>weekpuzzel door dr. Pluizer dierenportret ^postzegels DENKSPORTEN/HOBBY oplossing vorige puzzel NR. 1 KRUISWOORDRAADSEL |W»S t§ M wt iFi in mm m ss s 8 e e a i LEIDSE COURANT ZATERDAG 5 JANUARI 19 De prijswinnaars van de puzzel van vorige week zijn: Vijftien gulden: Mevr. W.J. Koudijs-Duindam, Rijndijk 232, 2331 Al Leiden. B.H. Wisman, Israelhove 6. 2172 VR Sassenheim. De prijzen worden binnen drie weken per cheque toegestuurd. Horizontaal: 1 deel v.e. vrachtauto; 6 telwoord; 7 wijnsoort; 9 familielid; 10 duivenhok; 12 lichaamsdeel; 14 msekteneter; 15 overscharige kaart v.h. kaartspel; 17 nachtroofvogel; 19 ondergevel; 20 soort tas; 22 houten drinkkom; 24 bloeimaand; 25 sporeplant; 26 pluis op wollen stoffen; 28 stap; 30 maanstand (afk.); 31 biljartstok; 32 glansloos; 33 met andere woorden (afk.); 35 niet par keren (afk.); 36 slangvormige vis; 39 groot aantal wilde varkens (jagerstaal); 41 eensgezindheid; 42 afgunst; 43 ge lofte; 45 insektendodend middel (afk 46 dat is (afk.); 48 koraalbank; 50 zwemvogel in arctische streken; 51 aanwijzend vnw.; 52 op dit ogenblik; 53 boomloot; 55 alvorens; 57 metalen staaf; 58 in grove trekken; 59 grappen maker; 61 vrouwelijk roofdier; 64 bui tenkansje; 65 niet grof; 67 belangrijke voedingsstof; 68 bittere stof; 69 deel v.e. tabakspijp; 71 kleefstof; 72 ver plaatsing v.e. schaakstuk; 73 hulzen van gedorste korenaren; 75 mannelijk beroep; 76 vaderlandsvriend. Verticaal: 1 kleefstof; 2 gereed; 3 oorlogsvaar tuig; 4 vizierlijn v.e. verrekijker; 5 soort papegaai; 6 geheel gevuld; 8 ruw (van taal); 9 vrouwelijk dier; 10 insekt; 11 gesteente; 13 verachtelijk; 14 trekgat in water; 15 kledingstuk; 16 loopplaats voor kippen; 18 stuk stof; 19 brandba re stof; 20 toestand waarbij warmte ontbreekt; 21 rekenkundig vraagstuk; 23 duinvallei; 24 manier, wijze; 25 zangwijs; 27 boertige nabootsing; 29 vogel; 31 vertrek v.e. woonhuis; 34 he vige gramschap; 36 vlaktemaat; 37 vreemde titel; 38 lokspijs; 40 te zijner tijd (afk.); 44 roofvogel; 47 rivier in Oostenrijk; 49 vinnig; 51 Spaanse titel; 52 ingebeeld meisje; 54 lichte stof; 56 sierlijk dier; 57 tocht te paard; 58 ma nier van zingen v.e. kanarie; 60 vermo gend; 62 boom; 63 kleur; 64 slaghout bij cricket; 66 hoogste deel v.e. dak met hellende vlakken; 68 dwaas; 70 licht verteerbare spijs; 72 dwaas; 74 muzieknoot; 75 boksterm (afk.). Oplossingen onder vermelding van Puzzel 1 dienen uiterlijk woensdagmiddag in bezit te zijn van: Leidse Courant, Postbus 11, 2300 AA Leiden. Eigen postcodenummer s.v.p. leesbaar vermelden. Een van de „nieuwe" gezich ten in het Italiaanse team, dat de Europese titel won, was dat van Lorenzo Lauria.. Bezoekers van het Caransa- Philip Morris toernooi hebben hem daar tegenover Garezzo zien zitten, maar tijdens de EK speelde hij in de wedstrijd te gen Groot-Brittannië met Be lladonna. Ook dat is een be wijs van de kracht van de Itali anen: het doet er niet zoveel toe wie met wie speelt, de re sultaten zijn er nauwelijks min der om. In deze wedstrijd kwam dat weliswaar niet zo goed tot uiting (Italië verloor met 79-61). maar het onder staande spel laat wel zien dat Lorenzo in speelkracht niet on der doet voor zijn vele malen gelauwerde teamgenoten. Zie diagram 1. In de gesloten kamer waren Priday en Rodrigue met de oost-west spellen in 6 klaveren terecht gekomen, een contract dat tegen elke uitkomst ge- Oost gever OW kwetsbaar Cf10 6 2 ÖB972 *9 8 6 4 ♦AB32 N V 7 4 °B 3 w0 °A V 6 5 o A z o H V 8 AVB753 *H 10 2 H 10 9 8 O H 9 8 7 o10 6 5 4 3 makkelijk wordt gemaakt. In de open kamer ging het als volgt. West Oost 1 SA (16-18) 2 klaveren 2 harten 3 klaveren 3 schoppen 4 SA 5 ruiten 7 klaveren pas 2 Klaveren (van Lauria) was Stayman, 3 klaveren natuurlijk, forcing en vragend. 