnen een paar maanden zijn de witte haren weer aangegroeid tot de normale wintervacht. Zij zit al sinds vier maanden in het asiel, nadat zij als zwerfkat in Leiden gevonden was. Toen Nanouk in het asiel kwam, was zij zo verwilderd dat zij niet zonder handschoe nen aan te pakken was. Door de aandacht die zij in het asiel' kreeg, is haar gedrag nu weer een heel stuk beter, maar Na nouk is nog steeds niet de ge makkelijkste poes die in Lei den en omstreken rondloopt. Zij is er niet van gediend, wanneer zij langdurig aange haald wordt of wanneer er lang met haar gespeeld wordt. Als dit toch gebeurt, bestaat de kans dat zij een beetje agres sief wordt en bijt. Zij heeft het meer naar haar zin wanneer zij haar eigen gang kan gaan en zo nu en dan eens een aai- krijgt. Iemand die belangstel ling heeft voor een schootpoes doet er beter aan een andere poes of kat aan te schaffen. Daarom zou Nanouk ook niet op haar plaats zijn in een gezin met kleine kinderen. Oudere kinderen die niet al te veel aandacht aan haar besteden zijn geen probleem. Dat Nanouk ook een brutale poes is, blijkt uit het feit dat zij niet bang is voor honden. Als zij een hond tegenkomt, loopt zij hem met opgeheven kop voorbij alsof die hond niet be staat. Conclusie: Nanouk is geen alledaagse poes. Ze laat niet met zich sollen. Boris Boris, de biefstuk-liefhebber van twee weken geleden is af- gehaald door een oudere dame uit Leiderdorp. Ondanks dat zij al een hond heeft, vond zij het zo zielig dat Boris zo lang in het asiel ,zat, dat zij hem toch in huis heeft genomen. Ook Oscar, de hond van vori ge week, heeft een nieuw te huis gevonden. Hij is deze week naar Noordwijk

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1980 | | pagina 5