EERSTE NEDERLANDSE
Herman Brood scoort
toptien-hit met
nummer van Phoney
and the Hardcore
Missa Festiva
van Gretchanin
op aantrekkelijke
plaat van Haags en
Leids parochiekoor
Muziekkrant Oor is
Engelse concurrent
met tweede editie van
naslagwerk slag vóór
PLA TEW
I LOVE YOU LIKE ILO VE MYSELF'
Met rasse schreden stijgt de
nieuwe single van Neer-
lands enige superster Her
man Brood „I love you like
I love myself" in de diverse
hitlijsten naar de top. De
zoveelste hit van het feno
meen Brood komt echter
niet uit zijn eigen koker.
Het nummer is geschreven
door Erik Strack, zanger en
componist vaii de eveneens
uit Groningen afkomstige
groep Phoney and the Hard
core. Onder de titel „Mag
gie" - met als ondertitel „I
love you like I love myself"
- is het nummer te vinden
op de eerste langspeelplaat
van Phoney and the Hard
core. Veel critici bespeurden
op de debuutelpee „Phoney
Hits" duidelijk sporen van
de invloed van Herman
Brood. Praten met Erik
Strack loopt daardoor haast
onvermijdelijk uit op pra
ten over Herman Brood
Van die vergelijking met
Herman word ik langzamer
hand doodziek", reageert Erik
Strack. Het is zo makkelijk
om een vergelijking te ma
ken. Toen Graham Parker
bekend werd, was hij de nieu
we Bruce Springsteen. Bruce
Springsteen was de nieuwe
Bob Dylan. Elvis Costello was
de nieuwe Graham Parker en
Joe Jackson de nieuwe Cos
tello. In Nederland zijn maar
twee a drie topgroepen:
Brood, Gruppo en de Earring.
Iedereen die in ons land een
plaat opneemt of gaat optre
den, wordt daarmee vergele
ken". Hij ontkent echter niet
dat hij een zekere beïnvloe
ding van meneer Brood heeft
ondergaan. „Als je iemand
ruim zes jaar kent, regelmatig
met elkaar optrekt en boven
dien dezelfde favorieten hebt,
is het begrijpelijk dat er een
bepaalde invloed bestaat. Ik
ben eigenlijk niet muzikaal
door Herman beïnvloed, daar
voor zou hij muzikaal toch
wat meer in huis moeten heb
ben", meent Erik alias Pho
ney.
Vitesse
Erik leerde Herman Brood
kennen, toen deze aan het
zingen sloeg bij de groep Vi
se lend succes de rol van ma
nager probeerde te spelen.
„Het was een vreselijk goede
groep, maar knalde vrij snel
uit elkaar. Daarna vertrok
Herman naar Amsterdam.
Toen hij terugkwam, werkte
ik in een café in Groningen
en woonde erboven. Aange
zien er nog een kamertje over
was, is Herman daar tijdelijk
komen wonen. Als buurman
Herman stond te spelen, ging
ik naar boven. Ik heb twee
keer met hem opgetreden.
Dat is op niets uitgelopen. Hij
heeft trouwens bijna alle mu
zikanten versleten die hier
rondlopen. Samen met Hugo
Sinszheimer (Meteors) begon
ilf toen een groep. Wij schre
ven het nummer „Syrup", dat
op de eerste elpee van Brood
„Street" is gekomen. Het was
oorspronkelijk in onze uitvoe
ring een reggae-nummer,
maar daarvan is op „Street"
weinig overgebleven. In die
kroeg, waar ik werkte, speel
den wij veel reggaemuziek,
Bob Marley en Jimmy Cliff.
Het was een schitterend ge
zicht om al die mensen door
rif knieën te zien zakken.
Maar Jé wordt op den duur
wel flauw van die reggae. Ik
kan nu ook geen reggaeplaat
meer helemaal afluisteren.
Speels
Erik Strack heeft al geruime
tijd geleden zijn (ritme)gitaar'
in de wilgen gehangen en legt
zich alleen nog maar toe op
het zingen. Hij voelt zich geen
echte muzikant. „Ik kan wel
alle akkoorden op piano en
gitaar spelen, maar gebruik
de instrumenten alleen om
nummers te maken. Echte
muzikanten zijn mensen als
onze toetsenman Biem Visser
of gitarist Bernard Reinke.
