zinloos geweld spoelde
Golf
van
door Amsterdam
Minister Wiegel volledig
achter politie Amsterdam
Denk aan
jezelf, denk aan
je maatjes!
Daar gaan we!"
j
BINNENLAND LEIDSE COURANT DONDERDAG 1 MEI 1980 PAGINA 19
Een aantal van onze verslaggevers waagde
zich gisteren in het Amsterdamse strijdgewoel
Hieronder hun impressies.
„RELLEN AFSCHUWELIJK, AFGRIJSELIJK
EN ONGELOOFLIJK JAMMER"
men, vluchtten niet snel genoeg en
werden genadeloos in elkaar ge
ramd. Eén jongen werd tot in een
café achtervolgd en vervolgens afge
rost.
In de straat die van de Dam naar de
Kloveniersburgwal loopt, werd de
Mobiele Eenheid gisteren nog een
handje geholpen door Unifil-militai-
ren, waarschijnlijk dezelfden die en
kele uren eerder een ere-wacht had
den gevormd voor koningin Beatrix.
Vanachter de politie-linie raapten ze
stukken straattegel op en wierpen
die, over de hoofden van de ME-ers
heen, terug naar de aanvallers.
Overigens gedroeg de politie zich op
dit front in de binnenstad gistermid
dag redelijk beheerst. Alle provoca
ties in het genre „vuile Hitlerkop-
pen" ten spijt. Ook hier werden ge
wonde agenten met de regelmaat
van de klok door collega's weggedra
gen. Verscheidene toevallig gepar
keerde auto's werden in brand gesto
ken waardoor de nauwe verbinding
regelmatig pikzwart van de rook
stond. Laat in de namiddag sloeg het
vuur over naar een tapijthandel, die
zware schade opliep. Urenlang golf
de ook hier de strijd heen en weer.
Wanneer het peloton in de voorste
linie al te zeer was uitgedund, werd
het vervangen door een vers. „At
tent zijn", klonk dan weer de oproep
van de commandant, „denk aan je
zelf; denk aan je maatjes, daar gaan
we!" De afgrond van het geweld in.
WILLEM SCHEER/HENK ENGE
LENBURG/RIK IN 'T HOUT
Het Rokin bood gistermiddag een onwezenlijke aanblik.
(Vervolg van voorpagina)
(Van een onzer verslaggevers)
AMSTERDAM Gek was het wel, gisteren
in Amsterdam. Terwijl op het Leidseplein
mensen prinsheerlijk zaten te zonnen, ver
duisterden traangas en de walm van bran
dend rubber de Dam. Terwijl drumbands on
bekommerd paradeerden over het Spui, wer
den op een steenworp afstand in de Dam
straat stenen gegooid. Terwijl op het IJ het
vuurwerk doorgang vond, laaiden in de Vij
zelstraat de vlammen van een in brand ge
stoken politieauto op. Zo klein waren de
marges, en niemand begreep precies hoe het
kon. Die kater komt vandaag. Koningin
Beatrix in de rondvaartboot Willem Alexan
der onderweg naar een schip van haar naam,
om voor honderdduizenden de lucht in te
zien gaan over dezelfde wateren waar
juist een met kraakleuzen beschilderd boot
je, („pieremegoggel" noemen ze dat in Am
sterdam), door de mobiele eenheid bijna tot
ontploffing was gebracht. Het ging er won
derlijk, bijna surrealistisch toe in de hoofd
stad. Wie zal ooit de statig voorbijglijdende
vlootschouw over het IJ vergeten, met een
luxe aan lampjes gepavoiseerd, terwijl don
kere etalages in de Kalverstraat werden
leeggeroofd? In die twee totaal verschillen
de, maar even onwezenlijke werelden, moest
Amsterdam gisteren leven.