3 Schop pen gaf een honneur derde in Lauria klaveren aan en na op zijn 4 SA (Blackwood) een aas te hebben gegooid, dacht Lauria alles te weten wat hij wilde. Als men in een dergelijk con tract terecht komt, is het wel zaak het ook te maken, anders loopt men een goede kans een paar dagen de wonden te mo gen likken en niet te worden opgesteld. Lauria deed het zo: de troefuitkomst nam hij in de dummy (oost), waarna een klei ne schoppen naar de boer volgde. Hij incasseerde ruite naas, ging naar tafel met een troef en gooide op de hoge rui tens een harten en een schop pen af. Vervolgens speelde hij nog driemaal troef en dat leid de tot: Zie diagram 2. Hoewel het inderdaad niet be langrijk is welke kaarten noord heeft, schuilt daar toch een dikke adder onder het gras. Goed verdedigen betekent in dit soort gevallen, dat de leider niet de kans moet worden ge geven de handen van de te genstanders uit te tellen. Op dit punt lijken de Italianen al- DIAGRAM 2 tijd een lengte voor te liggen. Hoewel Shenkin en Goldberg niets verkeerds deden, wist Lauria inmiddels dat zuid be gonnen was met vier hartens en vier schoppens. Hij incas seerde schoppenaas, speelde de laatste troef (in oost schop penvrouw weg) en vervolgde met hartenboer. Zuid had, no lens volens, hartenheer sec ge zet en dertig imps lagen in wests hand. Hij sloeg harte naas (kans 4:3) en Italië scoor de dertien imps! Twintig spelers hebben zich geplaatst voor de halve finales voor het persoonlijk kampioen schap. De twintig spelers zijn verdeeld over twee groepen van tien. Tien spelers zijn te ruggevallen uit de finale 1979, tien plaatsten zich uit de vijf rayonwedstrijden, de zogehe ten kwartfinales. Groep 1: Ver min, Clerc, Passchier, Boom, Van der Borst, Bies, Smeenk Boulonois, Vrolijk en Mathijs- sen; groep 2: Palmer, Bron- string, G. van Aalten, Bastiaan- net, Hooijberg, P. van Harten, M. Morsink, Van der Kooy, Kloosterman en Van Tilborg. Vermin, Palmer en Passchier vervangen de verhinderde spe lers Drost en De Boer alsmede Stokkel, die alsnog voor de fi nale is geplaatst omdat De Ruiter bedankte. De halve fina le gaat dit weekeinde van start en daarom lijkt het toepasse lijk om de prestaties van een aantal deelnemers te belich ten. In rayon 2 kon Morsink Halve finales VAN DER KOOY 9" li" [9 »x O 8 8' 8 8 - ts m jr 2S si ^1 S m m mm M. MORSINK zich vooral plaatsen door winst tegen Smeenk. De winnaar in deze groep permitteerde zich in de diagramstand 30. 13- 18. Brengt daarmee wel de damzet 24-29/30 enz. in de stelling, maar na de eenvoudi ge parade 31. 41-37 zit Smeenk in moeilijkheden. Er dreigt 28- 22 en na 9-13 wordt 28-22 17x28 26x17 11x22 wel erg on aangenaam: 48-43! en dan bv. 16-21 27x16 22-27 33x22 27x36 22-17 24-30 of 35x24 19x30 34-29 23x34 40x29 en de onweerlegbare dreiging 17- 11 32-27 met schijfwinst. Vandaar 31. 17-22 32.26x17 2-8 33.48-43 25-30 34.34x25 9- 13 nu lijkt 24-29 toereikend. maar 35.27-21! 16x36 36.37-31 36x27 37.32x21 23x32 38.17x37 en Morsink bleef een schijf voor. De tweede diagramstand is uit de partij Kuilder (Wester- haar)—Van der Rooy (OG Utrecht), en gespeeld in de competitie. Kuilder probeert 39.43-39? 10-15 40.25-20 14x25 41.28-22 en dan de verrassing 41. 