>weekpuzzel door dr. Pluizer
dierenportret
^postzegels
DENKSPORTEN/HOBBY
oplossing vorige puzzel
NR. 1
KRUISWOORDRAADSEL
|W»S
t§ M wt iFi
in mm m
ss s 8
e e a i
LEIDSE COURANT
ZATERDAG 5 JANUARI 19
De prijswinnaars van de puzzel van vorige week zijn:
Vijftien gulden:
Mevr. W.J. Koudijs-Duindam, Rijndijk 232, 2331 Al Leiden.
B.H. Wisman, Israelhove 6. 2172 VR Sassenheim.
De prijzen worden binnen drie weken per cheque toegestuurd.
Horizontaal:
1 deel v.e. vrachtauto; 6 telwoord; 7
wijnsoort; 9 familielid; 10 duivenhok;
12 lichaamsdeel; 14 msekteneter; 15
overscharige kaart v.h. kaartspel; 17
nachtroofvogel; 19 ondergevel; 20
soort tas; 22 houten drinkkom; 24
bloeimaand; 25 sporeplant; 26 pluis op
wollen stoffen; 28 stap; 30 maanstand
(afk.); 31 biljartstok; 32 glansloos; 33
met andere woorden (afk.); 35 niet par
keren (afk.); 36 slangvormige vis; 39
groot aantal wilde varkens (jagerstaal);
41 eensgezindheid; 42 afgunst; 43 ge
lofte; 45 insektendodend middel (afk
46 dat is (afk.); 48 koraalbank; 50
zwemvogel in arctische streken; 51
aanwijzend vnw.; 52 op dit ogenblik; 53
boomloot; 55 alvorens; 57 metalen
staaf; 58 in grove trekken; 59 grappen
maker; 61 vrouwelijk roofdier; 64 bui
tenkansje; 65 niet grof; 67 belangrijke
voedingsstof; 68 bittere stof; 69 deel
v.e. tabakspijp; 71 kleefstof; 72 ver
plaatsing v.e. schaakstuk; 73 hulzen
van gedorste korenaren; 75 mannelijk
beroep; 76 vaderlandsvriend.
Verticaal:
1 kleefstof; 2 gereed; 3 oorlogsvaar
tuig; 4 vizierlijn v.e. verrekijker; 5 soort
papegaai; 6 geheel gevuld; 8 ruw (van
taal); 9 vrouwelijk dier; 10 insekt; 11
gesteente; 13 verachtelijk; 14 trekgat
in water; 15 kledingstuk; 16 loopplaats
voor kippen; 18 stuk stof; 19 brandba
re stof; 20 toestand waarbij warmte
ontbreekt; 21 rekenkundig vraagstuk;
23 duinvallei; 24 manier, wijze; 25
zangwijs; 27 boertige nabootsing; 29
vogel; 31 vertrek v.e. woonhuis; 34 he
vige gramschap; 36 vlaktemaat; 37
vreemde titel; 38 lokspijs; 40 te zijner
tijd (afk.); 44 roofvogel; 47 rivier in
Oostenrijk; 49 vinnig; 51 Spaanse titel;
52 ingebeeld meisje; 54 lichte stof; 56
sierlijk dier; 57 tocht te paard; 58 ma
nier van zingen v.e. kanarie; 60 vermo
gend; 62 boom; 63 kleur; 64 slaghout
bij cricket; 66 hoogste deel v.e. dak
met hellende vlakken; 68 dwaas; 70
licht verteerbare spijs; 72 dwaas; 74
muzieknoot; 75 boksterm (afk.).
Oplossingen onder vermelding van Puzzel 1 dienen uiterlijk
woensdagmiddag in bezit te zijn van:
Leidse Courant,
Postbus 11, 2300 AA Leiden.
Eigen postcodenummer s.v.p. leesbaar vermelden.
Een van de „nieuwe" gezich
ten in het Italiaanse team, dat
de Europese titel won, was dat
van Lorenzo Lauria..
