Jonge doelverdedigers brengen geen geduld op „Je moet behouden rijden in het Europees kampioenschap" W PIKEUR MANUS BOUWHUIS: )RT LEIDSE COURANT ZATERDAG 5 APRIL 1980 PAGINA 11 MET SCHRIJVERS: IIS Foto link* ,,B< MSTERDAM Er worden nog wel 1 eens grappen gemaakt over het lichaams- I gewicht van Piet Schrijvers. Niet zo ver- wonderlijk, want de doelman van Ajax en van het Nederlands elftal weegt in derdaad een paar onsjes te veel. En dat is dan nog voorzichtig gesteld, want elke weegschaal heeft het zwaar te verduren als Schrijvers er met zijn dikke lijf op stapt. Wakker ligt Schrijvers inmiddels niet meer van die meestal flauwe grap- ^jjpcn. Dat is wel eens anders geweest, /j geeft hij volmondig toe. „Ik werd wel eens doodziek van. Bij elke fout die ik maakte werd mijn lichaamsgewicht er weer bijgehaald. Ik heb daar inmiddels geen last meer van. Iedereen schrijft en zegt maar raak. Zo lang ze niet van mij eten vind ik het, eerlijk gezegd, allemaal pest". „De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat er ook niet zo veel aanleiding meer is om het ge wicht van Schrijvers er bij te halen. Want hoewel ook hij uiteraard lang niet altijd foutloos werkt, moet toch toegegeven wor den dat Piet Schrijvers nog steeds een con stante factor is bij Ajax en het Nederlands elftal. „Dat geloof ik ook", meent hijzelf. „Ik ben erg constant. Ik vind dat ik ook dit sei zoen weer sterk draai". Het bestuur van Ajax heeft dat ook inge zien, want nog niet zo lang geleden werd Schrijvers ook voor de komende drie jaar vastgelegd. „Een blijk van erkenning", geeft Schrijvers toe. „Temeer omdat in mijn con tract opgenomen is dat ik in het geval van een blessure, die voor mijn loopbaan fataal zou kunnen zijn, onmiddellijk toegevoegd wordt aan de technische staf. Waarbij het de bedoeling is dat ik me met de training van doelmannen bezig ga houden. Een nog braakliggend terrein, want er zijn niet zo veel oefenmeesters die daar verstand van hebben". Piet Schrijvers wil daar in de nabije toe komst wat aan gaan doen. Nu al coacht en traint hij regelmatig Storm en De Jager, de twee jeugdige doelverdedigers die bij Ajax onder contract staan. „Keeperstraining kan eigenlijk alleen maar goed gegeven worden door iemand die zelf in het doel gestaan heeft", oordeelt Schrij vers. „Ik vind het buitengewoon fascine rend om jonge doelmannen te begeleiden. Als het aan mij ligt maak ik daar ook een dagtaak van. Ik heb mijn c-diploma en ga ongetwijfeld in het trainersvak verder, waarbij het vooralsnog mijn bedoeling is om me alleen met doelmannen bezig te houden. Piet Schrijvers behort tot de laatsten van een generatie die Nederland veel goede doelmannen heeft opgeleverd. Na hen gaapt een kloof. Schrijvers: „Er is inderdaad een gat. Je ziet dat ook bij Ajax. Het grote pro bleem is dat je bijna nergens jongeren vindt die bereid zijn geduld op te brengen. Op de bank zitten is natuurlijk geen pretje, maar je moet het er eigenlijk voor over hebben om in Nederland de top te bereiken. Helaas wordt de groep die daartoe bereid is steeds kleiner. Dat is in mijn ogen de reden dat er zo weinig goede jeugdkeepers zijn. Dat komt ook door de gebrekkige begeleiding, want elke clubtrainer moet meer aandacht beste den aan zijn spelers dan aan zijn doelman. Domweg omdat er nu eenmaal meer voet ballers in een team zijn." „De hele ontwikkeling houdt me bezig. En dan vooral in Nederland. Ik behoor tot de groep die de toekomst niet al te rooskleurig inziet. Het voetbal in ons land loopt terug. Het is niet toevallij» dat alleen Ajax nog maar meedoet aan éen van de Europese be kertoernooien, hoewel ik moet toegeven dat sommige Nederlandse clubs nogal schlemie lig uitgschakeld zijn". Belangrijke rol Verrassend genoeg meent Piet Schrijvers dat niet de clubprestatie maar de ver richtingen van het Nederlands elftal een belangrijke rol gaan spelen in de toe komst. „Oranje moet voor de nieuwe im pulsen zorgen. Net zoals dat in Duitsland en in Argentinië gebeurde. Alleen goede