PE YBRSTE VERTEbt iH lis de fantasie in de steek aat, is de grote Chinese muur en toeristische alkuil 19 keiweg die de Grote Muur van China bekroont, voert steil omhoog naar de volgende vestingtoren op de top van de berg. Van de 5000 kilometer muur mogen door toeristen overigens slechts 500 meter bezocht worden. voor mij niet. Maar je hersens heooen hem allang gereconstrueerd naar de geheimzinnige reu- zenstenen van Stonehenge in Engeland en naar het Colosseum in Rome, waar zelfs geen noodlij dende voetbalclub uit de zaterdagmiddagcompeti tie van de KNVB zijn thuiswedstrijden zou willen spelen. Maar ook hier faalt de verbeelding niet: staande op de ere-tribune, waar eens een keizer zijn gena deloze hand strekte, hoor je nu duidelijk het ge kerm der christenen en daarbovenuit het grommen van uitgehongerde leeuwen, die zich de karbona des met een lang been uitzonderlijk goed laten smaken. Uitje met stip toneer een reiziger langer kon be- likken over zijn fan- zou hij zich ge- tglijk de moeite kun- besparen om be iken te brengen aan meeste beziens- ardigheden, die vrij- elk land inzet om winst te pakken. if heeft het immers )r zin om 's mor ns voor dag en dauw weg te gaan naar de 1e Belgische vesting- Bouillon, als je beelding niet van de tij is? Dan zit je uren gebogen iter het stuur de imeters weg te ma- misschlen vette re- striemend over ialse kinderhoofden, bollingen overdwars, overstekend edelwild, op- broken rijwegen en omleidingen door godveria- buurtschappen: je verwerkt al die beproevin- manmoedig omdat je weet dat aan het einde die donkere tunnel toch de burcht op je wacht, arvan de reisgids reeds attent vermeldde dat hij omweg dubbel en dwars waard is. wat zie je dan, als je misselijk en met vlammen- meteoren voor je ogen uit de laatste van zes- \derd haarspeldbochten komt zeilen en de reu- ifisch gesperde handjes in de richting van de mois hebt gevolgd? Een puinhoop, waar je niet ii terug hebt. klimt aamborstig naar schots en scheve muren m stenen, die samen een melkgebit vormen 'arin de wolf genadeloos heeft huisgehouden; je aalt door holle ruimten zonder dak, langs torens nder zin. En als je ook nog het geluk hebt dat die dag regent België is daar gelukkig be- ald scheutig mee aanvaard je daarna ver- iumd en doorweekt tot op het bot de terugreis. aer een illusie armer plus het entreegeld en de voor de gids. Bij de duizenden die ook vandaag weer naar de Grote Muur zijn gereisd, bevinden zich opmerke lijk veel schoolklassen, die uiterst gediscipli neerd afmarcheren naar het Chinese wereldwon der. Opmerkelijk is dat vele jongeren inmiddels het blauw Mao-pak hebben uitgetrokken en nu gekleed gaan in heel wat fleuriger outfit. lar zover komt het niet, want de verbeelding elt je in zulke gevallen altijd te hulp en behoedt voor het démasqué. Het is je eigen fantasie die n ruïne stoffeert met kandelabers, houtvuren en roemers wijn, en waar jonkvrouwen, stijf van ocaat, wachten op de komst van heer Godfried, ginds in het woud een opstandige leenman aan zwaard spiest. :elfde nuttige invuloefening maakt-ie ook als je Ben dag de weg inslaat naar de Akropolis in thene een steen des aanstoots, meer is het Zelfs bij een bezoek aan de Grote Muur in China, die toch gerekend mag worden tot de begerens waardige uitjes met stip op dit ondermaanse, is een reiziger bij voorbaat verloren, als zijn fantasie hem in de steek laat. De avond tevoren heb je alvast ademloos gelezen wat je straks allemaal te wachten staat. En dat liegt er niet om. De Grote Muur is een bouwwerk waar ook een grootgrutter als Cecil B. de Mille zich niet voor zou hebben geschaamd. Van Sjan-hai- kuan