iill /linerva over SB-brochure: •older vol agrante onzin Igor viel laat uit de boot hond zoekt huis :e zien ons als kritiekloze ioten" 'AGI \D/1REGI0 LEIDSE COURANT ZATERDAG 19 APRIL 1980 PAGINA 5 fot: „Die hele jatjetdragerij ia verle- öjd." >nd nid< J}.a DEN Het valt niet mee voor hond om op oudere leeftijd toch in een asiel terecht te komen. De rsnee hondzoekende asielbezoeker bij voorkeur een jonge hond heb- 1 ak( en gaat makkelijk voorbij aan de niet meer belegen exemplaren, ach aszuivere dwergpoedel Igor valt met acht jaren eveneens in de wat min- gangbare klasse en de mensen staan uim drie weken asiel dan ook niet te 5 a| igen voor zijn hondenhok. De kleine m is op een nogal ongelukkige manier ua de boot gevallen. Zijn bejaarde baas )pr, ïs* noodgedwongen zijn intrek ne- ron 1 ib een verzorgingstehuis en voor ian f was er in dat tehuis geen plaats, 'gezien er nog steeds niet zoiets als een bejaarde hondenhuis bestaat moest Igor zijn intrek nemen in het dierenasiel, waar hij vorige maand in de stromende regen door zijn enigszins verdwaasde Leidse baas werd afgeleverd. Igor heeft zich vrij goed aangepast aan de nieuwe situatie. Aanvankelijk werd hij zelfs nog een tijdje in het kattenver blijf gehuisvest omdat alle hondenhok ken bezet waren. Inmiddels heeft hij de beschikking over een eigen hok gekre gen. Hoewel Igor onderhand wel het grootste gedeelte van zijn leven achter de rug heeft is hij nog altijd een vrolijke en levenslustige dwergpoedel. Igor heeft eigenlijk geen negatieve karaktertrek ken. Hij is gehoorzaam, trekt geen lijn, kan prima opschieten met kinderen, an dere honden en katten en is ook in de Wekelijks verschijnt in de Leidse Courant de rubriek Hond zoekt huis". In deze rubriek wordt een hond (of soms ook wel een kat) beschreven die in het asiel verblijft om daar een zekere dood tegemoet te gaan... tenzij het dier een goed tehuis vindt. De in de rubriek beschreven honden zijn óf gevonden, óf door hon denbezitters naar het asiel gebracht. Ze worden om uiteenlopende redenen af gestaan, vaak begrijpelijk, maar soms ook volslagen onzinnig. De in „hond zoekt huis" beschreven dieren zijn alle goed gezond, hebben een wormkuur on dergaan en zijn volledig ingeënt. Tegen betaling van circa 60 gulden ten bate van zwerfdieren zijn ze af te halen. Adres: Nieuw Leids Dierenasiel, Besjeslaan 6b, Leiden. Tel.: 411670. Geopend di. t/m vr. 10-12 en 14-17 uur, za. 10 tot 12 en 14-16 uur. Zondag en maandag gesloten. auto niet stuk te krijgen. Igor houdt van wandelen, maar aangezien hij korte pootjes heeft en niet al te jong meer is moeten er natuurlijk geen grote trek tochten met hem worden ondernomen. Na een korte wandeling trekt Igor zich gaarne terug in een kleine hondemand met geheel eigen dekentje. Igor laat zich graag en veelvuldig aanhalen. Het ge zichtsvermogen van Igor is niet meer 100 procent, maar hij kan alles nog uitste kend volgen. Igor staat 40 centimeter hoog op de po ten en is voorzien van een grote hoeveel heid grijs/zwarte krulletjes, zoals het een echte dwergpoedel betaamt. Igor zou erg geschikt zijn voor wat oudere mensen of .een alleenstaande, die dan gelijk een 'goede reden hebben om er zo nu en dan eens even op uit te trekken. De kleine Igor neemt verder weinig ruimte in be slag en zou zelfs op een flat terechtkun nen. Al met al is Igor ondanks zijn leef tijd een aantrekkelijk beestje, gereed om zijn laatste levensjaren in een harmo nisch en rustig huishouden door te bren gen. Polly De bastaard fox-terriër Polly, die vorige week deze kolommen sierde heeft spoe dig een tehuis gevonden in Alphen aan den Rijn. Een wat ouder echtpaar heeft zich over Polly ontfermd. Laika, de Ier se Setter van alweer twee weken gele den zit nog steeds in het asiel en houdt zich derhalve warm aanbevolen. 7 Praeses Arthur Chabot en Colegium-lid Wiet Pot. Arthur Chabot verklaart, dat zich in het laatste decennium belangrijke verande ringen bij Minerva hebben voltrokken. Hij noemt de voornaamste aspecten die daartoe hebben bijgedragen: het „ge mengd" worden van de sociëteit in 1972, de beduidende groei die Minerva de laat ste jaren heeft doorgemaakt èn de afschaf fing van de groentijd. Collegium-lid Wiet Pot valt de praeses hierin bij: „We zijn echt niet te beschouwen als een eenheids koe, die sommige mensen graag van ons willen maken. Chabot: „Inderdaad, er is een interne regeneratie aan de gang. We veranderen wel degelijk. Er gebeurt hier ontzettend veel. Je kunt echt niet