F weer bezig met verkoop oningbestand in Oegstgeest Kanten en kazuifels Jonkheer Gevers Deynoot: onder Nederlandse adel heerst veel stille armoe :RUCHTEN STEKEN OPNIEUW DE KOP OP: Jonkheer Gevers Deynoot: „Het is jammer, dat Hare Majesteit vrijwel niemand meer in de adel verheft". WASSENAAR Menigeen denkt bij echte adel nog aan mensen, die zich hoog verheven voelen boven Jan met de Pet. Baronnen, graven, ridders en jonkheren, die minzaam knikken naar de 'minderen' onder ons, althans wanneer deze bezitters van indrukwekkende landgoe deren zich verwaardigen eens buiten de poorten van hun kastelen te komen. Hoewel het niet onmogelijk is dat zich in Nederland nog steeds dergelijke adellijke van een lange deftige naam voorziene nazaten ophouden, oogsten deze ideeën bij de voorzitter van de Nederlandse Adelsvereniging, jonkheer mr. G.Th. Gevers Deynoot (70) slechts een glimlach. Hij geeft overigens ruiterlijk toe, dat hij gewoon rood bloed heeft. „De adel is niet zo bijzonder meer. Ze heeft hoogstens wat meer morele verplichtingen tegenover de maatschappij dan de gewo ne burger", peinst hij hardop. Wat houdt zo n Adelsvereni- NFDFRT A NDSF A T)F.T staat het met de Nederlandse VERENIGING DOET SOCIAAL WERK adel? De heer Gevers Dey noot kan als voorzitter van de Adelsvereniging en lid van de Johannieter Orde „een soort protestants*adellijk Rode Kruis" veel vertel len over de nazaten van de vroegere bestuurders van de Lage Landen. De Nederland se Adelsvereniging, waarvan de driehonderd leden alleen betalend lid zijn, bestaat al zo'n tachtig jaar. Hoeveel mensen in Nederland werke lijk van adel zijn, valt echter niet te zeggen. De heer Gevers Deynoot schat het aantal op een kleine tweedui zend. „Sommige mensen ko men niet meer uit voor hun band met de Nederlandse adel door hun titel niet meer te voeren", verzucht de heer Gevers. „Die schakel met het verleden, je adellijke titel geeft tenslotte aan, dat je voorvaderen Nederland heb ben opgebouwd, althans lei ding hebben gegeven in de maatschappij. Die titel zou op z'n minst altijd van een stuk erfgoed, dat niet verloren zou in het telefoonboek vermeld moeten zijn", moeten gaan". Hoewel de vereniging het aanhalen van de onderlinge band tussen de diverse adellijke j Afnrlaal lieden wel in haar statuten heeft staan, heeft Jan IrlOuaal het accent vanaf het begin <18 april 1899) Voorzitter Gevers is ban& dat Nederland vooral gelegen op het chantat.eve of liefdadi- iangzamerhand afdaalt „aar een soort grauwe ge aspect. De vereniging ondersteunt name- a „Inderdaad, een soort nivellering naar lijk merendee s adellijke personen die in fi- beneden. Alles wordt afgestemd op Jan Mo- nancièle moeilijkheden rijn geraakt, waarbij d Het verantwoordelijkheidsgevoel wordt doorgaans, zo verzekert voorzitter Gevers te weinig gestimuleerd". Terwijl hij de laatste Deynoot, zeer selectief te werk wordt gegaan, woordei? Sitspreekt, wordt er geklopt op de deur van de sober ingerichte 'herenkamer', die uitkijkt op veel groen lover. „Dag, opa", klinkt een klein stemmetje om de hoek van de deur. „Oma vraagt, wat u en die meneer willen drinken". „Kom maar binnen, liefje en stel je maar eens voor aan die meneer". Studentencorps „Wat de meeste mensen vergeten", legt de beminnelijke 65-plusser uit. „is dat onder een cii oici c lliaai cclia VW1 aail U1C 1IICliCC1 deel van de Nederlandse adel een hoop stille kiefne"'meisje"kliVim'verïegên op'opa's heerst. Daar heeft de gemiddelde Ne- schoot en ^g, Jdan benepen „Christine". derlander vaak geen notie van. Deze