prestaties van het Nederlands elftal hou den ons voetbal op de been. Daarom ook wordt Italië zo belangrijk. Wij kunnen het ons niet permitteren om daar af te gaan, want dat werkt gegarandeerd in de normale competitie door als dat wel zou gebeuren". ROB HARTOG towius Bouw huis:^ wil niet graag zo'n 'kamptoe rv- «chap missen. HILVERSUM Beroepspikeurs uit twaalf landen beginnen dinsdag 8 april aan hun Europees kampioenschap. De sulky-arties ten komen uit Oostenrijk, België, Denemar ken, Finland, Frankrijk, West-Duitsland, Nederland, Hongarije, Italië, Noorwegen en Zwitserland. In totaal komen de pikeurs in 33 koersen aan de start. De eerste avond is op Hilversum en de laatste op woensdag 16 april in Oslo. Voor Nederland doet Manus Bouwhuis uit Hilversum mee. Op de ope ningsavond wordt de Nederlandse kam pioen gehuldigd voor zijn duizendste over winning die hij onlangs in zijn rijderscar rière behaalde. Manus Bouwhuis proefde vorig jaar voor het eerst de spanning en de sfeer van het Europese kampioenschap. „Ik wil zo'n kampioenschap niet graag meer missen. Het is een belevenis om steeds met paarden te rijden die totaal vreemd voor je zijn. Vlak voor de start krijg je het paard pas in handen en neem van mij maar aan: er zijn in de drafsport geen twee paarden gelijk. Van de trainer van het paard krijg je wel opdrachten mee hoe je in de koers met het paard moeten rijden, maar meestal kan je de man niet verstaan en ga je toch je eigen weg en probeer je het dier zo goed mogelijk aan te voe len. Ik zal nu echter wel anders gaan rijden dan vorig jaar. Toen probeerde ik zo snel moge lijk aan kop te komen. Op het eind van de koers was dan de lamp bij het paard uit. Je moet behouden rijden en gewoon punten verza melen. Natuurlijk komt er ook wel een beetje geluk om de hoek kiiken, maar het is toch echt niet zo dat je in elk van de 33 koersen een slecht paard loot". In tegenstelling tot andere jaren hebben de rij ders een dit keer een rustdag. In totaal zitten er veertien uur vliegen in de trip. Buiten de prij zengelden in de koersen kost het Europees kampioenschap voor de Europese draforganisa tie, de U.E.T., ruim twee ton. Tegenover dit be drag staat een enorme reclame. De tijd dat de pikeurs het kampioenschap als een „uitje" be schouwden is al enige tijd voorbij. De uit Oos tenrijk afkomstige Adolf Ubleis leidde een nieuw tijdperk in door in één jaar Europees en wereldkampioen te worden. Dat was in 1974. Daarna was het op 1977 na Duitsland dat de klok sloeg. In 1975 Horst Bandemer, in 1976 Rolf Dautzenberg, in 1977 de Nederlander Jan Wagenaar en de laatste twee jaren Heinz We- wering. Favoriet De tweevoudige Europese kampioen Heinz Wewering gaat in dit twaalfde kampioen schap als favoriet van start Hij is groot fa voriet, omdat het Noorse natuurtalent Ulf Thorensen het laat afweten. Thorensen, die in Noorwegen een grote stal paarden onder zijn hoede heeft kan zich dit keer niet vrij maken voor het gebeuren. Tot de veelbelo vende jonge garde behoren de Fin Pekka Korpi en de Deen Preben Kjaersgaard. De Zweed Jim Frick en de boomlange Belg Paul Martens zijn de grote routiniers in het gezelschap. Outsiders zijn er in de vorm van de Fransman Michel Roussel, Antonio Qua- dri (Italië), Konrad Spaderna (Oostenrijk) en de Hongaarse „professor" Laszlo Ferge. De ploeg bestaat verder uit Claude Devaud. Deze Zwitser valt behoorlijk uit de toon in dit rijdersveld. Hij is kampioen in Zwitserland ge worden met slechts negen overwinningen. In zijn loopbaan kwam de Zwitser, die internatio naal geen enkele ervaring heeft, slechts tot vijentwintig eerste prijzen. Met zijn bescheiden routine mag de man in Nederland bijvoorbeeld niet eens in de supertrio draverijen van start. En zijn aantal overwinningen in een seizoen staat wel behoorlijk in de schaduw van de an deren. 