Gemeenten
lappen
milieuregels
aan hun laars
Een krimpende wind,
is een stinkende wind.
Maandag weet u meen
Rabobank £31
ks produceert onze samen-
tussen de één en twee mil-
gk)n chemisch alval. Het groot-
»el wordt door verwerkers,
snder meer de Alval Verwer-
lijnmond, milieuveilig afge-
Ongeveer 150.000 ton vormt
sftrobleem. Het kleinste deel,
ton, omdat het nog niet ver
aar is en de rest omdat het
in verdwijnt. Alle bevoegde
ile lies weten nog steeds niet
een omdat deugdelijke wet-
I op dit punt ontbreekt. Oor
tot nu toe werken we met
ilstrekt onvoldoende Hinder-
3 dit punt en leeft onze sa
ga ving met dagelijkse berich
tte pers over nieuw ontdekte
>n van chemisch afval. Voor
in: verontreiniging waterwin-
I in Wierden, watervervuiling
Idoorn, chemische stoffen in
>nd bij Doetinchem, illegale
an op de Nieuwe Maas bij
dam, 200 stortplaatsen in de
HO- enerwaard met als recent
uk Lekkerkerk. Onze redac-
i Ed Figee en Carel Goseling
ik <n over dit alles met minister
r (Volksgezondheid en Mi-
ren giëne). Over ontbrekende
ving, problemen met het af-
ustraties voor hemzelf en de
no- jleving.
AAG „De gemeenten
i gebreke gebleven",
nister Ginjaar. Het mi-
&id zoals dat door de
^rheid is uitgestippeld,
ser p1 nogal eens afleggen
kndere vaak even drin-
zaken in een gemeen-
I Is bijvoorbeeld de wo-
uw, die het in prioriteit
n het milieubeleid. On-
de voorwaarden en
i die het rijk stelt. De
r spreekt in sommige
p n zelfs van „verzet en
en erking" tegen zijn mi-
eid. Dat komt dan het
jkst tot uitdrukking bij
,n oering van de Hinder-
gemeenten hebben
/en zich van voldoende
30 acht en middelen te
eren om de naleving
wet te waarborgen,
s gifschandalen, zoals
fr ervuiling in Wierden en
He ivervuiting in Lekker-
op te maken uit de niet
;ritiek van minister Gin-
m geplaagd man, deze
die vrijwel dagelijks
in binnenkrijgt over de
van gevaarlijke stoffen
idem. Zoals illegale op-
allerhande voor mens
gevaarlijke stoffen, een
die in het verleden
[plaatsgevonden, maar
ie minister de verant-
lijkheid voor op zijn nek
te krijgen. Hetzelfde
oor de kosten van het
n van al dat vuil. Een
it voor een landelijke
risatie van alle stort-
i en plannen voor een
ce spitcampagne naar
zijn onderweg. Kort en
Dmt het erop neer dat
iten de afgelopen jaren
nu veelal nog te laks
veest waar het gaat om
foeren van een controle
•haleving van de Hinder-
31
j h
lisch afval
n juist de Hinderwet,
net toch in alle genoem-
vo&allen gaat om een ver-
door chemische
Eenvoudigweg omdat
iu toe geen toepasbare
zijn om juist de chemi-
erontreiniging van onze
eving tegen te gaan. De
hemische Afvalstoffen,
drie jaar voorbereiding
1 in het staatsblad ver
lag daarna nog twee
de plank. De industrie
e zich omdat het ver-
nleveren van chemische
offen bij een speciale in
die de stoffen moet
JCtjken, extra kosten met
ee zou brengen. Boven-
>u men door middel van
iffing voor die verwer-
oeten gaan betalen. Bie
rder nog de vragen over
'".e concentratie de stof
voorkomen wilde men
:hemisch afval kunnen
n en de enorme hoe-
OÖpid verschillende soorten
sche stoffen. De wet
dan ook uiteindelijk een
omis, een middenweg,
's in oktober 1979 voor
tètreft het verwerkbare
Ische afval in werking
GINJAAR HAALT UIT
NAAR LAGERE OVERHEDEN
Minister Gin
jaar: „...ge
meenten zijn
in gebreke
gebleven".
Jaarlijks komt één tot twee
miljoen ton aan chemisch afval
uit de samenleving voort.