stellen, dat de verening er slechts één mening op nahoudt, zoals in de folder wordt be weerd." Isolement Waarom spreekt u toch steeds van „die folder.Is dat soms denigrerend bedoeld? Wiet Pot: „Ja, dat zit zo: Arthur heeft al tijd in Engeland gezeten. Hij houdt er soms een rare zinsbouw op na. Althans, dat is ons in het collegium wel eerder op gevallen. Hij formuleert de dingen nog wel eens op een vreemde manier." De praeses van Minerva zegt in overigens vlekkeloos Nederlands het begrip brochu re zonder opzet met „folder" te hebben verwisseld en gaat verder met zijn betoog. „Na het schrijven van de folder, sorry brochure, heeft de LSB nooit contact met ons opgenomen om eens over de kritiek die men op ons heeft te praten. Nooit zijn we door hen benaderd. En dat is toch wat ze zo graag wilden: discussies starten, reacties van Minerva zelf te horen krij gen. In de inleiding van de brochure heeft de LSB het over het door ons vrijwillig gekozen maatschappelijke isolement. Daar slaan ze de plank aardig mee mis. Want, het is helemaal niet zo, dat we ons isole ren voor de buitenwereld. Het tegendeel is eerder waar. Men doet veel meer bij Minerva dan alleen maar feestjes houden. Ik kan zo de namen van mensen noemen, die bij onderwijsprojecten in de stad be trokken zijn. Leden, die bij de rechtswin kel enzovoorts werken. We organiseren op geregelde tijden bejaardenmiddagen. Vanochtend nog zaten^ hier Leidse kinde ren uit verschillende wijken van de stad gezellig paaseieren te schilderen. We pre senteren ons wel degelijk naar buiten toe." Jasje Maar voor de rest is de deur van Minerva voor andere mensen uit de stad wel pot dicht Chabot: „Ja, daar is toch niets verkeerds aan. Dat is bij iedere vereniging zo. Als mensen voor hun lidmaatschap betalen, zet je alleen voor hen de deur open. Dat is toch niet zo gek Maar ik wil nog wat zeggen. In de inleiding staat ook, dat we ons als Minerva-lid doen kennen vanuit een vermeende en geconstrueerde supe rioriteit. Onzin. Dat is bij Minerva zeker niet meer het geval. Er zullen heus wel le den bij zitten, die zo denken, maar dat is beslist geen grote gemene deler van het totaal van de Minerva-leden. Kijk, als ik zo op straat loop, den herkent iedereen mij als zijnde een lid van Minerva. Dat komt door mijn jasje. Maar er zijn ook mensen in spijkerbroek lid van de vereni ging en die worden door niemand her kend. Ze worden helaas over het hoofd gezien. Zoals ik rondloop, zie je er nog maar weinig. Vroeger zag je veel meer jasjes. Die hele jasjesdragerij is verleden tijd. Ik doe het alleen nog, omdat ik toe vallig een representatieve functie heb. Het enige gemeenschappelijke kenmerk dat we hebben is dat we allemaal lid van Minerva zijn." Op de vraag waarom Minerva denkt dat de LSB de brochure heeft geschreven, antwoordt Chabot het volgende: „Ze zien op de een of andere manier Minerva niet zo zitten, denk ik. Het doel van de folder is Minerva aan te vallen en ook Quintus." Incidenten Min of meer de directe aanleiding tot het schrijven van de brochure, zo zegt de LSB daarentegen, is een reeks van incidenten geweest met als kenmerkend hoogtepunt- /dieptepunt de affaire rond de Klikspaan- weg augustus verleden jaar, waar een aan tal Minerva-leden bij betrokken was. De studenten verstoorden met veel lawaai op de gedenkwaardige nacht van 5 op 6 au gustus de rust van hun slapende medebe woners, slingerden sommigen onder hen beledigende opmerkingen naar het hoofd kussen, waarbij zij een recital ten beste gaven, die op zijn zachtst uitgedrukt racis tisch van aard was. Dit alles gecombi neerd met een in het voorjaar in het ka der van het Minerva-lustrumfeest met het nodige militair vertoon gehouden ge ruchtmakende manifestatie van de Ko ninklijke vereniging voor de vrijwillige oefening in den wapenhandel, Pro Patria (een subvereniging van Minerva), deed de deur voor sommige studenten, maar ook voor enkele gemeenteraadsleden tenslotte dicht. De gebeurtenissen waren geen op zichzelf staande incidenten geweest Er was lijn in te bespeuren. Deze voerde, al dus de LSB, terug naar de wortels van het studentencorps, ruim een eeuw geleden opgericht. De LSB wilde onder andere de ontwikkelingen, de incidenten, binnen dat Corps, maar ook daar buiten, op een rijtje zetten. Een tijd van bezinning leek aange broken. Studenten stelden zichzelf en el kaar aan de kaak. De anatomie van de „Leidsche" student werd na een periode van ruim 150 jaar stilzwijgen ineens van alle kanten kritisch