V. de Kluiver:
Gemeente moet
voorgaan bij
pet besparen
van energie
Ambulance
vervoerders
toch in
bestuur
Centrale Post
arpavond van wisselend niveau
Praalwagens voor 3 Oktober
Leidse Universiteit pleit
voor instelling open
juridische faculteit
Goed spel in
warrige
Bruiloft
'AD/REGIO
LEIDSE COURANT
VRIJDAG 28 SEPTEMBER 1979
PAGINA 5
Op mijn omwegen door stad en land kom
ik graag mensen tegen. Elke morgen tussen
tien en elf uur kunt u mij telefonisch vertel
len wie u graag in deze rubriek zou willen
tegenkomen. Het nummer van mijn geduldi
ge telefoon is 071-122244; u kunt dan naar
toestel 18 vragen.
(1
noordwijkse ambtenaar stelt actieplan samen
LEIDSE RAADSCOMMISSIE
WILLIGT WENSEN IN
LEIDEN De Raadscommissie Volksge
zondheid is gisteravond tegemoet gekomen
aan de meeste verlangens van de particu
liere ambulancevervoerders in de Leidse
regio. Het is nagenoeg zeker dat alle ver
voerders (in totaal zeven) vertegenwoord
igd zullen zijn in het algemeen bestuur van
de Centrale Post voor het Amulancever-
voer die volgens de nieuwe Wet op het Am
bulancevervoer moet worden opgezet. De
directeur van de Centrale Post zal noch de
directeur van de Leidse GG en GD zijn,
noch zal hij worden gerecruteerd uit de
rijen der particuliere ambulancevervoer
ders.
Zoals bekend hadden de particuliere ambulancevervoerders, die
tachtig procent van het ambulance-vervoer in de Leidse regio
voor hun rekening nemen nogal wat bezwaren tegen de regeling
die de gemeente Leiden in gedachten had om de Wet op het
Ambulancevervoer gestalte te geven. Het gaat bij die wet vooral
om de instelling van een Centrale Post, een soort meldkamer
voor het ambulancevervoer. De ambulancevervoerders voelden
zich stiefmoederlijk bedeeld in de door Leiden opgezette rege
ling en namen de advocaat mr. Teekens jr. in de arm om hun
belangen te behartigen. De commissieleden konden zich gistera
vond over het algemeen verenigen met de eisen van de vervoer
ders. Het ontwerp voor de regeling werd door wethouder P.H.
Schoute op advies van de raadsleden op belangrijke punten ge
wijzigd. In plaats van twee vertegenwoordigers in het algemeen
bestuur van de Centrale Post krijgen de vervoerders nu zeven
vertegenwoordigers. In het dagelijks bestuur van de Centrale
Post was een plaats voor een vertegenwoordiger van de particu
liere vervoerders ingeruimd, maar die had niet dezelfde rechten
als de overige vier leden van het dagelijks bestuur. Gisteravond
werd overeengekomen dat deze wel dezelfde rechten krijgt.
Aanvankelijk was het de opzet van de gemeente Leiden om de
directeur van de Leidse GG en GD tevens directeur van de
Centrale Post te maken, maar omdat de particuliere vervoerders
vrezen dat ambulances van de Leidse GG en GD door deze
„dubbelfunctie" mogelijk bevoordeeld zouden kunnen worden
zal hiervoor een onafhankelijk persoon worden gekozen door
het bestuur.
