Compleet
dorp
verdwijnt j
van de j
land-
kaart
WATERSTAAT DOOFT DE LICHTJES IN HANSWEERT-OOST
HETWATER
GEEFT,
HETWATER
NEEMT...
Tapster Relni den Boer-Menheere, een
schippersdochter, heeft in het veilige
Hansweert-West een nieuw etablissement
betrokken. Ze kijkt in haar bar nog wel
eens met vochtige ogen naar het straat
naambord „Kanaalweg", ontroofd aan de
oude gevel. Het kanaal neemt en geeft.
Landrotten doen vergeefse pogingen om
te doorgronden, waarom deze reeds in
1866 gegraven verbinding tussen twee
machtige Scheldestromen aanleiding moet
geven tot zoveel verdriet en bekommernis.
Intussen is immers het nieuwe Schelde-
Rijnkanaal in 1975 geopend, dat, een kilo
meter of twaalf ten oosten van de be
staande doorsteek, Rotterdam en het
Duits-Zwitserse achterland verbindt met
de industriegebieden van Antwerpen en
omgeving. Dit heeft er toe geleid, dat tus
sen Hansweert en Wemeldinge vice versa
(afstand negen kilometer) nu slechts
55.000 schepen per jaar gesignaleerd wor
den, terwijl er vroeger meer dan 100.000
passeerden.
Maar Rijkswaterstaat heeft verordineerd,
dat ook dit historische kanaal niet alleen
moet blijven bestaan, doch ook toe is aan
een gigantische schaalvergroting. Hans-
weert-Oost moet aan de golven worden
prijsgegeven. Daar komen nieuwe sluizen
en een voorhaven als onderdeel van een
project, dat de geraamde koster* van een
half miljard gulden wel eens ver zou kun
nen overschrijden.
De nieuwe Schelde-Rijn-verbindlng, tot
stand gekomen na eindeloos geharrewar
tussen Nederland en België over tractaten
en kosten, wordt nu ook gebruikt door
grote duw-eenheden (treinen) die niet Ant
werpen als bestemming hebben, maar de
Sloehavens van Vlissingen en de industrie
gebieden in België aan het Kanaal van
Gent naar Terneuzen.
Aldus worden zij gedwongen tot een om
weg van circa 80 kilometer. Ze kunnen im
mers geen gebruik maken van de sleuf die
reeds in 1866 is gegraven, zonder tijdro
vend af- en weer aankoppelen. Daarom
moet de sluis- en havencapaciteit nabij
Hansweert aangepast worden, afgezien
van allerlei bijkomende werken zoals ka
naalverbreding en verhoging van de dijken
en het tot stand brengen van een open
verbinding met de Oosterschelde bij We
meldinge.
Pleisterplaats
Hansweert moet een offer brengen. Het is
ooit aan zichzelf ontstegen als een geïso
leerd nest zonder veel perspectief, dorpjes
van het soort dat de Belgen „Scheldewin-
deke" noemen, maar die door menige
storm geranseld worden. Dank zij die
drukke sluizen en de functie als grenspost,
werd Hansweert een soms zelfs wat frivole
pleisterplaats, met dertien cafés. Parlevin
kers roeiden hun drijvende winkeltjes naar
op hun schutbeurt wachtende vaartuigen.
Op de sluizen waren „tijmannen" druk in
de weer met trossen en kabels. De mid
denstand floreerde, omdat tientallen doua
nen met hun gezinnen, sluismeester en -
knechten, dienaren van Rijkswaterstaat,
scheepstimmerlieden, expediteurs enz. de
basis legden voor een omzet, waar de va
rensgasten nog een schepje bovenop de
den.
In die dagen spraken schippers onder el
kaar, met een twinkeling in het oog, over
een plezante stop in „Klein Antwerpen".
Hansweert-Oost werd nauwelijks in deze
overwegingen betrokken. Deze uitbreiding
was tot stand gekomen aan de overkant
van het kanaal en vormde nooit een een
heid met de dorpskern. Bij gebrek aan an
dere expansiemogelijkheden heeft men
deze planologische vergissing maar voor
lief genomen.
Oost bleef oost en west bleef west, ver
bonden door smalle voetgangersbrugget
jes op de sluisdeuren, slechts begaanbaar
als die deuren gesloten zijn. Automobilis
ten moeten een kilometer of vijf omrijden.
