sympathieke van de slaande diender uit de Pro-
votijd is dat het een man is die ik herken omdat
hij boos wordt. Hij schopt iemand voor zijn
schenen, vreselijk allemaal, maar het is op men
selijke maat. Nu is het een gecompliceerd be-
heersingsapparaat geworden dat 5000, 6000
man tegelijk op straat heeft, gescandeerd naar
voren gaat in een soort falanx-achtige bewegin
gen".
Onherkenbare, ontmenselijkte robots.. De Am
sterdamse docent strafrecht mr. J. van der
Meulen schetst ze als mensen zonder verant
woordelijkheidsgevoel. „Dat hebben ze tijdens
de training afgeleerd". Marry Moeren en Corine
vanuit hun geestelijke EHBO-
front: „Enerzijds hebben we
het kan niet wat er
Maar ander-
we blijken samen
we aan kunnen. Ran-
Saamhorigheid.
wil ik best deel uitrna-
over ME'ers die in het zieken-
met een gekneusde enkel of
hun beenbeschermers weer om
doen omdat ze terug wilden,
plekken toe. Marry Moerer:
„Die'?^'t(nfifterg groot, zo vanuit het gevoel:
verdifffiéfnft^jlV staan mijn maten er alleen voor,
je. Of je hoorde:
verwonding niet veel meer,
maten nog opvangen; ik ga
om ze moed in te praten,
was dat de jongens van buiten
stuk minder goed waren uitge-
want die waren
wijs geworden en
ijshockeyers. Dan
de buitenlui
met hun gekneusde schouders aan: jongens
maak met z'n allen hard dat er ook voor jullie
zo'n uitrusting komt".
Groentjes...
In strijd met het beeld van een onpersoonlijke
horde mattende robots is ook de aanwezigheid
bij de inhuldigingsrellen van het Parate Peloton
80-2 geweest, bestaande uit 36 agenten die nog
niet eens beëdigd waren. Groentjes, soms pas
18 jaar oud, voor het eerst met een wapen op
straat. Ze kwamen dan ook geen van allen on
geschonden uit de gevechten tevoorschijn.
Marry Moerer: „Na afloop vroeg een aantal van
die jongens zich sterk af of ze nog wel beëdigd
wilden worden. Hebben we nog wel zin om bij
de politie te gaan nu we zo in de pan gehakt
zijn? Ik heb zo'n jongen horen zeggen: ik ben te
slim om mensen in elkaar te meppen en ik ben
te slim om zelf in elkaar gemept te worden;
daarvoor heb ik niet bij de politie willen gaan.
Kom mijn rotzooi maar halen; mij zie je niet
meer. Een aantal jongens was zo verdaasd da^"
de leiding dacht: ze moeten morgenochtend orr
7 uur wel weer paraat zijn, maar ik durf er d^
straat niet mee op, want ik ben bang dat
nare dingen zullen gebeuren. Dat hebben
toen bekeken en het bleek goed te gaan/
kwamen in zodanige conditie terug dat dd
ding er mee durfde werken".
Aldus raakt het beeld onttakeld van een ME die
gehelmd, wapenstok bij de hand, in een ké
klaar zit om te worden losgelaten. ME'ei
gewone politiemannen, afkomstig uit de jj
lichtingen. Na het verlaten van de regions
leidingsschool krijgen ze een basistrainio
een maand die gericht is op functional
groepsverband. Vervolgens maken ze
maanden deel uit van het zogenaamde I
Peloton dat voortdurend inzetbaar is. Ter!
waaieren ze uit naar hun verschillende
ken en standplaatsen, maar blijven ze wel nog
twee, drie jaar beschikbaar voor de ME. f'
dag als 30 april werden ze uit alle strekefruvan;,?
het land naar Amsterdam opgetrommeld.
Gebukt onder welke mentale belasting ze ky9|
men, blijkt uit het verdere relaas van M^
Moerer en Corine Veerman. „Ze verwachttertV;
ze wisten dat er iets zou gebeuren. De meesten
gingen van huis weg met het gevoel: ik kom
wond terug; zo niet, dan heb ik geluk gehad. J
heel het thuisfront zat bij iedereen goed in
rats. Het was heel eng. Zelf hadden we.-
avond tevoren al klappen verwacht toen alle
auto's uit de binnenstad werden weggesleept.
