Gevoel van onbestemde rampspoed
drukt stempel op leven in Belfast
Holland heeft
geen tanden
maar bi jt wel9
Kernenergie blijft
heet hangijzer in
Zweedse politiek
IUITENLAND
LEIDSH COURANT
DONDERDAG 27 MAART 1980 PAGINA 15
ÏK
'at er gaande is in de
tieke ghetto's van
<t, ia niet goed
de gezondheid en
it dé mens reet
depressief. Het gewo
ne, dagelijkse leven
wordt er bepaald door
bomexplosies en een
sombere bevrijdings
oorlog tegen wat als
een Brits bezettingsle
ger wordt beschouwd.
Haar een groot deel
van het geweld is on
zichtbaar. Zelfs in een
harnas ren onwetend
heid voelt de vreemde
ling in Belfast zich niet
op zijn gemak. Het Eu
ropa-hotel, midden in
de stad, heeft 35 bom
aanslagen overleefd.
Het is een luxe con
centratiekamp, om
ringd door een impo
sant hekwerk. Je wordt
er niet binnengelaten
voordat je zorgvuldig
bent gefouilleerd en
een electrische pook in
je koffers naar explo
sieven heeft gesnoven.
Belfast heeft overigens
verschillende soorten
concentratiekampen:
de luxe-categorie van
het Europehotei, de re
latief veilige winkelge
bieden van de binnen
stad en de droevige,
arme, uitgebrande en
uitgebombardeerde
wijken, waaromheen
Britse troepen een ring
van staal hebben ge
legd. Vanuit torten,
laaghangende helicop
ters en tanks proberen
militairen de bewe
gingen van het on
zichtbare guerritlaleger
in kaart te brengen.
Bert van Velzen keek
in Noord-teriand rond.
Vorige week verhaalde
hij over de IHA, die de
strijd nog lang niet
moe is. Vandaag, in het
tweede en laatste deel
van zijn relaas, be
schrijft hij de sloppen
wijken van Belfast.
BELFAST Geen mens voelt zich
in Belfast op zijn gemak. Een ge
voel van langzaam opkruipende
onrust begint al in de trein van
Dublin naar de Noordiefse hoofd
stad. Je voelt je in die trein als in
een vliegtuig. Niet omdat die trein
zo hard gaat, maar omdat er iets
mee kan gebeuren. Was er kort ge
leden niet een bomkoerier in die
trein met zijn helse bagage in de
lucht gevlogen? En had hij niet een
militaire begrafenis van de IRA
gekregen? Mannen met zwarte ba
retten en zonnebrillen hadden
somber voor de kist gelopen en er
waren revolvers afgevuurd toen de
kist neerdaalde in het graf.
Dat gevoel van onbestemde, onzichtbare
rampspoed is er altijd. Iedere dag explode
ren in Ulster een of meer bommen. Vanaf
de intocht van de Britse troepen in de zo
mer van 1969 (die aanvankelijk als bescher
mengelen door de bedreigde katholieken
van Belfast en Derry werden begroet) heb
ben 2.000 mensen het leven gelaten. Maar
er is meer dan een statistiek van doden en
kreupelen, zelfmoorden en pillenslikkers in
depressieve staat. Je krijgt het gevoel aan
geland te zijn in een Kafka-wereld vol
dreigingen. Je merkt het als je in een taxi
van een republikeinse volkscoöperatie naar
het hoofdkwartier van de Sinn Fein rijdt,
de politieke vleugel van de IRA. De deur
die toegang verschaft tot het hoofdkwartier
is beschermd door een bomwering, een kooi
van gevlochten staal. De vensters van alle
bouwsels in de straat zijn dichtgemetseld of
voorzien van anti-bomrasters. Grote klon
ten beton van ongeveer een meter hoogte
maken het onmogelijk dat auto's met bom-
ladingen te dicht bij de gevel worden ge
parkeerd. Sommige straten in de buurt
doen denken aan Londen in de Tweede
Wereldoorlog. Waar het protestante ghetto,
dat er enigszins welvarender uitziet, de ka
tholieke buurt raakt ligt de zogenaamde
Moordmijl, een route die in het duister van
de avond zo gevaarlijk kan zijn als een mij
nenveld.