23-29 42.34x14 25x43 43.38x49 24-30 44.35x24 16-21 45.27x7 18x9 46.7x18 13x22 en het is meteen uit. Nummer 2 in rayon 3, IJmui- den-speler Boulonois, klopte tegen Lent G. Geurts, vanuit de stand Boulonois met zwart: 8. 11, 13, 16. 18, 21, 24, 26; Geurts: 27, 28, 31/34, 36. 37. De slotfase ging in met 47.34- 29 wat anders? 47. 11-17 48.29x20 18-23 49.28x19 13x15 50.33-29 15-20 51.29-23 8-12! 52.23-19 12-18 53.27-22 18x38 54.19-13 38-43 55.13-8 43-48 56.8-3 20-25 en Geurts hield het voor gezien. De Zwitserse Sennenhond Veel mensen komen uit Zwit serland terug met een mooie, sonoor klinkende koeienbel. Die is afkomstig van de bruin- witte koeien die de Alpenwei den bevolken. Nu zijn deze koeien echte bergbewoners, dat wil zeggen behoorlijk ei genwijs. Zij zijn veel moeilijker te hoeden en in de hand te houden dan bijvoorbeeld het Nederlandse koeienvolkje. Vaak moeten zij ook van de boerderij naar de weide ge bracht worden, die op flinke afstanden van elkaar liggen. Dat lastige en veeleisende werk wordt, veelal geheel zelf standig. gedaan door één van de grootste specialisten op dit terrein: de Sennenhond. Er zijn vier soorten Sennen- honden, de Grote-, de Berner-, de Appenzeller- en de Entlebu- cher Sennenhond. Deze vier variëteiten vertonen onderling kleine verschillen.' Het belang rijkste onderscheid zit hem in de grootte en in het tempera ment. De laatste twee zijn klein en vinnig, terwijl de Grote- en de Berner Sennenhond een stuk forser en bedaarder zijn. Zij bereiken met hun overwicht wat hun kleine „neven" met lef en een grote mond versieren. De Sennenhonden drijven hun De bekende Berner, die ook in Nederland geliefd is. koeien met hetzelfde gemak ter. voort over bergpaden als over verkeerswegen en weten de kudde net zo keurig in het ge lid te houden als een sergeant majoor van het oude stempel een troep soldaten. Onwillige koeien worden eerst bestraf fend aangeblaft. Als ze dan nog tegenstribbelen bijt de hond de recalcitrante onrust stoker in de hielen. Deze werk wijze kenmerkt veel veedrij vershonden. Zij worden daar om „heelers" genoemd, wat zoveel betekent als hielenbij- De Berner, het ras dat wij in Nederland het beste kennen, is een ideale hond. Hij is geen keffer of bijter, maar een zelf verzekerde beschermer, die slechts in uiterste noodzaak gebruik maakt van zijn scherpe tanden. Hij is een groot kinder vriend en zeer aanhankelijk. Eigenaars beweren dat de hond zichzelf opvoedt. Maar die aanhankelijkheid moet u liggen. Vindt u het een crime dat de hond u als een schaduw volgt of tijdens een wandeling continue in een cirkeltje om u heendraait, dan niet aan een Sennenhond beginnen! Het oude liedje van de beweging begint misschien al wat ver trouwd aan te doen in deze ru briek, maar ook de Sennen honden maken hierop geen uit zondering. Anderhalf uur per dag vrij bewegen. De kleinere Sennenhonden zijn wat drukker dan de beide gro ten. Zij zorgen voor wat meer leven in de brouwerij en halen graag kattekwaad uit, vaak in samenwerking met de kinde ren. Mocht u van plan zijn één der grote Sennenhonden aan te schaffen, dan verdient het beslist aanbeveling zich in ver binding te stellen met de ras verenigingen. Enige jaren gele den deden zich bij wat oudere honden plotselinge aanvallen van agressiviteit voor, die niet verklaard konden worden. In middels schijnt men deze moeilijkheid weer opgelost te hebben, maar een goede be geleiding kan nooit kwaad. De Raad van Beheer op Kynolo- gisch Gebied In Nederland, vaak gekscherend de „club met de lange naam" genoemd, die in Amsterdam gevestigd is, kan u de betreffende adressen verstrekken. door C. J. de Feijter