in/eekpuzzel door dr. Pluizer postzegels H2M VAV» i;; BOEKEN ^TJksporten/hobby NR. 2 CRYPTOGRAM rsAlSj tot •WA8 LEIDSE COURANT ZATERDAG 12 JANUARI 1980 jswinnaars van de puzzel van vorige week zijn: gulden: j Velzen, Jac. van Beierenweg 76, 2215 KZ Voorhout. "lepelaar-Bremmer, Roodborststraat 13, 2333 VM Leiden. |'zen worden binnen drie weken per cheque toegestuurd. HORIZONTAAL: 1. Vertrek ik uit de omgeving van Woerden? (7); 5. Dit is zeker een bedrieglijke slimheid van een oude vrouw? (7); 9. Troonopvolger van de oud- Egyptische zonnegod? (7); 10. Kleine guit (7); 11. Deze persoon vindt u bij Maastricht (4); 12. Een dergelijke winkelbezoeker is bepaald niet van plan met gepast geld te betalen (10); 14. Socialistisch „in optima forma"? (8); 15. Deze tegenstelling heeft niets klagends (6); 17. Vis achter het net met muziek (6); 19. Zwaarste tegenstander bij het vechten? (8); 23. Muzikaal plaatwerker (10); 24. Even een turfje pakken! (4); 26. Toen 't echter gevonden werd, bleek het erg beschadigd te zijn (7); 27. Drank uit een Nederlandse rivier? (7); 28. Lectoren zonder 'n kiezer (7); 29. Vroom knaagdier (7). VERTICAAL: Middel om zangers op afstand te houden? (7); Doe maar niet zo raar als je de naam van dat eiland niet weet (7); Die zonderling komt uit het wintervoertuig (4); Om die stof te winnen is het wel noodzakelijk dat ik raak gooi! (8); Als u dit veel hebt, zult u het mogelijk beslist niet altijd even prettig vinden (6); Verzamelplaats voor monsters (10); In de rectificatie stond duidelijk dat Ir. G. niet bij het komplot betrokken was (7); Zo'n buitenkansje is altijd raak (7); Achtervolging van een monster per zeilboot? (10); In feite hebt u hier te doen met het dode lichaam van een zelfmoordenaar (8); Broodje uit Breda? (7) Serveer met het nodige voorbehoud! (7); Daar laat men de meisjes rustig stikken! (7); Dit zit het diepst in nerts (7); Dit is evenwel prettiger (6); Beroeps voor een niet-arme? (4). Oplossingen onder vermelding van Puzzel 2 dienen uiterlijk woensdagmiddag in bezit te zijn van: Eigen postcodenummer s.v.p. leesbaar vermelden QP IMN J Tl door Dl [ij C. J. de Feijter liliaanse verdediging is in verdediging geweest lijzondere afloop, zowel lit als voor zwart. Er wa- :spelers die het fijn von- hun tegenstander deze liging kozen - en het wa- lartspelers die op 1. e2- altijd met 1. .,c7- Itwoorden. En voor bei- jold dikwijls dat de kan fan de een op de andere itaal omsloegen. Intussen zo'n veertig jaren ver is de theorie van deze ig geweldig toegenomen, nog steeds zijn er wit- (aanvalsspelers!) en ipelers (verdedigers!) die opening graag op het zien verschijnen en met le de strijdbijl zwaaien, daar van is de jonge Van der Wiel. In de itmoeting van de club- itrijden tussen Vol- en fioerevestjnik was v.d. de uitblinker bij de Vol- jers met twee gewonnen Dat de Russische uiteindelijk won mag liet euvel geduid worden, dden er trouwens een ex- itmoeting voor nodig, de e beide ontmoetingen ein- in in 3 1/2—2 1/2, de eer- ;eer voor Volmak en de de keer voor Boerevestj- De derde ontmoeting it de winst naar het Russi- team met 42. Dr. Euwe it verstek laten gaan en leide groten van Volmak snjoi en Timmans) moes- leiden driemaal met remi se genoegen nemen. Hier