Muziektheater troef in zichvernieuwend Holland Festival FestivalResidentie-Orkest en Blazersensemble broeien op groots Frank Zappa-projekt kunst en kunstenaars Bob Marley: overdreven eigenliefde Den Haag Het Holland Festival begint een ander, sprekender gezicht te krij gen. Jarenlang leek het erop dat het zou afzakken tot een muziekfestival met de nadruk op concerten, van welke aard die dan ook mochten zijn. Natuurlijk waren er bij die concerten doeltreffende aanvullingen op het normale wintersei zoen maar er waren te veel die zich van de gebruikelij ke seizoenmanifestaties niet of nauwelijks onder scheiden. Opera en toneel kwamen door geldgebrek steeds meer in de verdruk king, ballet werd er nog wel gegeven maar het ontbrak aan vernieuwende experi menten, ook al hadden die dan niet altijd evenveel be tekenis. Hoe dan ook, artis tiek gesproken had het Hol land Festival steeds minder te vertellen. Om uit de impasse te geraken, is toen enige tijd gespeeld met thema-festivals. Die hadden best aardig kunnen zijn als er voldoende middelen waren geweest om die bevredigend te realiseren. Dat geld was (en is) er niet en de in het festival samenwerkende instellingen konden of wilden zich lang niet altijd voor het gekozen thema inzetten. Het ging dik wijls buiten hun eigen beleid om en zij voelden er zich niet bij betrokken. Zonder de ge vestigde kunstinstituten even wel, is het Holland Festival, dat zich ten hoogste vijf, zes niet al te omvangrijke eigen produkties kan veroorloven, nergens. Dat bleek dan ook. Ruiterlijk moet worden er kend dat Frans de Ruiter in de twee jaar dat hii het be wind voert, met krachtige hand ingrijpende veranderin gen heeft bewerkstelligd, ge lukkig niet door alles op zijn kop te zetten maar gewoon - door de zaak steviger en door tastender aan te pakken. Hij vecht en zal blijven vechten voor een festival van zoveel mogelijk buitengewone kunst manifestaties. Naar zijn te rechte mening is een festival van gewone kunstmanifesta- ties helemaal geen festival en heeft ook geen recht van be staar.. Als de samenwerkende kunstinstellingen zelf geen initiatieven ontplooien, kun nen zij rekenen op een stimu lans van De Ruiter. Dat daar bij niet alles even gelukkig uitvalt, wie heeft het recht in de gegeven onmstandigheden daarover te klagen? Zonder activiteit met het daaraan on vermijdelijk verbonden risico komt er niets tot stand, ook niets wat kritiek verdient en dan toch altijd nog leven in de brouwerij brengt. De Ruiter, een vliegende kraai die steeds Marjanne Kweksilber in de Handel-Pasticcio. wat vindt en altijd wat durft, slaagt er aardig in hier en daar op legale wijze wat zilve ren lepels op te pikken die mogelijk maken wat anders per se niet mogelijk zou zijn. De nieuwe directeur, die bij het Holland Festival betrok ken raakte door zijn passie voor vergeten voorbeelden van historisch muziektheater, behoefde zich niet in bochten te wringen om alert in te ha ken op de huidige trend naar muziektheater op bijna alle fronten, in de wereld van de orkesten evenzeer als in die van het toneel en het ballet. Het is bijna een rage aan het worden en het werkt bran che-vervagend. Er is geen or kest meer dat zich exclusief wil beperken tot het symfoni sche repertoire, er zijn geen balletgezelschappen meer die nog alleen op balletmuziek willen dansen en niet zo no dig symfonieën en missen moeten interpreteren, ook al zijn die nooit voor een dan sante scenische uitvoeringen gedacht en al lenen die zich daar ook niet altijd voor. To neel-puur heeft het blijkbaar pok al moeilijk want een pas send klankdecor is het minste waarmee men wil werken, liever nog met acteurs die niet kunnen zingen maar het wel moeten proberen, of met zangers die niet kunnen spe len maar er wel hun best voor moeten doen. Hoe men daar ook allemaal over mag den ken, het valt niet te ontken nen dat er op dit terrein nogal wat gaande is en het is heel juist dat het Holland Festival dat op een zo veelzijdig moge lijke manier probeert te pre senteren. Over die veelzijdigheid viel dit jaar bepaald niet