„Overheid moet ons helpen aan eigen centrum" „Het hoort bij het vak en je moet er doorheen" f (Van onze sportredactie) ENSCHEDE Ongewild stond Eddie Pasveer het afgelopen weekeinde weer eens in het volle licht van de publici teit. In de maandagkranten werd de naam van de reservedoelman van FC Twente veelvuldig genoemd als dé gro te oorzaak voor het blamerende verlies van 7-1 van zijn club tegen PSV. De hoofdrol die Pasveer vervulde, was een heel andere dan hij zich had voorge steld. Aan zeker twee van de zeven Eindhovense treffers had Pasveer schuld. Tussen zijn fouten door deed hij wat geen enkele doelman de laatste drie jaar lukte: hij stopte een straf schop van Willy van der Kuijlen. Maar het was slechts een schamele genoeg doening naast de handelingen, die voor hem de avond danig vergalden. De emoties na het overigens uitermate boeiende duel zijn verstomd en Eddie Pas veer is teruggekeerd tot de realiteit van alledag. Vol zelfverwijt zegt hij: „Die strafschop in de 44e minuut, was ik in de rust al weer vergeten. Wat koop je ervoor als je met een paar stomme fouten hebt staan schutteren. Die blunders, blijven je bij." Pasveer trok zich zijn verre van vlekkelo ze optreden zelfs zó aan, dat hij zijn trai ner Spitz Kohn verzocht in de tweede helft niet meer op het veld te hoeven te rugkeren. En dat niet onder het mom van een blessure, waardoor hij wel degelijk werd geplaagd. Pasveer: „Dat ik aan de wedstrijd ben begonnen met een beknelde zenuw in mijn rechterbil wil ik helemaal niet als excuus aanvoeren. Dat zou goed koop zijn. Ik speelde waardeloos. Daarom wilde ik er liever uit. Kohn zei echter, dat dit helemaal slecht voor het zelfvertrou wen zou zijn. Daar heeft hij misschien wel gelijk in gehad, maar ik voelde me in de rust allerberoerdst". Pasveer vindt het als uiterst prettig dat hij van zijn oefenmeester en medespelers weinig verwijten heeft vernomen. Maar van de andere kant is het natuurlijk ook zo dat je zelf donders goed weet wat je al lemaal verkeerd hebt gedaan. Daar komt dan nog bij, dat meer spelers niet bepaald hun beste dag. hadden". EDDIE PASVEER NA ZIJN ECHEC TEGEN PSV: IJSHOCKEYVOORZITTER SCHWEERS BLIJFT ZIJN MOND OPENTREKKEN LEIDSE COURANT ZATERDAG 15 SEPTEMBER 1979 PAGINA 13 Aankomst van de wereldkampioenen op Schiphol Teruggrijpen op de derde man van dit moment, de jonge Theo Wassink, acht Spitz Kohn een té groot risico, zodat de oefenmeester Pasveer het voordeel van de twijfel blijft geven, zolang André van Ge- rven, op wiens rentree zo met smart wordt gewacht, nog niet in staat is weer onder de lat plaats te nemen. Dat gaat vermoedelijk weer rond het tweede duel met Panionios gebeuren, al is de kans niet denkbeeldig dat de come back van Van Gerven wat geforceerd en dus wat eerder tot stand zal komen nu Eddie Pasveer zo onfortuinlijk speelt. Pas veer zou in dat geval met graagte zijn plaats weer aan de eerste doelman af staan, zoals hij dat in het verleden steeds heeft gedaan, wanneer hij zich weer een tijdje als vervanger had gemanifesteerd. erg kwaad werd toen er mensen, en voor al dat stel dat doorgaans op de vergaderin gen van de NSF en NOC komt, het er steeds maar over hadden dat Nederland wereldkampioen was geworden door een team dat vol zat met Canadezen. Ze gun nen je het succes niet eens. Als je een po ging doet om te vertellen hoe het zit, zeg gen ze: „Schweers zit gewoon een potje te liegen". "En dan punt twee. Het zijn allemaal nog al lekkere amateurs in de ijshockeysport. Nu, onze spelers verdienen geen tachtig duizend gulden zoals de kopstukken bij de NSF. Nee, zij zijn amateurs met een on kostenvergoeding. Er is toch zoiets als loonderving. De Nederlandse topijshoc- keyers krijgen een vergoeding van gemid deld twintigduizend gulden. Daarvoor zijn de jongens dag in dag uit in de weer, trai nen en wedstrijden spelen. Ze kunnen van hun onkostenvergoeding, die er al leen voor de topspelers is, geen cent over houden. De jongens hebben nauwelijks te eten. Bij een aanval op onze amateur-ijs hockeyers spring ik wel eenS uit de band. De NSF en het NOC behandelen mij niet slecht, maar ze doen niets extra's voor onze bond. En dat extra is nu juist nodig. Er is geld zat maar ze vertikken het om de Nederlandse IJshockeybond te helpen aan een eigen ijshockeycentrum". Centrum De Nederlandse Ijshockey bond heeft al tien jaar een plan in de ijskast voor het bouwen van een eigen centrum. Fred Schweers: "Zo'n complex runnen hoeft geen geld te kosten. Elke binnen baan in ons land maakt winst. In Ge leen wordt al regelmatig dividend uit gekeerd aan de aandeelhouders van de kunstijsbaan. Maar een centrum bou wen met eigen middelen dat is niet te doen. Wij kunnen van de lotto en toto bij de bouw zo veertig procent krijgen. De rest moet de overheid er maar bij stoppen". „Er is echt wel geld. Er is een reserve fonds waar veel geld in zit Je denkt toch niet dat ik aan onze iaarvergadering kan vragen: „Jongens, is