volgt een winstpartij van v.d. Wiel uit de tweede ronde: Wit: v.d. Wiel. Siciliaanse verdediging. Zwart: Geogradse. I. e2-e4, c7-c5 2. Pg1-f3, Pb8- c6 3. d2-d4, c5xd4 4. Pf3xd4, Pg8-f6 5. Pb1-c3. Huis, tuin en keuken-siciliaans, dat elke schaker in enkele sekon- den op het bord brengt. Er zijn nu vele uitstekende voortzet tingen voor zwart, met ver uit gesponnen varianten. Zwart koos voor: 5. e7-e6. Mis schien was dit doelbewust, want nu is er een variant mo gelijk die een stukoffer van wit bevat en dat heeft v.d. Wiel al vaker, en met succes, ge pleegd. De zet: 5a7-a6 voorkomt die gehele variant. 6. Pd4-b5Nu is 6. d5 7. ed5:, ed5: 8. Pd5:, Pd5: 9. Dd5:, Dd5: wegens 10. Pc7t.- met pionwinst niet mogelijk. Gedwongen is daar om: 6d7-d6 7. Lc1-f4, e6-e5 8. Lf4-g5, a7-a6 9. Pb5- a3, b7-b5 10. Lg 5xf6, g7xf6 II. Pc3-d5, f7-f5. Zwart wil met spoed van die dubbelpion af. Maar nu komt er een stuk offer voor twee pionnen! 12. Lf1xb5!, a6xb5 13. Pa3xb5, Ta8-a4. Het is duidelijk dat de zwartspeler de variant kent - en wellicht heeft hij zijn hoop gesteld op deze zet 14. Pb5- c7,t, Ke8-d7 en nu is wit ge dwongen één van de beide pi onnen terug te geven. 15 00, Ta4xe4 16. Dd1-h5, Pc6-d4. De siciliaan! Beter lijkt hier: 16. Pe7, dan is tenminste het punt f5 even gedekt. Dat is het met de tekstzet ook wel, maar het paard kan snel verdreven wor den. 17 Dh5xf7f, Lf8-e7 18. f2- f3, Te4-h4 19. g2-g3, Th4-h6 20. c2-c3, Pd4-e6 21. Df7xf5. en daarmede drie pionnen voor de loper - het begint er op te lijken! 21 Dd8-g8, 22. Pd5xe7, Kd7xe7 23. Pc7-d5f, Ke7-d8 24. Ta1- d1, Dg8-g6. Zwart hoopt op dameruil, om kansen op de witte koningsvleugel te schep pen, maar wit speelt: 25. Pd5- e3. en hoopt op zijn beurt op dameruil (dit zou pion d6 kosten!) 25. Pe6-f4 26. Df5xe5!, Pf4-e2t 27. Kg1- f2!. Gedwongen, want 27. Kg2, Th2:f! loopt mat voor wit. 27. Th8-e8. Beide spelers zijn er van overtuigd dat: 27. Th2:t voor zwart geen soulaas biedt! Maar dat zit nogal diep verscholen: 28. Ke1, Dg3:t 29. Dg3: Pg3: 30. Tf2, Tf2: 31. Kf2:, Ph5 32. Td6:t, Kc7 33. Td4,. en wit moet nog be wijzen dat die drie pionnen voor het stuk voldoende zijn om te winnen. Hoe het zij, wit maakt er nu snel een knap een einde aan: 28. De5-a5t, Kd8- e7 29. Kf2xe2, Th6xh2t 30. Tf1-f2, Th2-h5 31. Td1-d5 Th5xd5 32. Da5xd5, Ke7-f8 33. Ke2-d2, Dg6-b1 34. Dd5xd6t. Kf8-g8 35. Pe3-c2, Db1xb2 36. Dd6-d5t, Lc8-e6 37. Dd5-g5f, Kg8-f7 38. Tf2-h2, Te8-h8 39. Th2-h6,. en zwart strekte de wapenen. 14 december j.l. verscheen lende editie van het jaar- :icht „Nederlandse post- (s". Dit jaarboekje is een lenlijke uitgave van de en de Staatsuitgeverij, 'ileiding van het jaarboekje gaat over „postzegels 'an het ontwerp-proces Deze inleiding komt hand van R.D.E. Oxe- hoofd van de PTT-Dienst Esthetische Vormgeving., de orde komen ook the- s waarop de uitgegeven ze- i betrekking hebben. Daar- I ook emissiegegevens en matie over de ontwerper ijn werk. Het geheel wordt rtistieke wijze verlucht met 'an schetsen van vooront- ien. Ook kan men kennis n van afbeeldingen in van de ontwerpen die het gehaald hebben, tesamen de uiteindelijk uitgebrach- egels. jrafische verzorging was in Jen van Wim Crouwel en ré Toet. Het Jaarboekje 5 Is verkrijgbaar bij de khandel voor de prijs van Men kan het boekje "tueel ook bestellen bij de itsuitgeverij, Antwoord ver 125,2500 VB Den 9- De prijs per post be- agt dan 12,70. 