Rondmodderen
In die sloppenwijken voelt de vreemdeling
zich alsof hij rondmoddert op een vreemd
slagveld. In het katholieke ghetto wordt
door Britse troepen gepatrouilleerd. Men
wordt door vernuftige camera's bespied en
gefotografeerd. De burgerlijke politie blijft
er weg, want de aanwezigheid van mannen
in het uniform van de Royal Ulster Consta
bulary zou onmiddellijk een rel veroorza
ken. Wet en orde worden er door de IRA
zelf met barbaarse discipline gehand
haafd. Wetsovertreders worden, afhanke
lijk van de ernst van het delict, gestraft
met verbrijzeling van de voeten onder een
blok beton, de verplettering van de knie
schijven, een kogel door de bilspieren of
een kogel door het hoofd. Kort geleden
werd er een kroeg beschoten omdat, na
herhaalde waarschuwingen, bier werd ge
tapt aan cliënten die te jong waren voor
sterke drank.
Hoe het katholieke ghetto leeft en hoe
sterk het verweven is met de ambities van
de IRA, is een vraag die zelfs de socioloog
Frank Burton, die bijna negen maanden te
midden van de katholieken van Belfast
heeft gewoond, ternauwernood kan beant
woorden. Hij had, na al die tijd, het gevoel
nauwelijks iets aan de weet te zijn geko
men. De IRA is immers een onzichtbaar le
ger en de feiten zijn moeilijk op hun waar
heid te controleren.
Kolossaal monument
Voor het onrecht en de discriminatie die in
de zomer van 1969 aanleiding gaven tot de
demonstraties, waarna Bernadette Devlin
tot een soort van Jeanne d'Arc van de ver
drukte Noordierse katholieken werd verhe
ven, is een kolossaal monument opgericht.
Je ziet het in al zijn afzichtelijkheid staan
in de vorm van een groep flatgebouwen,
die nog geen tien jaar oud zijn maar van
pure schaamte in de aardbodem zouden
moeten verdwijnen. Het zogenaamde Divis-
complex is zo slecht gebouwd, dat het van
ellende bijna in elkaar stort. Omdat het
lood van de daken is gesloopt zijn er enor
me lekkages en groeien in de meeste flats
zwammen op muren en plafonds. Binnen in
de gebouwen is het aardedonker en de be
zoekers kunnen hun nek breken door niet
meer bestaande traptreden. In het complex
zijn 740 bewoonbare flats met 1 of 2 slaap
kamers, waarin 5.860 mensen wonen, een
gemiddelde van 7.9 personen per flat. Het
Diviscomplex is een ware hel. Er is waar
schijnlijk nergens ter wereld een monu
ment van hartelozer woningbouw te vin
den. En in de afvalbergen in de gebouwen
De sloppenwijken van Belfast bieden een weinig verheffende aanblik. Kale ter
reinen, vervallen bouwwerken en rollen prikkeldraad versterken het bij bezoe
kers van de stad opkomende onbestemde gevoel van rampspoed.
smeulen vuurtjes. Er blaffen grote aantal
len honden in de donkere gangen. Voor
elke inwoner wonen er minstens drie rat
ten, waarvan het totale aantal in het com
plex op rond de 17.000 wordt geschat. De
kinderen, zo heb ik me laten vertellen,
hebben in een complex een spel uitgevon
den. Vanaf de balkons gooien ze stukjes
brood naar beneden om de ratten te lok
ken, die zij vervolgens met bakstenen en
flessen bekogelen. In zo'n vertikaal ghetto
is het bestaan nog gruwelijker dan in de el
ders in de stad voorkomende kleine huisjes
met de WC's buitenshuis, waarin generaties
arme Noordieren hebben gewoond.