te klagen. Het aandeel van de Neder landse Opera, waarop niet weinigen van de negentig buitenlandse journalisten wa ren afgekomen, had niet voorbeeldiger kunnen zijn. Naast een daad van eenvoudi ge rechtvaardigheid tegeno ver een ten onrchte verwaar loosde Nederlandse Opera uit een nabij verleden: het vrij heidsdrama „Thijl" van Jan van Gilse stond als recente Nederlandse repertoire-uit breiding de beweeglijke strip- en kijk-opera „Aap verslaat de Knekelgeest" van Peter Schat. Het was jammer dat het publiek Van Gilse relatief zoveel minder aandacht gaf dan Schat maar dat kan met wat inventiviteit bij reprises best worden gecorrigeerd. Voorlopig meer interessant en informatief dan indrukwek kend was de fragmentarische kennismaking met Stockhau- sens gigantische muziekthea ter „Licht" („Michaels Jugend und Heimkehr"). De Keulse Opera zorgde met zijn „Zau- berflöte" niet voor een ver rassing, wel voor een plezieri ge aanvulling. Met enkele eigen producties schoot het Holland Festival echter aardig in de roos. Dat mocht in mindere maten het geval zijn met Koopmans wat benepen „Hëndel-Pasticcio, het was zonder voorbehoud raak met Reinbert de Leeuws verrassende interpretatie van de onbekende anti-opera over Villon van de geniale zonder ling Ezra Pound. Naar moge lijkheid muzikaal en artistiek geslaagd, en voor een groot publiek erg aantrekkelijk, waren het 13e eeuwse her dersspel van Adam de la Hal le op het Muiderslot en de kinderopera „Vertrouw nooit Scène uit de kinderopera „Vertrouw nooit een trol" (The Two Fiddlers) van Maxwell Davies. een trol" (The Two Fiddlers") van Maxwell Davies die het overigens in tenten beter zou hebben gedaan dan in een schouwburg. Aardig was dat twee orkesten op de muziektheatertrend aansloten met een eigen semi- scemsche produkties. Op ini tiatief van componist-dirigent André Previn maakte Stop- pard met "Every good boy de- serves favour" een sterk stuk dat door Kraaykamp en de zijnen in vertaling sterk werd gespeeld. De goud glanzende Hollywood-muziek van Pre vin, door het Rotterdams Or kest onder Zinman uitstekend uitgevoerd, paste zeker bij de gedachtenspinsels van de ech te patient Iwanow maar he laas helemaal niet bij die van de dissident Alexander en diens gemanipuleerde zoontje. De muziek had niet een nau welijks waarneembaar maar een heel schril contrast tussen die twee werelden behoren aan te geven. Toch was het goed dat het spel van Stop- pard-Previn werd gedaan want er zitten onvermoede mogelijkheden in voor muzi kaal beter doordachte produc ties die hun actuele werking dan niet behoeven te missen. Wel curieus, niet onaardig maar toch vlug vergeten zal de bijdrage zijn van het Ne derlands Kamerorkest. Van de bewerkte opéra comique „L'Isle de Merlin" hoorde men alle mooie en bevalige muziek van Gluck zelf maar door het (begrijpelijke) wegla ten van parlandi en volks- wijsies kwam het geheel, on danks het aandeel van Henk van Ulsen, toch wat in de lucht te hangen. In elk geval was het stuk in deze vorm niet voldoende om een heel programma substantie te ge ven. Over de openingsavond van de geniale Wim T. Schippers is al meer gezegd dan nodig was. Het schijnt niet dat hij en zijn producer inzien dat de fluxusgrapjes al lang zijn ver ouderd en dat de meeste schuttingwoorden door over matig gebruik tot de draad zijn versleten en elk schokef fect missen. En Gied Jaspers weet gewoon niet over wie hij het heeft als hij in het ver band van het grote onbenul de naam Picasso durft te laten vallen. De concerten geven nauwe lijks aanleiding tot nader commentaar. Het Requiem van Berlioz slaagde uitste kend, "Pli selon Pli" van Boü- lez wat minder, maar beide uitvoeringen waren langza merhand wel noodzakelijk ge worden. Oude muziek en oude uitvoeringspraktijken waren in voldoende mate ver tegenwoordigd. Hoewel er op het terrein van opera, operette en musical en ook op dat van concerten na tuurlijk nog best wat wensen voor vervulling in aanmer king zouden komen, moeten wij in het kader van de finan ciële mogelijkheden tevreden zijn. Wel mag worden