Bezoekers van het Caransa-
Philip Morris toernooi hebben
hem daar tegenover Garezzo
zien zitten, maar tijdens de EK
speelde hij in de wedstrijd te
gen Groot-Brittannië met Be
lladonna. Ook dat is een be
wijs van de kracht van de Itali
anen: het doet er niet zoveel
toe wie met wie speelt, de re
sultaten zijn er nauwelijks min
der om. In deze wedstrijd
kwam dat weliswaar niet zo
goed tot uiting (Italië verloor
met 79-61). maar het onder
staande spel laat wel zien dat
Lorenzo in speelkracht niet on
der doet voor zijn vele malen
gelauwerde teamgenoten.
Zie diagram 1.
In de gesloten kamer waren
Priday en Rodrigue met de
oost-west spellen in 6 klaveren
terecht gekomen, een contract
dat tegen elke uitkomst ge-
Oost gever OW kwetsbaar
Cf10 6 2
ÖB972
*9 8 6 4
♦AB32 N V 7 4
°B 3 w0 °A V 6 5
o A z o H V 8
AVB753 *H 10 2
H 10 9 8
O H 9 8 7
o10 6 5 4 3
makkelijk wordt gemaakt. In
de open kamer ging het als
volgt.
West Oost
1 SA (16-18)
2 klaveren 2 harten
3 klaveren 3 schoppen
4 SA 5 ruiten
7 klaveren pas
2 Klaveren (van Lauria) was
Stayman, 3 klaveren natuurlijk,
forcing en vragend. 3 Schop
pen gaf een honneur derde in
Lauria
klaveren aan en na op zijn 4
SA (Blackwood) een aas te
hebben gegooid, dacht Lauria
alles te weten wat hij wilde.
Als men in een dergelijk con
tract terecht komt, is het wel
zaak het ook te maken, anders
loopt men een goede kans een
paar dagen de wonden te mo
gen likken en niet te worden
opgesteld. Lauria deed het zo:
de troefuitkomst nam hij in de
dummy (oost), waarna een klei
ne schoppen naar de boer
volgde. Hij incasseerde ruite
naas, ging naar tafel met een
troef en gooide op de hoge rui
tens een harten en een schop
pen af. Vervolgens speelde hij
nog driemaal troef en dat leid
de tot: Zie diagram 2.
Hoewel het inderdaad niet be
langrijk is welke kaarten noord
heeft, schuilt daar toch een
dikke adder onder het gras.
Goed verdedigen betekent in
dit soort gevallen, dat de leider
niet de kans moet worden ge
geven de handen van de te
genstanders uit te tellen. Op
dit punt lijken de Italianen al-
DIAGRAM 2
tijd een lengte voor te liggen.
Hoewel Shenkin en Goldberg
niets verkeerds deden, wist
Lauria inmiddels dat zuid be
gonnen was met vier hartens
en vier schoppens. Hij incas
seerde schoppenaas, speelde
de laatste troef (in oost schop
penvrouw weg) en vervolgde
met hartenboer. Zuid had, no
lens volens, hartenheer sec ge
zet en dertig imps lagen in
wests hand. Hij sloeg harte
naas (kans 4:3) en Italië scoor
de dertien imps!
Twintig spelers hebben zich
geplaatst voor de halve finales
voor het persoonlijk kampioen
schap. De twintig spelers zijn
verdeeld over twee groepen
van tien. Tien spelers zijn te
ruggevallen uit de finale 1979,
tien plaatsten zich uit de vijf
rayonwedstrijden, de zogehe
ten kwartfinales. Groep 1: Ver
min, Clerc, Passchier, Boom,
Van der Borst, Bies, Smeenk
Boulonois, Vrolijk en Mathijs-
sen; groep 2: Palmer, Bron-
string, G. van Aalten, Bastiaan-
net, Hooijberg, P. van Harten,
M. Morsink, Van der Kooy,
Kloosterman en Van Tilborg.
