Libanon ook doet, het is nooit goed 30E VOOR EEN LIBANEES BESTAAN ER TWEE MANNELIJKE SYMBOLEN: DE AUTO EN HET GEWEER in H. O» F, I tijkjaar i d. hiniel )a er één inder die ia ala er een e plensbui op rderei" zomer al zo >or hemelwater :erd landje valt. Rozendaal heet ISJzonderlijke ,,Als er een bui Poell<"nme' •s B .n lijke gedrag endaal een bel ezcuua. is terug van lijf van een ir in Zuid- n, waar de zon J .broken het Qfandse Unifil- '"•kment enloos Over twee na een korte riode bij zijn ckt i in Epse, gaat tit- int-kolonel. koms overste metnaaz\ weer terug ig te et Midden- i. la het dan nderlijk dat hij Ierland met eugen geniet I bewolkte Ien van de voor lus eigenlijk i lage raturen? - Overste Rozendaal Is een van de pakweg uit. Jerlanders die in Libanon als vertegenwoor- ■waarP*1 cle Verenigde Naties mogen proberen de 'i vrede of wat daar voor door moet gaan te l. Hij werkt bij de staf van Unifil In Nakoera, II in het zuiden van Libanon, vlak bij de Is- e grens. Hij is hoofd van de inlichtingen- afdeling operatiën. In gewoon Nederlands it dat, dat hij zich bezig houdt met alle be- in van de partijen in het conflict dat Llba- rscheurd houdt. Dat zit allemaal wat inge- in eikaar dan wij hier in Nederland ons il legt uit: „Als we in Nederland de par- het conflict noemen, dan praten we globaal Palestijnen, de troepen van majoor Had- iiimi Israëliërs, de Libanese moslems en de Li- christenen. Maar in de praktijk is het veel iiiroorHor £r zjjo meer dan 50 groeperingen jmaal hun eigen filosofie, die elkaar doorlo- aar het leven staan, ook al overlappen de ■vilingen elkaar voor een deel. Alleen al in Bei- b je 31 verschillende gewapende groeperin- 3 allemaal hun eigen wijken en huizenblok- tet houden, allemaal hun eigen controlepos tben ingericht en schieten op iedere verte- irdiger van een andere groepering die bin- cht te komen. Van enig centraal gezag is prake. Je kunt je daar in Nederland bijna torstelling van maken". 1 beeld Superieur o. s nii lij schildert een volstrekt absurde 6ituatie. bben in Nederland misschien 30 partijen en is. Stel je eens voor. dat die allemaal goed ld zijn en dat elke partij in elke stad of elk vaar ze de meerderheid heeft de alleen- ppij uitoefent. Wie niet bij de betrokken >rt wordt eruit gejaagd of doodgeschoten, j in Den Haag heeft niets te vertellen", jwelijks sprake van een leger. Om het waf flder te maken heeft de regering 20.000 itairen gevraagd hier toch nog enige orde ven, maar dat pruimt de bevolking niet. lopen hier duizenden bewapende men- die uit België zijn geschopt en die goed- kwaadschiks weer naar hun land terug zit er in de provincies Limburg en Bra- }n deel van het Nederlandse leger, dat zich «gemaakt van het gezag in Den Haag en officiële legerleiding en dat met 6teun van iiderburen probeert langzamerhand het ge- Iieel Nederland te veroveren. NOu, dat is nu, f mpel voorgesteld, de situatie waarmee het ëger van de V.N. wordt geconfronteerd. Het Inkzinnig. Het is het ook. Maar het is daar Ijselijkheid". Het blauwgehelmde leger van de V.N. bestaat uit zo'n 6.000 man, afkomstig uit negen landen: Noor wegen, Nepal, Ierland, de Fidji-eilanden, Senegal, Nigeria, Ghana, Nepal en Nederland. Het Neder landse bataljon Is daarvan veruit het beste uitge rust, met gepantserde personeelsvoertuigen (YP 408, voorzien van 50-mm-geschut), mortieren, ge leide projectielen en ander, verhoudingsgewijs zeer modern geschut. Maar ook de bewapening van de andere nationaliteiten mag er in Midden-Oosten- verhoudingen best ziin. „Militair gezien kunnen wij met onze