Dat zijn specialisten. Ik heb
daar altijd veel moeite mee
gehad. Als je goed wilt zijn,
moetje elke dag veel oefenen,
's Morgens vroeg opstaan, je
instrument pakken en toon-
laddertjes doen, nieuwe lick-
fes uitvinden en die erin
stampen. Daar ben ik veel te
speels voor. Als ik met een gi
taar en een versterkertje op
een zolderkamertje zou zitten
oefenen, vraag ik me de hele
tijd af wat er buiten aan de
hand is. Ik ben veel te snel af
geleid. Als je een echte muzi
kant wilt zijn, moet je je in
strument het belangnjKste
vinden dat bestaat. Zingen is
veel natuurlijker".
Hit
Dat Herman Brood en zijn
Wild Romance op het ogen
blik scoort met een nummer,
dat ook in de uitvoering van
Phoney and the Hardcore een
nntentiële hit zou zijn, maakt
Erik Strack niet zoveel uit.
„Herman kwam op een gege
ven moment in de situatie te
recht, dat men in Amerika
ging bepalen wat goed voor
hem was. Zij brachten daar „I
love you like I love myself"
als single uit. Nu kunnen wij
wel heel stoer gaan doen en
het nummer ook als single op
de markt brengen, maar dat
heeft geen enkele zin. De ver
sie van Herman Brood komt
toch via de importzaken in de
winkel te liggen. Overigens
hoop ik nog steeds dat het een
grote hit wordt".
De eerste langspeelplaat is
niet helemaal geworden, wat
de groep ervan verwachtte.
„Live klinkt het allemaal veel
Erik „Phoney" Strack
ruiger. Maar ja, wat wil je, het
is de eerste plaat en je gaat op
adviezen af van mensen van
wie je denkt dat zij het beter
weten. In dit geval waren er
bepaalde adviezen die wij be
ter in de wind hadden kun
nen slaan. Toch hebben wij
geen spijt van de eerste
plaat". De plaat „Phoney
Hits" zal ook in Duitsland,
Zwitserland en Oostenrijk
worden uitgebracht. „De pla
tenmaatschappij denkt dat in
Zwitserland en Oostenrijk
ook popmuziek kan worden
verkocht, nu Nina Hagen
daar met haar jodeltoestanden
is doorgebroken
Image
Hoewel Erik Strack duidelijk allemaal
de smaakmaker van de groep
is, lijkt hij niet van plan zich
aan de nodige image-building
te gaan bezondigen. „Er lopen
zoveel droplullen rond die
pretenderen heel wat te zijn,
terwijl zij alleen maar thuis
zitten. Beginnende popsterren
die zich Zelfs de luxe van een
soort persoonlijke goeroe kun
nen veroorloven, die hen ad
viseert hoe zij zich moeten
kleden en wat zij aan de pers
moeten vertellen. Daar geloof
ik niet in".
Bij de terugkomst uit de Vere
nigde Staten stonden enige
honderden fans Herman
Brood op Schiphol op te
wachten. Erik Strack was uit
eraard ook aanwezig. „Het is
fascinerend om dat mee te
maken. Waanzinnig. Als je
dat een keer hebt meemaakt,
weet je tenminste, waar je het
r doet".
HUGO VELDKAMP
Nog onbekend met punk
en new wave, die in 1977
de gezapige en door oudere
sterren geregeerde popwe
reld op zijn grondvesten
deed schudden, verscheen
op de vooravond van deze
muzikale omwenteling in
Engeland The Illustrated
New Musical Express
Encyclopedia of Rock, een
naslagwerk op muziekge
bied dat zijn weerga niet
kende.
Misschien hierdoor geïnspi
reerd en daarop gebaseerd
nam in Nederland muziek
krant Oor enige tijd later
een soortgelijk initiatief en
verscheen de eerste Neder
landse Pop-encyclopedie.
Ondanks de succesvolle ver
koop van beide boeken had
den ze echter één nadeel: ze
waren door de nieuwe mu
ziekstromingen binnen de
kortste tijd achterhaald en
onvolledig. Een slechts op
het punt van nieuwe elpees
aangevulde nieuwe oplage
van de Britse pop-encyclope
die deed daar niets aan af.