'er het motto: „Eerbetoon De Chirico" heeft de PTT San Marino een bijzondere postzegels uitgegeven, serie bestaat uit drie ze- en kwam op 6 december fin de verkoop. Chirico was een modern 'der die vorig jaar novem- overleed. Op de dag dat Is in de verkoop ien, werd in San Marino De Chirico-herdenking ge kten in aanwezigheid van weduwe Isabella De Chiri- 0p de zegels zijn drie wer- van zijn hand afgebeeld, 'tereenvolgens zijn dat: '"■stoorde Muzen" (L. 40), KJde Paarden" (L. 150) en "Portret" (L. 170). De ze- werden in meerdere kleu- PAPUA NEW GUINEA Phvü&its iomputltefor 25 PAPL'A NEW GUINEA ren gedrukt door Helio Cour- voisier S.A. te La Chaux-de- Fonds in Zwitserland. Even eens op 6 december verscheen in San Marino een kerstserie, bestaande uit vier zegels. Deze zegels tonen fragmenten van een muurschildering, waar schijnlijk van de hand van An tonio Alberti von Ferrara. De muurschildering is té zien in de St. Franciscuskerk te San Ma rino. het totale werk staat af gebeeld op een zegel van L. 320. De andere drie zegels hebben een waarde van L. 80, L. 170 en L. 220. Ook deze zegels werden gedrukt door Courvoisier S.A. Met als thema „Natuurbe scherming" verscheen in San Marino een bijzondere serie bestaande uit tien zegels. Deze serie kwam op 25 oktober j.l. in de verkoop en werd ontwor pen door de Zwitserse schilde res Anne Marie Trechslin. Voor dit doel werden dieren, zowel als bomen uitgebeeld die er gens ter wereld voorkomen. Dit vanwege het feit dat overal ter wereld zowel bomen als dieren in gelijke mate bedreigd worden. Hierbij wordt vaak uit het oog verloren dat hun rol bij de instandhouding van het evenwicht in de natuur van groot belang is. De zegels heb- Jaarboekje Nederlandse zegels ben een waarde van L. 5, L. 10, L. 35, ,L. 50, L. 70, L. 90. L. 100, L. 120, L. 150 en L. 170. Het drukken van de zegels werd verzorgd door He lio Courvoisier S.A. te La Chaux-de-Fonds in Zwitser land. Het was op 18 december 1973, dat Papoea Nieuw Guinea zelf bestuur kreeg. De volledige onafhankelijkheid verwierf dit gewest op 16 septembver 1975. Dit laatste voorval bracht mee dat Papoea Nieuw Guinea een eigen postadmini stratie kreeg. Op 4 juni 1976 werd Papoea Nieuw Guinea dan ook ingeschreven als vol waardig lid van de I.P.U.. Om dit feit te herdenken zal de postadministratie van Papoea Nieuw Guinea een bijzondere serie postzegels uitgeven. Deze serie bestaat uit vier zegels en komt op 23 januari a.s. in de verkoop. Deze zegels hebben een waarde van 7 t., 25 t., 35 t. en 40 t. Als motief heeft men gekozen voor beelden uit de geschiedenis van de schrif telijke berichtgeving. Zo ziet men o.a. legerordonnansen, burgerkoeriers uit de dagen dat Papoea-Nieuw Guinea nog half Duits en half Australisch gebied was. Verder heden daagse postbehandeling, luchtpost en het embleem van de U.P.U.. Het ontwerp voor deze zegels kwam van de hand van Graham Wade uit Sydney, Australië en het drukken in meerdere kleuren werd ver zorgd door Joh. Enschedé en Zonen te Haarlem. Eerder verscheen daar een se rie met als motto „Flora en fauna van Nieuw Guinea". Deze