mensen durven er namelijk vaak amper voor uit te komen, dat ze geldgebrek hebben. Het is dan „Hoe nog meer", dringt opa Gevers aan. „Von Balluseck", fluistert ze er achter aan. Von Balluseck is de familienaam van een ge- coknietvreemd.abecnfamüielidonsvraagt slacht da, veel mensen met vooraanstaande functies heeft voortgebracht. De heer Gevers Deynoot haakt hier met „enige trots op in. „Dit meisje heeft een oudoom, waar ik altijd een groot respect voor heb gehad. Dat was die zich vanuit plichts- en verant- t van of we niet bij kunnen staan". De Adelsvere niging voorziet per jaar zo'n vijftig adellijke mensen van financiële steun. Het gaat dan vaak om weduwen, die met een klein pen sioen in een bejaardenhuis zitten. Het komt echter ook voor dat adellijke studenten met wóórdeiijksgev^ï vooruit hêe^gewerkt °v een te kleine studietoelage een jaarlijkse bij- journalist buitenland bij het Handelsblad 1 drage krijgen om lid te kunnen worden van ambassadeur van Nederland eerst in Indië en bijvoorbeeld een studentencorps. Het heeft in later bij ae Verenigde Naties", die gevallen te maken met een soort stand jn vervlogen tijden had de adel in Nederland ophouden, het voorkomen, dat de student hoe aanzienlijke voorrechten. De staatkundige Y^l asseert zoa^s de heer voorrechten bestonden onder meer uit het aanwijzen van leden van Provinciale Staten. Nu heeft de adel alleen nog maar het voeren van de titel. Of de heer Gevers Deynoot dat jammer vindt? „Betreuren doe ik het niet. Ik heb voldoende realiteitszin, om te weten dat de sfeer van vroeger nooit meer terug komt. De verankering in de traditie blijf ik echter belangrijk vindén. Je weet waar je vandaan komt. waar je wortels zitten. Vernieuwing van de adel kan een oplossing zijn. Mensen, die geen leidinggevende aspiraties en verant woordelijkheidsgevoel hebben eruit, anderen erin. Het gaat niet aan alleen knappe koppen in de regering te hebben. Belangrijker is het karakter van een aspirant-leider. Adellijke families hebben volgens mij vaak een streepje voor door de goede opvoeding en de in de traditie verankerde karaktertraining. De laatste tientallen jaren begint dat onderscheid echter enigszins te verdwijnen. Dessa - vrou wen Mensen van lage komaf 'blijken tegenwoordig echter ook veel in hun mars te hebben. Dat is natuurlijk een verheugende zaak. Daarente- Gevers dat uitdrukt. Op stand „Indertijd hebben we een adellijke priester student in Rolduc (seminarie van mgr. Gijsen in Limburg-red) een toelage verstrekt om fi nancieel, buiten de opleiding zelf. wat beter uit de voeten te komen", licht de heer Gevers Deynoot toe. Hij onderkent daarbij nadruk kelijk de opvoedende taak van de Adelsvere niging om de adellijke jongelieden, die den ken met een bijdrage van de Adelsvereniging en een titel wel door het leven te komen, op hun verantwoordelijkheden te wijzen. Het gaat er volgens hem niet alleen niet om 'de stand op te houden'. „Op een gegeven mo ment moeten deze heren toch op eigen benen staan. Als ze niets uitvoeren bij hun studie, dan stoppen we er natuurlijk mee. Het komt wel voor, dat we aanvragen moeten afwijzen. Wanneer iemand een buitenlandse nationali teit heeft aangenomen, bijvoorbeeld, of in het geval dat de persoon nog geen bijstandsuitke ring heeft. Het komt een enkele keer voor. dat we iemand helpen, zonder dat hij bijstand trekt. Wanneer iemand bijvoorbeeld moeilijk gen declasseren adellijke families soms lang de onderhoudskosten van zijn huis kan op brengen, en de persoon voelt zich met dat zaam, zij vormen een