Amsterdam
krijgt
speciale
telefoon
voor heren
problemen
Winnaar in
lowa krijgt
vleugels
AMSTERDAM „De bottleneck van het
man-zijn", bevestigt Wiebe Andringa,
„zit hem in het gevoel. Of liever gezegd:
in de gevoelsuitingen. Daar raakt de boel
verstopt. Blijdschap, verdriet, tederheid:
het is er allemaal wel, maar het kan er
niet uit. Mag er niet uit en raakt in de
knoop. Daar krijg je de ellende van".
Wiebe zelf, een Amsterdammer die voor
eigen rekening opereert als publicist en
grafisch ontwerper, heeft van emotionele
verstoppingen geen last meer. Jaren van
zijn leven heeft hij erin geïnvesteerd en
zijn huwelijk is er door op de klippen gelo
pen, maar nu mag hij zonder overdrijving
zeggen: ,,lk ben mezelf geworden. Dat wil
zeggen: geëmancipeerd. Een bewuste
man, die zijn man-zijn onder controle heeft
en zijn gevoelens kan en durft te uiten".
Wiebe denkt dat de samenleving gelukki
ger zou worden als deze interpretatie van
het ook elders wel gepropageerde „jezelf
zijn" in bredere heren-kring ingang zou
vinden. Een stimulans daartoe verwacht hij
van de „Mannenlijn", een project in de
traditie van de telefonische hulpdienst.
Vrouwen bellen Vrouwen, de kindertele
foon en de geinlijn. Heren met herenpro
blemen kunnen een telefoonnummer
draaien en hun knelpunten bespreken met
leden van dezelfde kunne. Anoniem. Als
woordvoerder van de Amsterdamse man
nenbeweging, waaruit het project is voort
gekomen, zegt Andringa erover: „Ook de
man kan in moeilijkheden komen door de
veranderende opvattingen over het rollen
patroon van de seksen. Onze telefoon
dienst wil hem een klankbord bieden. Met
hem meedenken, hem informeren in prak
tische aangelegenheden en zodoende een
steentje bijdragen aan zijn bevrijding uit
de gevangenis van het klassieke stereo
tiep".
Wiebes eigen telefoon is wit en qua vorm
geving up to date. De draaischijf zit geraf
fineerd verstopt in de microfoon. Gekre
gen van zijn nieuwe vriendin. Zijn apparte
ment. waar altijd de kakofonie („Heerlijk!
Zalig!") van het Surinameplein doordringt,
ademt een sfeer van elegante mannelijk
heid. Ronde antieke eettafel met breekba
re stoeltjes. Grote ovalen spiegel in
goudkleurige lijst. Overwegend donkere
kleuren. Een indrukwekkende partij drank.
Waarachtig
De voor de hand liggende opmerking dat
de mannen-bevrijding moet worden opge-
Wiebe
Andringa:
„Ik kan
weer huilen.
Heerlijk"
Wiebe Andringa:
„Altijd maar de
„probleem
oplosser", de
„beslisser"
moeten spelen,
daar gaat een
ontzettende druk
van uit. Een vrouw
kan dat nooit
navoelen".
vat als het sluitstuk van de vrouwen-eman
cipatie, doet de middelbare Amsterdam
mer (44) aanvankelijk wat huiveren. Hij
proeft in zo'n stelling, wat de mannenstrijd
aangaat, een onderschatting van de waa
rachtigheid. „Wij mannen zijn er wat later
achtergekomen", zegt hij, „maar onze be
wustwording van het enge rollenpatroon
waarin we gekluisterd zitten, is daarom
niet minder echt. niet minder authentiek.
Wij zijn er zélf door schade en schande
achtergekomen dat aan die ogenschijnlijk
zo aantrekkelijke rol van „het baasje",
„de beslisser", meer nadelen vastzitten
dan voordelen. We zijn zelf met onze kop
tegen de muur gelopen en aan het denken
geslagen".