uit vijf zegels bestaande serie heeft als sub-thema „motten". Van de op de zegels afgebeelde exemplaren zijn er die een sterke gelijkenis met vlinders vertonen. De waarde van deze zegels is 7 t., 15 t., 20 t., 25 t. en 30 t. Het ont werp kwam van T. Nolan en het drukken werd verzorgd door Helio Courvoisier S.A. s i A.W A i è.1 M ÉS Sri i OF SU 1 81 IS Bi A mh Hè H a Balasjov, de enige die in Rio Timman het volle punt afnam, is natuurlijk ook van de partij in het toernooi om het kam pioenschap, van de SSSR. Het wonderkind (16 Kasparov) had daar een zeer goede start. Maar ook Balasjov begon goed met een overwinning op Roma- nisjin, die, evenals hijzelf, tot de elitegarde van de jongere Russen behoort. In hun partij, evenals de bovenvermelde een siciliaan, kwam het na de drieëntwintigste zet van zwart (Balasjov) tot de bovenstaande stelling: Zwart: Balasjov. (Zie diagram) Wit: Romanisjin. Wit, die al ietwat minder staat, overzag een gevaarlijke en die pe kombinatie van zijn tegen stander. Hij speelde hier: 24. Ta1-d1waar hij zijn lo per naar e2 had moeten terug trekken. Er volgde: 24. d£>- d4! 25. c3xd4, Pe5-f3f!26. Tf1xf3, Lb7xf3 27. Td1- f1Wit kan niet met zijn pion op f3 slaan. Maar nu wordt de offerreeks verder voortgezet: 27Lf3xg2! 28. Kg1xg2, Lf6-h4! Zwart blijft doorgaan met de aanval, hij moet dat allemaal hebben voorzien toen hij met het pio noffer op d4 de diagonaal voor zijn loper op b7 opende. 29. Da3-c1, Dc7-g3t 30. Kg2-h1, Dg3xh3t 31. Kh1-91, Dh3-g3t 32. Kg1-h1, Tf8-f3 33. Le3-f4, Dg3-h3t, 34. Kh1-g1, Dh3-g4f 35. Kg1-h1, Tf3-h3t 36. Lf4- h2, Th3xh2t! Een laatste offer tot besluit. Wit geeft op, omdat hij mat gaat of de dame ver liest. Als u zulke diepe kombi- naties ook ziet, dan wordt of bent u ook grootmeester! Kleintjes In sommige bridgetijdschriften, -rubrieken en -artikelen wor den de lage kaarten wel eens aangegeven met kruisjes. De inmiddels overleden, geniale Hongaarse bridgeprobleem- componist Robert Darvas er gerde zich daar altijd mateloos aan en dat deed hem besluiten een boek te schrijven („Right through the pack"), waarin hij 52 spellen beschreef, in elk waarvan één, steeds verschil lende, kaart de hoofdrol ver vulde. Natuurlijk zijn daar wat gekunstelde toestanden bij, maar de principiële juistheid van het belang van de kleintjes kan worden aangetoond door het hierna volgende spel, dat de auteur van een bridgeboek had uitgekozen om een be paalde verdediging tegen een dwangpositie te illustreren. Dank zij de oplettendheid van een .tester!', werd hij behoed voor een onnauwkeurigheid. Het oorspronkelijke spel zag er als volgt uit: H75 72 o A95 H 1052 °A 1064 OVB 106 4>B83 1084 95 08732 V 9 74 AVB93 O HB83 O H 4 Onder voortdurend passen van oost-west waren noord-zuid in een zes schoppen contract te recht gekomen, waartegen west met ruitenvrouw uitkwam. Het spel biedt vele kansen: de hartens kunnen 3-3 zitten, kla ver 10 kan vrij worden als ie mand VB derde heeft en ten slotte is er (met 11 vaste sla gen) wellicht een dwangpositie te ontwikkelen tegen degene die in twee vitale kleuren de hoge kaarten bezit. Zonder nu diep op de techniek van de dwangpositie in te gaan (de materie is soms ingewikkeld, maar men moet er niet voor terugschrikken, want soms