Nuchter bezien begon de escalatie (na het eerste
rookbommetje op de Dam tijdens de balkonscè
ne) met het eerste ernstige incident. Krakers,
die om 11.20 uur (koningin Beatrix riep vanaf
het paleis juist op tot eenheid) ver van het feest -
toneel een leegstaand kantoorpand aan een
kruispunt in de Kinkerstraat bezetten, werden
furieus op het lijf gevallen door 200 man Mobie
le Eenheid. De lezingen over de al dan niet ge
rechtvaardigde aanleiding lopen uiteen: volgeps
sommigen was er niets aan de hand, volgens an
deren dreigde het kruispunt met dranghekken
te worden gebaricadeerd. Er volgde een kort,
maar verhit gevecht, straatstenen tegen wapen
stokken, voetgangers tegen overvalwagens en
agenten te paard. Wederzijds vielen de eerste
ewonden. Loco-burgemeester Sinnige, door en-
ele verontruste gemeenteraadslieden ter plek
ke gewaarschuwd, liet de Mobiele Eenheid on
middellijk inrukken en gaf de krakers toestem
ming hun gang te gaan, mits ze de straat niet
zouden opbreken. Op het kruispunt ontbrandde
een volksfeest zonder verdere incidenten, maar
het kwaad was geschied.
Om half twee (de leden van de Staten-Generaal
begaven zich van het paleis naar de Nieuwe
Kerk) hielden een aantal jongeren bij de Dok
werker een protestdemonstratie tegen de wo
ningnood. Ze wilden in optocht naar de Dam en
de politie („We hebben op ze ingepraat als Brug
man") slaagde er niet in ze duidelijk te maken
dat dit onmogelijk was. Toen de stoet optrok,
vond men de Blaauwbrug over de Amstel ge
blokkeerd door een eenheid van de Mobiele Bri
gade en de provocatie ging duidelijk van de be
togers uit. Ze begonnen de vier dubbele haag
van politiemannen genadeloos te bekogelen met
de stenen, die bij het opgebroken Waterlooplein
ruim voorhanden waren. Er volgde een trapsge
wijze verheviging van het conflict. Vier bereden
agenten werden dusdanig bekogeld, dat ze met
paard en al ten val kwamen en ook liggend op
de grond bleven ze mikpunt. De dienstdoende
commandant vroeg en kreeg toestemming om
traangasgranaten af te vuren. Waterkanonnen
dreven de tot duizenden aangegroeide menigte
terug.
Even leek de slag bij het Waterlooplein voorbij.
Om tien voor drie echter (prinses Juliana arri
veerde met de Oranje-familie in de Nieuwe
Kerk) volgde naar veler oordeel een foutieve
beleidsbeslissing. De Mobiele Eenheid gaf om
onbegrijpelijke redenen de Blaauwbrug, enige
directe toegang naar het centrum, vrij. Het hek
naar de Dam stond open. De duizenden jonge
ren konden vrijwel ongehinderd via Amstel-
straat, Munt en Rokin naar de plaats van de
feestelijkheden stromen. Toen koningin Beatrix
en prinsgemaal Claus om een minuut over drie
de Nieuwe Kerk betraden, verscheen het eerste
Een met stenen gewapende betoger bond, om
zich tegen het traangas te beschermen, een
zakdoek voor het gezicht.
spandoek op de Dam. „Weg met de staat van be
leg". Wat misschien nog begonnen was als eer
lijke protestmars, zij het met anarchistische
trekjes (de organisatoren noemden zich „de
groep van de autonomie") ontaardde in ordinai
re straatschenderij en grof vandalisme. Een rel
om de rel. De verenigde kraakgroepen zouden
zich er onmiddellijk en nadrukkelijk van dis
tantiëren. „Dit hebben we niet gewild. We er
kennen dat het uit de hand gelopen is". Opposi
tieleider Den Uyl, ooit wethouder van het rode
Amsterdam, nadat hij in het paleis op de televi
sie flitsen van het oproer had gezien: „De ge
beurtenissen vanmorgen in de Kinkerstraat kon
ik nog wel plaatsen. Ik vond ze jammer, maar ik
kon het localiseren. Wat echter later gebeurd is,
maakt op mij de indruk van vandalisme, van
mensen die belust zijn op rellen. Ik vind het on
gelooflijk jammer, dat ze de zaak in de war
schoppen en de orde verstoren. Dat haat ik. Er
wordt alleen maar slechts uitgeboren".
Het Rokin begon om kwart over drie („een volk
moet sterk zijn in verdraagzaamheid", sprak ko
ningin Beatrix in de Nieuwe Kerk) een maar al
te vertrouwd beeld te vertonen, met als diepte
punt de plundering van de etalages van
V en D. Ruiten sneuvelden alom. Verkeersbor
den en parkeermeters werden als grassprieten
uit de grond gerukt, straatstenen opgebroken.