Daarvan is ongeveer 50.000
ton niet verwerkbaar, terwijl
volgens Ginjaar nog een hoe
veelheid van minder dan
100.000 ton „gewoon" ver
dwijnt, waarbij het illegaal
storten de meest voorkomen
de methode schijnt te zijn om
zich zo goedkoop mogelijk van
het afval te ontdoen. Via het
aanmelden van de chemische
afvalstoffen bij de verwerker
hoopt men op het ministerie
dan ook eind van dit jaar een
goed beeld te krijgen van de
hoeveelheid stoffen en de weg
die zij door onze samenleving
afleggen. Ook de hoeveelheid
stoffen die verdwijnt moet op
die manier exact bekend wor
den. Verder wil Ginjaar het ille
gaal storten, wat dus nog wel
enige tijd door zal gaan, onder
het strafrecht brengen. Hij
spreekt daarbij over de nood
zaak van forse gevangenis
straffen en hoge boetes. Gin
jaar: „Het weggooien van een
kapotte kwikthermometer kun
je niet in een wet regelen. Dat
is een opvoedingskwestie".
Ten aanzien van het nog niet
verwerkbare chemische afval
waarvoor binnen niet al te lan
ge tijd wel een verwerkings
methode voorhanden komt,
wacht Ginjaar het advies van
een commissie af voor de op
zet van een speciale (tijdelijke)
opslagplaats in ons land, waar
het afval milieuveilig tien tot
vijftien jaar kan worden
bewaard.
Bewaarplaats
Plannen voor deze bewaar
plaats moeten eind volgend
jaar klaar zijn waarna grondig
en open overleg met provin
cies en gemeenten moet vol
gen over de vestiging ervan.
Ginjaar hecht juist aan dit
open overleg met alle betrok
kenen, na alle geheimzinnig
heid rond een soortgelijk plan
dat vanuit de industrie enkele
jaren geleden onder de naam
Induval werd gepresenteerd.
Opslagplaatsen in vier provin
cies, te weten Limburg, Noord-
Brabant, Gelderland en Over-
t» imulus Congestus:
zwollen stapelwolk
rM 11 l (FT
'J'aandag weet u meer.
Mank S £23
ijssel, was daarbij de opzet.
Juist het verzet van alle be
trokkenen en de onnodige oe-
roering in verband met de op
geklopte geheimzinnigheid de
den Ginjaar besluiten het plan
•naar de prullenbak te verwij
zen. Naast de wet Chemische
Afvalstoffen is Ginjaar echter
nog met een tweede wet bezig
die alle activiteiten op of in de
bodem moet gaan regelen, de
wet Bodembescherming. Deze
wet zal, aldus Ginjaar, voor
Prinsjesdag afkomen. Sluitstuk
van het geheel vormt dan een
derde wet, de wet Milieu Ge
vaarlijke Stoffen, waardoor de
minister stoffen die een gevaar
voor mens of dier inhouden,
van de markt kan weren.
Blijft de vraag over wat te
doen met al het reeds in de
bodem opgeslagen chemische
afval. Ginjaar heeft alle provin
cies onder druk van de recente
ervaringen gevraagd met
spoed stortplaatsen in hun ge
bied in kaart te brengen. De
bewindsman verwacht dat
deze gegevens eind van het
jaar bij hem binnen zijn. Hier
mee wil hij dan een sanerings
plan gaan opstellen waarbij al
het chemische afval zal moeten
worden opgegraven en ver
werkt waar dit gevaar oplevert
voor de volksgezondheid. Een
nationale spitcampagne dus,
waarbij Ginjaar overigens wel
stelt dat het in vele gevallen
mogelijk zal blijven het gif nog
even te laten liggen. Nader on
derzoek moet dan uitwijzen
hoe men het spul het best kan
bergen en verwerken. Alleen
voor zeer acute gevallen met
direct gevaar voor de volksge
zondheid maakt hij een uitzon
dering. Over de kosten van de
spitoperatie en de hoeveelheid
afval die daarbij vrij zal komen,
wil Ginjaar geen schatting
doen. Dat het moet, staat voor
hem echter als een paal boven
water. Het chemische afval
moet uit de bodem, koste wat
't kost. „Het is een politieke
zaak", aldus Ginjaar.