komt zo'n situatie automatisch tot stand en is het slechts een kwestie van opletten welke kaart niet is gevallen) moet worden opgemerkt dat in vrij wel alle dwangposities de lei der eerst het aantal toegestane verliesslagen moet afgeven, al vorens de dwang werkt. Dat wijst al op een goede verdedi ging: de tegenstander moet zo lang mogelijk voorkomen dat de leider zijn verliesslagen kwijt raakt. Dat werkt ook hier: de leider nam de eerste slag in de hand en trok driemaal troef. Toen speelde hij een kleine harten naar de vrouw en har ten naar de heer. West nam en speelde ruitenboer na, die met het aas werd genomen. Er volgde klaveren naar het aas, waarna alle troeven werden af gespeeld. Hierna was de situa tie: west harten 10 6 en ruiten 10, noord harten 7 ruiten 9 en klaverheer, oost ruiten 8 en klaver V 9 en zuid harten B 8 en klaver 6. Zuid speelde kla veren en west moest zuid een extra slag in een van de rode kleuren geven. Door de tweede hartenslag te weigeren had west deze dwang kunnen voor komen stelde de auteur, maar ook dan kan het spel gewon nen worden. Slag 6 is voor zuid, die schoppenboer nas peelt. West moet een klaveren afgooien, noord speelt harten 7 en oost ruiten 3. Zuid ver volgt met schoppen 9, west klaveren, noord ruiten 9 en oost moet ruiten bijspelen. Nu volgt ruiten naar noords aas, waarna klaver 2 wordt ge speeld. Oost moet nu de 7 spelen, zuid het aas en bij west valt de boer. Nu volgt klaveren naar de 10 van noord. Oost kan nemen, maar moet dan in de klavervork spelen. Het eni ge wat de schrijver hoefde te doen, was klaver 5 en 4 ver wisselen! Probeert u het maar. Oploswedstrijd (7) Deze damrubriek moet begin nen met een rechtzetting. Zes weken geleden meldde ik de oplossingen van de tweede ronde van de oploswedstrijd. In plaats van de oplossing Vuurboom (4) werd Van Win- gerdens vraagstuk al ont sluierd. Nu als nog de oplos sing van Vuurboom dat de deelnemers toch al grijze ha ren bezorgde. Maar daar kom ik bij een andere gelegenheid nog op terug. Vuurboom (4): 34-29 23x34 32x23 19x28 47- 41 36x47 46-41 47x36 27-22 36x18 26-21 16x27 37-32 28x37 42x22 18x43 48x10 15x4 25x1 2-7 1x9 4x13 49-43 13-19 43-39 19-24 39-34 35-40 34-30 24x35 45x34. Zwart kan bij de eerste zet ook anders slaan: 34-29 24x33 38x18 13x22 32x23 19x28 27x18 36x27 18-12 8x17 37-32 28x37 42x11 16-21 26x17 7x16 46-41 2-8 41-37 9-13 37-31 20-24 31-27 met doorbraak naar dam en winst. In de zevende ronde plaats ik 1" 11 I t 1 is S m m s s m m m m HAUSCHILD (14) twee eerste publikaties, van Hauschild en Van Wingerden. U wordt verzocht oplossingen binnen twee weken op te stu ren naar B. J. Nuys, Oleander 12, 2671 NN Naaldwijk. Op het ogenblik ben ik bezig met het samenstellen van het klasse ment na vijf ronden, plaatsing volgt zo spoedig mogelijk. Ook ben ik u nog schuldig de oplossingen van de vijfde ron de. Allereerst Hauschild (9): 27-22 16x18 29-24 18x20 37- VAN WINGERDEN (15) 31 14x32 48x28 26x37 46-41 37x46 30-24 46x30 35x22; Vuurboom (10): 32-27 44x24 27x7 31-27 22x42 47x38 12x1 38-33 30x28 36-31 26x37 41x3 24-30 25x34 20-25 3x20 25x14 46-41 14-19 34-29 met het be kende eindspel-Vuurboom. Cijferstanden vraagstukken ze vende ronde: Hauschild (14): zwart 9/13, 17/19, 26. 