onder de loep geno men. Pro Patria Arthur Chabot zegt de incidenten rond de Klikspaanweg te betreuren. Hij en het be stuur nemen er afstand van en naar zij verklaren ook stelling tegen. Volgens Chabot zou er binnen Minerva een kente ring gaande zijn. Voor buitenstaanders wellicht nog niet goed te merken, maar toch... Chabot: „Pro Patria heeft een te ruglopend ledental vergeleken met tien jaar geleden. Aan het aantal Pro Patria- leden afgemeten zou je zelfs kunnen spre ken van een „verlinksing" van de vereni ging." Pro Patria, ooit het vlaggenschip van Minerva genoemd, zou ten dode zijn opgeschreven. Er is niet veel meer dan een door vijf man drijvend gehouden schuitje van over. Onder de 2700 leden van Minerva is de rol en functie van de studentenweerbaarheidsvereniging Pro Patria de laatste jaren steeds sterker aan discussie onderhevig. De belangstelling ervoor, aldus Chabot, neemt af. Zou men hieraan dus de conclusie mogen verbin den, dat het geüniformeerde paradepaard je niet meer van stal wordt gehaald...? Mi nerva laat deze gevolgtrekking graag aan een ander over. En dan schrijft de LSB in zijn brochure verder. „Een opbeurend woord tot slot Er zijn gelukkig nog andere studenten. Dat zijn bijvoorbeeld zij die zich in de afgelo pen jaren in buurten, onderwijsprojecten, rechtswinkels, politieke activiteiten en dergelijke op een meer normale wijze te genover de Leidse bevolking hebben op gesteld." Arthur Chabot: „Dat is toch een pokhouten uitlating. Hoe moet ik dat nu opvatten, als een verdeling in: er zijn goe de en slechte studenten Dat wat de LSB van die zogenaamd goede studenten op noemt, dat gebeurt bij ons toch ook. Den ken ze soms, dat het hier alleen maar een consumerende gemeenschap is, waarvan het grootste deel van de leden de ganse dag dronken rondloopt Je kunt met dit soort beweringen toch niet zo maar 2700 leden onvermogend maken, alsof het kri tiekloze idioten zijn." Igor, de bejaard^ dwergpoedel. EN Een kleine maand geleden __^en cp verschillende plaatsen in de door de Leidse Studentenbond Buitgebrachte brochure „Nog meer D en grimlachjes..." De Leidse Cou- fsteedde in zijn kolommen van 7 uitgebreid aandacht aan dit werk- waarin een bepaald beeld werd ge- van de „Leidsche student." Het aufctentype, dat opvalt door een afwij- gedrag, herkenbare kledij en dat in zijn contact met anderen een ze- s. 1 ii,arrogantie" aan de dag legt. De LSB het profiel van deze student in de ure ampel beschreven. Dit alles ge in het historische kader dat daarbij oren. De LSB richtte zijn focus met op het studentenwereldje dat zich de kjidt in huize Quintus of Minerva, verenigingen, waarvan de eerste de e en de ander de oudste in de Sleu- is. De studentenvereniging Miner va, gevestigd aan de Breestraat, heeft veel kritiek op de brochure van de LSB. Ruim drie weken na het verschijnen van het boekwerkje heeft men genoeg moed ver zameld om een weerwoord tegen de LSB- schrifture te formuleren. Praeses Arthur Chabot, hiërarchisch de hoogste man op de verenigingsladder van Minerva, vindt de „foldervan de LSB in alle opzichten een „eenzijdig ding", waarin zelfs nogal wat „flagrante onzin" is aan te treffen. Arthur Chabot: „Het verhaal, dat de LSB heeft geschreven is geheel uit zijn ver band gerukt. Het is een eenzijdige selectie van allerlei gebeurtenissen van vroeger en nu. Het is allemaal zo negatief belicht, dat je je af moet afvragen of reageren überhaupt nog wel zinnig is. Ik heb me enorm geërgerd aan het feit, dat de LSB aan die folder geen wetenschappelijke pretentie wilde koppelen, terwijl men dat intussen toch wel deed. Die pretentie heeft men namelijk wel zeker, alleen is men er niet in geslaagd het wetenschap pelijk naar voren te brengen. Ik heb daar over met enkele geschiedkundigen ge sproken. Dezen vertelden me, dat de fol der naar een bepaalde conclusie toe is ge schreven, gewoon om ons beentje te lich ten. Er wordt bijvoorbeeld met geen woord over geschreven welke rol Miner va tijdens de Tweede Wereldoorlog heeft gespeeld. Ook onze inspanningen bij de watersnoodramp in 1953 worden zomaar overgeslagen. En wat dat verleden van ons betreft... Ja, kijk eens, dat is hetzelfde als je van iedere staat in Europa zijn ge schiedenis gaat belichten. Van zo'n staat blijft dan niet veel meer over, als je het op zijn historie vastprikt. Het verleden moet je niet overal bij gaan betrekken. Dan blijf je op den duur nergens meer."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1980 | | pagina 5