aan de oostelijke kust tot Tjioe-tj'iuan in de uitlopers van de Gobi-woestijn in het verre westen van het Hemelse Rijk, herhaalt hij zich 5000 kilometers lang als een eindeloos repeterende breuk met 25.000 vestingtorens. In de derde eeuw voor Christus gaf Hwang-ti, beducht voor invallen van ruitervolkeren uit de steppen in het noor den, opdracht om met de aanleg van deze gi gantische borstwering te beginnen. En ten koste van honderddui zenden mensenlevens lukte het zijn opvolgers inderdaad om China op zijn meest bedreigde flank af te grendelen. Verscholen achter metersdikke* kantelen konden de troepen van de keizer voortaan elke nieuwe aanvalsgolf van aanstormende Nomaden met pek, stenen en pijlen neutraliseren. Als je zo'n signalement krijgt aangereikt, zou je het liefst gelijk op pad gaan om zo snel mogelijk oog in oog te kunnen staan met dit fenomeen, dat tien tallen eeuwen na zijn voltooiing nog steeds het eni ge herkenbare punt bleek te zijn op foto's, die Amerikaanse astronauten tijdens hun wandelingen op de maan van onze planeet maakten. Op die röntgenbeelden lag de Grote Muur als een winkel haak op de schedel van Moeder Aarde. Uit voorzorg heb ik me in elk geval lang voor het ochtendgloren laten wekken om toch maar vooral op tijd in het station van Peking te kunnen zijn. Waqt denk niet dat het Italië van de Duce Mussoli ni de enige dictatuur is geweest waarin de treinen op tijd reden. Rijwielvierdaagse Ik blijk overigens niet de enige te zijn die vroeg uit de veren is: in de brede straten, waar onze bus voorlopig het enige gemotoriseerde voertuig is, bewegen zich eindeloze processies van fietsende kameraden, die op weg lijken naar het startpunt van de jaarlijkse rijwielvierdaagse van de AtyWB. In de Wang Goe Tjing-straat de Kalverstraat van Peking, maar dan weer heel anders hebben al wat winkeliers hun deuren geopend; op de trot toirs zijn vuren ontstoken, waarop onduidelijke lekkernijen worden bereid. Op het plein voor het immense station, waar boven de hoofdingang nog steeds een kapitaal portret van Mao hangt (,,^i daar zal-ie blijven ook", heeft kameraad Hua Guo- feng verzekerd), hebben duizenden mensen wortel geschoten. Zijn ze echt serieus in afwachting van de eerste trein of hebben ze hun einddoel inmid dels bereikt? De perrons zijn in elk geval leeg, met uitzondering van spoor één, waar een groep kame raden is aangetreden om op aanwijzing van Radio Peking het been te heffen. Ochtendgymnastiek is in China een vast ritueel, waarmee elke nieuwe dag wordt begonnen. ,,Op basis van vrijwilligheid", verzekert mijn gids, de montere heer Sun Chien Chun mij, „geen mens is verplicht om er aan mee te doen. Maar zoals u zelf ziet, onttrekt niemand zich er aan. En daar hebben ze groot gelijk in, want zonder lichaamsbeweging kan men geen grote prestaties leveren". Vanuit mijn treincoupè bestudeer ik gedurende enige tijd de oefeningen op perron één. Het is on duidelijk wie tot de deelnemers behoren, want in een land waar iedereen dezelfde kleren van de kei zer draagt, trekt men al te gauw foute conclusies. Dan meent men rangeerders te ontwaren, terwijl men in feite te doen heeft met diplomaten, die vóór hun vertrek nog even gauw de benen strek ken. In het achterste gelid staat een broze grijsaard, die met één bevende hand steun zoekt bij een lan taarnpaal. Hij maakt de verplichte figuren wel mee, maar zijn voet komt geen moment hoger dan vijf centimeter boven het perron. Daarbij gaapt hij hartverscheurend. Het is hem aan te zien dat hij zich na het aflopen van de wekker liever nog even had omgedraaid. Vrijwilligheid blijft in een socialis tische samenleving