We dachten: dat zal best agressie oproé
Maar er gebeurde helemaal niks en ook d£Voe
gende morgen niet. We zaten in het ziekd|
tv te kijken. Er ontplofte een zielig rookbomme-
tje, de man in kwestie werd meteen gearres
teerd en verder gebeurde er niets. Het was heel
onwezenlijk, heel eng. We betrapten ons op de
gedachte: verdikkeme, ik krijg de pest in als er
geen gewonden komen..., zo'n geladen sfeer
was er opgebouwd. We hadden het gevoel: er
klopt iets niet als er geen gewonden vallen. Dit
moet de stilte voor de storm zijn en meteen
breekt het los. Een absurde situatie natuurlijk".
Homogene groep...
^Toen tëföam de stroom op gang. Schoksgewijs,
gewonde was nog niet behandeld of de
Verd binnengebracht. Corine Veerman:
iaal kenden ze elkaar; dat was heel op
vallend. ze zQ^iten contact bij elkaar, vroegen
«- een 9rote opluchting voor
ze te horen hoe colTeoa's eraan t^^waren, hoe
het met, anderen vèjffl^Jongen^an Friesland
tot Maastricht vormdeiiktocta^een homogene
groep. Het waren allemaal mensen die echt voor
een zaak geknokt hadden!Allemaal broertjes.
i Ze gingef koffie voor elkaar
ng dat ze gewond
was geworden, viel
V nu heb ik deze ver-
The niet meer overkomen.
3ft een heleboel jongens echt on-
kld. Ze waren allemaal opgepept
ardam gekomen en opeens was het
)an gingen ze onderuit. Dan zag je to-
'agenheid, een stuk ontreddering",
abben tijdens hun training leren om-
wapenstok, het pistool en de
karabijr^ traangas en molotov-cocktails. Ze zijn
jzen in exerceren en in het in formatie
optreden. Ze hebben zich de technieken eigen
gemaakt om een tegenstander ongewapend te
naderen, aan te vallen en te fouilleren. Hun in
casseringsvermogen is beproefd tijdens emotio-
naliteitsoefeningen die bedoeld zijn om ze „over
de rooie te krijgen", ze hun zelfbeheersing te la
ten verliezen. Ze zijn theoretisch geschoold in
zake hun bevoegdheden. Ze hebben achter
grondkennis gedoceerd gekregen over minder-
an en menigte- en massaverschijnse-
i over linkse en rechtse extremistische groe-
èn maatschappelijke discussiepunten.
...functioneren in groepsverband...
AMSTERDAM Met de reportages, hoofdarti
kelen en achtergrondverhalen die sinds de ge
beurtenissen op 30 april aan het verschijnsel
Mobiele Eenheid gewijd zijn, valt een boekdeel
te vullen, even dik als de stenen waarmee die
dag menige kaakfractuur werd aangericht. Men
Intervièwde ME'ers zelf, pelotonscommandan
ten, gedragswetenschappers, massapsypholo-
gen, kopstukken van politievakbonden, politici.
Maar het ging hoofdzakelijk óver de Mobiele
Eenheid; de blik erachter ontbrak veelal. Men
zag de abstractie van helmen, schilden, char
ges, strategische bewegingen..., een grimmig
schimmenspel in wolken rook en traangas. Men
zag niet de gezichten onder de helmen, de
mensjes achter de schilden.
Wie dat wel zagen, waren Marry Moerer en Co
rine Veerman, als bedrijfsmaatschappelijk wer
kers in dienst bij de Amsterdamse gemeentepo
litie. Ze hadden uit de Vondelstraatrellen aan de
vooravond van Koninginnedag hun les getrok
ken. „We hoorden verhalen over jongens van de
ME die toen na afloop van de gevechten ver
dwaasd en ontredderd door de stad hadden ge
doold omdat er geen opvang voor hen was. We
zeiden: dat mag op 30 april niet weer gebeuren.
Dus hebben we het initiatief genomen om dat
gat te vullen".
Ze zaten in de ziekenhuizen waar bedden gere
serveerd stonden voor eventuele gewonden.
Marry Moerer en Corine Veerman. Let wel: ge
wonden aan politiezijde. „Want ook dat hadden
we van de Vondelstraatrellen geleerd. Het is
verkeerd gewonde politiemensen en gewonde
rellenschoppers in hetzelfde ziekenhuis onder te
brengen. Zo hebben we daar gezeten, zeg
maar: als oudste zusje, jongste zusje, collega,
koffiejuffrouw. Ze rustig uit laten praten. Veel
geluisterd. En dan kwam vaak de reactie los.
Dan zag je jongens die niet eens zwaar gewond
waren, na behandeling op de taxi wachten
waarmee ze naar huis zouden worden gebracht
(er zijn wat taxiritten gemaakt die dag, door het
hele land; geld speelde geen rol) en dan dacht
je: hé jongen, jou moet ik in de gaten houden.