Britse forten
Het leven in Ardoyne, een katholieke wijk
in het noorden van Belfast, heeft een meer
„Orwelliaans" karakter. Het is een wijk
van 32 straten die door niet minder dan
vier Britse forten volledig kan worden af
gegrendeld. Vanuit deze forten en vanuit
laagvliegende helicopters kan iedereen die
zich op straat vertoont worden gefotogra
feerd. In een clubhuis van revolutionair ge
zinde bewoners worden verhalen verteld
over afzichtelijke wreedheden bedreven
door Britse soldaten; over helden die in de
H-blokken van de gevangenis van Long
Kesh bloot in de open riolen zitten. Onder
deel van een actie om de status van krijgs
gevangenen te verkrijgen; over het feit dat
recht en vrijheid zijn verdwenen. Een jon
ge man vertelt dat het meisje waar hij van
hield betrokken was bij het plaatsen van
een bom in het Europahotel. Zij is nu dood,
bij een bomaanslag om het leven gekomen.
Nu heeft hii een ander meisje, dat helemaal
uit Zwitserland is gekomen voor lessen in
liefde én het maken van bommen.
De verhalen hebben altijd heroïsche trek
ken. De man die slechts door 5 militairen
na een kolossaal gevecht in bedwang kon
worden gehouden; de man die de wijk nam
in vrouwenkleren; zelfs over kinderen die
rubberkogels verzamelen door militairen
met stenen te bekogelen. Het is zelfs zo dat
die verhalen een kleurloze wereld van ar
moede opluisteren. Een gids uit het hoofd
kwartier van de Sinn Fein vertelt, dat de
werkloosheid in de katholieke wijken kan
oplopen tot 40 60 procent. Het is denkbaar
dat hij in revolutionaire ijver overdrijft
Aan zijn haat voor „de Brits" valt echter
niet te twijfelen. Die haat wordt wekelijks
aangewakkerd in „An Phoblacht", het
weekblad van de IRA. Als je er in knijpt,
komt er bloed uit
Symbolische waarheid
Voor Kevin Martin, de Sinn Fein-gids, Kie-
ran Nugent, de man die het protest om het
verkrijgen van politieke status in de gevan
genis van Long Kesh begon; voor Ruairi
O'Bradaigh, de president van de Sinn Fein
in Dublin; voor revolutionaire priesters als
Danis Faul en Raymond Murray en Des-
mond Wilson is de symbolische waarheid
belangrijker dan wat je in „The Times"
leest. Dit maakt het zo moeilijk te doorzien,
wat er in en rond de sombere revolutie in
Noord Ierland eigenlijk allemaal gebeurt.
Houdt de politie zich nog steeds bezig met
het uittrekken van nagels van verdachten
en met een assortiment van twee dozijn an
dere wreedheden? Wat gebeurt er precies
in Long Kesh? Volgens de mannen van
Sinn Fein en IRA zijn de wreedheden die
door soldaten en politie en bewakers in de
gevangenissen worden gepleegd van een
weerzinwekkendheid die pure Nazi's doet
blozen.
Sinn Fein-president Ruairi O'Bradaigh is er
zeer tevreden over, dat uit een buitgemaakt
geheim legerdocument is gebleken dat het
Britse leger de oorlog tegen de IRA niet
denkt te kunnen winnen. De mogelijkheid
bestaat, dat, in ruil voor een Brits aanbod
om zich geleidelijk uit Noord-Ierland terug
te trekken, IRA-guerilla's hun wapens zul
len neerleggen. Dit betekent echter nog
lang geen vrede. Sommige mensen denken
dat er dan eerst een bloedige burgeroorlog
moet worden uitgevochten. Anderen voor
zien een uitputtende slag, die tot in de vol
gende eeuw kan voortduren.