Ellende
Terug naar de Hinderwet, de
eigenlijke oorzaak van alle el
lende. Een wet die nog, zij het
diverse malen sterk aangepast,
uit 1875 dateert. Een wet ook
die alle bevoegdheden op het
gebied van vergunningverle
ning en controle daarop bij de
gemeente legt. Tegelijk krijgen
die gemeenten echter geen
geld van het rijk om een con
trole-apparaat op te zetten,
iets dat in alle nieuwe milieu
wetten wel het geval is. Juist
daar wringt de schoen. In
plaats van de wet consequent
uit te voeren lieten vele ge
meenten dit achterwege. Ge
volg: nog steeds draait 70 pro
cent van alle bedrijven in ons
land die een Hinderwetvergun
ning zouden moeten hebben,
zonder een dergelijk papier. Bij
de gemeenten zijn geen amb
tenaren om de zaakjes rond te
maken, laat staan bij bedrijven
te gaan controleren of men
zich wel aan alle bepalingen
houdt. Ginjaar geeft wel toe
dat de problematiek van de
Hinderwet vele gemeenten te
machtig is.
Hij wijst er echter op dat die
gemeenten altijd advies kun
nen vragen aan de regionale
inspecteur voor milieuhygiëne,
bij de provincie aan kunnen
kloppen of onderling samen
kunnen werken. Over geldge
brek of klachten over te weinig
personeel wil de bewindsman
niets horen. Hij wijst erop dat
juist deze milieuwet altijd een
gemeentelijke zaak is geweest
en men dus eigenlijk de beno
digde mensen allang had moe
ten hebben waarbij hij zich
overigens wel kan voorstellen
dat gemeenten niet in staat
zijn om bij elk bedrijf een con
troleur te zetten. Steekproefs
gewijze controle op de nale
ving van de vergunningen acht
hij voldoende. „Het gaat ech
ter niet zozeer om te zien wat
er binnen die vergunningen ge
beurt, maar wat men juist
daarbuiten doet zoals bijvoor
beeld het brengen van chemi
sche afvalstoffen in de bo
dem", aldus Ginjaar, die ver
der zegt dat hij bereid is mee
te betalen aan alle benodigde
onderzoek. Het kostenaspect
dus.
Kosten
Dit blijkt een steeds weer te
rugkerend element in het ge
sprek met Ginjaar te worden.
De vervuiler betaalt Is het alge
meen gehuldigde principe waar
het gaat om het verhalen van
kosten die gemaakt moeten
worden om gifschandalen tot
een zo goed mogelijk einde te
brengen. Ginjaar spreekt liever
over „de veroorzaker". Daar
mee is echter een nieuw en
niet minder groot probleem
aan de orde gekomen. Immers,
omdat het juridisch buitenge
woon moeilijk is een bewijs
voering tegen de veroorzaker
rond te krijgen, is het aanspra
kelijk stellen van de veroorza
ker een welhaast ondoenlijke
zaak. Uitgaven moeten toch
gedaan worden; gemeenten
zijn echter niet kapitaalkrach
tig genoeg om die uitgaven te
doen en dus wordt op de deur
van het rijk geklopt. „De pro
blemen kunnen de krachten
van gemeenten te boven
gaan", erkent Ginjaar.
Maar hoever gaat het rijk In de
financiële handreiking aan t
meenten, die te maken hebben
met bijvoorbeeld gifscharida-
len? De bewindsman zegt
daarop dat hij alleen wil op
draaien voor de kosten van
een sanering van een bestaan
de gevaarlijke situatie. Dit kan
worden opgebracht uit de mi
lieuheffingen („Een belast
woord", aldus de minister) die
bedrijven en particulieren moe
ten betalen. Heffingen die pas
kunnen worden ingesteld na
dat een wet van kracht is ge
worden en die dan ook alleen
kunnen worden gebruikt voor
maatregelen die met de uitvoe
ring van die wet samenhangen.
Te betalen zaken: bijvoorbeeld
ambtenaren bij gemeente en
provincie, en onderzoek.
Waarom komt er dan in Lek
kerkerk ineens 130 miljoen
gulden op tafel voor het oprui
men van de bodemvervuiling
en in Wierden, waar tribroome-
theen in een waterwingebied
terecht is gekomen, niet? Ten
eerste stelt Ginjaar dat de 130
miljoen gulden voor Lekker
kerk niet van zijn begroting af
komstig is maar van het minis
terie van binnenlandse zaken.