een moeilijk discussiepunt. Gebloemde bekers De trein, die mij tot vlakbij de Grote Muur zal brengen, is van Hongaarse makelij en uiterst com fortabel ingericht. Dikke, pluchen slaapstoelen met anti-makassars, vast tapijt op de vloer en uitklap bare tafels met daarop de bekende gebloemde bekers met deksel. Tijdens de reis zullen ze voort durend gevuld worden door stewardessen in blauw broekpak, die welwillend rondgaan met thermos flessen kokend heet water. Uit de luidsprekers golft voortdurend marsmuziek, onderbroken door hoopgevende aanwijzingen in het Chinees. Nee, Wagons Lits zou een heel beste beurt maken als dergelijke treinstellen door de directie in de dienstregeling zouden worden opgenomen. Als ik me na een uur terugtrek in het toilet je kunt er van de vloer eten, maar waarom zou je? word ik aanvankelijk in mijn voor de hand liggende voornemen gedwarsboomd door een bordje boven de wasbak met de tekst „Quinfangshuichonkggxi". Als ik zoiets lees, bekruipt mij spontaan de vrees dat van bezoekers aan deze ruimte in elk geval niet wordt verwacht, dat ze de broek laten zakken. Het kan natuurlijk ook zijn dat het bolletje van de IBM-machine zich een moment verslikt heeft. Maar Zonder de steun van je fantasie blijft de Grote Muur van China een taaie klus, waar je dapper doorheen moet bijten om uiteindelijk niets te be reiken. voor de zekerheid informeer ik toch eerst even bij Sun Chien Chun, wat deze mededeling inhoudt. Hij vergezelt me ditmaal naar het toilet en zorgt per omgaande voor een passende vertaling. Daar staat „doorspoelen", verzekert hij met een onverwoest bare glimlach. In elk geval weet ik nu dat ik van mijn hoge nood straffeloos een deugd mag maken. Urenlang wiegt de trein daarna nog langs rijstvel den, waar karbouwen rechte voren trekken en vrouwen onder rieten hoeden minieme sprongen voorwaarts maken. Het landschap doet me aan vankelijk sterk denken aan Indonesië; later, als de aarde zijn rug kromt en de horizon voltekent met bergen, waan ik me in de uitlopers van de Zwitser se Alpen. Waarom zoekt een mens op zulke mo menten altijd naar overeenkomsten met andere landen en zegt-ie niet gelijk waar het op staat: dat wat-ie ziet nog het meest op China lijkt? Dat zal te maken hebben met het eeuwige verlangen van de mens om op vertrouwd terrein te opereren. Eenzaamheid Het voorlopig einddoel is Badaling, een dorpsstati on in het hart van een bijna volmaakte eenzaam heid. Twee huizen en voorbij de kromming van de Het stationnetje van Badaling op een kwartier lo pen van de Grote Chinese Muur ligt in een bijna volmaakte eenzaamheid. De superluxe trein van Hongaarse makelij brengt hier de toeristen tot op de drempel van het Chinese wereldwonder. asfaltweg nog een okergele kazerne, die om de paar minuten een peloton soldaten uitbraakt, dat zich in draf begeeft naar een plaats waarvan de bevelvoerende officier ongetwijfeld het strategi sche nut bekend is. Vandaar is het nog tien minuten lopen naar de Grote Muur, die als een rups op de kermis stijgt en daalt op de ruggen van gele heuvels. Dit is dus het Grote Moment. De confrontatie met een wereldwonder, dat eens op keizerlijk bevel met bloed, zweet en tranen verricht is door tover- leerlingen, die hun aandeel in de performance goeddeels met de dood hebben afgekocht. Met de camera's in de aanslag naderen we de poort bij de Nan Kow-pas, die bedekt is met een baardgroei van dagjesmensen. Het ziet blauw en groen en grijs van de kameraden, die zich eerst in ordelijke rotten hergroeperen om vervolgens ach ter de vlag van hun leider af te marcheren naar de trap, die dwars door metersdikke gewelven leidt naar de