Vermin, Palmer en Passchier
vervangen de verhinderde spe
lers Drost en De Boer alsmede
Stokkel, die alsnog voor de fi
nale is geplaatst omdat De
Ruiter bedankte. De halve fina
le gaat dit weekeinde van start
en daarom lijkt het toepasse
lijk om de prestaties van een
aantal deelnemers te belich
ten. In rayon 2 kon Morsink
Halve finales
VAN DER KOOY
9" li" [9 »x
O 8 8' 8 8
- ts m jr
2S si ^1 S
m m mm
M. MORSINK
zich vooral plaatsen door winst
tegen Smeenk. De winnaar in
deze groep permitteerde zich
in de diagramstand 30. 13-
18. Brengt daarmee wel de
damzet 24-29/30 enz. in de
stelling, maar na de eenvoudi
ge parade 31. 41-37 zit Smeenk
in moeilijkheden. Er dreigt 28-
22 en na 9-13 wordt 28-22
17x28 26x17 11x22 wel erg on
aangenaam: 48-43! en dan bv.
16-21 27x16 22-27 33x22
27x36 22-17 24-30 of 35x24
19x30 34-29 23x34 40x29 en
de onweerlegbare dreiging 17-
11 32-27 met schijfwinst.
Vandaar 31. 17-22 32.26x17
2-8 33.48-43 25-30 34.34x25 9-
13 nu lijkt 24-29 toereikend.
maar 35.27-21! 16x36 36.37-31
36x27 37.32x21 23x32 38.17x37
en Morsink bleef een schijf
voor.
De tweede diagramstand is uit
de partij Kuilder (Wester-
haar)—Van der Rooy (OG
Utrecht), en gespeeld in de
competitie. Kuilder probeert
39.43-39? 10-15 40.25-20 14x25
41.28-22 en dan de verrassing
41. 23-29 42.34x14 25x43
43.38x49 24-30 44.35x24 16-21
45.27x7 18x9 46.7x18 13x22 en
het is meteen uit.
Nummer 2 in rayon 3, IJmui-
den-speler Boulonois, klopte
tegen Lent G. Geurts, vanuit
de stand Boulonois met zwart:
8. 11, 13, 16. 18, 21, 24, 26;
Geurts: 27, 28, 31/34, 36. 37.
De slotfase ging in met 47.34-
29 wat anders? 47. 11-17
48.29x20 18-23 49.28x19 13x15
50.33-29 15-20 51.29-23 8-12!
52.23-19 12-18 53.27-22 18x38
54.19-13 38-43 55.13-8 43-48
56.8-3 20-25 en Geurts hield
het voor gezien.
De Zwitserse Sennenhond
Veel mensen komen uit Zwit
serland terug met een mooie,
sonoor klinkende koeienbel.
Die is afkomstig van de bruin-
witte koeien die de Alpenwei
den bevolken. Nu zijn deze
koeien echte bergbewoners,
dat wil zeggen behoorlijk ei
genwijs. Zij zijn veel moeilijker
te hoeden en in de hand te
houden dan bijvoorbeeld het
Nederlandse koeienvolkje.
Vaak moeten zij ook van de
boerderij naar de weide ge
bracht worden, die op flinke
afstanden van elkaar liggen.
Dat lastige en veeleisende
werk wordt, veelal geheel zelf
standig. gedaan door één van
de grootste specialisten op dit
terrein: de Sennenhond.
Er zijn vier soorten Sennen-
honden, de Grote-, de Berner-,
de Appenzeller- en de Entlebu-
cher Sennenhond. Deze vier
variëteiten vertonen onderling
kleine verschillen.' Het belang
rijkste onderscheid zit hem in
de grootte en in het tempera
ment. De laatste twee zijn klein
en vinnig, terwijl de Grote- en
de Berner Sennenhond een
stuk forser en bedaarder zijn.
Zij bereiken met hun overwicht
wat hun kleine „neven" met lef
en een grote mond versieren.