Ziekenfonds
Een groot probleem blijft dat de ziekenfondsen niet bereid zijn
om de verhoogde kosten die de Centrale Post met zich mee
brengt volledig te financieren. Door de instelling van de Centra
le Post zullen de-ambulancevervoerders, ook die van de Leidse
GG en GD aan hogere en duurdere eisen moeten voldoen (bij
voorbeeld voor de paraatheid) en de ziekenfondsen zijn niet be
reid de declaraties van die kosten zo maar te aanvaarden. „Het
ziekenfonds wil niet verder gaan dan het betalen van driekwart
van de kosten. Leiden kan onmogelijk het resterende deel op
brengen. Maar dit is eigenlijk een zaak van het Rijk, dat ons de
regeling heeft opgelegd en ook maar de wegen tot de financie
ring ervan moet aangeven. Misschien is het nodig de tarieven
voor de ziekenfondsen te verhogenaldus wethouder Schoute
die toezegde nog een keer met de ziekenfondsen te zullen gaan
praten, ook al had hij er weinig vertrouwen in omdat het stand
punt van de ziekenfondsen zijn inziens onwrikbaar is.
)EN De Leidse juri-
ride ie faculteit heeft minis-
;rb A. Pais van Onderwijs
Wetenschappen voorge-
een open faculteit der
tgeleerdheid in te stel-
n sdaan de Leidse universi-
Op die manier wil de ju-
>che faculteit aan een
enocturele nummerus fixus
da omen. Als voordeel
ge nt de faculteit in een
port dat met de instel-
van een open faculteit
nic anderen dan dagstuden-
eisj de mogelijkheid wordt
»den juririsch onderwijs
Enjfolgen, iets waar volgens
N« samenstellers van het
s tort in toenemende mate
belangstelling voor bestaat.
Volgens het rapport dat 'naar
aanleiding van de vraag of
Leiden een open faculteit
moet krijgen is samengesteld,
kan deze plaats Rieden aan de
volgende studenten: zij die
geen dagonderwijs willen-
/kunnen volgen, studenten dte
een pakket met minder juridi
sche vakken willen volgen
dan in de huidige faculteiten
mogelijk is, zij die langer dan
de toegestane studieduur over
hun studie willen/moeten
doen en wellicht zij die een
onvoldoende vooropleiding
hebben.
Het onderwijspakket van de
open faculteit zal voor wat de
eerste tweeënhalf jaar betreft
weinig afwijken van dat op de
gesloten faculteit. Het is dan
ook belangrijk dat er nauwe
banden bestaan tussen de open
faculteit en enkele bestaande
faculteiten. Een voordeel hier
van is, aldus het rapport dat
studenten kunnen switchen
van open naar gesloten facul
teit. Voorts dient er nauwe sa
menwerking te zijn met het
oog op de ervaring en de kwa
liteit van het onderwijs. Voor
alsnog gaat men uit van een
verhouding van twintig stu
denten op een staflid. Er zal
een hoogleraar moeten wor
den benoemd als hoogleraar-
directeur en decaan.
DEN Gisteren vond in
rschoten het 7e concert
het Duivenvoorde-seizoen
Ditmaal was het een
p/fravond, gegeven door het
Edward Witsenburg en
y Boedijn-Heyens. Een
binatie van twee harpen is
•vc zeldzaam en het program-
in bood dan ook een aantal
erende maar boeiende wer-
Interessant waren de kor-
oelichtingen die Edward
enburg gaf bij elk van de
cc< ten en de daarbij gebruik-
Marpen.
>et algemeen trad Emily
lijn het meest op de voor-
ds id, niet alleen door het feit
nize de emeste solostukken
haar rekening nam, maar
vanwege haar prachtige
spel. Zij bezat een zeer gepro
nonceerde toonvorming, waar
door effecten, reikend van
grote dramatiek tot uiterste
verfijning, bereikt werden.
Haar weergaven getuigden
dan ook van een intensieve en
zeer verzorgde muzikaliteit.
Hierbij kwam dat de werken
die ze speelde, zeer geschikt
waren om haar kwaliteiten tot
uiting te laten komen. Dit gold
met name voor de Impromptu
op. 86 van Fauré. Dit stuk
werd geschreven als exame
nopgave voor het Parijs con
servatorium en geeft de har
pist de kans alle mogelijkhe
den op zijn instrument uit te
buiten. Emily Boedijn deed dit
op imponerende wijze en ont
ving van het dankbare publiek
een welverdiende ovatie.