31, 34, 36 en wit: 21. 22. 27/29, 37, 40/42, 44, 47, 49; Van Winger den (15): (zwart) 8. 9, 12, 14, 17/19, 21, 22, 27, 45 en wit: 16, 20, 30. 32, 33, 37. 38, 43, 44, 47,50. In deze rubriek mag het par- tijspel niet ontbreken, ik vraag uw aandacht voor F. Ivens (RDG)-Bandstra (Huizurn), een partij die Ivens een geraffineer de overwinning opleverde. 1. 35-30 17-21 2. 30-25 21-26 3. 34-29 11-17 4. 40-34 6-11 5. 45- 40 1-6 6. 50-45 17-21 7. 40-35 20-24 8. 29x20 15x24 9. 32-28 11-17 10. 44-40 7-11 11. 34-30 10-15 12. 39-34 2-7 13. 49-44 5- 10 14. 44-39 18-23 15. 38-32 en daarmee is de kritieke stand bereikt. Bandstra meende te kunnen winnen via 15.23-29 16. 34x23 21-27 17. 31x221 13- 18 18.22x2 (even tussen haak jes; alle witte stukken staan nu op bord) 18... 3-8 19. 2x13 9x49, maar dan 20. 32-27!! en Bandstra scoort een nul. Er volgt immers 49x21 42-38 21x34 40x9 4x13 28-22 17x28 37-31 26x37 41x5! Schitte rend. Ronald Story weerlegt Von Daniken Het boek van de Ietwat labiele fantast Erich von Daniken „Waren de goden astronau ten" heeft in de wereld de no dige belangstelling gewekt. In dat boek beweert Von Dani ken, dat de monumentale ar chitectuur die in het verre ver leden is opgetrokken, nooit het werk van onze voorouders kan zijn geweest, omdat dezen daar eenvoudigweg niet toe in staat waren. Voor deze monu mentale architectuur zouden buitenaardse intelligente we zens verantwoordelijk zijn, die in een ver verleden in ruimte schepen de aarde en haar be woners hebben bezocht en van het aapachtig dier, dat toen rondsjokte, een mens met in telligentie hebben gemaakt. Von Dëniken schreef daarvoor een groot aantal aanwijzingen te hebben gevonden en, zoals het meer gaat met die dingen, vervormt hij niet zelden die aanwijzingen zodanig, dat deze keurig in de theorie passen, en als hij er niet goed uit kan ko men dan vult de retorische vraag de leemte wel op. Het behoeft geen betoog dat dit gepaard gaat met de nodige schimpscheuten aan het adres van de echte wetenschappers, die Von Dëniken bepaald niet serieus nemen. Een van hen is Ronald Story en deze heeft het waarom van zijn twijfel helder en duidelijk uiteengezet in een door Het Spectrum uitgegeven paperback „Von Dëniken weerlegd" (prijs 17,50). Gegronde twijfel aan Von Dë- nikens opvattingen betekent nog niet dat men de aanwezig heid van intelligent leven er gens In het onmetelijke heelal uitsluit, maar de aanwijzingen, dat dergelijk intelligent leven onze moeder aarde jezocht heeft, zijn duidelijk onvoldoen de. Story toont dat, naar onze smaak, vrij overtuigend aan. Als Von Dëniken het visioen van de profeet Ezechiël aan haalt als een aanwijzing voor de landing van een ruimtevaar tuig, dan laat hij in het bijbelse citaat rustig weg, dat het een visioen betreft. Visioenen zijn nu eenmaal geen realiteiten. Overigens Is er ook nog wel een, door Donald Menzel ge geven, eenvoudiger verklaring voor wat Ezechiël gezien kan hebben, namelijk een vrij zeld zaam voorkomend natuurver schijnsel, parhelia geheten, dat optreedt als de zon door een laag ijskristallen schijnt. Het is al evenmin aannemelijk, dat Sodoma en Gomorra door ruimtevaartwezens verwoest zijn. Beide zondige steden gin gen wellicht ten onder toen na een aardbeving het Dode Zeegebied