De Sennenhonden drijven hun
De bekende Berner, die ook in Nederland geliefd is.
koeien met hetzelfde gemak ter.
voort over bergpaden als over
verkeerswegen en weten de
kudde net zo keurig in het ge
lid te houden als een sergeant
majoor van het oude stempel
een troep soldaten. Onwillige
koeien worden eerst bestraf
fend aangeblaft. Als ze dan
nog tegenstribbelen bijt de
hond de recalcitrante onrust
stoker in de hielen. Deze werk
wijze kenmerkt veel veedrij
vershonden. Zij worden daar
om „heelers" genoemd, wat
zoveel betekent als hielenbij-
De Berner, het ras dat wij in
Nederland het beste kennen, is
een ideale hond. Hij is geen
keffer of bijter, maar een zelf
verzekerde beschermer, die
slechts in uiterste noodzaak
gebruik maakt van zijn scherpe
tanden. Hij is een groot kinder
vriend en zeer aanhankelijk.
Eigenaars beweren dat de
hond zichzelf opvoedt. Maar
die aanhankelijkheid moet u
liggen. Vindt u het een crime
dat de hond u als een schaduw
volgt of tijdens een wandeling
continue in een cirkeltje om u
heendraait, dan niet aan een
Sennenhond beginnen! Het
oude liedje van de beweging
begint misschien al wat ver
trouwd aan te doen in deze ru
briek, maar ook de Sennen
honden maken hierop geen uit
zondering. Anderhalf uur per
dag vrij bewegen.
De kleinere Sennenhonden zijn
wat drukker dan de beide gro
ten. Zij zorgen voor wat meer
leven in de brouwerij en halen
graag kattekwaad uit, vaak in
samenwerking met de kinde
ren. Mocht u van plan zijn één
der grote Sennenhonden aan
te schaffen, dan verdient het
beslist aanbeveling zich in ver
binding te stellen met de ras
verenigingen. Enige jaren gele
den deden zich bij wat oudere
honden plotselinge aanvallen
van agressiviteit voor, die niet
verklaard konden worden. In
middels schijnt men deze
moeilijkheid weer opgelost te
hebben, maar een goede be
geleiding kan nooit kwaad. De
Raad van Beheer op Kynolo-
gisch Gebied In Nederland,
vaak gekscherend de „club
met de lange naam" genoemd,
die in Amsterdam gevestigd is,
kan u de betreffende adressen
verstrekken.
door
C. J. de Feijter
Studiethema
Van het schaakgebeuren waar
geen landgenoten aan deel ne
men zijn de berichten maar
pover. Natuurlijk wordt er op
vele plaatsen geschaakt, maar
van een toernooi in Brazilië
lees je iets over de vierde ron
de en dan ineens staan we vlak
voor de laatste en dan heet
het: Larsen zal wel eerste wor
den en Miles is goed voor de
tweede plaats. In een ander
toernooi heeft de tweede beste
van de wereld een slechte start
gehad en heeft nu wat inge
haald. Daarvan horen we dan
over een week of langer of hij
het wel of niet heeft gehaald -
punt uit. Vandaar dus weinig of
geen direct nieuws uit het par
tijschaak - of men moet uit
„64" oudbakken nieuws op
nieuw op tafel zetten. Goed
dan, iets over een studiethe
ma, dat overigens uit de partij
stamt en daar nog wel vaker
zal voorkomen.
A. O Herbstman
L'Eechiquier 1928.
(zie diagram nr. 1.)
Wit: Ke3; pion: h2
Zwart: Kh1; pionnen: f5, f6, f7.
Wit begint en wint.
Wanneer een Russische com
ponist een goede studie heeft
dan gaat zo'n studie dikwijls
naar een groot buitenlands
toernooi en het is daarom dat
er zo veel hoge prijzen door de
Russische studiecomponisten
over de grenzen worden be
haald. Bovenstaande studie is
geen groots werk en daarom
was het eigenlijk niet meer dan
een groet naar Franse studie
vrienden van Herbstman. Toch
zit er een aardige pointe in, al
zou men denken dat zwart na
1. h2-h4 wel kan opgeven. Hij
kan nooit meer die witte pion
achterhalen en we zien al gauw
dat na het antwoord: 1..., Kh1-
g2 2. Ke3-f4... zwart geen en
kele ressource meer heeft. En
waarom gaat dan die zwarte
koning achter die witte pion
aanhobbelen? Is zwart te be
roerd om op te geven? Even
kijken: 2..., Kg2-h3. 3. h4-h5...