Uit de punk-, new wave- en
de ook in '77 gestarte disco-
golf kwamen veel groepen,
zangers en zangeressen bo
ven water, die naast de ge
vestigde orde ook bestaans-
MUZIEKKRANT OOR'S
recht claimden in het mu-
ziekwereldje.
Na twee jaar hebben de
medewerkers van Oor de
noodzaak ingezien een volle
dig herziene tweede editie
van hun Pop-encyclopedie
op de markt te brengen, die
deze week in de boekwin
kels is verschenen. Daarmee
is Oor zijn Engelse concur
rent dit keer een stapje voor.
Telde de eerste editie 288 pa
gina's, nu staat alles wat er
maar te weten is over 25 jaar
popgeschiedenis samengevat
in 320 bladzijden. Tussen de
ongeveer duizend artiesten
en groepen zijn 220 nieuwe
onderwerpen opgenomen.
En dan te bedenken dat al
leen de blijvertjes een plaats
in dit naslagwerk hebben
gevonden. Popartiesten met
een incidenteel single-succes
zijn niet in de „galerij der
prominen ten opgenomen.
Een aantal mindere goden
uit de eerste editie hebben
het veld moeten ruimen. Ze
ker een reden om het oude
exemplaar naast de nieuw
aangeschafte editie te hand
haven.
Een grote vooruitgang is de
ongeveer 4800 namen tellen
de index, die verwijst naar
de betreffende plaats in de
encyclopedie.
Zoals Constant Meijers in
zijn voorwoord terecht op
merkt, „zullen bij het ver
schijnen van dit boek groe
pen hebben opgehouden te
bestaan, van bezetting zijn
veranderd of alweer nieuwe
elpeeshebben uitgebracht".
Deze onvolkomenheden van
de actualiteit moet iedereen
maar op de koop toe nemen.
Volgende drukken,zo
merkt hij op, „zullen er hun
bestaansrecht aan ontlenen".
Ondanks de afwezigheid van
concurrentie in Nederland
had muziekkrant Oor gerust
mogen spreken van de Eer
ste (en de beste) Neder
landse Pop-encyclopedie.
TOM VAN RIJSWIJK
Muziekkrant Oor's Eerste
Nederlandse Pop-encyclo
pedie. Uitgever: Jongeren
Media b.v., Amsterdam.
Prijs 34,90. Hard-cover
uitvoering f 43,50 in be
perkte oplage verkrijg-
pei
ba.
Hans van den Burg en Buddy Odor (r).
Buddy Odor Stop Die Hans van den Burg schijnt te stin
ken dat het een lucht geeft. Maar zoals in het verleden weet
hij op geniale wijze van zijn handicaps gebruik te maken.
Dit keer creëerde hij de figuur Buddy Odor, een lange slun
gel die vanwege zijn lichaamslucht voor zijn omgeving niet
te harden is. Middels zeven korte nummers geeft Hans een
beeld van zijn pseudoniem Buddy, die als eeuwige verschop
peling van de regen in de drup raakt. Dit vanwege de into
lerantie van de medemens, maar wel degelijk ook door zijn
eigen grilligheid. Iets wat de persoon Van den Burg nu een
maal kenmerkt. Want als artistiek leider van Gruppo Spor-
tivo ging het hem immers voor de wind. Driehonderd optre
dens per jaar, een Edison voor „Ten Mistakes", platina voor
„Back To '78 de titel „cult-band" in Engeland en een soort
B'52 in Amerika. Maar Hans zette de boel onverwacht op de
helling en laat nu Buddy Odor opdraven, ofschoon nog
steeds in gezelschap van ex-Sportivo-lingen Max Mollinger,
Peter Calicher en de Groupettes Josée van Iersel en Meike
Touw. Geen wonder dat de eerste kant van „Buddy Odor Is
A Gas" de bekende Sportivo- karakteristieken bevat. Niet
zo origineel dus, maar wel weer knap verwerkt jatwerk van
Zappa tot The Police, waarin het duet met Barry Hay enigs
zins uit de toon valt. Het hilarische verhaal van Buddy
wordt echter in amusante teksten uit de doeken gedaan, die
op kant II grotendeels worden voortgezet op jazzy muziek a
la Dan Hicks and his Hot Licks. Meike Touw speelt hier de
hoofdrol en blijkt meer in huis te hebben dan een doorsnee
achtergrond zangeres. Vooral „It Feels So Good" en „Men"
doen verlangen naar haar binnenkort te verschijnen solo-el
pee. „Buddy Odor Is A Gas" is een duidelijke overgangsel
pee waarop Hans van den Burg nieuwe muzikale wegen af
tast, zonder dat zijn bijtende humor verloren gaat. Dat is in
dit land van Jos Brinks en André van Duins altijd welkom.