Het resultaat van dat getob dekt niettemin
de conclusie van althans de belangrijkste
stromingen binnen de vrouwenbeweging.
De mannen- en de vrouwenrol zijn in bijna
alle opzichten onderling verwisselbaar,
daar komt de gezamenlijke slotsom op
neer. Man en vrouw kunnen pas echt tot
wasdom komen indien de traditioneel ge
scheiden levensdomeinen tot èèn geza
menlijk territoir worden verenigd. Indien
de vrouw mag denken, voelen, zich gedra
gen als man. En de man als vrouw.
„De misschien wel belangrijkste opgaaf
die wij als mannen hebben", zo dampt An
dringa zijn zoveelste zware-van-de-wedu-
we weg, „is dat we het imago van de stoe
re bink moeten uitbannen. Wat wij voor el
kaar moeten krijgen is dat we ons falen,
ons verdriet, mogen uiten. Van een man
wordt traditioneel verondersteld dat hij
onder alle omstandigheden het hoofd koel
houdt en elke situatie meester is. In wer
kelijkheid is dat doorgaans helemaal niet
zo. Toch moet hij doen alsof. De schijn op
houden om te voorkomen dat hij voor een
zacht ei wordt versleten. Daarmee ver
dringt hij emoties. Van jongs af aan, dag
in dag uit. Gevolg is dat zijn gevoelsleven
totaal verkilt".
Andringa somt wat voorbeelden op. Duidt
op de man die een auto bestuurt, bij een
botsing betrokken raakt en zich een flauw
te schrikt. Hij raakt in paniek en zou het
liefst in huilen uitbarsten. Doet-ie dat, dan
gaat hij tegenover zijn pas verworven, lie
ve, maar traditionele vriendin af als een
gieter. Hij moet zich koste wat het kost
beheersen. Zijn gevoel wegdringen. „Denk
ook aan de vent die van zijn werk komt en
een rotdag heeft gehad. Uitgekafferd door
zijn baas en tegenover zijn collega's voor
schut gegaan. Volgens de gangbare op
vatting maakt zo'n huisvader zich nóg be
lachelijker als hij tegenover zijn vrouw die
vernedering uitspreekt. Hij moet en zal de
flinkerd blijven. Mag niet een potje senti
menteel klagen. Hooguit kan ie informeren
of de jenever koud staat".
Omhelzen
Wiebe Andringa spreekt tot zijn spijt uit ei
gen ervaring als hij benadrukt dat de man
niet alleen zijn verdriet maar ook zijn
vreugde maar in heel beperkte mate mag
uiten. „Een vrouw die van haar baas te ho
ren krijgt dat ze een flinke promotie heeft
gemaakt mag haar collega's, desnoods de
baas zelf, van blijdschap om de hals vlie
gen. Een man moet voorwenden dat het
hem in wezen niet veel doet. Mannen mo
gen elkaar trouwens überhaupt niet om
helzen. Ook al hebben twee vrienden el
kaar een half jaar niet gezien en ontploffen
ze zowat van blijdschap, ze dienen niet
verder te gaan dan een stevige handdruk.
Gevolg is dat de man in onze samenleving
zich heeft ontwikkeld tot een soort half-
mens. Gefixeerd op verstandelijkheid en
met een volstrekt verwaarloosd gevoelsle
ven. Niet in staat tot tederheid".
Volgens Andringa en zijn mannen ligt hier
een essentiële sleutel voor de heren
emancipatie in haar totaliteit. Ontwikkelt
de man immers de gevoelshelft van zijn
persoonlijkheid, dan zal het hem aanzien
lijk makkelijker vallen om gebruik te ma
ken van al die ontplooiingsmogelijkheden
die nu nog voorbehouden zijn aan de
vrouw. „Om maar één terrein te noemen
de opvoeding van de kleintjes. De traditio
nele man, die zijn tederheid eigenlijk al
leen in bed en dan nog maar in beperkte
mate kan uiten, is in wezen te kil en geslo
ten voor een full-time vaderschap. De te
dere man, die in staat is zijn emoties te
beleven en te delen, kan dat wel. Een ver
rijking waar je toch niet gering over mag
denken".