DIAGRAM 1
De witte koning kan niet op g5
zijn pion gaan dekken, want
dan loopt pion f4 door en is
het remise. Maar waarom zou
wit dat doen? 3..., Kh3-h4. 4.
h5-h6, Kh4-h5. 5. h6-h7, Kh5-
g6..„ en dan zien we ineens de
reden van de jacht achter de
pion door de zwarte koning.
Neemt wit een dame op h8i
dan staat zwart pat! En waar
om is er alleen winst mogelijk
als wit zijn ren met de h-pion
besluit met: 6. h7-h8 Toren...
en dan geeft zwart op. Een be
scheiden inhoud, waarvan u de
pointe al wel vaker hebt ge
zien, want deze is al dikwijls
vertoond. Misschien hebt u in
een partij dezelfde mogelijk
heid ontmoet. Maar de wijze
waarop de auteur dit op het
bord brengt getuigt toch van
vakmanschap.Een miniatuur
waarin de beide monarchen
een taak hebben, met als
hoofdzaak die torenpromotie.
Waar is nu dat thema voor het
eerst opgedoken? Voor zover
bekend kwam dit voor in een
inzending voor het eerste stu-
dietoernooi waarin een prijs
van twintig pond voor de beste
studiel Dat was in het toernooi
1862 - en die prijs kunt u dus
nu gerust stellen op een dikke
tweeduizend gulden! Geen
wonder dat daar liefst 464 stu
dies werden ingezondenl En
die studie met dat torenpro-
motiethema won geen prijs. De
inzender was Reverend G.
McArthur (en we zijn dus weer
DIAGRAM 2
eens bij het hoofdstuk „domi
neeschaak"!
(Zie diagram nr. 2)
Het lijkt er veel op dat deze
opgave uit een partij is ont
staan - geen wonder, want het
thema Is in wezen eentje uit de
schaakpartij. De oplossing
gaat als volgt: 1. Td2!, Le4f. 2.
Tg2, Kc4. 3. b6. Kb5. 4. b7.
Ka6. 5. b8T!... en wint. Een lo
per of een paard halen wint
niet en een dame halen zet
zwart pat.
Hierboven heb ik opgemerkt
dat de Russische componisten
vaak de hoogste onderschei
dingen in buitenlandse toer
nooien wegslepen. Dat was
dan niet het geval In het John
Selman-Herdenkingstoernooi,
van de K.N.S.B. in 1978, waar
van ik de definitieve uitslag
een maand te laat eerst onder
de ogen kreeg. Hiervan werden
de drie eerste prijzen gewon
nen door landgenoten, en men
mag de prljsrechter (F. A.
Spinhoven) beslist niet van
chauvinisme beschuldigen
want het zijn ontegenzeggelijk
de beste van de 90I ingezon
den studies. De eerste en de
derde prijs gingen naar J. H.
Marwitz in Dalfsen en de twee
de prijs naar G. Rol in Utrecht.
De beide eerste heb ik u al la
ten zien, de derde prijs volgt
hier:
Studie van J. H. Marwitz, Dalf
sen
3e prijs John Selman-Herden
kingstoernooi 1978.
DIAGRAM 3
(zie diagram nr. 3.)
Wit: Kf1, Ta1, Lg5, Pg2; ploi
nen: g4, h7.
Zwart: Kh1, Te8, Lc2, Lg3; p
onnen: c5, cl, d6.
Wit begint en wint.