(Ariola 200.921) M.P.
Wire Wire maakte aanvankelijk simpele muziek, die zeer
dicht tegen de punkmuziek aanlag. Bas, gitaar en drums
zorgden voor een strak, eenvoudig ritme, waaraan zanger
Colin Newman met zijn monotone stemgeluid de teksten
toevoegde. De eerste plaat Pink Flag" bevatte maar liefst
21, vaak zeer korte nummers en op de nieuwe, derde plaat
„154" zijn dertien composities te beluisteren. Op de tweede
plaat „Chairs Missing" werd de groep versterkt met toetsen
man Mike Thome, die tevens als producer optrad, en Kate
Lucas die de alt-fluit beroerde. Daardoor is het geluid van
de groep aanzienlijk veranderd. De synthesizer gaat een be
langrijke rol spelen en de muziek wordt complexer. De
groep gaat zich bedienen van zweverige geluidseffecten en
in combinatie met de cryptische teksten ontstaat een sound
die moeilijk te definiëren valt. Deze lijn wordt op de derde
elpee doorgetrokken. Op „154" wordt tevens gebruik ge
maakt van een elektrische viool. De zeer afwisselende num
mers zorgen voor een interessante plaat van een groep in
ontwikkeling. Als nadeel kan worden aangevoerd dat in
vergelijking met de eerste plaat de vitaliteit van de muziek
wat verloren is gegaan.
(Harvest/EMI IA 062-07097) H.V.
Het koor „Sancta Caecilia"
van de parochie van Maria
Onbevlekte Ontvangenis
(Hartebrugkerk) in Leiden
en het koor „Jubilate Deo
in Laetitia" van de paro
chie St. Agnes (Beeklaan-
kerk) in Den Haag zingen
voornamelijk Latijn en
hebben een voorkeur voor
romantische kerkmuziek.
Dat er grote behoefte aan
zulke kerkmuziek bestaat,
blijkt uit de vele verzoeken
die de beide bloeiende
zangcolleges bereiken om
elders eucharistievieringen
te komen opluisteren. Deze
verzoeken komen zelfs uit
België en Duitsland wat
wel begrijpelijk is nu vele
parochies door allerlei oor
zaken helaas hun zangko
ren kwijt raken. De gelijk
gerichtheid van het Leidse
en het Haagse parochie-
koor hebben intussen ge
leid tot een goede samen
werking die zojuist ook re
sulteerde in een gezamen
lijke grammofoonplaat.
Deze plaat die onder num
mer MC 9001 in de serie
Musi ca Sacra van Mira-
sound in Wijhe is uitge
bracht, bevat een heel wel
kome en veelszins geslaag
de uitvoering van de Missa
Festiva van Gretchaninoff
waarvoor de gezamenlijke
koren René Verhoeff als
gastdirigent uitnodigden.
De muziek van Gretchani
noff die geen toehoorder
voor luisterproblemen stelt,
is in onze kerken bekend ge
noeg, maar weet men ook
wie deze componist eigenlijk
wasDe heel verzorgde hoes
van de plaat zwijgt over hem
en zijn werk in alle talen, ja,
hij wordt in de aankondiging
zelfs Anton genoemd, terwijl
hij Alexander heette, om vol
ledig en origineel Russisch te
zijn: Aljexei Tichonowitsj.