Een klus is het wel om, van oorsprong een
bink zijnde, in de „bottleneck" van je ge
voel ruim baan te scheppen. Even afgezien
van de onderhuidse, halfbewuste voorbe
reidingen, heeft Wiebe over zijn persoonlij
ke wegverbreding zo'n vier jaar gedaan.
Met behulp van vrienden, maar buiten de
„officiële" mannenbeweging om. „Die is
nog zo onbekend in ons land dat ik pas
een half jaar geleden van haar bestaan
hoorde. Maar het gevoel van opluchting is
er niet minder om. Het is zo ontzettend fijn
om je bevrijd te weten van dat benauwen
de stereotiep waarin je zoveel jaren ge
leefd hebt. Ik heb decennia lang niet ge
huild. Nu kan ik het. ik doe het regelmatig
en ik geniet er met volle teugen van. Zo
heel veel inspanning heeft me dat trou
wens niet eens gekost. Maar ik had dan
ook een behoorlijke hap verdriet opge
spaard. Toen die was doorgespoeld, ont
stond er lucht en ging het opeens zonder
enige moeite. Mijn géne om mannen aan
te raken, een knuffeltje te geven, te om
helzen, ben ik ook kwijt. Vroeger kon ik
dat niet omdat ik van binnen vast zat en ik
durfde het niet omdat ik bang was voor
een homofiel te worden versleten. Nou
heb ik er totaal geen moeite meer mee. De
mensen denken maar wat ze willen den
ken. Ik ben niet van ijs en ik vind het heer
lijk om mijn gevoel te laten blijken".
In eigen beheer
Dat Wiebe zijn emancipatie min of meer in
eigen beheer heeft uitgevoerd, verhindert
hem niet om zijn seksegenoten krachtig te
adviseren de handreiking aan te grijpen
die de mannenbeweging biedt. Kern hier
van zijn de mannenpraatgroepen of -cafés
waarbij in totaal zo'n 1000 mannen be
trokken zijn en die je behalve in Amster
dam ook in Den Haag. Delft, Alkmaar.
Utrecht. Rotterdam, Haarlem en Eindho
ven vindt. Dat deze clubs, net als hun
vrouwelijke tegenhangers alleen toeganke
lijk zijn voor leden van het eigen geslacht
ligt volgens Wiebe voor de hand. „Het
streven van de mannen- en de vrouwenbe
weging kun je op abstract niveau wel on
der één noemer brengen, de concrete pro
blemen liggen heel anders. Een vrouw kan
nooit navoelen wat het is om voortdurend
onder de druk te moeten leven van de
„probleemoplosser", de „geldverdiener",
de „carrière-maker". Zeker voot mannen
die bezig zijn met zichzelf en het allemaal
nog niet weten is het veel makkelijker pra
ten met een mede-man. Je krijgt meer
steun, er is meer kameraadschap".
Overigens zijn er tussen de heren- en de
damesbeweging wel verschillen aan te wij
zen. In tegenstelling tot de meeste feminis
ten plaatsen Andringa en zijn makkers hun
streven niet in een politiek kader. Ook
mannen met een uitgesproken voorkeur
voor een kapitalistische marktordening
maar niettemin zoekende naar zichzelf,
zijn welkom. Verder kent de mannenbewe
ging geen vleugels die zo radicaal zijn dat
men de instandhouding van de andere
sekse uitsluitend verdedigt met het oog op
de voortplanting. „Die opvatting is bela
chelijk", aldus Andringa. ,,lk kan me best
voorstellen dat geëmancipeerde vrouwen
aan de traditionele man enorm de pest
hebben. Maar als ze er blindelings vanuit
gaan dat alle mannen beantwoorden aan
het stereotiep, als ze vinden dat wij ons
onmogelijk anders kunnen gedragen dan
als perfide onderdrukkers, dan voel ik me
miskend. De clou is nu juist dat we af
moeten van dat strikte onderscheid tussen
mannetjes en vrouwtjes. Er is zo onnoe
melijk veel meer dat ons verbindt dan dat
ons scheidt Laten we dat nou toch eens
inzien. Laten we zo langzamerhand ook
eens over praatgroepen denken waarin
mannen én vrouwen zitten".