Studiethema Van het schaakgebeuren waar geen landgenoten aan deel ne men zijn de berichten maar pover. Natuurlijk wordt er op vele plaatsen geschaakt, maar van een toernooi in Brazilië lees je iets over de vierde ron de en dan ineens staan we vlak voor de laatste en dan heet het: Larsen zal wel eerste wor den en Miles is goed voor de tweede plaats. In een ander toernooi heeft de tweede beste van de wereld een slechte start gehad en heeft nu wat inge haald. Daarvan horen we dan over een week of langer of hij het wel of niet heeft gehaald - punt uit. Vandaar dus weinig of geen direct nieuws uit het par tijschaak - of men moet uit „64" oudbakken nieuws op nieuw op tafel zetten. Goed dan, iets over een studiethe ma, dat overigens uit de partij stamt en daar nog wel vaker zal voorkomen. A. O Herbstman L'Eechiquier 1928. (zie diagram nr. 1.) Wit: Ke3; pion: h2 Zwart: Kh1; pionnen: f5, f6, f7. Wit begint en wint. Wanneer een Russische com ponist een goede studie heeft dan gaat zo'n studie dikwijls naar een groot buitenlands toernooi en het is daarom dat er zo veel hoge prijzen door de Russische studiecomponisten over de grenzen worden be haald. Bovenstaande studie is geen groots werk en daarom was het eigenlijk niet meer dan een groet naar Franse studie vrienden van Herbstman. Toch zit er een aardige pointe in, al zou men denken dat zwart na 1. h2-h4 wel kan opgeven. Hij kan nooit meer die witte pion achterhalen en we zien al gauw dat na het antwoord: 1..., Kh1- g2 2. Ke3-f4... zwart geen en kele ressource meer heeft. En waarom gaat dan die zwarte koning achter die witte pion aanhobbelen? Is zwart te be roerd om op te geven? Even kijken: 2..., Kg2-h3. 3. h4-h5... DIAGRAM 1 De witte koning kan niet op g5 zijn pion gaan dekken, want dan loopt pion f4 door en is het remise. Maar waarom zou wit dat doen? 3..., Kh3-h4. 4. h5-h6, Kh4-h5. 5. h6-h7, Kh5- g6..„ en dan zien we ineens de reden van de jacht achter de pion door de zwarte koning. Neemt wit een dame op h8i dan staat zwart pat! En waar om is er alleen winst mogelijk als wit zijn ren met de h-pion besluit met: 6. h7-h8 Toren... en dan geeft zwart op. Een be scheiden inhoud, waarvan u de pointe al wel vaker hebt ge zien, want deze is al dikwijls vertoond. Misschien hebt u in een partij dezelfde mogelijk heid ontmoet. Maar de wijze waarop de auteur dit op het bord brengt getuigt toch van vakmanschap.Een miniatuur waarin de beide monarchen een taak hebben, met als hoofdzaak die torenpromotie. Waar is nu dat thema voor het eerst opgedoken? Voor zover bekend kwam dit voor in een inzending voor het eerste stu- dietoernooi waarin een prijs van twintig pond voor de beste studiel Dat was in het toernooi 1862 - en die prijs kunt u dus nu gerust stellen op een dikke tweeduizend gulden! Geen wonder dat daar liefst 464 stu dies werden ingezondenl En die studie met dat torenpro- motiethema won geen prijs. De inzender was Reverend G. McArthur (en we zijn dus weer DIAGRAM 2 eens bij het hoofdstuk „domi neeschaak"! (Zie diagram nr. 2) Het lijkt er veel op dat deze opgave uit een partij is ont staan - geen wonder, want het thema Is in wezen eentje uit de schaakpartij. De oplossing gaat als volgt: 1. Td2!, Le4f. 2. Tg2, Kc4. 3. b6. Kb5. 4. b7. Ka6. 