holle keiweg bovenop de muur. Daar begint dan de moeizame klim naar de dichts tbijzijnde top. Een kruisweg van vijfhonderd meter met tientallen staties, waar de deelnemers hijgend en met een purperen blos op de wangen uitrusten tegen de kantelen. Als afgematte muilezels zwoe gen de honderden voorwaarts, het lichaam cursief boven strak gespannen kuiten, de tong half uit hun mondhoeken. Amechtig volg ook ik het spoor dat vóór mij reeds is verkend door illustere voorgangers van interna tionale snit. Terwijl ik voor de zoveelste maal af haak onder het voorwendsel dat ik weer een uitge lezen plek heb gevonden om een foto te nemen, bedenk ik dat hier prinses Beatrix en prins Claus, president Nixon en Joop den Uyl eens voetje voor voetje naar boven zijn geschuifeld. En Van der Klaauw, wat zal hij op deze moordende meters niet', hebben afgetobd, terwijl hij manmoedig zijn snor; op de feiten drukte en één van zijn hulpeloze glim-; lachjes produceerde, die bij mij altijd de indruk wekken, dat hij zoëven een steengoeie mop heeft gehoord, waarvan hem helaas de pointe ontgaan is. Ontgoocheling Als ik eindelijk boven ben een aangeschoten vogel, die toch wanhopig zijn nest tracht te berei-. ken wacht slechts de ontgoocheling: geen koek-en-zoopje, niet eens een man met een koel- tas vol frisdranken voor de buik. Er is niets, je kunt ook niet verder en moet dus wel rechtsomkeer maken om struikelend en glijdend langs nieuwe* horden van klimmers je afgang te voltooien. Wat is nu het duivelse geheim van die muur? denk je. Wat is het nou meer dan een ontwerp van An ton Pieck, dat achteraf uit de hand is gelopen? De~ directie van De Efteling had alleen gezegd: maak maar een geinige stadswal met wat torens. Maar' toen Pieck eenmaal achter zijn tekentafel zat, was- ie niet meer te houden en rustte hij niet voordat-ie 25.000 torens had verzonnen. Scepsis Op dat moment komt mijn fantasie tussenbeide. Hij heeft me al een paar keer zien wankelen en hij kent mijn scepsis langer dan vandaag. Hij gebiedt me de ogen te sluiten en jaagt mijn gedachten als jachthonden terug naar de dertiende eeuw. Opeens stroomt de vlakte vóór me vol met ruiters, een heirleger van nomaden bestormt de muur en slaat in golven over me heen. Dit is het Uur der Wrake, Djengis Chan is onstuitbaar op weg naar Peking, waar hij zich als de nieuwe heerser over China door zijn vernederde vijanden zal laten zal- ven. En op die tocht zal hij een spoor van vernie lingen achterlaten in het Eeuwige Rijk van de Kei-: zers, die zich zó lang veilig konden wanen achter; hun verdedigingsgordel. De Muur, die uitverkoren - Chinezen en verworpen Hunnen der aarde van el-- kaar scheidde als de bokken van de schapen. Op de terugweg vraagt Sun Chien Chun nog even: of het bezoek aan de Grote Muur mij is bevallen. Mede namens mijn fantasie kan ik hem volmondig antwoorden: „Het was een grandioze ervaring, Sun. Vandaag heb ik eindelijk part en deel gehad aan een machtig brok historie. Ik kan nu zeggen: ik ben er bij geweest". Voor de rest doe ik er het zwijgen toe. Want Sun zou waarschijnlijk diep bedroefd zijn, als ik er op dit moment aan had toegevoegd, dat ook de Grote: Muur een toeristische valkuil is Sijtje Boes in: bouwmaterialen. Nee, zolang de fantasie hem en mij niet in de steek laat, kunnen we er nog jaren plezier van hebben. LEO THURING De gaande en de komende man komen elkaar op de hobbelige keiweg, die naar de volgende ves tingtoren van de Grote Muur voert, onherroepe lijk tegen. Opgang en afgang zijn op deze manier aanschouwelijk ondtr één noemer gebracht

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1979 | | pagina 21