Als reden daarvoor geeft Gin
jaar de bestuurlijke problemen
aan waar de gemeenten bij de
uitvoering van de wet mee te
maken hebben. De laksheid en
het gebrek aan mankracht. Be
stuurlijke problemen die wat
betreft dè gemeenten bij Bin
nenlandse Zaken thuishoren.
Daar coördineert men de zaak.
Wat de verontreinigingen in
het Almelose en Wierdense
grondwater betreft, heeft Gin-
Morgenstond, heeft
in de mond.
Maandag weet u meer.
Rabobank
jaar zich al eerder op het
standpunt gesteld, „in princi
pe" bereid te zijn tot een zeke
re bijdrage in de kosten. Hij
was het immers zelf, die in ant
woord op vragen uit de Twee
de Kamer liet weten dat de
beste oplossing voor de pro
blemen in Wierden en Almelo
de bouw van een waterzuive
ringsinstallatie zou zijn. Een
dergelijke installatie kost ech
ter al gauw een slordige vijf
miljoen, die noch door Wier
den, noch door Almelo is op te
brengen. Ginjaar: „Ik betaal al
het onderzoek en niet alleen
de onderzoeken van het Rijks
instituut voor de Drinkwater
voorziening en het Rijksinsti
tuut voor de Volksgezondheid,
maar als het zo uitkomt ook
het onderzoek van andere in
stituten. Ook wil ik meewerken
aan het meedenken in een ver
dere oplossing van de zaak.
Verder ga ik niet". Zolang met
name de wet Bodembescher
ming er nog niet is zullen ge
meenten het in overleg met re
gionale inspecties en de pro
vinciale overheden zelf moeten
zien te rooien. Of anders ge
zegd, het komt er voorlopig
nog op neer dat zij voor het
vinden van oplossingen hun ei
gen middelen moeten aanspre
ken, desnoods in samenwer
king met de betrokken water
leidingmaatschappij.
Verder geeft hij aan dat er tus
sen het Lekkerkerk-drama en
de broom-affaire in Wierden
wel een paar wezenlijke ver
schillen bestaan, die de vlotte
aanpak van het probleem in
Lekkerkerk rechtvaardigen.
„Daar is sprake van een direc
te bedreiging van de volksge
zondheid. Daar staan huizen
bovenop gif gebouwd. Mensen
hebben niet alleen verontrei
nigd drinkwater gedronken,
maar ademden ook kwalijke
dampen in. Kinderen kunnen
met vervuilde grond spelen. In
Wierden ging "t om de veront
reiniging van het grondwater,
maar door het plaatsen van
een reeks extra pompen kon
de verontreiniging weggezogen
worden. In Lekkerkerk is spra
ke van een acute bedreiging".
In elk geval acuter dan in de
Wierdense broom-affaire, on
danks het feit dat ook daar
verontreinigingen in het drink
water werden aangetroffen.
Ginjaar weerspreekt de opvat
ting niet dat de wijze waarop
het gemeentebestuur van Lek
kerkerk het gifprobleem aan
zwengelde -- door luid en dui
delijk waarneembaar voor ie
dereen hard aan de bel te
trekken nogal schril afsteekt
bij de manier die de gemeente-
be sturen van Wierden en Al
melo hanteerden. Daar werd
de broom-affaire lang verzwe
gen en druppelde, zeker in het
begin, maar langzaam informa
tie naar buiten. Er is zelfs nim
mer officieel toegegeven dat
de broomverbindingen ook in
het drinkwater terechtgeko
men waren. Die bekentenis
werd pas gedaan toen het re
sultaat van het officiële onder
zoek van de beide rijksinstitu
ten aan de openbaarheid werd
prijsgegeven. Ginjaar bevestig
de de aanwezigheid van de
broom-verontreinigingen in het
Almelose drinkwater, door tij
dens het gesprek met hem het
dossier over de broom-affaire
er nog eens op na te slaan.