BERT VAN VELZEN
—NAARSURINAME TERUGGEKEERDE CHASRAALTE:
fn f976 verruilde de 32-jarig& Chas Baatte zijn kamer, drie hoog achter,
in Amsterdam voor een baan ala brugwachter tekenaar heet dat offi
cieel in zijn vaderland Suriname, Na de staatsgreep van 25 februari
is Chas Baatte opeens goede mogelijkheden gaan zien voor de verwe-
zenHjking van zijn grote fdeaeh het gebied rond „zijn" brug over de
Commewijne tot bloei brengen en de mensen die er wonen enige mate
van welvaart geven. Onze verslaggever Homme Krot zoch Baatte op en
liet hem uitvoerig over zijn pionnen aan het woord.
Chas Raalte: „Ik heb twee handen aan mijn lijf".
'ARAMARIBO Tollenaar
!has Raalte (32) is bezield
an een bekeringsdrift Hij
ril zijn Surinaam.se landgeno-
sn ervan weerhouden een
liegticket naar Holland te
open. En niet alleen met
roorden. Na een zwerftocht
ver de hele wereld en een
erblijf van enige jaren in Ne
erland kwam hij in 1976
Dorgoed terug in zijn thuis-
ind. Met een blonde Friezin
in zijn zijde. Hij werkt nu
ls tolwachter bij een pas ge-
Duwde brug over de rivier
ommewijne, op vijftig kilo-
leter van Paramaribo. Voor
in salaris van 655 Surinaam-
i guldens de maand.
oen hij in 1976 tolwachter werd,
erkte Chas Raalte dat bijna iedereen
lar Holland trok. „Iedereen was be-
g weg te gaan. Ik ben toen begonnen
vertellen van Holland. Ik zei: „Hol-
hd is een paradijs, maar voor men-
n die wat willen worden. Die hier
let kunnen leren, omdat ze hier geen
ïiversiteit hebben of zo". Ik zeg Hol-
pd heeft geen tanden, maar Holland
jt wel. Je moet niet denken dat Hol-
nd een paradijs is en je maar hoeft
gaan en te halen. Ik heb ze hier uit-
iegd wat het is. Nou, het heeft niet
iweldig geholpen, maar een jongen
e eergisteren zou weggaan is niet
eer vertrokken."
Langs de Commewijne wonen vijf
honderd mensen. Raalte is druk bezig
voor hen een plan te maken, waar
door zij zelf geld kunnen verdienen.
Hij overweegt een zogenaamde coöpe
ratie Commewijne op te richten en
voorlichtingsfilms te draaien over
land- en tuinbouw in Afrika en Euro
pa. En wanneer de overheid meedoet,
bijvoorbeeld met de verhuur van trac
tors en waterpompen, kan er volgens
de tollenaar op grote schaal voedsel
worden verbouwd. Maar Raalte heeft
ook zijn oog laten vallen op de rivier,
die vol met vis zit En deskundigen
heeft hij bij dit deel van zijn project
niet nodig. Zij komen met allerlei
hoge woorden, die de mensen niet
kan verstaan. Hebben die mensen niet
nodig. Planten, die mensen hebben
dat dertig jaar gedaan, zonder gedoe
van deskundigen. En die vruchten
zijn goed. Ze smaken, ze zijn fantas
tisch, zijn gezond, vitamine." Wel
vindt hij dat de deskundigen moeten
helpen bij onder meer het installeren
van pompen langs de rivier. Maar
voor het zover is moet er eerts nog het
een en ander gebeuren. Zo wil Raalte
zijn landgenoten bijvoorbeeld snel tal
van zaken leren, die op de landbouw
betrekking hebben. „Ik heb dat alle
maal ook in Holland leren kennen. Ik
weet waarover ik praat. Ik heb veel
geleerd. Ik vind Holland fantastisch,
maar daar in Holland hebben ze me
niet nodig. Hier, met een klein beetje
dorp kan ik de mensen wijzen wat ik
van plan ben, wat ze kunnen. Ik heb
twee handen aan mijn lijf. Ik hoef
niet rijk te worden. Ik kan arm dood
gaan, maar ik weet in mijn hart dat ik
heb gevochten voor een beter Com
mewijne, voor een beter Suriname."