Edward Witsenburg is een
harpist van grote naam, maar
stelde nu enigszins teleur. Zijn
spel was wat vlak en koel in
de tempi nogal onevenwichtig.
Dit was met name het geval in
de twee Spaanse stukken.
Daarentegen was de expressi
viteit in andere uitvoeringen
te overdadig. In het algemeen
gezien klonk zijn spel wat ge
maakt en niet altijd even hel
der en zorgvuldig van toon.
Daarmee contrasteerde het
nogal met dat van zijn partner.
Door dit gebrek aan expressie
ve eenheid miste het samen
spel soms geïnspireerde bezie
ling.
DIRK VOOREN
De optocht voor het komende 3
oktoberfeest wordt de mooiste sinds
jaren. Dat menen althans
bestuursleden van de vereniging en
zij kunnen het weten want de meeste
wagens zijn al gereed. Al vijf weken
wordt er in een loods van de
touwfabriek in Leiderdorp hard aan
de klokkenwagens gewerkt.
Dagelijks is ongeveer 15 man druk in
de weer om de wagens een prachtig
aanzien te geven. Naast de negen
wagens die door reclamebureau
Visser worden opgezet (al ongeveer
25 jaar doen zij dat) doet ook de
Leidse Instrumentmakersschool weer
mee met een echt lopende klok van
Christiaan Huygens (zie foto). Aan
achterkant en zijkanten geheel open
gelaten zodat een ieder het
mechaniek kan zien. Levensgrote
tandwielen die in elkaar grijpen en
door kettingen aan twee kleine
motortjes worden aangedreven. Een
klok die door de leerlingen zelf is
vervaardigd en nog redelijk op tijd
loopt ook. Dinsdag 2 oktober wordt
er door bloemist Nieuwenburg de
laatste hand aan de praalwagens
gelegd-
LEIDEN Na een try-out in het vorig sei
zoen, bracht èNVé Drama, de amateur to
neelsectie van het LAK, gisteravond in ei
gen theater De Bruiloft van Elias Canetti.
Was in de try-out de volledige tekst van het
stuk gebruikt, nu had men een verkorte
versie gebracht.
Het stuk begon fraai met korte schetjes waarin
diverse personages in hun omgang met elkaar
werden getoond. Egocentriciteit en het ophan
gen van de eigenwaarde aan uiterlijkheden (ei
gen huis, vaderschap) kwamen hierin naar vo
ren, waarbij mooie staaltjes van kromredene-
ren en rechtpraterij werden vertoond. Mede
door de soberheid van decor en licht, kwamen
deze scènes goed over.
In de groepsscènes die daarop volgden werden
de opgeroepen verwachtingen echter niet
waargemaakt. De taal werd minder uitgebuit,
en de uitwerking van het thema raakte zoek in
het grote geheel. Verwarring kon ontstaan bij
de toeschouwer doordat niet direct duidelijk
was dat diverse mensen dubbelrollen speelden
Tevens blijft het moeilijk om in groepsscènes
enkele personages op de voorgrond te laten
treden, zonder voor de overige spelers de han
deling stil te leggen.
De Bruiloft is een ondankbaar stuk om te spe
len, daar na het hoogtepunt, de ineenstorting
van het huis, wat tevens de ineenstorting van
de wereld der personages blijkt te zijn, nog 15
minuten gespeeld moet worden, waarbij de
spannjng liefst nog hoger dient opgevoerd.
Het spel der acteurs en actrices toonde daaren
tegen weinig mankementen. Er werd vlot en
spepel gespeeld, en de overgangen tussen de
verschillende scènes verliepen geruisloos. De
tekst was over het algemeen goed verstaan
baar, en werd juist uitgespeeld, met momenten
van prachtig stil spel (Wim Hagen). De man
nenrollen kwamen daarbij wat beter uit de
verf dan de vrouwenrollen, mogelijk doordat
zij meer aandacht krijgen in de tekst. De spe
lers hadden veel mogelijkheden in zich. waar
aan door het stuk helaas geen recht is gedaan.