„Het Anker" was In deze oostelijke sector
het enige»gemeenschapscentrum. Het pik
te een graantje mee van de drukte in de
sluizen en presenteerde ooit, als annex,
een echte nachtclub-met-floorshow. Dat Is
niets geworden. Hansweert-Oost bleef een
degelijke, geïsoleerde woonwijk met zo'n
230 huizen, zonder school, kerk, winkel,
dorpshuis of kapper.
Het belendende gehucht Schorebrug, dat
ook moet verdwijnen, bood al evenmin
veel vertier. Maar aldus bleef de oostzijde
verschoond van de trieste neergang, die
het centrum „Klein Antwerpen", terug
bracht tot de werkelijkheid. De' schelp-
Villa's van bijna Wassenaarse snit in Hansweert, bewoond door sluismees-
ters van Rijkswaterstaat. Ook deze riante woningen zullen spoedig worden
ges'oopt.
Een van de sluizen in Hansweert, te oud, te klein en dus gedoemd te verdwijnen.
De heer J. Griep, voorzitter van het
comité dat opkomt voor de belangen
van de bewoners: „Alles stond ai
vast".
vaart kreeg een ander gezicht. Geen pas
toor haalde het nog in zijn hoofd om zijn
huisraad per schip naar de nieuwe paro
chie te laten brengen. Vrachtauto's be
roofden de schepen van hun ladingen sla
olie, kaas en andere levensmiddelen.
Beurtschippers verlieten hun roef en klom
men achter het stuur.
De bewoners van Hansweert zagen steeds
grotere schepen en telkens aangepaste
sluizen. Lompe duwvaartbakken maakten
een einde aan de sleepvaartromantiek. Er
was voor de parlevinkers geen droog
brood meer te verdienen, toen de kolossa
le vaartuigen ruimte kregen voor koel- en
vrieskasten en bij drijvende supermarkten
massaal inkopen werden gedaan.
Ver van zijn uitbottende Japanse kers kijkt
de heer J. Griep terug op een bont verle
den. Hij heeft in Kruiningen een grotere
woning betrokken. Zijn leeftijd (67), werk
zaamheden- als scheepsagent en 28 jaar
lidmaatschap van de raad, geven het recht
van spreken. Dat heeft hij trouwens ook
als voorzitter van het „Comité Belangen
behartiging Bewoners Hansweert-Oost".
„Ik mag over de materiële afwikkeling niet
klagen", aldus de uit zijn woonplaats ver
bannen zegsman, „maar het is niet weg te
cijferen, dat ik 40 jaar in dat nu leegstaan-,
de huis heb gewoond. Ik heb het na mijn
huwelijk betrokken. Het is gebouwd voor
rond 4100 gulden. Er gaat toch iets door
je heen, als de sloper er aan te pas komt".
Vanuit zijn kantoortje op het sluiscomplex
heeft de heer Griep Hansweert zien be
zwijken onder de schaalvergroting te wa
ter. „De schepen werden zo kostbaar, dat
dag en nacht geschut moest worden.
Geen kapitein of matroos kreeg nog de
kans om te gaan passagieren. Tijd werd
geld en er mocht geen minuut verloren
gaan".
Hansweert-West, het dorpscentrum, is
weer een tamelijk doodse nederzetting ge
worden, hoe dapper harmoniegezelschap
„Scheldegalm" zich ook weert. Het is
overrompeld door de nieuwe tijd.
„Daar kwam nog bij", aldus de heer Griep,
„dat de douaneformaliteiten Nedérland-
België v.v. tot een minimum zijn terugge
bracht, met als gevolg nog minder opon
thoud en het wegtrekken van de ambtena
ren. Het nieuwe Rijn-Scheldekanaal heeft
verder geleid tot halvering van de vaart
tussen Hansweert en Wemeldinge".
Zon voorgoed onder...
Maar hoeveel narigheid er op de westelijke
oever te melden valt, in het oosten gaat de
zon voorgoed onder. „De ravage is niet
om aan te zien", moet de voorzitter van
het comité toegeven. Een aantal ontruim
de woningen is leeggeroofd, die dingen
komen nu eenmaal voor. Veel mensen zijn
al op eigen houtje weggetrokken na 1970,
toen al duidelijk werd dat het mis zou
gaan. Andere inwoners namen de onze
kerheid voor lief.