ver wacht dat de programmeurs een zo beweeglijke geest to nen dat zij in komende festi vals aandacht zullen schen ken aan wat nu achterwege bleef. JOHN KASANDER Den Haag Evenals vorig jaar zal het in veel opzichten toch bijzonder goed ge slaagde Holland Festival 1980 met een financieel tekort sluiten. Dat zal dit jaar twee en een half, drie ton bedragen. Na tuurlijk wordt er op gerekend dat de rijksoverheid die op de hoogte is, dit be drag zal bijpassen. Bevredigend is deze gang van zaken allerminst. Een kunst beleid dat overal en altijd achter de fei ten blijft aanlopen, is tenslotte geen kunstbeleid. Daarom moet er wat op ge vonden worden om de kunstinstituten die jaren vooruit moeten plannen en ju ridische verplichtingen moeten aangaan, te laten weten binnen welke marges normale bedrijfsmarges zij zich met hun activiteiten kunnen ontplooien. Dat kan onmogelijk binnen te nauwe gren zen van een te nauwe begroting met daarnaast altijd wisselvallige en niet vooruit nauwkeurig te bepalen steun van derden. Kunstbeleid eist flexibele grenzen, en voortdurend nauw contact met de subsidienten die moeten zeggen (en vertegenwoordigers laten optreden die dat ook mogen zeggen): dit kan nog net, dit kan niet meer. Natuurlijk mag het Holland Festival intus sen niet bij de pakken gaan neerzitten en dat ligt ook helemaal niet in de aard van directeur Frans de Ruiter, die daarin wordt gesteund door het Festival-bestuur. Aan plannen ontbreekt het niet, ook niet aan spectaculaire plannen. Zo is er in samen werking met het Residentie-Orkest en het Nederlands Blazersensemble een groot Frank Zappa-projekt in de maak dat best kan tegenvallen maar ook heel goed gewel dig kan uitpakken en jongeren als al wat ouderen kan aanspreken. De trend van het muziektheater zal zeker worden vervolgd. Festival 1981 brengt bij de Nederlandse Opera Wagners „Parsifal" met het Rotterdams Orkest onder De Waart. Door de grote enscenering zullen deze voorstellingen alleen in Scheveningen en in Amsterdam te zien zijn. Andere plaat sen krijgen Beethovens „Fidelio" in de dra matische visie van de Oostduitser Harry Kupfer die stellig niet conventioneel zal zijn. Verder zijn onderhandelingen gaande met de Opera van Rome over een werk van Luciano Berio dat uitgerekend „Opé ra" heet en met de Opera van Boedapest voor een daar al gegeven Bartok-manifes- tatie met Blauwbaard, de Wonderbaarlijke Mandarijn en het minder bekende Houten Prins op één avond. Ook hoopt men dat Boedapest hier een opera van Balasha komt vertonen, waarvan de vertaalde titel „Bui ten voor de deur" luidt. Als het van Frans de Ruiter afhangt, gaat hij verder op een schip dat daarvoor geëigend is, „De onder gang van de Titanic", een stuk muziekthea ter met muziek van de Berlijnse componist Wolf Dieter Siebert, laten zien en horen. En als het niet op een schip kan, dan mis schien ergens anders. De Ruiter heeft in het buitenland nog veel meer gezien wat hij best naar ons land wil brengen zoals Busoni's opera Doktor Faus- tus. De praktijk zal moeten leren wat reali seerbaar is en wat niet. Natuurlijk zal geprobeerd worden het kin dertheater dat (soms ondanks de vreemde taal) geweldig is aangeslagen, voort te zet ten, evenals progressief poppentheater voor jong en ook voor oud. Hoewel aan de orga nisatie daarvan grote problemen zijn ver bonden en de kwaliteit niet altijd valt te garanderen, zou men de buiten-Europese, de exotische muziek en dans toch niet in het festival willen missen. Gehoopt wordt dat het mogelijk zal ziin de sterk opdringel- de Islam in zijn muzikale aspëcten goed te presenteren. Wat het toneel betreft: het Glasgow Citi zens Theater is gevraagd zijn repertoire en zijn artistieke beleid te komen demonstre ren, ook om te laten zien hoe de Duitse ver- nieuwingstendenzen elders uitwerken. De Berlijnse Schaubühne die dit iaar centraal stond maar niet alle beloften kon inlossen, zal alsnog de Oresteia-cyclus op één dag ko men realiseren. De decors daarvoor staan in de Amsterdamse Cinetone-studio's al ge reed en de publieke belangstelling ervoor