De Bruiloft is weer te zien vanavond en mor
genavond in het LAK.
JACQUELINE MAHIEU
ist K
die
lib ten Paar maanden geleden, toen de meeste
vooi nensen in vakantiestemming wel wat anders
le di ian hun hoofd hadden, deed de directeur van
die le Noordwijkse gemeentebedrijven een
gec| nergienota het licht zien. Vooral met het oog
vuil 'P cle plaatselijke, dus Noordwijkse,
reek uinigheid. Maar ook heel wat andere
n ia jemeenschappen dan in deze badplaats
vore nogen ter harte nemen wat de heer J. de
rkei Uuiv'er aan schoten voor de boeg gegeven
en leeft. Zelf zegt hij ervan: „ik dacht, dat ik
mr^ leel wat moeite gedaan heb om te wijzen op
hel!en stuk urgente problematiek. Na jaren en
aren alleen maar praten over dreigende
^moeilijkheden wordt het tijd dat we er iets
lan gaan doen. Het is in deze wereld - die
rjmegen het einde van deze eeuw zo'n zes
O miljard mensen moet herbergen - zwaar
litkijken. Met z'n allen zijn we bezig in
londerd jaar op te maken wat er in
iuizenden jaren aan energiebronnen is
»pgeslagen. Zo voortgaande komen we in de
cortste keren in de narigheid. Je kunt zo niet
loorgaan".
lo kwam de heer De Kluiver ertoe om z'n
iota, samen met een actieplan „Wees zuinig
net energie", aan te bieden. Besparend
inergiebeleid, spelend op een ombuiging van
le heersende mentaliteit. Zomaar er even
ussendoor: „je zou eigenlijk een premie
noeten geven voor het gebruik van de fiets
n het woon- en werkverkeer", aldus de
ïs [emeentebedrijven - directeur van
k loordwijk. Over de in de wereld beschikbare
Stl :nergiebronnen zegt hij interessante dingen:
Of .Duidelijk blijkt, dat voor de toekomst twee
(D -nergiebronnen perspectieven bieden. Dat
t ïjn de zon (namelijk om te voorzien in de
ichoefte aan lage temperatuurwarmte) en de
'k ;nclle kweekreactor, die kan voorzien in de
«liet loge temperatuurwarmtebehoefte vóór
V >ijvoorbeeld de elektriciteitsproduktie"
jen Jitvoerig gaat De Kluiver in op de vraag hoe
Nederland in de toekomst besparend kan
imspringen met z'n energie, onder meer bij
naI de industrie, bij het verkeer en vervoer, in de
erf -lektriciteitssector en bij het gezinsverbruik.
uc Ms ..klonten uit de pap" levert hij algemene
jol adviezen, het zijn ..zachte" en „harde"
lesparingsmaatregelen, zoals:
y laat in vertrekken, waar niemand is, geen
ampen branden; beperk het lampvermogen,
installeer waar mogelijk T. L. - buizen,
aat geen radio of teevee aanstaan als toch
rol liemand luistert of kijkt;
var «ebruik geen heet water als het ook met koud
ken can;
aan ipoel de vaat niet onder stromend heet water;
:rok [ebruik wasmachine en afwasmachine alleen
plet ils ze helemaal gevuld zijn;
ens: ils u elektrisch kookt, gebruik dan pannen
an iran het juiste formaat, de pan moet passen op
onide kookplaat;
^rij kook niet meer water dan nodig is; laat uw
re strijkbout niet nodeloos aan staan;
tip vermijd elektrische bijverwarming, zoals
verstraal- en ventilatorkachels. Als u ze moet
ing. gebruiken, doe ze dan uit als u het vertrek
an verlaat;
raf koken, warm - watervoorziening en
ee verwarming op elektriciteit dient niet te
ch worden aangemoedigd; stel de
»n.