soort afgezakte adel. Niet dat deze mensen van minder allooi zijn. huis verbonden, wil de vereniging nog wel Ik bedoel meer, dat zij de historie van hun eens de helpende hand bieden Van Agt Jonkheer Gevers Deynoot woont geenszins in geslacht amper in ere houden. Bijvoorbeeld de adellijke lieden, die in het toenmalige Ne- derlands-Indië een nakomeling hebben voortgebracht. Zij voelden zich verplicht die dessa-vrouwen te trouwen. Dat gaat mijns in ziens te ver. Financiële steun, allah. De kin- een 'kasf van een huis. Weliswaar ligt zijn deren zijn door zo'n huwelijk automatisch j u u...» van adel, of zij dat nou serieus nemen of niet. In Engeland was vroeger minder risico voor 'twee-onder-een-kap buiten' Wassenaars groene dreven, maar van enige overdadigheid aan huis en tuin lijkt geen vermenging. Engelsën?~dië"ïn"het verleden 1 onverhoopt een zoon kregen van een inland se vrouw, behoefden niet met die vrouw te trouwen. sprake te zijn. Goed, de heer Gevers praat een tikje geaffecteerd en hij is trots op zijn adellijke titel. Hij heeft echter bijzonder wei nig illusies, dat de adel ooit nog in haar oude De jonkheer loopt naar het raam. Zijn ferme luister zal worden bijgezet. „Ergens is het 1 jammer, dat Hare Majesteit vrijwel niemand meer in de adel verheft. Vooral sommige lei houding doet in de verte denken aan een mi litair. Het actieve leven van vroeger is voor bij. Bij de catagorie afgezakte adel behoort hij dinggevende figuren uit de hedendaagse niet. „Ik heb altijd een leidende functie mo- maatschappij zouden eigenlijk in de adelstand gen vervullen". Zo was hij onder meer secre- moeten worden verheven. Ik denk hierbij taris van de Sociale Raad van 's-Gravenhage aan een man als onze minister-president A. van Agt en de oud-minister-presidenten Drees en De Jong. Ook captains of industry (leidinggevende, figuren in het bedrijfsleven- en secretaris bij de Gezondheidsraad. De jonkheer heeft aan den lijve ondervonden, dat adel niet altijd een pré is. Bij een sollicita tieprocedure voor burgemeester is de heer red) zouden soms een adellijke titel kunnen Gevers Deynoot volgens zijn zeggen wel eens verdienen. Bij de criteria voor adeldom be- gepasseerd omdat hij van adel was. „Waar, hoort mijns inziens dan ook een soort moreel dat vertel ik u niet. Oude koeien horen in de verantwoordelijkheidsgevoel, een inzet voor sloot te blijven", voegt hij daar glimlachend het behouden van waarden. Het bewaken aan toe. DONDERDAG 17 APRIL 1980 PAGINA 5 Êgp^EGIO LEIDSE COURANT In Oegst- an opnieuw geruch- het Algemeen Mijn- Pensioenfonds be- zijn haar woningbe- in Oegstgeest te verko- pensioenfonds bezit sgezinswoningen en in Oegstgeest. Op 15 van dit jaar heeft »rek tussen het ge- van Oegst- van het plaatsgevon- de verkoop aan is geweest. De direc- ran het pensioenfonds I bij die gelegenheid la- keten inderdaad plan- [voor verkoop van de jngen te hebben maar toegezegd het gemeen- uur op de hoogte te indien de plannen definitief karakter zou- trijgen. Op het gemeen- van Oegstgeest zegt me 1 op de hoogte te zijn Be geruchten maar nog I officiéél bericht van HF te hebben ontvan- mings een Jaar Sleden niaakte ld 20 ^gemeen Mijnwerkers 'orste jenfonds in Heerlen be- 3\?re ^at a' ^aar ^atwonin' en éénsgezinswoningen 'PnJs de Rozenlaan, Ridder- jaari) Akeleilaan, Anemo- .SU an en Lelielaan wilde af- ieinkgehele complex trurn „gen zou jn één geheel laan. worden aan een tot afdepden onbekend gebleven as bn rend-goed speculant. De zaten 'ers van de woningen in uk Oegstgeestse Floraplan plan] Igden