vuurkracht als Unifil-leger elke situatie gemakkelijk de baas", zegt overste Rozendaal. „Maar dat mogen wij niet doen. Wij hebben van de Verenigde Naties een heel andere opdracht gekre gen. Onze taak was en is, in het gebied tussen de rivier Litani en de Israëlische grens de posities over te nemen die het geregelde Israëlische leger daar had ingenomen (met als motief het voorkómen van Pa lestijnse infiltraties), meewerken aan het herstel van het wettige Libanese gezag in dit gebied van Liba non en het bewerkstelligen en eventueel handhaven van orde en vrede". Wat is daarvan sinds het optreden van de Unifil-po- litiemacht terecht gekomen? Toch wel iets. Over eenkomstig de resolutie van de Veiligheidsraad van de V.N. heeft Israël inderdaad in twee fasen zijn mi litaire posities in Zuid-Libanon overgedragen aan de Unifil-troepen. Alleen is Israël tegen de afspra ken in nog steeds aanwezig, en wel via het leger van Haddad. Van het wettige Libanese gezag wordt intussen héél langzaam iets merkbaar. Geregelde IJbanese militairen voeren de laatste tijd in het Uni- fil-gebied samen met Unifil-militairen af en toe pa trouilles uit. Van de derde opdracht, het bewerk-, stellingen van vrede en orde, kunnen de resultaten alleen maar worden vermoed'; Machtsvertoon „Wé hebben een redelijke zekerheid dat het alle maal veel erger zou zijn geweest als Unifil daar met al zijn machtsvertoon niet had gezeten", meent Ro zendaal. „En we hebben die wapens echt niet al leen voor de show hoorl We gebruiken ze wel de gelijk,. om de betrokken partijen duidelijk te maken dat hun geweld maar tot een bepaalde grens wordt getolereerd. Alleen gaat het initiatief tot wapenge- bruik nooit van ons uit. Wij zullen nooit als eersten schietpn. Wij schieten uitsluitend terug. Altijd één kogel minder dan de tegenpartij heeft afgeschoten. Als wij b.v. 25 kogels op ons krijgen afgevuurd, schieten we er 24 terug, om aan te geven dat wij geen escalatie wensen. Dat is een ijzeren wet ge worden". „Het staat de patrouille-commandanten vrij op ei gen gezag opdracht tot schieten te geven, tot en met de 50-mitrailleur op de pantserwagens. Voor zwaardere wapens, zoals mortieren en missiles (ge leide projectielen) moet toestemming van hoger hand komen. De mortieren hebben we veelvuldig afgeschoten op een stelling van majoor Haddad. Nou, daar zijn ze vies van geschrokken hoor. Dat is ons niet In dank afgenomen, ook niet door de Is raëliërs. Maar het heeft wél duidelijk gemaakt dat het de Unifil-troepen ernst is met hun aanwezigheid en de uitoefening van de hun opgedragen taken". Geen vooruitgang Op de vraag of overste Rozendaal in het afgelopen half jaar enige vooruitgang heeft geconstateerd dankzij de aanwezigheid van de VN-militairen, is het antwoord krachtig „Nee". „Niet alleen heb ik die zes maanden geen enkel resultaat van enige betekenis gezien, maar ook zie ik voor de langere termijn geen enkele kans op succes. We mogen al lang blij zijn dat dankzij de aanwezigheid van de VN-macht de toestand is gestabiliseerd. Weet u, door de aanwezigheid van Unifil worden de conflic ten in Libanon niet opgelost. En het gaat echt niet alleen om het Palestijnse conflict, maar veel meer om onderlinge verdeeldheden. Vandaar die meer dan 50 gewapende groeperingen in het land. De is lamieten staan tegenover de christenen. En binnen de PLO heerst al evenzeer een enorme verdeeld heid. Er zijn vele Palestijnse groeperingen die el kaar te vuur en te zwaard bestrijden en er zijn groeperingen waarop Yasser Arafat geen enkele greep heeft. Zo zien we dat er aanslagen