J. de Kluiver.
boilertemperatuur niet hoger in dan nodig is
gezien het gebruiksdoel;
maak een koelkast of diepvriezer niet vaker
open dan noodzakelijk is; laat het ijs dat in
koelkast of diepvriezer wordt gevormd niet
dikker worden dan een paar millimeter.
Ontdooi als het zover is".
Wat het energieverbruik in Noordwijk
betreft, stelt de heer De Kluiver vast, dat dit
verbruik in de laatste decennia sterk is
gegroeid: steeds meer werd overgeschakeld
van plaatselijke verwarming naar centrale
verwarming en de tuindersbedrijven gingen
van olie over op aardgas. „De belangrijkste
oorzaak van het toenemen van het
elektriciteitsverbruik moet worden gezocht in
de huishoudens, met name door de
ontwikkeling en het aanschaffen van
elektrische apparatuur, zoals
televisietoestellen, koel - vries - en was -
apparaten", zo staat in de energienota.
Als hij ingaat op de besparingsmogelijkheden,
heft De Kluiver de waarschuwende vinger
tegen te overvloedige verlichting langs en op
de wegen. Hij pleit er voor, deze drastisch in
te perken: „men mag van de bevolking en
andere gebruikers van energie niet de
bereidheid verwachten energie te besparen,
als men met grote regelmaat wordt
geconfronteerd met brandende verlichting op
die plaatsen en tijden waar dat niet nodig is
in verband met verkeersveiligheid en of
handhaving van de openbare orde en
veiligheid". Meermalen wijst De Kluiver op
het belang van een psychologische
benadering van de burger om deze te
bewegen tot energiebesparing. In het
actieplan vormt de voorlichting van de
bevolking een element van belang; ook het
onderwijs wordt daarin betrokken.
Eén van de ideeën in het plan is het mee -
stempelen van een „besparings slogan" in de
gemeentelijke frankeermachine en het
afdrukken van een „energiebesparende
tekst" op de gemeentelijke enveloppen. Het
actieplan bevat verder een uitwerking van
het omvangrijke hoofdstuk waarin de isolatie
van huizen, scholen, openbare en andere
gebouwen wordt besproken. Zo zal - heet het
- „bij het bouwvergunningenbeleid
energiebewust worden geadviseerd".
Ook niet mis te verstaan is het stimuleren
van particuliere initiatieven. Te denken valt
aan middenstandsorganisaties en dergelijke,
die hun leden zouden kunnen vragen
bijvoorbeeld reclame - en feestverlichting te
beperken. Plaatselijke verenigingen (het
actieplan noemt de verenigingen van
Huisvrouwen en politieke partijen) kunnen
meewerken door het geven van voorlichting,
het houden van lezingen enzovoort. Via de
plaatselijke pers kunnen energiebesparende
suggesties worden uitgelokt. Het actieplan,
tenslotte, duidt ook op een „ambtelijke
ideeënbus", het instrueren van het personeel,
het bevorderen van openbaar vervoer bij
dienstreizen, het animeren van het
fietsgebruik (met een redelijke actieradius).
De Kluiver meent wel, dat bij sommige
suggesties „flexibel" geïnterpreteerd moet
worden, „want als je voor een dienstreis door
slechte verbindingen en ander oponthoud
drie uur nodig hebt, terwijl je er met de auto
een uurtje over doet, dan is de voorkeur
zonder meer duidelijk. Dergelijke soepéle
overwegingen gelden uiteraard ook bij
andere besparende maatregelen".
„Ook de individuele burger moet zich in
toenemende mate bewust worden van het
feit, dat hij zich niet aan de eigen
verantwoordelijkheid in deze zaken mag
onttrekken. Maar op plaatselijk niveau moet
de gemeente het goede voorbeeld geven. Het
gemeentebestuur zal hiervoor een gericht
beleid moeten voeren", meent directeur De
Kluiver in zijn aanbevelingen en conclusies.
Het door hem bedoelde gemeentelijk beleid
zou in een periode van drie jaar de beoogde
besparing van energie kunnen
verwezenlijken.