z'ch sis reactie op Licht i verkoop in een bewo- ?rg er ereniging om zodoende plaat ^et hoofd te kunnen bie- gang ian de plannen van het De huurders vreesden e nieuwe eigenaar de wo-. n voor woekerprijzen Ie huidige bewoners zou oobrii1 verk°Pen- °ok de Se- nwerlte OeSstëeest toonde zich irg tevreden met de ver- AMF-woningen aan de Ridderspoorlaan. van de woningen in de toe komst wilde de heer Hansen toen niets zeggen. Geen consequenties In een gesprek tussen de di rectie van het AMF en verte genwoordigers van de ge meente Oegstgeest op 15 fe bruari kwamen de verkoop plannen van het AMF nog eens naar voren. Gemeentese cretaris Noordermeer van Oegstgeest zegt hierover: „In dit gesprek heeft het AMF aangekondigd voort te gaan met de voorbereiding van de verkoop van de flats. Er is toen ook gezegd dat verkoop geen consequenties voor de huurders zou hebben. Ik be grijp hieruit dat dit laatste niet alleen voor de flats geldt maar ook op gaat wanneer de wo ningen verkocht gaan worden. Het gemeentebestuur zou ver trouwelijk op de hoogte ge steld worden." De heer Van Benten, voorzitter van de Be wonersvereniging Floraplan: „Dat het AMF ernst maakt met de verkoop wordt duide lijk uit het feit dat men bezig is de flatwoningen, die per groep in het kadaster stonden ingeschreven, gescheiden on der te brengen. Dat de ver koop nu al aan de orde zou zijn is mij echter niet bekend." Wethoudser mevr. Blom van welzijnszaken, waarin ook huisvesting, zegt ook nog geen definitieve berichten over de verkoop te hebben ontvangen. De geruchten heeft zij wel vernomen. Mevrouw Blom: „Ik heb officiëel nog niets ver nomen van de zijde van de ei genaar. Dat er verhalen de ronde doen over de verkoop is mij wel bekend. De verkoop van de huizen zou een verve lende zaak zijn waar ik echter wel begrip voor op kan bren gen. Het pensioenfonds heeft zijn verantwoordelijkheden je gens zijn leden die recht heb ben op hun geld. Als de ver koop van de huizen daarvoor noodzakelijk is dan is dat jam mer maar blijkbaar nodig." Huidige bewoners De verkoopplannen die het AMF zou hebben, zien er ge heel anders uit dan een jaar geleden. De flats en éénsge zinswoningen zouden nu niet in één geheel worden ver kocht maar allemaal los van elkaar. Dat is ook de reden waarom de eigenaar ze ge scheiden in het kadaster onder brengt. Volgens de geruchten zouden zij ook eerst aan de huidige bewoner te koop wor den aangeboden. Het woning bestand van het AMF wordt beheerd door het Administra tiekantoor Zuid-Limburg. Een woordvoerder van dit kantoor zei over een eventuele ver koop niets te kunnen zeggen. „Ik heb van de geruchten ge hoord en meer wil ik er niet over zeggen. Ik wil deze ge ruchten niet ontkennen en niet bevestigen," aldus de woordvoerder. Als tussenper soon van het pensioenfonds en de bewoners treedt het make- laarsbedrijf Kok b.v. op. Ook hier is men niet op de hoogte van een eventuele verkoop van de 158 woningen. Eén van de medewerkers van dit be drijf zegt de verkoop van der gelijke woningen wel te kun nen begrijpen. „Hoewel er mo menteel de klad in de verkoop van woningen zit, is het met de huidige lage huren toch voordeliger dit soort woningen te verkopen dan te blijven verhuren. Dit geldt echter in het algemeen en staat op zich los van de AMF-woningen", aldus de medewerker: „Wan neer de woningen verkocht zouden gaan worden, zouden wij op de hoogte moeten zijn. Wellicht is er over een paar weken meer bekend." Te duur Met ingang van 1 juni zou de gemeente Oegstgeest in het kader van de nieuwe woon