Ze moesten nog acht jaar wachten vóór
minister Tuynman de knoop doorhakte en
Rijkswaterstaat uit vele tracés de voorkeur
gaf aan A-1, met als consequentie het ver
dwijnen van Hansweert-Oost. De zaak is
zo lang slepende gehouden, dat veel men
sen er de zenuwen van kregen; ze werden
langzamerhand murw gemaakt.
Gezinnen, die in na de watersnoodramp
gebouwde woningwethulzen op hun ver
huizing naar Hansweert-West en Kruinin
gen wachten, betalen nu een huur van 151
tot 160 gulden per maand. Straks mis
schien het driedubbele. Een aflopende
huurgewenningssubsidie zal hen via 90,
80, 70, 60 procents bijdragen in vier jaar
begeleiden naar de nieuwe situatie.
Bovendien is de verhuispremie voor alle
bewoners opgeschroefd tot 8000 gulden,
nadat staatssecretaris Brokx zich van de
situatie op de hoogte had gesteld. Vijfig
van de tachtig gezinnen die in eigen huizen
wonen zijn het al eens geworden over het
taxatiebedrag. Ten raadhuize kan burge
meester H. Boer van Reimerswaal tot
welke gemeente Hansweert behoort
met recht verklaren, dat de materiële en
sociale begeleiding van het gemeentebe
stuur weinig reden tot klagen geeft.
Ontwrichting
Da ingreep leidt er toe, dat het dorp 400
inwoners naar elders zal zien vertrekken,
dat is maar liefst 20 procent van de bevol
king. Er is dus in allerlei opzichten sprake
van een ernstige sociale ontwrichting, ten
nadele van kerk, school, middenstand enz.
/In een desolate sfeer van verval en ontluis
tering wacht „oost" op 1982. Dan moet
aan Rijkswaterstaat een kale vlakte wor
den opgeleverd. Drie jaar later wordt het
water verwacht.
Intussen hebben minder door het Zeeu<
arbeidsethos bezielde jongelui aanleidii
gegeven tot menige irritatie, door ongê
vraagd in leegstaande panden te trekken)
In „de Put" een triest pleintje met risseii,
huisjes voor onderhorigen van de over
heid, hebben de laatsten zich verschanst
Op één van de deuren is een met de ham
geschreven boodschap gehecht. „Niet sto
ren voor 's middags twee uur". Zang en
snarenspel van deze „krakers" hebber
destijds de bejaarden in „Maria Oord" ui
hun slaap gehouden. Nu is de toestam
wat gestabiliseerd. De 53 ouden van da
gen wachten in hun villa-met-aanbouw,
omringd door welige moestuinen, slinger
paadjes, boomgaarden en weilanden, op
de nieuwbouw van een tehuis in „West"
Dat kan nog geruime tijd duren. De sluis-
meesters bewonen nog statige herenhui
zen, van bijna Wassenaarse snit, met zeer
hoge bomen in dé tuin.
Aan dat alles komt een einde, zonder dal
veel misbaar is gemaakt. De heer Griep'-
schrijft dit toe aan de kalme en gezagsge
trouwe aard van deze Zeeuwen. „Ze klim
men hier niet zo gauw op de barricaden
De inspraakprocedure met hoorzittingen'
en dergelijke heeft weinig opgeleverd, af-:
gezien dan van de alleszins redelijke scha-'
deloosstelling, waar weinig klachten overp
gehoord worden.
Wie is er ooit in geslaagd om een machti
ge instantie als Rijskwaterstaat van een
plan af te brengen? Alles stond al vast. De'
heer Griep ontkent niet, dat de sluizen oud i
en slecht zijn. Er moest iets gebeuren.