was al heel groot. Wat Nederland betreft: Baal, Globe en Werktheater broeden op een grote Faust-produktie met alle prble- men vandien, het Théatre du Soleil komt misschien met een Mephisto en dan zit er nog een samenwerking in tussen het Duitse Bochum en het Nederlandse Eindhoven ibe) voor een gezamenl wie zal zeggen wanneer driifsklaar is. Ballet dat .hier zo sterk aanslaat, wordt na tuurlijk niet vergeten. Met Duitse en Deen se ensembles zijn onderhandelingen gaan de. Het Nationale Ballet denkt voor het Festival 1981 aan „The Sleeping Beauty" en het Nederlands Danstheater houdt ook re kening met een festival-première. Mis schien komt er, in analogie met het Ores- teia-projekt, nog zoiets als een ballet- en een dansmarathon van een uur of tien. Die moet dan worden uitgevoerd door het en semble van Kei Takei uit New York. Ook het ensemble van Twyla Tharp behoort tot de mogelijkheden. Tenslotte drie noviteiten. In het Haagse Di- ligentia wordt een internationaal concours voor strijkkwartetten voorbereid, waar schijnlijk met meestercursussen voor profe- sionals en instructiemogelijkheden voor amateurs. Als experiment wordt overwogen aan het Festival 1981 (en mogelijk ook aan de vol gende) een componist te verbinden van wie niet zozeer een groot aantal werken wordt uitgevoerd (wat vroeger herhaaldelijk ge beurde) maar die tijdens het festival voort durend opduikt om op de aktiviteiten op zijn persoonlijke manier te reageren. Ge dacht wordt aan Louis Andriessen als proefkonijn. Dan was er in Berlijn een tentoonstelling die nogal opzien baarde. Die show heette ongeveer „Luisteren met of voor het oog", een grote reeks curieuze projekten van beeldende kunstenaars die in hun werk mechanische muziek te pas brengen. In iet wat gewijzigde en aangevulde vorm zou die of een soortgelijke expositie gerealiseerd kunnen worden in samenwerking met het Museum Boymans-Van Beuningen in Rot terdam. De Ruiter heeft dus nog zo wel het een en ander in zijn doos van Pandora. Naakte cijfers misleiden en schreeuwen om interpretatie DEN HAAG „Dit j veel meer belangstell voor Festival". Dit is teneur van heel wat kopj:n in heel wat kranten. M en 4 waarop zijn die koppen j genlijk gebasseerd? Oplö al te simpele mededel dat naar schatting dit j 120.000 mensen de ongev 325 voorstellingen van Holland Festival hebben zocht en dat het er vo 1 jaar maar 90.000 waren. I klinkt indrukwekkend: stijging van liefst 30 t cent maar er werd verge s er bij te vermelden dat u vorig jaar slechts 259 vojer stellingen werden gegev jé, Het ligt voor de hand dit niet gerjnge verschil x nen Stockhausen bij de voorbereiding van zijn muziek theater. Hij diri geert hier het Ra dio Filharmonisch Orkest in een Hil- versumse studio. het bezoekersaantal zal h ben bijgedragen. Heel andere factoren die v meer belang zijn, werden o ten onrechte buiten besch< wing gelaten. Het Resident Orkest, wijs geworden d< de ervaring dat een op ko termijn als losse manifesta aangeboden evenement den optimale belangstellill trekken, begon er al eerdT mee een Schönberg-projekt) zijn werving voor het gewo winterseizoen mee te nen en het dan te laten overlop) in het Holland Festival, was voor het festival niet j| leuk maar het zorgde voor behoorlijke publiekén aandacht voor de niet zo i makkelijk verkoopba ik Schönberg. Zo heeft Haagse orkest dit jaar de vw organisatie en kosten veroc zakende uitvoering van fydat Requiem van Berlioz (met e ats extra orkest en een groot ko^r uit het buitenland) terecht rinj maanden te voren in zijn pr lde paganda betrokken. Als h eta dat niet had gedaan en er ai g de vooravond van het festiv lij| mee voor de dag was gekic t men, had het niet op 14.0 -B bezoekers mogen rekene |jk Dat aantal heeft het bezoeke or saantal van het festival over Jra gens ook niet nadelig beii s h vloed! - ig: Verder in aanmerking gen >ts men dat de voorstellingen d nd de Keulse Opera van „D ive Zauberflöte" gaf en die do<n I het Haagse Congresgebouw ma het festival werden ing tr bracht, goed liepen en dat enk veel belangstelling bestont i