Ze trokken opeens helemaal wit weg. Er waren
erbij die echt bijna van hun stoel afdonder
den..., die even moesten gaan liggen omdat ze
braakneigingen kregen. Naast lichamelijk ge
wonden hebben we heel wat geestelijk gewon
den gezien, jongens die inklapten toen de span
ning eenmaal was weggevallen, toen ze wisten
dat ze niet meer hoefden".
Het verhaal van achter de schilden en schermen
dat Marry Moerer en Corine Veerman vertellen,
is hierom zo belangwekkend omdat we de ko
mende maanden nog jwel meer van de Mobiele
Eenheid zullen horen. 'Hoeveel gerechtelijke be
velen tot ontruiming van kraakpanden liggen er
in heel het land op uitvoering te wachten, goed
schiks of waarschijnlijker kwaadschiks?
Daarmee wordt het gevaar van beeldvervalsing
steeds dreigender. Ontreddering. Daas ronddo
len. Braakneigingen. Bijna van je stoel donde
ren. Welnee... de ME, dat zijn toch de zware
jongens, de matters, de robots?
„Dreigstrategie..."
Dit beeld is zelfs versterkt door een deskundige
als dr. P. van Reenen, ooit pelotonscomman
van de ME in Rotterdam, sindsdien gepro
moveerd op een onderzoek naar de ontwikke
ling van het politiegeweld in de laatste jaren.
Adviseur bij het ministerie van justitie en docent
aan de politie-academie. „De hele flexibiliteit
die in het optreden van de ME zou moeten zit
ten, is verstard tot een uniforme dreigstrate
gie", zegt hij in de Groene Amsterdammer van
7 mei. „Er wordt steeds meer geweld gestopt In
instrumentarium: wapenwerpers, rubber ko
dat soort dingen. Zo langzamerhand is de
schaal van het geweld ontmenselijkt. Het
Twee weken per jaar verlaten ze vervolgens hun
standplaats voor een voortgezette opleiding.
Deze geoefendheid past in het beeld van de
grimmige ME, van de geüniformeerde beroeps
knokkers. Aandoenlijk bijna klinkt dan het ver
haal van zo'n ME'er die gewond in het zieken
huis komt en slechts vervuld is van één zorg: ik
ben op straat mijn schild kwijt geraakt; God,
waar is mijn schild? Corine Veerman: „Dan
denk je: joh, dat is wel het laatste waar ik over
in zou zitten. Maar zo zijn ze, vooral die van bui
ten. Ze voelen zich enorm verantwoordelijk voor
hun uitrusting en wapens. Het geeft een heel
stuk opluchting wanneer ze die in vertrouwde
handen hebben kunnen achterlaten. Wij zouden
denken: bekijk het maar, zeker als we zo ge
wond waren. Maar zij hebben ingehamerd ge
kregen dat een wapen een bloedlink ding is
wanneer het in verkeerde handen valt. Nou: als
je nog niet beëdigd bent en je moet voor het
eerst met zo'n uitrusting de straat op en de rel
len in, dan zal dat best een heel gewicht zijn".
Veel dichterbij...
Burgemeester Polak heeft altijd volgehouden
dat er in Amsterdam zo'n overweldigende poli
tiemacht op de been moest zijn om terroristi
sche aanslagen op de hoge gasten van de ko
ninklijke familie te voorkomen. Maar van vrees
voor terroristen is de Mobiele Eenheid nooit be
vangen geweest. Marry Moerer en Corine Veer
man tenminste: „We hadden veel minder het
gevoel dat er vanuit die hoek iets zou gebeuren
dan vanuit de krakersbeweging. Want die was
gericht op het afmaken van de politie. Heel dui
delijk. Ze pikten een bepaalde jongen uit het
peloton en zeiden: als jij nou hoog gooit, dan
gooi ik laag en raken we hem zeker, want hij
kan met zijn schild maar één kant uit. Dat wis
ten we al van de Vondelstraat en het werd door
de jongens ervaren als een heel ander soort
geweld dan wat van terroristen kon komen,
...veel dichterbij. Vandaar dat stukje ontredde
ring achteraf. De ontzettende verbazing dat dit
heeft kunnen gebeuren. Zo van: verdikkeme, we
hadden het verwacht en nou is het nog waar
ook; hoe kan dat? Want als een verwachting
realiteit wordt, dan is het toch weer anders".
PIET SNOEREN