In het tsaristische Rusland
waar het luxe beroep van
componist vrijwel altijd als
liefhebberij van welgestelden
werd uitgeoefend, was hij als
uitzondering die de regels
moest bevestigen een be
roepscomponist die uit de
middenstand voortkwam. Hij
werd 25 oktober 1864 in Mos
kou geboren. Tegengehouden
door zijn vader die geen heil
zag in een muzikale loop
baan, moest hij zich tot in
zijn jongelingsjaren bezighou
den met eigen improvisaties
op de piano, alvorens hij op
zijn 17e jaar toestemming
kreeg naar het Moskouse
conservatorium te gaan. Het
verloop van zijn piano-oplei
ding was bevredigend, maar
Arensky - slechts drie jaar
ouder dan zijn leerling - was
van mening dat hij voor com
ponist te weinig scheppend
talent had. Teleurgesteld,
maar niet tot opgeven bereid,
verliet Gretchaninoff Mos
kou om zich aan het conser
vatorium van het toenmalige
St. Petersburg onder de hoe
de te stellen van Rimski-
Korsakoff die het hem moge
lijk maakte zijn studies te
voltooien.
De jonge componist die ijve
rig genoeg was en heel veel
produceerde, kreeg het aan
vankelijk erg moeilijk. Zes
jaar, nadat hij het Peters-
burgse conservatorium had
verlaten, verkeerde hij nog
in uiterst armoedige omstan
digheden. In wanhoop terug
gekeerd naar Moskou, had
hij het geluk dat daar in 1903
een van zijn opera's in het
Bolshoi Theater ten tonele
werd gebracht met niemand
minder dan de vermaarde
René Verhoeff
Harry Beijersbergen van
Henegouwen
bas Sjaljapin in de hoofdrol.
Van toen af werd zijn mu
ziek- en kamermuziek in
Rusland vrij geregeld uitge
voerd.
Meer en meer echter ging
Gretchaninoff zich concen
treren op kerkmuziek en op
de liedkunst. De geschriften
van vorst Odojewski die hef
tig polemiseerde tegen Itali
aanse en Duitse invloeden op
de Russische kerkmuziek,
spraken Gretchaninoff aan.
Kastalski bracht hem begrip
bij voor de oude kantilenen
van de inheemse kerkzang,
maar het politieke getij was
allesbehalve gunstig voor de
verwezenlijking van artistie
ke idealen op dit terrein. In
de revolutionaire dagen van
1905 had Gretchaninoff zich
tegen de tsaristische autocra
tie verzet en was hij pleitbe
zorger geweest voor het on
derdrukte volk, de rebelle
rende jeugd en de vrijheid in
de kunst. Geleidelijk aan was
hij een van de meest repre
sentatieve componisten ge
worden van een op oude me
lodieën berustende, maar ook
romantiserende muziek voor
de liturgie van de orthodoxe
Russische kerk. Na de vor
ming van de communistische
staat, waartoe de revolutie
van 1917 de stoot gaf,
voor hem in zijn geboorte
land nauwelijks plaats meer.
In 1925 heeft Gretchaninoff
de wijk genomen naar Parijs
waar het koor van de Russi
sche kerk zijn liturgieën
de H. Johannes Chrysosto-
mos in de westelijke wereld
bekend maakte. Tussen 1929
en 1939 maakte hij concert-
tournees door de Verenigde
Staten waar bijvoorbeeld
Barbirolli zich inzette
zijn vijfde symfonie en Koes-
se witski voor zijn cl
Missa Oecumenia. Nadat hij
zich definitief in New York
had gevestigd, werd hij
1946 Amerikaans staatsbur
ger. In 1952 publiceerde hij
er zijn memoires en hij ov
leed er op 3 januari 1956,
dat hij steeds minder v
zich had doen spreken.
In ons land is zijn wereldlijke
instrumentale muziek niet
bekend geworden. Er mag
ook wel worden veronder
steld dat zijn sterkste kwali
teiten op vocaal terrein lig
gen. Vormvast ware.
composities in het geheel
niet, in contrapunt was hij
niet bedreven maar zijn me-
los was zoet-vloeiend, zijn
harmonie verfijnd en gevoe
lig, zijn koorklank warm
bewogen.