Problemen
Maar er is meer. Naast de
conflicten over het toedelen
van de kosten zit Ginjaar ook
binnen het kabinet met proble
men. Wat te zeggen van het
feit,, dat de milieuwetgeving
niet alléén een zaak is van mi
nister Ginjaar. Ook zijn collega
Tuijnman (Verkeer en Water
staat) heeft wat in de melk te
brokkelen. De wet Verontreini
ging Oppervlaktewater valt on
der Tuijnmans ministerie; Gin
jaar is de tweede onderteke
naar. Hetzelfde doet zich voor
waar de kernenergie in het ge
ding is. Collega Van Aardenne
(Economische Zaken) heeft
daar het heft in handen. Het is
dan ook niet verwonderlijk dat
milieukringen en de Tweede
Kamer zeggen groot belang te
hechten aan het versterken
van Ginjaars positie. Welnu,
dat Is wat Verkeer en Water
staat betreft dan ook na twee
en een half jaar „stoeien" in
het kabinet gebeurd. Ginjaar
neemt nu de verantwoordelijk
heid voor de kwaliteit van het
oppervlaktewater van Tuijn
man over. Hij spreekt dan ook
over gedeelde verantwoorde
lijkheid onder meer om het mi
lieubeleid ook binnen andere
ministeries een extra accent te
geven. Hoe dan ook, Ginjaar
verhult niet dat een zeker
spanningsveld blijft bestaan,
dit nog afgezien van het feit
dat milieuheffingen voor het
bedrijfsleven kostenverhogend
werken, waar Van Aardenne
tegen is, en bovendien de in
flatie dreigen aan de wakke
ren. Een argument dat ex-mi
nister Andriessen (Financiën) al
eens heeft aangedragen. Dat
bevreemdt Ginjaar, die juist
zegt, dat het milieubeleid zeker
op de lange termijn geld op
brengt, en zichzelf betaalt.
Rode draad
Critici zeggen in Ginjaars be
leid geen rode draad te kun
nen ontdekken; zijn beleid
riekt naar een ad hoe aanpak,
hollend van de ene milieu-af
faire naar de andere. „Ik kan
mij zo'n vraag voorstellen",
zegt hij na lang nadenken,
„maar milieubeleid is een nog
jong beleid. U moet niet verge
ten dat er pas één milieuwet is
die volledig werkt, de wet
Luchtverontreiniging. Wij zijn
bezig de bestaande wetgeving
tot uitvoering te brengen en
werken aan nieuwe wetten
waarbij de rode draad, de poli
tieke lijn, wordt bepaald door
het leggen van grenzen, het
scheppen van voorwaarden en
het aangeven van mogelijkhe
den. In feite zou ik daarmee
kunnen volstaan en gewoon te
gen de lagere overheden zeg
gen: voer het maar uit. Ik vind
dat onvoldoende. Ik wil richting
aangeven door bijvoorbeeld
een Zwaveldioxydeplan, waarin
normen staan voor de lucht
vervuiling, of door een Kolen-
nota. Voor geluidhinder schrij
ven wij circulaires aan de lage
re overheden met adviezen
voor hun regelingen, bij de
verwerking van afvalstoffen
moeten zij zelf provinciale
plannen indienen".
Van dit laatste zijn bijvoor
beeld de glascontainers een
voorbeeld. Maar hoeveel pro
blemen levert dat niet op?
„Gemeenten zijn er nog niet
aan gewend, denk ik. In ab
stracta is er wel milieubesef,
maar de maatschappij Is er
nog onvoldoende op ingesteld.
Men kiest voor stiekem goed
koop storten. Dat is volstrekt
onaanvaardbaar. In feite draait
de samenleving later voor de
kosten ervan op. De chemi
sche afdeling van de Afval Ver
werking Rijnmond zou waar
schijnlijk niet in financiële
moeilijkheden zijn geraakt, als
al het chemische afval dat te
verwerken is, daar terecht ge
komen zou zijn. Werk genoeg.
De positieve gevolgen van het
milieubeleid aanvaardt men als
vanzelfsprekend. Milieubeleid
is eigenlijk negatief in zichzelf.
Vieze lucht of vies water ruik je
en je ziet zwaar rokende
schoorstenen. Maar als de
lucht schoon is en het water
zuiver, dan praat niemand er
meer over. Men beseft onvol
doende dat ook voor het hand
haven van die schone situatie
maatregelen nodig zijn. Ook nu
bij al die affaires die op ons af
komen, loop je het gevaar
eraan te wennen. Alles komt
tegelijk naar buiten, er ont
staat gewenning, en dat Is
jammer".
ED FIGEE
CAREL GOSELING
GEBREKKIGE
WETGEVING
MEDE
OORZAAK
*|IFSCHANDALEN