5. b8T!... en wint. Een lo per of een paard halen wint niet en een dame halen zet zwart pat. Hierboven heb ik opgemerkt dat de Russische componisten vaak de hoogste onderschei dingen in buitenlandse toer nooien wegslepen. Dat was dan niet het geval In het John Selman-Herdenkingstoernooi, van de K.N.S.B. in 1978, waar van ik de definitieve uitslag een maand te laat eerst onder de ogen kreeg. Hiervan werden de drie eerste prijzen gewon nen door landgenoten, en men mag de prljsrechter (F. A. Spinhoven) beslist niet van chauvinisme beschuldigen want het zijn ontegenzeggelijk de beste van de 90I ingezon den studies. De eerste en de derde prijs gingen naar J. H. Marwitz in Dalfsen en de twee de prijs naar G. Rol in Utrecht. De beide eerste heb ik u al la ten zien, de derde prijs volgt hier: Studie van J. H. Marwitz, Dalf sen 3e prijs John Selman-Herden kingstoernooi 1978. DIAGRAM 3 (zie diagram nr. 3.) Wit: Kf1, Ta1, Lg5, Pg2; ploi nen: g4, h7. Zwart: Kh1, Te8, Lc2, Lg3; p onnen: c5, cl, d6. Wit begint en wint. Een stelling met ongeveer g lijke krachten. Beide koningi staan bloot aan aanvallen 6 het is duidelijk dat die wilt pion op h7 de winst mo brengen - maar hoe. Ik ga niet opzadelen met het zelfzo ken van de oplossing en la die meteen hier volgen. U mo dat beslist naspelen om fijnheid van het geheel goed u op te nemen! 1. Ta1-a3!, Td8-f8f (1..., Kt! 2.Lf4!,.. komt niet in aanme king) 2. Pg2-f4, Kh1-h2. 3. Ta3-a Lg3xf4. 4. Ta2xc2f,...(Na: Lf4:|?, Tf4:f 5. Ke2, Tf8 Tc2:, Th8 7. Kf3f, Kh3 remis* Maar na bet nemen van de l< per op c2 heeft zwart een mo aftochtschaak in: 4.... Lf< d2|l.... waarop alleen het ma< neetoffer: 5. Lg5-f4fl. 5. Lgi f4t!L..wint. 5. Tf8xf4t, Tf8xf4 6. Kf1-e2, Tf4-f8. 7. Tc2xd Tf8-h8 (er dreigde het doorl< pen van de g-pion). 8. Ke2-fi Kh2-h3 en na: 9. Td2-d5L... e wit wint. Het goede van c zwarte zet Ld2t werd tenietga daan door de nog betere zi Lf4f, en er rest dan als resu taat dat de witte toren op c d-lijn beland. Een moeilijk o te lossen studie met goed sp voor beide partijen. Kerstmotieven op Engelse zegels Ook deze week nog aandacht voor Kerstzegels, en daarvoor gaan we naar Engeland. Daar verscheen op 21 november j.l. een kerstserie, bestaande uit vijf zegels. De zegels hebben als motief de geboorte van het Kind Jezus en gebeurtenissen die daarmee samenhangen. Zo ziet men op een zegel van 8 p. de Drie Koningen die de ster volgen. Het verschijnen van de engel aan de herders is te zien op een zegel van 10 p. De stal, met Maria, Jozef en het God delijk Kind Is afgebeeld op een zegel van 11,5 p. Een zegel van 13 p. toont Jozef en Maria op weg naar Bethlehem. De serie wordt afgesloten met een zegel van 15 p. die de Boodschap aan Maria in beeld brengt. Het ontwerp voor de zegels werd vervaardigd door de 55-jarige Fritz Wegner, die reeds lang betrokken is bij het ontwerpen van Britse postzegels. De ze gels werden in meerdere kleu ren gedrukt door Harrison and Sons te High Wycombe in vel len van 100 stuks. De kerstzegels worden ook uit gegeven in een geschenkboek je. De omslag van dit boekje toont een pistache, een soort bonbon, verpakt in papier dat aan beide zijden ver buiten de bonbon uitsteekt en in franje is geknipt. Wanneer twee perso nen ieder aan die franje-ult- steeksels trekken, klinkt er een knal. In Engeland zijn deze pistaches (crackers) met kerst mis een vertrouwd verschijn sel. De boekjes bevatten tien zegels van 10 p. en tien van 8 p. De prijs van het boekje be draagt 1.80 Pond. De Oostenrijkse PTT bracht op 15 november j.l. een kerstzegel in de waarde van S 4.