voor bepaalde balletvoorstell idi gen die konden profitere i d van ruimere zalen in Amste dei dam, is het geen wonder d ar het officiële rapport vermeil t t de dat Den Haag in 1980 du el delijk beter was dan in 197 wc Het kan dus als Den Haag zelf maar genoeg aan doet. I nz dit verband is het nodig t wijzen op het teleurstellend ibl bezoek aan de voorstellinge oi van de bij het grote publie t d totaal onbekende opei int „Thijl" van Jan van Gili n i door de Nederlandse Oper rar In Rotterdam liep die voorre* stelling ook niet, in Amstertn dam beter maar eigenlijk oo rd niet voldoende. Daarom rij: ijn de vraag of de in het Hollan lie Festival samenwerkend tw kunstinstellingen zich niet befeei ter moeten bezinnen op d loi wijze waarop zij moeilij ld maar artistiek noodzakelijk aa bijdragen aan het festival die e i nen te exploiteren. Dat kan door vroegtijdige werving eiH door opname in abonnements verband. Als het Residentie i Orkest abbonnementshouderJL*] het Requiem van Berlioz oj bepaalde voorwaarden cadeai doet, waarom geeft de NederQj landse Opera aan zijn abonne mentshouders op zekere con dities „Thijl" niet cadeau ei a het Concertgebouworkest „PI selon Pli". Koppelverkoop mag uit den boze zijn, maa ,ar dat geldt niet voor bij het pu lllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll Galerie Seele, Oude Delft 111 Delft, exposeert van 28 juni - 20 juli etsen en tekeningen van Rinne Mervel. Tekeningen van Koos Speenhoff. de populaire dich- ter-zanger (1869-1945) zijn t/m .30 augustus te zien in het Rijksmuseum Meermanno Westreenianum, Prinsesse- ^racht 30 Den Haag. Erik Land exposeert zijn schilderstukken en prenten van o.m. verblijf in Australië, Afrika, Indonesië, Mexico, Nerw Orleans en reizen in an dere contreien in Panorama Mesdag van 28 juni 20 juli. Galerie Pulchri Studio, Lan ge Voorhout 15 Den Haag, ex poseert van 28 juni t/m 10 juli fragmenten uit het eindexa menwerk van de Koninklijke Academie voor Beeldende Kunsten, afd. tekenen/schilde- ROTTERDAM Bob Marley heet onbetwist de spiritueel leider te zijn van de authentieke reggae (welis waar met enige Westerse muziekin- vloeden) en heilsprofeet van de Der de Wereld. Maar wanneer je hem dan ziet optreden, zoals gisteravond in de Rotterdamse Ahoy'hal, dan dringt toch de vraag: aan welke ver diensten heeft deze Jamaicaan die predikaten te danken? Zijn muziek is verre van authentiek en verdacht veel gebaseerd op Westerse popcul tuur. Alleen al wanneer je let op de liefde, etaleert hij zich en laat hij zich bezetting van zijn begeleidings- de bewondering van zijn volgelingen groep, The Wailers: twee basgitaris- welgevallen. Zijn komst moet met de ten, een leadgitarist, een slagwerker, nodige spanning voorbereid worden, twee toetsenmannen en slechts éeh vandaar dat hij pas na een drietal songs percussionist, waarbij de laatste dan van de sisters Rita, Judy en Marcia op ook nog eens een geringe rol speelt het podium verschijnt. Volkomen in in het muzikaal geheel. trance, onder de stuff (maar dat hoort bij de leer van de Rastafari's), zich hoe- Dat Bob Marley's persoonlijkheid zich kig bewegend en als een soort bezweer- leent voor heilsverkondiger van de der van het geluk en de vrede, zwarten, valt te betwijfelen. Als ie- Voor het publiek in de uitverkochte mand die lijdt aan overdreven eigen- Ahoy'hal blijft Bob Marley echter een geloofwaardige figuur en is zijn mu lot je van het", ondanks de steeds tel -4 kerende dreun en het zich steeds I 0.; halende ritme, waardoor zij vrij fa or sieloos is. Maar, dat moet gezegd *ne den, zijn songs liggen gemakkelijlWal het gehoor en je kunt er heerlijk swingen. Na de nummers „Raste vi li tion", „I shot the sheriff", J nc Train", en „No woman no cry" lee) !-C zaal dan ook meer op één deine )i, golf. En met zijn songs „Zimbabv „Exodus" en Get up, stand up" wis!; reggae-idool Bob Marley toch maar/Su sfeer van saamhorigheid te bewerk** ligen. LUDUINA SALTER KUNST LEIDSE COURANT DINSDAG 24 JUNM980 PAGINlQF

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1980 | | pagina 14