Koningin
Chas Raalte wil duidelijk stellen, dat
hij niets tegen Holland heeft. „Even
min tegen de koningin. Maar ik vind
gewoon dat wij, Surinamers, van ons
land moeten houden. Ik kan meer
van Holland dan van Suriname ver
tellen. Héél Holland zit in mijn tien
vinger, in mijn hand gepalmd. Maar
wat kennen de Hollanders van Suri
name. Niets. Ze hebben Suriname ge
zien als een verwaarloosd arm kindje.
En wat deze jongens, deze militairen,
nu doen is gewoon wat men zegt fan
tastisch. Ze doen goeds. Maar we moe
ten ook een nieuwe grondwet krijgen.
Geen Nederlandse, maar een Suri
naamse. We hebben maar een man
die die nieuwe wet kan maken, een
man die door merg en been Surina
mer is. Een man die nooit en te nim
mer zal toezien hoe zijn vaderland,
zijn moederland, zijn Suriname teniet
§aat. Dat is meneer Ferrier, de presi-
ent Die man acht ik capabel om
voor eeuwig president te zijn."
Over de houding van zijn in Neder
land verblijvende landgenoten tegen
over de revolutie kan Chas Raalte
niet veel waardering opbrengen. „De
Surinamers die denken dat ze lekker
in Nederland in een winterjas bij de
kachel thuis zitten, moeten het verge
ten. Hier moeten ze komen en een
grote mond opzetten, maar niet daar
in Holland. En maar brieven schrij
ven in de pers. Want de pers die die
brieven in de krant zet, die is nog
achterlijk. Laat ze hier komen. Hier
kunnen ze werken. Maar laat ze in
Nederland hun stinkende mond maar
dichthouden en hier komen aanpak
ken. Suriname is een land van melk
en honing. Houd van je vrouw, van je
gezin en vergeet Amsterdam, heb ik
gezegd. En toen ik hier kwam had ik
bijna niets. Ik heb wat kippen gekocht
en nu koop en verkoop ik waterme
loenen met vijftig cent winst. Daar
naast ben ik bezig vis naar Holland te
sturen. Iedere maand gaat zo'n vijf
ton vis weg. Zo meteen komt er mis
schien een auto bij, meneer en dan
kan ik op vacantie gaan. En wat er
nog ontbreekt? Nou, nog een paar din
gen. Zoals een wasmachine en een
mooie televisie, want mijn vrouw wil
graag een televisie om de koningin te
zien aftreden."
Vogeltje in kooi
Tollenaar Chas Raalte ziet de toe
komst vrolijk tegemoet: „We zullen
Suriname opbouwen. Het moet luk
ken, het zal lukken. Ik heb altijd ge
zegd: in Suriname zal ik het beter
hebben als in Holland. Bijvoorbeeld
een koe hebben. In Holland kon dat
niet, maar hier heb ik er negen. Ik
hoor gewoon in Suriname. Ik voelde
me in Holland als een vogel in een
kooi. Je hebt water en voedsel, drie
hoog achter in Amsterdam leef je niet.
Je moest je platenspeler zó spelen, dat
ie een muisje kon horen piepen. Een
kopje koffie, een kroketje en daar gin
gen we weer, welterusten. En de vol
gende ochtend was er altijd dat ge
haast Hier is dan niet zo. Ik voel me
gelukkig. Ik heb geen haast meer.
Hier ben ik gelukkig. Ik wil nergens
anders dood gaan dan in mijn lieve
vaderland".
HOMME KROL
MOGELIJKE TERUGKEER OLOF PALME ALS PREMIER
STOCKHOLM Hoewel de meerderheid
van de Zweedse kiezers zich bij het refe
rendum van afgelopen zondag heeft uitge
sproken vóór kernenergie, is het aantal te
genstemmers opmerkelijk groot geweest.
Nu blijkt dat meer dan 40 procent van de
bevolking krachtig stelling tegen kerne
nergie heeft genomen, is het niet waar
schijnlijk dat het onderwerp kernenergie
voorgoed uit de Zweedse politiek ver
dwijnt, hoewel de vele voorstanders van
het referendum dat wel hadden gehoopt.