ruimteverordening het toewij- zingsrecht hebben gekregen voor deze catagorie huizen. Momenteel bestaat de afspraak dat dë gemeente één van de drie vrijkomende woningen mag toewijzen. Het in werking treden van de woonruimteve rordening heeft volgens secre taris Noordermeer niets te ma ken met de komende verkoop. „Uit de toezegging dat de ver koop voor de huurders geen consequenties zal hebben blijkt dat de woningen bewoond worden verkocht. In dat geval staat de nieuwe verordening hier los van." Hoewel het ge meentebestuur de huidige plannen veel positiever be kijkt dan de plannen van een jaar geleden, verliest de ge meente Oegstgeest met de ver koop het toewijzingsrecht voor ruim 150 woningen. Wethoud- ster Blom: „We hadden als ge meente het complex huizen graag zelf gekocht, maar he laas beschikt de gemeente Oegstgeest over te weinig geld om dat plan uit te voeren." GERT VISSER Kt mr.Van Eysinga, n dat de verkoop van ingen niet door zou rer mogelijke verkoop kverep 20 langzamerhand traditie ge- an erp om na afsluiting van een Ker- doenf-hoofdstuk wat kerkelijk ongere- inatop°edin de aanbieding te brengen. >rt rustpunt na een moeilijk renigFerk °f 'ets van dien aard; „deel- klaar" voor de volgende hin- dirigf- Het derde hoofdstuk van Leids iekstifP3^ wordt eèn hele klim, want ik U tóch mee gaan nemen naar de •skerk. Ik word min of meer ge- gen tot het doen afdrukken van D.i ieterskerkverhaal nu om te voor- 19 aj n wat me al eerder overkomen is: n gr en gaan met mijn tekst aan de dat ci en geven een verminkt boek uit, begi andelt over een kerk in Leiden. ld, 1 zij een tip van een niet zo kleine Dn ver in Nederland kan ik voorko pen dat U voor veel geld een Pieters- Ka 'erhaal moet aanschaffen, terwijl o.l.v, t in Uw dagblad kunt lezen en ïun r hien wel uitknippen om het later hillei innen bundelen. Neen, doe dat nemi e maar niet, want ooit zal Leids ten 1 pad wel in boekvorm uit komen len 1 n is het misschien wèl zo leuk om 'aties onder ogen te krijgen, die U n of nooit gezien hebt. Hoe ik aan De lustra ties kom? Er bestaan lezers en Ta leressen, die mij ruimschoots be vond met oude foto's waar zelfs het ge le le te-archief jaloers op zou zijn. Die amiri komen meestal te laat binnen om ïgebi 'erwerkt te kunnen worden, maar al g nijnheer. wiens naam ik niet noe- is mag, mag hier best wel openlijk beste jkt worden voor dertig Harte- in 1! 'oto's vol bouw, rouw en trouw. vrij* ak nog even aan en in op de Har- stie. g. Op 25 maart stond er in deze lenbi t een verhaal over een zestiende het s kazuifel, dat geborduurd zou zijn de middeleeuwse nonnetjes van 'looster Mariënpoel. Stel ik Uw ge- J Isrust erg prijs aan de koude wan- rna U vertel, dat er in dat afge- j I te verhaal geen woord historische 0 h( le'd werd verteld? Een hypothese bren ^'nt ^avo u't ^et Jaar 1898, Inschreven door een mijnheer Aal- r W,°rdf anno 1980 als werkelijkheid °pedi etenschappelijk bewezen juistheid 8 ondigd. Dat gaat mij nu net een 'Xf e te ver. Ik weet van borduerwerc- legwerckers. cussemaeckers en e die mensen verder geheten mogen TL Tjten helemaal niets, maar er is één Leiden, die daar alles van af- dr. J. D. Bangs. Telefonische na- Lrt kern leert, dat het kazuifel °P door de nonnekens van Marien- °P geborduurd is in het eerste kwart Een kazuifel uit de Petruskerk. van de 16e e.euw, maar dat het kazuifel via de familie van Swieten in het klooster terecht is gekomen voor litur gisch gebruik en dat het via onnaspeur lijke wegen via een familielid van Swieten bij de paters Franciscanen is terecht