Maar hij zet grote vraagtekens bij het ge-;
kozen tracé en de gigantische omvang van;
deze operatie, terwille van misschien vijf
duwtreinen per etmaal, die nu de omweg,,
via het Rijn-Sghelde-kanaal maken. j
Maar de laatste en toch al zo zwakke pro
testen verwaaien in het Scheldewindeke,
dat al zoveel weeklachten heeft gesust:
droefenis over stormen, de inundatie van
1939, de watersnoodramp die Hansweert
blank zette en 68 doden eiste in de polder
van Kruiningen. Nadien is pas „oost" uit
gegroeid tot een omvangrijke woonwijk,
die de wereld aan zich voorbij zag trekken:
de internationale scheepvaart op het ka
naal.
Hansweert-Oost bleef een stille in zichzelf
besloten gemeenschap. Met één kruide
nierswinkel al in 1967 wegens gebrek aan
baten gesloten, café Het Anker en hel
tuinderijtje van J. Mol, die ook een goed
heenkomen moet zoeken, maar zich tei
oud voelt om opnieuw te beginnen. Op de(
plaats waar zij haar nieuwe anker heeft!
uitgeworpen kijkt de schippersdochter
vanachter haar tapkast in Hansweert-West
naar de sluisdijk. Soms daalt een varens
gast de trap af, om er snel één achterover
te slaan. Er zijn nu al weer vier cafés in het
„Klein Antwerpen" van weleer. Alles is
nog niet verloren.
LEO J. LEEUWIS
HANSWEERT
Lag Hansweert
binnen de in
vloedssfeer van
onze hoofdstad,
demonstraties,
zwarte vlaggen,
spreekkoren, bar
ricaden wellicht,
zouden het mach
tige Rijkswater
staat een toontje
lager doen zingen.
Maar het dorp is
diep in de provin
cie ontworsteld
aan de Zeeuwse
klei en heeft met
Amsterdam
slechts de normen
voor het N.A.P.
gemeen. Op een
landstrook tussen
de Ooster- en
Westerschelde
berust het in de
onafwendbare te
loorgang. Hans
weert-Oost, Zuid-
Beveland. De aan
wakkerende
storm voegt er
„nog een windrich
ting aan toe: de
noordwester. In
tuintjes die be
zaaid liggen met
glasscherven la
ten de krokusjes
het kopje hangen.
Kerngezonde,
struise „Zeeuwse
meisjes", die hun
beeltenis leenden
aan kartonnen
stroopbekers en
wikkels voor kar-
nemelkzeep en
margarine, slikken
er nu valium.
Waar eens <fe zin voor properheid geen
vuiltje gedoogde, slaat de verloedering
toe. Wat is er aan de hand in Hansweert-
Oost? Welk lot wacht de 53, het verleden
bespiegelende, bejaarden in „Maria-
Oord" en de boys van de Bevelanden die
hier hun eigen voetbalveld bespelen?
De heer J. Griep, scheepsagent, moest nu
voor zijn raam zitten en ook zijn vrouw
naar het venster roepen, om de bloesem
pracht van een Japanse kers in de tuin te
bewonderen. De kers bloeit dat het een
lust is, maar het vrijstaande huis is on
truimd en kijkt met dode vensters naar de
lente.
Binnen afzienbare tijd moet een compleet
dorp van de landkaart verdwijnen. Waar
tetjen de 700 mensen woonden zullen de
bassins van sluizen en een voorhaven in
19155 de eerste schepen torsen. Het Ka
naal door Zuid-Beveland, dat Hansweert
tot aanzien riep, is er nu de oorzaak van,
dat een vredige woonwijk moet verdwij
nen.
Deze pijnlijke operatie is in volle gang. Er
komen herinneringen aan de oorlogsjaren:
een dorp in de frontlinie, ernstig gehavend
reeds, dat geëvacueerd wordt. Maar om
dat deze ontruiming zich voortsleept over
een periode van jaren, behoudt Hans-
weert-C»ost het aanzien van een plaats des
onheils. Tussen puinhopen, de modderige
vlakten waarop eens huizen van geburen
stonden, dichtgetimmerde ramen en on
truimde panden, waarin alle ramen zijn
stukgegooid en de gordijnen naar buiten
wapperen, wachten de laatste bewoners
op hun vertrek.
Met de grond gelijk...
De mogelüjkheid om in café Het Anker
troost te ontlenen aan een hartversterking,
is hun al ontnomen. Bulldozers hebben dit
toevluchtsoord, waarin de biljartvereniging
zo menige tegenstander In de afgrond
stootte, met de grond gelijk gemaakt.