Het onderhoud aan het Surinameplein
loopt op zijn eind. Vanuit het ronkend bui-
tengebeuren bestijgt een mede-man van.
Wiebe de trap. De armen vol eetwaar. Er
zal worden gekokkereld. Een terrein waar
op de heer des huizes, vertaler van kook
boeken en schrijver van een kookrubriek
in het blad Televizier, zich deskundig mag
noemen. De beschikbaarheid van culinaire
inzichten is in het telefoonteam van de
toekomstige Mannenlijn derhalve
eens gewaarborgd. Wiebe nog
„Ik hoop dat iedere man die het li
heeft met zijn man-zijn, de moed hi
inderdaad te bellen. Volstrekt anoni
privacy is verzekerd En het ploegji
nen dat we beschikbaar hebben I
problemen te lijf te gaan is werkel
ma". Aan het nummer zal ruchtbl
worden gegeven zodra dat bekendl
WILLEM S|
EERSTE VERKIEZINGSTEST
VOOR WITTE HUIS
Kennedy
I WASHINGTON Er zullen niet veel
meer dan vijf procent van de kiezers bij
betrokken zijn. Het gaat om het kiezen
van 50 Democraten en 37 Republikeinen,
die komende zomer met 3300 andere De
mocraten en 1900 Republikeinen gaan
uitmaken wie de officiële kandidaat van
hun partij zal worden bij de presidents
verkiezingen. Ondanks deze onbedui
dende cijfers worden de Amerikanen al
geruime tijd in de ban gebracht van de
„caucuses" in de staat lowa, een serie
„kandidaatsstellingsvergaderingen", die
daar op 21 januari worden gehouden.
De betekenis wordt uitsluitend ontleend
aan het feit, dat het de 1ste echte kracht
meting is in de slag om het Witte Huis.
die overigens pas op 4 november officieel
wordt beslist. Maar aangezien het verle
den heeft geleerd, dat de „winnaar" van
lowa vleugeltjes krijgt aangemeten door
de Amerikaanse media wordt de bete
kenis van „lowa" tot ongekende propor
ties opgeblazen. Een maand later gaat
hetzelfde gebeuren in New Hampshire,
waar de eerste „primary" (voorverkiezing)
wordt gehouden. Weliswaar zijn daar meer
kiezers bij betrokken (primaries trekken
een opkomst van gemiddeld zo'n 25 pro
cent) maar in New Hampshire gaat het om
nog minder afgevaardigden: 19 voor de
Democraten en 22 voor de Republikeinen.
Feit is, dat McGovern in 1972 en Carter in
1976 door hun succesvolle start in lowa en
New Hampshire de wind vol in de zeilen
kregen. Zij waren de eerste produkten van
een sterk gedemocratiseerde kandidaats
stelling, waartoe de Democratische Partij
na de frustrerende campagne van 1968
besloten had en waarin de Republikeinse
Partij spoedig volgde. Het gevolg is een ui
termate ingewikkelde kandidaatsstellings
procedure, waarin veel meer Amerikanen
direct zijn betrokken maar waarvan nog
veel meer andere Amerikanen nauwelijks
iets begrijpen. De lage opkomst (54,4 pro
cent in 1976 en 38,2 procent bij de tus
sentijdse verkiezingen van 1978) wordt
daar voor een belangrijk deel aan toege
schreven.
Kandidaten
Drie Democraten en zeven Republikeinen
staan gereed om zich via lowa in de
schijnwerpers te plaatsen. Aan Democrati
sche zijde de zittende president Jimmy
Carter, senator Edward Kennedy en de
gouverneur van Californië Jerry Brown.