Auto's werden in brand gestoken. Twee motora
genten botsten onder de regen van projectielen
op elkaar en ook hun voertuigen gingen op de
brandstapel. Maar het ergst gedupeerd waren de
tientallen neringdoenden, kleine zelfstandigen,
die hun feestartikelen en versnaperingen in de
open lucht hadden uitgestald. Hun kraampjes en
bakfietsen werden, samen met een muziektent,
bij de stampede onder de voet gelopen en mis
bruikt om een barricade op te werpen. Weg
handel. Een zwarte walm onttrok vlaggen en
feestversiering aan het oog. Ambulances reden
af en aan. Iedereen huilde van het traangas.
Om half vier (Beatrix was bezig de eed op de
Grondwet af te leggen), maande de politie per
luidspreker de aanwezigen op de Dam, voorna
melijk genodigden, kinderen en Oranjeklanten,
snel hun biezen te pakken. „Gaat u naar huis.
Het wordt veel te gevaarlijk. Wees verstandig."
Paradoxaal genoeg moest even later de brand
weer diezelfde politie smeken weg te gaan, of
althans zijn acties op te schorten. „In de Oude
Hoogstraat is een huis in brand gestoken, en we
kunnen er zo vanwege de stenenregen niet bij."
De strijd had zich uitgebreid tot de Damstraat
en de Kloveniersburgwal. Overvalwagens van
de Mobiele Eenheid werden vernield of lek ge
prikt. Men speelde krijgertje langs grachten en
door steegjes. Maar rond zes uur (Koningin
Beatrix gebruikte ten paleize een etentje met de
leden van de Staten-Generaal; in het Concertge
bouw wachtten hoogwaardigheidsbekleders en
burgemeesters bij kaarslicht en een glas wijn op
hun nieuwe vorstin), kreeg de Mobiele Eenheid
het oproer in zijn greep. Er waren toen zoveel
gasgranaten afgevuurd, dat het in de omgeving
zonder masker niet langer te harden viel. De
luwte in de strijd gaf de doorslag bij de langdu
rige beraadslagingen van de autoriteiten over de
vraag, of men het vuurwerk boven het IJ wel
door moest laten gaan. Ja dus, en gewoon in
aanwezigheid van de nieuwe Koningin.
Dit doen alsof slechts de neus bloedde, veroor
zaakte andermaal stroomversnellingen. Recht
streekse' radio-uitzending ervan (het alternatie
ve kroningsprogramma van de gelegenheids
combinatie Vara/Radio Stad had de hele dag al
opruiend gewerkt), bracht rond 9.00 uur de rel-
lenschoppers hernieuwd en agressiever op
straat. Nu moesten ook Vijzelstraat en Leidse-
straat het ontgelden. De zinloos voortspoelende
geweldsgolf bracht de politie tot het gebruik
van een zwaar soort traangas („braakgas" werd
door tegenstanders meteen geroepen), waarvan
zelfs straatbewoners en hotelgasten binnenska
mers last ondervonden. De volle maan, die luis
ter op het IJ beschenen had, werd erdoor ver
donkerd zo ook de gezichten van 40 wegens
openlijke geweldpleging gearresteerden. Plun
deringen gingen door, stenen bleven vliegen en
uit andere delen van het land werden in allerijl
een paar honderd verse politiemannen aange
voerd. Einde Koninginnedag in Amsterdam.
Of het zou dit moet zijn. Op het alternatieve, lu
dieke, geweldloze, met 13.000 gulden gesubsi-
diëerde festijn van de kraakgroepen in het
Sarphatipark, mochten kinderen met pijltjes
gooien naar portretten van de nieuwe Koningin
Beatrix. Wie een gulden betaalde, kon een blikje
omver werpen, waarop „Politiestaat" geschil
derd stond. In die kring was de leus „geen wo
ning, geen kroning" geboren. Balans inmiddels
bekend. De schade, aangericht door vernielin
gen en plunderingen, overtreft verre de kosten
van de feestelijkheden. Zoiets heet, zowel in
oorlogs- als vuurwerktermen: je doel voorbij
schieten.
Een gewond lid van de ME te
paard op het Waterlooplein.
AMSTERDAM Het Rokin in
Amsterdam, woensdag 30 april.
Op een steiger tegen een winkel
staan rond kwart over drie
's middags, twee jongens van on
geveer 23 jaar. Drie agenten van
de Mobiele Eenheid geven hun de
opdracht naar beneden te komen.