Voor de man die als eerste het probleem van
de kernenergie ter sprake bracht Thorb-
jorn Falldin, premier en leider van de Cen
trumpartij is het referendum uitgelopen op
een persoonlijke nederlaag. Als fel tegenstan
der van kernenergie heeft hij de afgelopen
vier jaar een regeringscoalitie geleid, die zijn
mening over dit hete hangijzer niet deelde.
Toen de uitslag bekend werd verklaarde hij
dapper, dat hij zich bij de wil van de meer
derheid zal neerleggen.
De algemene verwachting is echter, dat de
dagen van Falldin als premier zijn geteld. Na
zijn nederlaag wijst alles erop dat Olof Palme,
leider van de Sociaal-Democraten, terugkeert
in de politieke arena. Op dit moment is hij
nog leider van de oppositie, maar aangezien
zijn partij de grootste partij is verkeert hij in
de gunstige positie om zelf zijn coalitiepartner
te kunnen kiezen. Velen zijn het er over eens
dat Palme binnen enkele maanden terug
keert als premier.
Men zou bijna kunnen zeggen, dat Olof Pal-
me in zijn eentje verantwoordelijk is voor de
uitslag van het referendum. Hij was zich er
van bewust, dat de Zweedse arbeiders niet te
gen kernenergie zijn. Hij creëerde voor zijn
gedisciplineerde aanhang een derde genuan
ceerde keuzemogelijkheid, waarmee de
Zweedse arbeiders wèl akkoord konden gaan.
En toen zondagnacht de resultaten binnen
stroomden uit de grote industriecentra, waar
men massaal voor de door de Sociaal-Demo
craten gesteunde lijn had gestemd, moest
men Olof Palme wel gelijk geven.
De oppositieleider wil nu zo snel mogelijk de
wonden helen die het kernvraagstuk niet al
leen in zijn eigen partij, maar in de hele sar
menleving heeft gemaakt. „Sommige aspec
ten uit de campagne baren me zorgen. De
hele kwestie heeft diepe emoties losgemaakt
in de gezinnen en op het werk. We moeten
nu tot bezinning komen en de hele kwestie in
het juiste perspectief zien", aldus Palme. Vol
gens hem zijn vooral de werknemers in de
collectieve sector, zoals onderwijzers, intellec
tuelen en maatschappelijk werkers, fel ge
kant tegen kernenergie. En, zoals in alle mo
derne, geïndustrialiseerde samenlevingen,
wordt die collectieve sector met het jaar be
langrijker.
Het referendum over kernenergie dat
afgelopen zondag in Zweden is ge-
houden heeft een persoonlijke ne
derlaag opgeleverd voor premier
Falldin, die zich altijd tegen deze
vorm van energie heen gekeerd. In
dit artikel gaat Guardian-Correspon
dent Richerd Gott in op de mogelijk
heid dat oud-premier Otof Patme,
mede door het kernenergiedebat
een comeback maakt op het Zweed-
se politieke toneel1
Olof Palme, binnenkort weer premier
van Zweden?
Opvallend is dat de strijd om de kernenergie
een scheidslijn trok in alle groepen, oud en
jong, links en rechts, maar vooral de jongeren
zich er sterk tegen hebben gekant. Wellicht is
Olof Palme in staat om deze gedesillusioneer
de jongeren over te halen terug te keren naar
het Sociaal-Democratisch kamp, ondanks het
standpunt van deze partij tegenover kerne
nergie. Gegeven zijn politieke bekwaamheid
en zijn uitspraken dat in feite de tegenstan
ders van kernenergie het referendum hebben
gewonnen, moet hij hiertoe in staat worden
geacht. Maar als Olof Palme, en met hem zijn
partij, de tegenstanders van kernenergie te
veel van zien heeft vervreemd, dan heeft hij
daarmee waarschijnlijk de historische parle
mentaire meerderheid van de Sociaal-Demo
craten voorgoed verspeeld.
(RICHARD GOTT/THE GUARDIAN)