-. Als af beelding op deze zegel een kerstikoon, die zich bevindt in de St. Barbarakerk in Wenen. De zegel werd ontworpen door prof. Otto Zeiller en in meerde re kleuren gedrukt door de Oostenrijkse Staatsdrukkerij. In het voorjaar van 1980 zal Wenen het schouwtoneel zijn van een groots filatelistisch ge beuren van internationaal be lang. Men spreekt zelfs van een filatelistische gebeurtenis die alles wat op dit gebied eer der georganiseerd werd, In de schaduw zal stellen. Met deze filatelistische wereldtentoon stelling wordt een feit In herin nering gebracht, waarmee de internationale faam van Wenen als metropool van de filatelie bevestigd wordt. Reeds In 1881 namelijk werd voor het eerst een voor het publiek toe gankelijke postzegeltentoon stelling in Wenen georgani seerd, welke zich in een grote belangstelling mocht verheu gen. Onder het motto „Wien ladt zur Wipa!" (Wenen nodigt u uit naar de Wipa) wordt in bloemrijke bewoordingen be langstelling gewekt voor de „Wiener Internationale Post- wertzeichen-Ausstellung". De woorden „Wien ladt zur Wipa" staan bovenaan op de speciale postzegel die naar aanleiding van dit gebeuren wordt uitge geven. De zegel heeft een waarde van S 16.- plus S 8.- en toont het Heldenplein met de nieuwe Hofburg. Het afge beelde motief wordt de eerste produktiefase van een postze gel genoemd, wat ook op de afbeelding werd aangetekend. Ook deze zegel werd ontwor pen door prof. Otto Zeiller en gedrukt door de Oostenrijkse Staatsdrukkerij In Wenen. In de serie met als thema „Mo derne Kunst in Oostenrijk" verscheen een aanvulling van één postzegel in de waarde van S 4.-. Het motief is een re- produktle van een ets, voor stellend „Der Erbërmende Christus". Dit werk is van de hand van de kunstenaar prof. Hans Fronius, die in 1903 te Serajewo geboren werd. Deze kunstenaar past vele technie ken toe, zoals houtsnede, te kenen met krijt en houtskool, aquarelleren, olieverven, etc. Hij Is thans In Wenen woon achtig, waar hij nog iedere dag in zijn atelier te vinden is. De zegel werd» ontworpen door prof. Hans Fronius en gedrukt door de Oostenrijkse Staats drukkerij. Ter gelegenheid van het 100-jarig bestaan van het Technisch Ambachtsmuseum te Wenen verscheen een bij zondere zegel in de waarde van S 2.50. Op de zegel ziet men het portret van de oprich ter van het museum, Wilhelm Exner. Als leraar mechanische houttechnologie aan een tech nische hogeschool beijverde Exner zich een groot deel van zijn leven voor de stichting vï een dergelijk museum. De; droom werd in 1897 verwezei lijkt. Een leuke bijzonderheid dat men zich bij dit museu kon laten inschrijven voor et cursus autorijden. Deze nevei verdienste heeft men in lat jaren afgestoten. De zeg werd ontworpen door pre Otto Zeiller en gedrukt door Oostenrijkse Staatsdrukkerij. Een schitterende afbeeldir van een goederenlokomoti van de bouwserie 52 is te zie op een zegel van S 2.50. De; werd uitgegeven ter gelegei heid van het feit dat 100 ja geleden de spoorweg-verbli ding Raab-Oedenburg-Ebei furl tot stand kwam. Het on werp kwam van de hand ve prof. Adalbert Pilch en h drukken was In handen van Oostenrijkse Staatsdrukkerij. Tot slot een zegel in de waart van S 2.50 waarmee onder aandacht werd gebracht d 50 Jaar geleden de Oostenri ker August Musger overlee De onderzoekingen van Mui ger hebben veel bljgedragf tot de ontwikkeling van filmcamera die in staat beelden op te nemen die ve traagd geprojecteerd kond« worden. In 1890 werd Musgi tot priester gewijd, maar zett zijn studies naast zijn zietzoi gelijke arbeid voort. Op d door prof. Otto Zeiller ontw« pen zegel ziet men het portr van Musger, en ook deze zeg werd gedrukt door de Oostei rijkse Staatsdrukkerij.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1980 | | pagina 10