De knapen doen dat. En worden
dan onmiddellijk, zonder aanlei
ding en zonder waarschuwing,
keihard geschopt en vervolgens
bewusteloos geslagen.
Eén incident, volstrekt onbeteke
nend in de haast onafzienbare reeks
van woede-uitbarstingen tussen poli
tie en relschoppers, die zich gisteren
in Amsterdam afspeelde.. Als een
koorts had agressie de hoofdstad
aangetast. De „harde kern" van op-
standigen telde vele duizenden bur
gers, terwijl tienduizenden hun in
stemming met de gewelddadige ac
ties lieten blijken.
Het gebeuren bij de steiger speelde
zich af tijdens de mensonwaardige
veldslag die tot laat in de avond op
het Rokin en omgeving voortduurde.
Hier begon het drama toen de van
het Waterlooplein- afkomstige me
nigte de Blauwbrug had gepasseerd
en probeerde naar het centrum op te
rukken. Gillende overvalwagens ra
ceten door de mensenmassa heen
naar het eind van het Rokin, om
hier de toegang naar de Dam af te
sluiten. Volstrekte paniek was het
gevolg. Moeders met kinderen, be
jaarden en dagjesmensen zagen zich
van het ene op het andere moment
bedreigd door vele honderden ME-
ers en ettelijke duizenden gewapen
de burgers. Dichte regens van kapot
geslagen straattegels vlogen door de
lucht. Overal ontploften traangas
granaten. Verbijsterd renden de
mensen alle kanten op. Vaak recht
de kraampjes in, waar de etenswa
ren, frisdranken en feestartikelen
hoog lagen opgetast. Tal van kramen
werden omver gelopen, mensen
raakten beklemd tussen fietsen, lie-
pen elkaar onder de voet en vielen
op een haar na in het water. Huilen
de kinderen en hysterische moeders
alom. Angstige ïcraamhouders die
hun waren in veiligheid probeerden
te brengen en brullende demon
stranten. Urenlang werd de strijd
voortgezet. De relschoppers braken
de straat op en de ene politie-charge
volgde op de andere. Door de ste
nenregens in de war gebracht, kwa
men twee motoragenten met elkaar
in botsing. Hun belagers staken de
motoren naderhand in brand, even
als trouwens tal van vernielde kra
men. Terwijl pikzwarte rook hemel
hoog opsteeg liep iedereen die geen
gasmasker droeg te te huilen, te
snotteren en zelfs te braken. Een
meisje kreeg een traangasgranaat
recht in het gezicht en sloeg bloe
dend tegen de grond.
De agressie kwam nadrukkelijk van
twee kanten. De gewelddadige poli-
tie-charges maakten een even be
schamende indruk als het gejuich
van de duizenden toeschouwers
wanneer de politie weer gedwongen
was zich terug te trekken. Bepaald
'eer.:i wekkend waren de juichkre
ten wanneer andermaal een politie-
functionaris per ambulance werd af
gevoerd.
De veldslag op het Rokin was zoals
bekend maar één onderdeel van het
burgeroorlog-achtige gebeuren in de
hoofdstad. De taferelen elders, eer
der op de dag op het Waterlooplein
bijvoorbeeld, bij het gekraakte pand
in de Kinkerstraat, in de verbin
dingsstraat tussen de Dam en de
Kloveniersburgwal, kenmerkten
zich door dezelfde agressie. Overal
een tergend verbaal geweld, gevolgd
door woeste charges, stenenregens
en onophoudelijk schieten met
traangasgranaten.
Opvallend aspect was ook de routi
neuze aanpak van de stenengooiers.
Met het gemak alsof men een sigaret
opstak, werden de trottoirtegels uit
de grond geplukt en kapot gesmeten.
De actievoerders die het voortouw
namen gaven allerhande aanwijzin
gen en maanden bij tijden tot kalmte
en „tactisch terugtrekken".