gekomen. Toen ik dat hoorde, kon ik ook verkla ren waarom op de Achterkant van de gouden vioolkist de apostelen Petrus en Paulus staan afgebeeld. Boudewijn van Swieten, groot begunstiger van het klooster Mariënpoel, had tevens een zwak voor de Pieterskerk. Hij fundeer de in de vijftiende eeuw het dagelijks zingen van de Zevengetijden en stichtte in de kooromgang van de Pieterskerk een eigen kapel. Uit kerkmuzikaal en kunstzinnig opzicht zou Boudewijn in de Sleutelstad een standbeeld verdie nen. In het Stedelijk Museum de La kenhal hangen een paar aan van Swie ten en het middeleeuwse klooster Ma riënpoel herinnerende schilderingen, in de Harteburg hangt een rond de laatste eeuwwisseling gerestaureerd gaffel kruisborduurwerk, dat een verdoken leven is gaan leiden in de Hartebrug- kasten. Binds mensenheugenis" is dat kazuifel niet gebruikt, lees ik. Klets koek. Toen mijn grootouders in 1946 vijftig jaar getrouwd waren, droeg pas toor Smitz het gouden kazuifel en wan neer ik ooit in de eeuwigheid de paters Booms en Louwe tegenkom, zal ik hen vragen of ze het nog kunnen herinne ren. Trouwens, als kind zag ik iedere Paaszondag dat dat kazuifel gedragen werd, de kruisigingsafbeelding ten spijt. Later zag ik in de Petruskerk heel andere kazuifels gedragen worden, met pastoor Beukers, die tegen mannelijk kant dragen gekant was, met blauw borduurwerk getooid op onder andere zestiende eeuwse kerkgewaden. Er wordt in Leiden wat verborgen waarde aan liturgisch gewaad bewaard. Er is ook wat waardevol bezit ver kwanseld. Zowel de orde van Petrus als die der Minderbroeders heeft daar schuld aan, om overigens de Kruishe ren, de Carmelieten en de Dominica nen er niet bij uit te schakelen, want ook die eerwaarde heren wisten wat vervreemden uit de dode hand was. In 1926 werd de achttiende eeuwse doop vont uit de in 1857 opgeheven Bakker- steegstatie door de paters Franciscanen ingeruild voor een modernistische gift en deken van Noort O.S.C. presteerde het om de kelk van pastoor Beukers te verkopen voor de aanschafgelden van een modernistische twingtigste eeuwse ciborieschaal in de Lodewijkskerk. 'Het schilderij, dat in de afgebrande Petrus kerk aan de Langebrug achter het al taar heeft gehangen en dat daarna in een pendant van de Lodewijkskerk ge hangen heeft, is in de restauratie der jaren vijftig gewoon met de muziek mee gegaan en historisch onvindbaar. Moet dat Neen, maar het gebeurt wel. Eerwaarde heren met kunstzin zijn veelal met een lantaarntje te zoeken. In de Leonarduskerk aan de Haagweg is een wandschildering weggetimmerd achter schrootjes en in de Petruskerk ging een tegeltableau van niemand minder dan Felix Timmermans zomaar opeens schuil achter een triplex-missie- bord. En wanneer je daar iets over schrijft dat uitgelegd kan worden als kritiek, hangt een ieder aan de telefoon om ie te kapittelen, want over Leidse kerken mag je niets nadeligs zeggen, want geloof is iets heiligs; dat geloof niets met iets uiterlijks in eredienst te maken heeft, schijnt men te willen ver geten. Ik ga maar op mijn eigen weg voort en citeer de woorden van wijlen mgr. Huibers bij een openluchtgebeu- ren in de ronding van de Leidse Burcht toen ik hem als minister ad mi tram de mijter verkeerd aanreikte en me dood schaamde: ..Ach joh, er zijn van die momenten, dat je moet doen alsof het zo hoort, want trek je maar geen mieter aan van kwezels, die zelfs een paus lie ver een kanten broek zouden willen aantrekken. Jan Doove

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1980 | | pagina 5