Voor de Republikeinen zijn dat Ronald Re
agan, voormalig held van het witte doek
en oud-gouverneur van Californië, John
Connally, oud-gouverneur van Texas en
onder Nixon minister van financiën, de se
natoren Howard Baker en Robert Dole,
George Bush, oud-senator, voormalig am
bassadeur bij de V.N. en in China en ooit
hoofd van de C.I.A. en de Congresleden
(Huis van Afgevaardigden) John Anderson
en Philip Crane.
lowa is de belangrijkste landbouwstaat
van de V.S., bijna vier maal zo groot als
Nederland, ruim drie miljoen inwoners, zo
wel qua oppervlakte als bevolking de 25e
en dus een zeer gemiddelde staat. Behalve
Carter, die vanwege drukke bezigheden
met kwesties als Iran en Afghanistan vrij
wel „gegijzeld" is in het Witte Huis, bewe
gen de kandidaten zich al weken, sommi
gen zelfs al maanden, door de nu kale en
veelal met sneeuw bedekte-graanvelden
om de boeren en buitenlui van hun kwali
teiten te overtuigen. Carter laat het uit
stralen van zelfvertrouwen, handen geven
en merendeels ijdel gesnap over aan zijn
echtgenote en aan het vice-presidentiële
echtpaar Mondale.
Carters wegblijven lijkt hem tot nu toe niet
te schaden. Zijn door de kwestie Iran sterk
gestegen populariteit is iets afgezwakt,
maar lijkt ook in lowa behoorlijk stand te
houden. Volgens de laatste enquête voert
Carter het Democratische trio aan met 57
procent tegen Kennedy 25 en Brown 9
procent. En dat is een reusachtige om
mezwaai, want een paar maanden geleden
lagen Carter en Kennedy in lowa nog ge
lijk, beiden 40 procent. Carters grote
voorsprong is des temeer opmerkelijk,
omdat het graanembargo naar aanleiding
van de Russische inval in Afghistan on
danks forse compensatiemaatregelen veel
boeren in lowa schade zal opleveren. Bo
vendien wordt Carter kennelijk ook niet
kwalijk genomen, dat hij wegbleef van een
tv-debat met zijn rivalen Kennedy en
Brown. Overigens voert Carter wel degelijk
campagne in lowa: via de vergadertele
foon heeft hij al duizenden inwoners be
reikt en via gekochte tv-tijd verschijnt Car
ter regelmatig in de huiskamers.
Voorsprong verspeeld
De Republikeinen hebben wel hun tv-de-
bat gehad, dat alleen landelijk recht
streeks werd uitgezonden door de niet-
commerciële zenders en later op de avond
door C.B.S. Alleen Reagan deed niet mee.
Uit een vorige week gehouden enquête
valt af te leiden dat Reagan daar alles be
halve verstandig aan heeft gedaan. Hij
zakte van 50 naar 26 procent en heeft zijn
comfortabele voorsprong op „het achter
volgende peloton" nagenoeg verspeeld.
Vooral Baker maakte een spectaculaire
sprong (van 11 naar 18 procent), waarmee
hij Bush (van 14 naar 17) passeerde. Dole
en Crane kwamen allebei op 6 procent
(respectievelijk vanaf 3 en 1 procent) en
Anderson kwam voor het eerst, zij het met
1 procent nog zeer bescheiden, op de
ranglijst terecht. Van de zes deelnemers
aan het debat verloor alleen Connally (van
12 naar 10 procent).
Het Republikeinse debat is in de Ameri
kaanse media hemelhoog geprezen. Het
debat had inderdaad een waardig en inci
dentloos verloop. De zes „nette heren"
deden opmerkelijk vriendelijk tegen el
kaar, maar inhoudelijk was het van een
verbijsterend laag niveau. John Anderson,
de meest progressieve van de zes, stak er
met kop en schouders boven uit, maar de
overige vijf zouden ook op een gediscipli
neerde vergadering van de CHU worden
weggehoond. Neem bijvoorbeeld een in
teressante vraag van een van de vier pa
nelleden: hoe is het mogelijk om de inflatie
krachtig te bestrijden, de belasting fors te
verlagen, het defensiebudget flink omhoog
te schroeven en het begrotingstekort weg
te werken?