worden gepleegd onder de vlag van de PLO, terwijl Arafat die met zijn huidige gematigde lijn da's ook pure gelegenheidspolitiek hoor ten zeerste betreurt". Op het ogenblik is er in Libanon weer een nieuwe overkoepelende groepering snel in opkomst, de Amal. Amal is Arabisch voor „hoop". In die organi satie vind je militante Sji-itische moslems, die nogal overdadig zwaaien met posters van de Iraanse lei der Khomeïhy. Binnen die Amal vind je weer verte genwoordigers van uiterst links tot uiterst rechts, van pro-Palestijns tot fel anti-Palestijns. En zo wor den we telkens weer geconfronteerd met nieuwe roverhoofdmannen - dat is een heel persoonlijke kwalificatie, hoor met wie we moeten proberen sluitende afspraken te maken en die je ondanks alle weerzin toch steeds weer een hand moet ge ven". Chantage Vanwaar die aan duidelijkheid weinig te wensen overlatende kwalificatie van leiders van gewapende groeperingen? „Je wordt geconfronteerd met de meest schandali ge gijzelingen en chantagepraktijken. Men ontziet zich niet uit een dorp dat een andere partij aan hangt mensen te ontvoeren en die pas vrij te laten als het dorpshoofd, de moektal, bereid is een grote Overste Rozendaal: „De aard van onze opdracht brengt met zich mee, dat we 8teed9 bij voorbaat de onderliggende partij in Libanon zijn". de aanwezigheid van de VN-macht is de toestand in Libanon iseerd". „We hebben onze wapens echt niet alleen voor de ehow" som gelds op tafel te leggen. Daarvoor moet vaak de hele dorpsgemeenschap de zuurverdiende spaarcenten inleveren. Komt dat geld er niet, dan zie je de ontvoerde mensen niet levend terug". „Pas nog kwam door onze bemiddeling zo'n ont voerde man in zijn dorp terug, overigens zonder dat er losgeld voor hem hoefde te worden betaald. Met zulke succesjes zijn wij al erg blij, dus ik ging erheen om hem te feliciteren met zijn behouden te rugkeer. Ach, hoe gaat dat? Ik geef hem amicaal een klap op de Schouder en zie hem van pijn ineen krimpen. Dorpsgenoten knoopten toen heel voor zichtig zijn overhemd los en trokken zijn broekspij- Cen omhoog. De rug en benen van die arme man leken tijdens de zogenaamde verhoren volkomen kapot geslagen te zijn". „Een mensenleven is in Libanon werkelijk niks waard. Als de mensen al zo met elkaar omgaan, kun je wel nagaan hoe ze hun dieren behandelen. Laatst zagen we twee jongetjes spelen met een jong hondje, een pup. Ze gooiden en schopten het beestje net zo lang naar elkaar toe tot het dood was. Toen was er geen lol meer aan en gingen ze maar wat anders doen. Het dode hondje lieten ze gewoon liggen. Trouwens, overal In Libanon vind je de kadavers van dieren zo maar langs de weg. Ze laten die gewoon wegrotten. Overal hangt dan ook een ondragelijke stank. In Beiroet is het helemaal een onbeschrijfelijke rotzooi, fk geloof dat daar in meer dan een Jaar geen huisvuil meer is opgehaald. De mensen mikken hun afval zo uit het raam de straat op. En dan te bedenken dat Beiroet vóór de burgeroorlog een prachtige, kraakheldere stad was, hét internationale handelscentrum van het Midden-Oosten. Nu zie je overal kapotgeschoten gebouwen, met daartussen grote hopen stinkend afval, autowrakken, barricades van prikkeldraad en gewapende mensen". Anarchie „Oe anarchie viert inderdaad hoogtij in Libanon, le dereen maakt er zijn eigen wetten. Vrijwel iedere Libanees is bewapend. Want voor een Libanees bestaan er twee mannelijke symbolen: de auto en het geweer. Met beide doet hij veel meer dan waar voor zij bestemd zijn. Hij uit er al zijn gevoelens mee, van vreugde, van