Uitermate dubieuze steun kreeg de
Mobiele Eenheid gisteren van de
Hells Angels, van wie velen de haar
dos hadden getooid met een oranje
band. De Angels hielden een eigen
„Beatrix Popfestival" op de Nieuw-
markt. Toen zij vonden dat hun ter
ritoir bedreigd werd door (vermeen
de) krakers voerden ze tegen de
avond zelf charges uit. Met stokken
ijzeren staven en kettingen Daarbij
letterlijk toegejuichd door de man
nen van de ME die op 20 meter af
stand stonden toe te kijken. Sommi
ge „hippies", zoals de Angels ze noe-
AMSTERDAM Minister Wiegel van
binnenlandse zaken staat volledig achter
het optreden van de Amsterdamse politie.
Volgens hem is zij de omstandigheden
in aanmerking genomen zeer beheerst
opgetreden. De bewindsman vraagt zich af
„waarom moest worden geprobeerd met
geweld bepaalde afzettingen te doorbre
ken".
De heer Wiegel zei het zeer triest te vinden
dat politiemensen gewond zijn geraakt insde
uitoefening van hun functie ter beveiliging
van ons allemaal. „Ik veroordeel de ordever
stoorders ten zeerste", aldus de minister van
binnenlandse zaken.
Alom heerste afschuw over de rellen in de
hoofdstad. Minister-president Van Agt zei het
„jammer te vinden" dat zich tijdens de inhul
diging en daarna ongeregeldheden hebben
voorgedaan, maar oppositieleider Den Uyl
drukte zich krachtiger uit: „De krakers had
den aangekondigd dat ze zouden kraken en
de actie in de Kinkerstraat weet ik dan nog
wel te plaatsen. Maar de andere acties waren
puur vandalisme. Het is afschuwelijk, afgrij
selijk en ongelooflijk jammer dat dit gebeur
de. Het leidt geen twijfel dat er een nogal for
se poging is ondernomen om de zaak in de
war te sturen. Afschuwelijk, want daaruit
wordt alleen maar slechts geboren".
Volgens CDA-Eerste-Kamerlid mr. W. F. de.
Gaay Fortman is het duidelijk dat er geen
sprake is geweest van spontane, maar van ge
leide acties. Hij had gedacht dat het tot wat
„kleine pesterijen" beperkt zou blijven,
„maar deze acties zijn veel ernstiger. Ongere
geldheden van deze omvang stellen ons voor
de naaste toekomst voor grote problemen".
Het Tweede-Kamerlid Vari Thijn (PvdA)
sprak over „een ernstige situatie waarvoor
hij geen goed woord over had. Volgens hem
is er kennelijk „buiten het bekende vandalis
me gerekend, het vandalisme zoals dat ook
voorkomt bij voetbalwedstrijden en grote ma
nifestaties".
De Utrechtse burgemeester Vonhoff zei de
ongeregeldheden te verafschuwen. „Het is
buitengewoon kwalijk dat de sociale omstan
digheden van sommigen zo worden aangegre
pen. Ongeweten en ongewild hanteren ze
methoden van straatbenden zoals die ope
reerden in het Duitse rijk in de jaren dertig".
De Haagse burgemeester Schols noemde de
Demonstranten probeerden zich te bescher
men tegen klappen van de politie met de
korte wapenstok.
rellen een „nodeloze vlek op een dag van
grote symbolische betekenis Volgens de
heer Schols was er in de Kerk gelukkig niets
te merken van de roerige gebeurtenissen,
maar volgens mevrouw E. Verkerk-Terpstra
(VVD, Tweede Kamer) zijn de ongeregeldhe
den wel degelijk tot de aanwezigen op de re
ceptie in het Paleis op de Dam doorgedron
gen. Zij zei „zich rot te hebben geërgerd aan
de zeer kleine minderheid die geprobeerd
heeft misbruik te maken van de kronings
dag".
Burgemeester Van der Louw van Rotterdam
wilde vanuit het afgesloten gedeelte in Am
sterdam geen oordeel vellen over de rellen.
Het afdelingsbestuur Amsterdam van D'66
meent over de ongeregeldheden het „zeer
verwerpelijk" te moeten uitspreken. Volgens
de secretaris van het afdelingsbestuur is de
30ste april voor het overgrote deel van de, be
volking 'een feestelijke gebeurtenis en D'66
kan mede daarom niet goedkeuren dat een
onsamenhangende minderheid overgaat tot
ernstige verstoring van de openbare orde.
„De uitlokking en intimidatie naar de politie
toe, vaak omwille van de sensatie, past niet in
het kader van democratische oppositie. D'66
Amsterdam heeft alle waardering voor het
gedrag van de politie".