ligt op een breuklijn natuurlijk gas was ontsnapt met het gevolg: een geweldige explosie. Uiteraard voert Von Dëniken ook de bekende Piri Reiskaart ten tonele, die, vol gens hem, alleen gemaakt kon zijn door wezens die hoog bo ven de aarde vlogen. Over die kaart is erg veel te doen ge weest, maar het is in ieder ge val wel duidelijk, dat wat het zuidpoolcontinent moet voor stellen. geheel in strijd is met wat werkelijk het zuidpoolcon tinent is. En de Zuidamerikaan- se Nazcavlakte met zijn merk waardig lijnenspel is géén voormalige landingsplaats voor ruimtewezens, maar een hom mage aan het sterrenbeeld De Pauw (Pavo), waarin de toen malige bewoners waarschijnlijk een condor zagen. Aan de be roemde beelden van het Paas eiland ligt ook geen mysterie ten grondslag; de huidige eilandbewoners weten nog precies, dat het monumenten zijn voor overleden koningen en hoofdlieden. Zij beheersen zelfs nog de techniek om deze beelden met vuistbijlen uit het vulkanisch gesteente te hak ken, te vervoeren en op te richten. De merkwaardige hoe den zijn dan ook geen ruimte helmen, maar stellen slechts de haardracht voor, zoals die een paar honderd jaar geleden gebruikelijk was. Thor Heyerdal heeft dat alle maal proefondervindelijk aan getoond. Trouwens de gehele stelling van Von Dëniken, dat de mensheid destijds niet tot het oprichten van monumenta le architectuur in staat zou zijn geweest, is nonsens. Egyptolo gen weten voldoende van de Egyptische prehistorie af om te weten, hoe de ontwikkeling van de piramiden is geweest: van grafheuvels van losse ste nen, via de mastaba's van klei- blokken tot de piramiden, zoals wij die nu kennen. Helemaal bont maakt Von Dë niken het, als hij betoogt dat de afbeelding op de Mayasar cofaag van Palenque een oude ruimtevaarder moet voorstel len. De afbeelding stelt in wer kelijkheid de overleden heerser Pacal voor, zwevend tussen twee werelden, namelijk die van de levenden en die van de doden. Wat Von Dëniken ziet als de vlammende uitlaat van het ruimtetuig is In feite de wortelbos van de maïsplant die in de toenmalige religie een zeer belangrijke rol speelde. Dat wordt allemaal vrij duide lijk als men de afbeelding ver ticaal en niet horizontaal houdt. Zo kan men doorgaan. Niette min rijst er toch een belang wekkende vraag: hoe is het mogelijk, dat Von Dënikens overspannen ideeën bij zoveel mensn aanslaan? Het is ermee als met een kritiekloos geloof aan vliegende schotels. De mens voelt zich niet veilig In een wereld vol oorlogsdreiging en kernenergie. Hij hoopt op buitenaardse machten, die de aardse zaken zullen rechttrek ken. Het is bijvoorbeeld niet erg waarschijnlijk, dat vliegen de schotels bestaan buiten de geest van de waarnemers. Het is waarschijnlijker dat vliegen de schotels „psycholgische projecties zijn van 's mensen hoop en vrees In een onzekere wereld", zoals Adler het uitge drukt heeft. Hoe het ook zij: er is een markt voor de pseudo- wetenschappelijke literatuur over vliegende schotels en uit de ruimte komende superintel ligente wezens. En zolang dat het geval is, zullen er uitgevers zijn, die meer oog hebben voor de revenuën dan voor de waar heid. T. VAN GRINSVEN

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1980 | | pagina 25