Een stelling met ongeveer g
lijke krachten. Beide koningi
staan bloot aan aanvallen 6
het is duidelijk dat die wilt
pion op h7 de winst mo
brengen - maar hoe. Ik ga
niet opzadelen met het zelfzo
ken van de oplossing en la
die meteen hier volgen. U mo
dat beslist naspelen om
fijnheid van het geheel goed
u op te nemen!
1. Ta1-a3!, Td8-f8f (1..., Kt!
2.Lf4!,.. komt niet in aanme
king)
2. Pg2-f4, Kh1-h2. 3. Ta3-a
Lg3xf4. 4. Ta2xc2f,...(Na:
Lf4:|?, Tf4:f 5. Ke2, Tf8
Tc2:, Th8 7. Kf3f, Kh3 remis*
Maar na bet nemen van de l<
per op c2 heeft zwart een mo
aftochtschaak in: 4.... Lf<
d2|l.... waarop alleen het ma<
neetoffer: 5. Lg5-f4fl. 5. Lgi
f4t!L..wint. 5. Tf8xf4t, Tf8xf4
6. Kf1-e2, Tf4-f8. 7. Tc2xd
Tf8-h8 (er dreigde het doorl<
pen van de g-pion). 8. Ke2-fi
Kh2-h3 en na: 9. Td2-d5L... e
wit wint. Het goede van c
zwarte zet Ld2t werd tenietga
daan door de nog betere zi
Lf4f, en er rest dan als resu
taat dat de witte toren op c
d-lijn beland. Een moeilijk o
te lossen studie met goed sp
voor beide partijen.
Kerstmotieven op Engelse zegels
Ook deze week nog aandacht
voor Kerstzegels, en daarvoor
gaan we naar Engeland. Daar
verscheen op 21 november j.l.
een kerstserie, bestaande uit
vijf zegels. De zegels hebben
als motief de geboorte van het
Kind Jezus en gebeurtenissen
die daarmee samenhangen.
Zo ziet men op een zegel van 8
p. de Drie Koningen die de ster
volgen. Het verschijnen van de
engel aan de herders is te zien
op een zegel van 10 p. De stal,
met Maria, Jozef en het God
delijk Kind Is afgebeeld op een
zegel van 11,5 p. Een zegel van
13 p. toont Jozef en Maria op
weg naar Bethlehem. De serie
wordt afgesloten met een zegel
van 15 p. die de Boodschap
aan Maria in beeld brengt. Het
ontwerp voor de zegels werd
vervaardigd door de 55-jarige
Fritz Wegner, die reeds lang
betrokken is bij het ontwerpen
van Britse postzegels. De ze
gels werden in meerdere kleu
ren gedrukt door Harrison and
Sons te High Wycombe in vel
len van 100 stuks.
De kerstzegels worden ook uit
gegeven in een geschenkboek
je. De omslag van dit boekje
toont een pistache, een soort
bonbon, verpakt in papier dat
aan beide zijden ver buiten de
bonbon uitsteekt en in franje is
geknipt. Wanneer twee perso
nen ieder aan die franje-ult-
steeksels trekken, klinkt er een
knal. In Engeland zijn deze
pistaches (crackers) met kerst
mis een vertrouwd verschijn
sel. De boekjes bevatten tien
zegels van 10 p. en tien van 8
p. De prijs van het boekje be
draagt 1.80 Pond.
De Oostenrijkse PTT bracht op
15 november j.l. een kerstzegel
in de waarde van S 4.-. Als af
beelding op deze zegel een
kerstikoon, die zich bevindt in
de St. Barbarakerk in Wenen.
De zegel werd ontworpen door
prof. Otto Zeiller en in meerde
re kleuren gedrukt door de
Oostenrijkse Staatsdrukkerij.