Dole: „Het is moeilijk. En daarom moeten
we heel zorgvuldig de juiste kandidaat kie
zen. En ik heb iemand in gedachten, ie
mand met ervaring in de financiële com
missie van de Senaat, en iemand die
ideeën heeft om dit te doen". Dole wil het
doen via belastingverlaging, verhoging van
de produktiviteit en toevoeging van een
amendement aan de grondwet, waarin een
sluitende begroting verplicht wordt ge
steld. Daarmee basta.
De antwoorden van de andere vier zijn
even nietszeggend. Bush: „Het klinkt inge
wikkeld, maar het valt wel mee". Volgens
Bush gaat het probleem over als je de
overheidsuitgaven beperkt, onnodige re
guleringen opheft en de belastingen ver
laagt. Baker, Connally en Crane hebben
vergelijkbare „oplossingen". Alleen An
derson durft te zeggen, dat het niet kan.
Hij acht een belastingverlaging op dit mo
ment onverantwoordelijk. Hij is voorstan
der van een forse extra belasting op ben
zine, waarvan de opbrengst gebruikt kan
worden voor verlaging van de sociale pre
mies. Anderson is ook de enige van alle
kandidaten inclusief Brown en Ken
nedy die president Carter steunt in zijn
graanembargo. Het is niet gemakkelijk om
dat hier in lowa te zeggen, aldus Ander
son, maar hij noemt het opvallend dat de
genen, die voortdurend hebben uitgeroe
pen dat Carter te zwak optreedt tegen de
Russen, bij de eerste echte sterke actie af
haken.
Voorzichtiger
In feite zit Anderson vrijwel op een lijn met
de drie Democratische kandidaten, die on
derling over de meeste zaken opvallend
gelijkgericht denken. Kennedy leek tot
voor kort de meest progressieve van het
democratische trio, maar in de loop van
de campagne is zijn opstelling nogal wat
conservatiever geworden, in ieder geval
Baker
Het
sportvt
een va;
weinigi
vrijplat
in onzt
samen!
waar
knuffel
zoener
omhel]
tussen,
onderlj
algemt
aanvaa
zijn.
Carter
Reagan
Anderson
voorzichtiger. Brown paart zeer pl
sieve ideeën aan een vooral op fiii
gebied sterk behoudende koers,
verbaal is Carter de meest gematijj
de drie. Anderson zit zeer dicht bij!
De verschillen tussen de zes res!
Republikeinse kandidaten zijn erj
Bush is nog de minst conservatieve
zestal, met een weinig rechts daan
ker, verder naar rechts Dole en (J
en op de uiterste rechtervleugel
en Crane. Crane bijvoorbeeld nol
doodstraf „een van de belangrijl
strumenten voor het handhaven]
meest fundamentele waarden in a
menleving".
lowa levert a.s. maandag niet del
Amerikaanse president op, al lijkt P
in veel kranten soms wel op. lowa
teressante aanwijzigingen oplever
is zeker. De meeste kandidaten ziji
dels ver gevorderd in het spel dal
laatste fase voor 'n dergelijke ver
gebeurtenis met volle overgave
speeld: de manipulatie van de ve
gen. Elke kandidaat probeert
wachtingen zo te stellen, dat er
tijd wel wat valt uit te halen. Kenn
hangers bijvoorbeeld proberen de
ingang te doen vinden, dat elke
Carter met minder dan een drie-t
verhouding in feite een nederla
kent. De Carterianen op hun b
druk doende hooggestemde ve
gen af te zwakken. Met een totaal
kandidaten zal de uitleg van de
gen in lowa dan ook een giganti
zei lijken.
Dl