1979 behaalde Heinze Wewering (West- Duitsland) maar liefst 507 en de Nederlandse kampioen Manus Bouwhuis 149 eerste plaatsen. Het is voor het eerst dat er een rijder uit Zwit serland mee doet. De drafsport staat in Zwitser land nog duidelijk in zijn kinderschoenen. ARTHUR VAN RIJSWIJK De twaalf rijders en de acht plaatsen Konrad Spaderna (Oostenrijk), Paul Martens (België), Preben Kjaersgaard (Denemarken), Pekka Korpl (Finland), Michel Roussel (Frank rijk), Heinz Wewering (West-Duitsland), Manus Bouwhuis (Nederland), Laszlo Ferge (Hongarije), Antonio Quadri (Italië), Hans Petter Tholfsen (Noorwegen), Jim Frick (Zweden), Claude De vaud (Zwitserland). Wedstrijdschema: Dinsdag 8 april Hilversum (Ned), woensdag 9 april Dinslaken (Wdl), don derdag 10 april Bologna (Ita), zaterdag 12 april Wenen (Oos), zondag 13 april Billund (Den), maandag 14 april Abo (Fin), dinsdag 15 april Es- kilstuna (Zwe), 16 april finale in Oslo (Noo). Amerika stort zich op zaal voetbal (van onze correspondent) WASHINGTON Ter wijl soccer, voetbal dus, ondanks het aan trekken van kostbare sterren maar zeer gelei delijk aan populariteit wint, lijken de Verenig de Staten een andere sport bijna op staande voet aan het hart te hebben gedrukt: zaal voetbal, Indoor Soccer dus. Uitverkochte zalen en meestal zeer enthou siast meelevend pu bliek en een spectacu lair groeiende belang stelling van het be drijfsleven en de televi siestations kenmerken nu al het prille tweeja rig bestaan. Er zijn twee competities, een van de nieuwe Major Indoor Soccer League (MISL) en een van de North American Soccer League (NASL) welke laatste bond ook het buitengebeuren onder zijn hoede heeft. In bei de leagues spelen op dit moment tien clubs, maar uitbreiding is vol gend seizoen zeker. Te kenend voor de groeiende populariteit is bijv. het feit, dat een club zich twee jaar ge leden voor ruim 50.000 'gulden bij de MISL kon aansluiten. Thans moet hiervoor zeker twee miljoen op tafel gelegd worden. Het Amerikaanse In- door Soccer wijkt op di verse onderdelen af van het Europese zaal voetbal. Er wordt ge speeld op een met Astro-turf bedekte ijs- hockeyvloer, compleet van boardings waar door alleen een hoge bal „uit" kan gaan. De doelen, 1.98 m.hoog en 3.66 m.breed, zijn aan de korte zijde„uitges- paard" in de boardings zodat niet achter het doel om gespeeld kan worden. Er wordt 4 keer 15 minuten ge speeld met regelmatige time outs. Van de 16 spelers per team staan er steeds 6 in het veld. Voor het strafbankje gelden enigszins aange paste ijshockeyregels. Attracties Volgens MISL-official Earl Foreman worden de voornaamste attrac ties gevormd door de hoge scores, de voortdu rende actie, de vele on derbrekingen die gele genheid geven tot het omroepen van reclame boodschappen en het groot aantal jonge ta lentvolle Amerikaanse spelers, die in het van buitenlanders weme lende veldvoetbal niet of nauwelijks aan bod komen. "3ij de MISL moeten 12 van de 16 spelers de Amerikaanse nationali teit hebben, bij de NASL 5, volgens Fore man de reden, dat de MISL tot nu toe beter draait. Foreman: „Het komt er in feite op neer, dat we aan de aantrekkelijkheden van het voetbal nog wat Amerikaanse kleur hebben toege voegd". De St. Louis Stars bijv., die twee jaar geleden ontmoedigd het veld ruimden, maken nu binnenshuis furore on der de naam St. Louis Steamers. Gemiddeld bijna 15.000 mensen be volken het ijshockeys- tadion van St. Louis om de Steamers aan het werk te zien. De Memp his Rogues gingen de zelfde weg. Vorig jaar stapten ze na een mi stroostig seizoen uit de „buitentak" van de NASL. Binnenshuis trekken de Rogues nu doorgaans 10.000 man. Volgend seizoen gaat de MISL met 14 teams opereren, de NASL wil proberen alle 24 buiten teams in de winter „on der dak" te krijgen. De groei lijkt onstuitbaar, ook al omdat de Ameri kaanse televisie de nieuwe sport heeft ont dekt Uitzendingen in de zaalvoctbalstcden zijn in korte tijd enorm populair geworden. Fo reman: „Het lijkt erop, dat de Amerikanen ein delijk weer eens een nieuwe sport hebben gevonden, waar ze echt van kunnen houden. DICK TOET

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1980 | | pagina 11