In het voorjaar van 1980 zal
Wenen het schouwtoneel zijn
van een groots filatelistisch ge
beuren van internationaal be
lang. Men spreekt zelfs van
een filatelistische gebeurtenis
die alles wat op dit gebied eer
der georganiseerd werd, In de
schaduw zal stellen. Met deze
filatelistische wereldtentoon
stelling wordt een feit In herin
nering gebracht, waarmee de
internationale faam van Wenen
als metropool van de filatelie
bevestigd wordt. Reeds In
1881 namelijk werd voor het
eerst een voor het publiek toe
gankelijke postzegeltentoon
stelling in Wenen georgani
seerd, welke zich in een grote
belangstelling mocht verheu
gen. Onder het motto „Wien
ladt zur Wipa!" (Wenen nodigt
u uit naar de Wipa) wordt in
bloemrijke bewoordingen be
langstelling gewekt voor de
„Wiener Internationale Post-
wertzeichen-Ausstellung". De
woorden „Wien ladt zur Wipa"
staan bovenaan op de speciale
postzegel die naar aanleiding
van dit gebeuren wordt uitge
geven. De zegel heeft een
waarde van S 16.- plus S 8.-
en toont het Heldenplein met
de nieuwe Hofburg. Het afge
beelde motief wordt de eerste
produktiefase van een postze
gel genoemd, wat ook op de
afbeelding werd aangetekend.
Ook deze zegel werd ontwor
pen door prof. Otto Zeiller en
gedrukt door de Oostenrijkse
Staatsdrukkerij In Wenen.
In de serie met als thema „Mo
derne Kunst in Oostenrijk"
verscheen een aanvulling van
één postzegel in de waarde
van S 4.-. Het motief is een re-
produktle van een ets, voor
stellend „Der Erbërmende
Christus". Dit werk is van de
hand van de kunstenaar prof.
Hans Fronius, die in 1903 te
Serajewo geboren werd. Deze
kunstenaar past vele technie
ken toe, zoals houtsnede, te
kenen met krijt en houtskool,
aquarelleren, olieverven, etc.
Hij Is thans In Wenen woon
achtig, waar hij nog iedere dag
in zijn atelier te vinden is. De
zegel werd» ontworpen door
prof. Hans Fronius en gedrukt
door de Oostenrijkse Staats
drukkerij. Ter gelegenheid van
het 100-jarig bestaan van het
Technisch Ambachtsmuseum
te Wenen verscheen een bij
zondere zegel in de waarde
van S 2.50. Op de zegel ziet
men het portret van de oprich
ter van het museum, Wilhelm
Exner. Als leraar mechanische
houttechnologie aan een tech
nische hogeschool beijverde
Exner zich een groot deel van
zijn leven voor de stichting vï
een dergelijk museum. De;
droom werd in 1897 verwezei
lijkt. Een leuke bijzonderheid
dat men zich bij dit museu
kon laten inschrijven voor et
cursus autorijden. Deze nevei
verdienste heeft men in lat
jaren afgestoten. De zeg
werd ontworpen door pre
Otto Zeiller en gedrukt door
Oostenrijkse Staatsdrukkerij.
Een schitterende afbeeldir
van een goederenlokomoti
van de bouwserie 52 is te zie
op een zegel van S 2.50. De;
werd uitgegeven ter gelegei
heid van het feit dat 100 ja
geleden de spoorweg-verbli
ding Raab-Oedenburg-Ebei
furl tot stand kwam. Het on
werp kwam van de hand ve
prof. Adalbert Pilch en h
drukken was In handen van
Oostenrijkse Staatsdrukkerij.
Tot slot een zegel in de waart
van S 2.50 waarmee onder
aandacht werd gebracht d
50 Jaar geleden de Oostenri
ker August Musger overlee
De onderzoekingen van Mui
ger hebben veel bljgedragf
tot de ontwikkeling van
filmcamera die in staat
beelden op te nemen die ve
traagd geprojecteerd kond«
worden. In 1890 werd Musgi
tot priester gewijd, maar zett
zijn studies naast zijn zietzoi
gelijke arbeid voort. Op d
door prof. Otto Zeiller ontw«
pen zegel ziet men het portr
van Musger, en ook deze zeg
werd gedrukt door de Oostei
rijkse Staatsdrukkerij.