Sterker dan de meeste
mantici sloot hij zich aan bij
de tekst die hij toonzette. Al
die eigenschappen komen
duidelijk tot uitdrukking
de Missa Festiva, die vrij z
ker nog in zijn Russische pe
riode moet zijn ontstaan.
Op de plaat heeft René Ver
hoeff met de beide koren een
gave, mooi afgeronde klank
weten te bereiken. De onder
steunende orgelpartij wordt
door Jan Schmitz heel be
kwaam uitgevoerd op het
Klais-orgel van de Haagse
Houtrustkerk waar de opna
me onder gunstige omstan
digheden kon worden vastge
legd. Zeer toepasselijk is de |i;
aansluitende improvisatie op
Ite Missa Est door Joop
Schouten.
Op de keerzijde van de plaat
laten alleen de heren i
beide koren zich beluisteren,
gedirigeerd door Harrie Be
ijersbergen van Henegouwen.
Zij brengen behalve twee ge
liefde werkjes in de traditio
nele sfeer (het Ave Maria
van de Somma en O Jesu
Amor Mi van Giessen) twee
compositorische belangrijke
werken. Daarbij is het
lijk te begrijpen waai
1904 de keuringscommissie
voor de meerstemmige kerk
muziek aan het drie jaar e
der geccomponeerde Tantum
Ergo van Diepen broek zijn
sanctie onthield. De al w
lang vrijgegeven hymne
het Heilig Sacrament krijgt
ondanks de sobere, zuiv
dictie door Diepenbrocks r,
ziek een gloedvolle uitstra-
ling.
Dat is in een wat moderner
stijl ook het geval met de zet
ting van het Magnificat door
de in 1963 gestorven Jan Nie-
land. Beide werken komen in
de opgenomen vertolkingen
uitstekend tot hun recht. Bij
deze mannenkoorzang w
het Joop Schouten die de c
gelbegeleiding voor zijn reke
ning nam. Ter onderbreking
solieert Jan Schmitz nu met
het innige Andante Cantabile
van Widor.
Alles bij elkaar een bijzonde-'
re aantrekkelijke plaat die
zijn weg naar de ware lief
hebber zeker zal vinden
JOHN KASANDER
Concert
agenda
10 november - Stranglers,
Paradiso in Amsterdam.
12 november - AC/DC en
Judas Priest, Jaap Eden-
hal in Amsterdam.
15 november - The Kinks,
Concertgebouw in Am
sterdam.
16 november The Kinks,
Vredenburg in Utrecht.
18 november - Randy
Newman, Congresgebouw
in Den Haag.
20 november - Robert Pal
mer, Doelen in Rotter
dam.
21 november Camel,
Doelen in Rotterdam.
28 november Led Zeppe
lin, Ahoy in Rotterdam,
Squeeze, Lantaren in Rot
terdam.
1 december - Pointer Sis
ters, Doelen in Rotter
dam.
Popspraak
Blondie Na een knetterende ruzie met Deborah Harry
hebben bassist Nigel Harrison en drummer Clem Burke
vlak voor een optreden in de New Yorkse discotheek
„Hurray" de groep Blondie verlaten. In niet misverstane
taal liet het tweetal in de pers weten, dat het in de buurt
van het „aanstellerige blondje" niet langer was uit te hou
den. Twee dagen daarna stonden Nigel en Clem in dezelf
de tent op het podium en presenteerden de groep „Know"
met ex-Blondie gitarist Gary Valentine en ex-Motel Ri
chard Dogray.
Mode Johnny Fingers heeft niet alleen naam gemaakt
als toetsenman van The Boomtown Rats, maar ook zijn
manier van kleden is in het oog gesprongen. Fingers hult
zich het liefst in pakken die het midden houden tussen een
pyama en gevangenis-tenue. Een Engelse pyama-fabrikant
is nu op het idee gekomen om speciale Fingers-exemplaren
op de markt te brengen en hij heeft de organist benaderd
om deze handel door middel van een reclame-spot aan de
man te brengen.
Inmiddels is zangeres Siouxsie van The Banshees een car
rière als mannequin begonnen. De Engelse tournee van de
groep is afgelast en Siouxsie showt in haar vrije tijd eigen
gemaakte punk-kleding.