verdriet, van medeleven, van trouw, van wraak. Woon eens een begrafenis bij van een omgekomen Libanees. Er wordt wat af geschoten rond het graf". In die heksenketel van anarchie, van wapengeweld, van wreedheid, van bloedwraak, van „eerst schie ten en dan praten", is het gedrag van de Unifil- troepen wel heel ongebruikelijk. „Klopt", zegt Rozendaal. „Volgens onze opdracht van de Veiligheidsraad zijn wij. ondanks ons supe rieure materieel, in feite altijd de onderliggende partij. Wij komen pas in actie als de ander éérst iets heeft gedaan.. Natuurlijk probeer je wel eens vooruit te lopen op de ontwikkelingen, maar dat lukt maar heel sporadisch. Een belangrijke rol daarbij speelt de volstrekte onberekenbaarheid van de partijen waarmee we te maken hebben. Pas ge maakte afspraken worden gewoon niet nagekomen of plotseling heel anders geïnterpreteerd dan dé bedoeling was". „Wij spelen open kaart. De Unifil-staf heeft alle partijen allerlei informatie verstrekt over onze posi ties en -sterktes. Bij al die commandanten hangt precies dezelfde stafkaart aan de wand als bij ons, met nauwkeurig al onze posities en stellingen erop ingetekend. Zij zien ook kans al ons radioverkeer te volgen". „Vooral het leger van Haddad is van al onze mede delingen goed op de hoogte, want met de hulp van de Israëlische adviseurs en ook van de twee naar Haddad overgelopen Nederlanders kunnen zowat alle talen van de Unifilbataljons worden verstaan. Alleen van één Fidji-dialect begrijpen ze niets. Daar staat tegenover dat wij té weinig mensen bij onze staf hebben die Arabisch spreken, verstaan en schrijven. Zo wordt het voor ons extra moeilijk de bedoelingen van de andere partijen te doorzien". Confrontatie Nadrukkelijk stelt overste Rozendaal. dat de UnlfH- troepen het geregeld aan de stok hebben met alle partijen en partijtjes die in Zuid-Ubanon opereren. „Alleen over het leger van majoor Haddad kunnen we meer vertellen dan over de andere, omdat de confrontatie daarmee nadrukkelijker is dan die met de andere. Dat komt omdat ons hoofdkwartier mid den in „zijn" gebied ligt, omdat zijn leger van in to taal zo'n 2.000 man het grootste geheel is en voor al omdat Haddad, met steun van de Israëliërs, zich nadrukkelijk verzet tegen onze aanwezigheid. Hij zoekt de confrontatie met onze eenheden, terwijl de Palestijnen, die via het Unifil-gebied in Israël wil len infiltreren, juist hun best doen elke confrontatie te vermijden. Met Haddad wordt een complete psy chologische oorlog gevoerd". „Er gaat geen dag voorbij of er wordt wel een Unl- fil-stelling door Haddads eenheden beschoten. Soms weten we de reden, vaak ook niet. Meestal is het, omdat Palestijnse infiltranten kans hebben ge zien door het door ons gecontroleerde gebied heen te komen. Daar ligt het ondankbare van onze taak: we doen het nooit goed, althans nooit goed fle- noeg. Als we van een groep van tien infiltranten er acht onderscheppen, krijgen we geen compliment, maar een uitbrander omdat we er twee hebben la ten lopen. Daarmee rechtvaardigt Israël, tegen de V.N.-resolutie in, zijn aanwezigheid in Libanon, als „adviseur" van Haddad. „Zie je wel", roepen ze steeds, „als jullie het niet kunnen, moeten we het zelf wel doen". Nou het is gewoon onmogelijk om met de middelen die Unifil heeft zo'n groot gebied zodanig onder controle te houden dat er niet één infiltrant in kan doordringen. Ook Haddads leger of het Isarëlische leger zou die infiltraties niet voor honderd procent kunnen voorkomen" RINK DROST

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1980 | | pagina 21