het goed dat ik drie miljoen leen bij de bank voor een ijshoc keycentrum? Dan denken ze toch echt dat ik gek'ben geworden. Maar dat ijshockey centrum moet er toch komen. Alleen dan kunnen we op de lange duur aansluiting houden bij de toplanden. Jongens van 8 tot 16 jaar moeten een goede opleiding kunnen krijgen die de meeste spelers van ons nationale team nu, noodgedwongen, in Canada hebben gekregen. Maar met die Nederlandse Canadezen is het straks afge lopen. Emigratie van Nederlanders naar het vroeger beloofde land Canada is er al lang niet meer bij. Sterker nog, goede Ne derlandse Canadezen zijn niet meer te vinden". De Nederlandse Ijshockeyers in de A- poule. Een hoogtepunt in vijftig jaar ijs hockey. Gaat het nu weer bergaf waarts „Dat hoeft niet. Je weet nooit hoe een koe een haas vangt. Ik geloof dat de doorbraak van het Nederlandse ijshoc key er is. Ik ben er van overtuigd dat we er straks op de Olympische Spelen een of twee wedstrijden winnen. En voor de we reldkampioenschappen in 1981 ben ik ook echt niet bang. Ergens is het toch fantas tisch voor zo'n klein land. Toen ik met de jongens van het wereldkampioenschap kwam, was er enorm grote belangstelling op Schiphol. Dat deed mij goed. Dan denk ik: Freddie je inzet en je grote bek zijn niet voor niets geweest. Toen ik aan de wieg van het Nederlandse ijshockey stond, waren er drie banen: Den Haag (HOKY), de open baan in Til burg en de Amsterdamse Apollohal die la ter, evenals de baan in Tilburg, weer ver- deen. Nu hebben we negentien hallen waar we ijshockey kunnen spelen." Uitbreiden „We zijn er nog lang niet We moeten onze competitie uitbreiden en er moe ten nog meer hallen bij komen. Maar het wordt toch hard tijd dat we eens wat steun krijgen van de overheid. De Nederlandse ploeg heeft spon sors. Staar je daar nu echt niet blind op. Wij rijden met reclame van de KLM en van Nationale Nederlanden. De KLM mag niet eens sponsoren en van de verzekeringsmaatschappij krijgen we vijfduizend gulden. Maar we nemen het aan. Want we hebben het geld zo hard nodig. We zullen straks op de Olympische Spelen wel het armste team zijn. Niet erg, we hebben het al tijd met weinig moeten doen. Maar eens houdt het natuurlijk op. Als we van de verenigingssponsors niet alle medewerking hadden gekregen, had den we het ook nooit bereikt. Als ik er op een vergadering van de NSF of het NOC over begin, trekken ze maar een beetje hun schouders op". Fred Schweers is ook lid van het bestuur van de internationale IJshockeybond. Hijr wil nog niet aan stoppen denken als hoofd van een sportorganisatie van drieduizend leden. IJshockey blijft zeker de eerste vijf jaar al zijn tijd opeisen. De ex-eigenaar van twee rederijen heeft verder niets om handen. Als rasamateur vecht hij voor zijn sport. Onder het voorzitterschap van - Fred Schweers is er de laatste jaren toch al heel wat bereikt. Ook al wil voorzitter" Schweers zijn mond wel eens opentrek ken, ze willen hem niet missen. „Ik geloof dat ze die grote bek alleen van mij nemen. Ze weten hoe ik in elkaar zit." van Gerven (foto) weer beschikbaar is, staat Pasveer weer zonder mor- onder de lat af. v Verre van ideaal De situatie met de doelverdedigers is bij FC Twente derhalve verre van ide aal, ook al omdat Eddie Pasveer de laatste jaren slechts een beperkt aantal trainingen met de overige selectieleden heeft kunnen volgen. Pasveer moest zijn aandacht steeds verde len tussen studie en voetbal en nu hij zijn diploma fysiotherapie op zak heeft, houdt de overheid hem van intensief trainen bij FC Twente's keurkorps af. Als dienst plichtige moest Pasveer nog onder de wa penen en uitgerekend op een moment dat het Twente verre van goed uitkomt, moest de doelman zich melden bij de ge neeskundige troepen in Hilversum. Pas veer hoopt dat hij na de eerste zes weken militaire dienst in Twente zal worden ge legerd, zodat hij niet naar een alternatief hoeft te zoeken om toch nog wat oefenstof van niveau te kunnen uitvoeren. Eddie Pasveer zal zich mogelijk voor een Europees kijkersfront revancheren voor zijn minder gelukkige optreden tegen PSV.„Ik kan alleen mijn best doen en ho pen dat dit soort dingen niet te vaak ge beurt. Al besef ik dat het allemaal bij het vak hoort. En overkomt het je, dan moet je er gewoon doorheen". AMSTERDAM "Ze lachen mij uit op vergaderingen van de NSF en het NOC. Ze denken daar is die "joker" weer met zijn ijshockey. De laatste keer maakte ik mij erg kwaad en trok behoorlijk mijn mond open. Ze willen onze topprestatie niet eerlijk onder ogen zien. Je wordt wereldkampioen van de B-groep, maakt promotie naar de A-groep en mag naar de Winterspe len. En wat hoor je dan links en rechts: „Dat is bereikt met een stel profs af komstig uit Canada en enkele Neder landse jongens". Dan wil je ze wel op het gezicht slaan", aldus de voorzitter van de Nederlandse IJshockeybond Fred Schweers. Fred Schweers (63 jaar), vroeger chef d' equipe van de nationale ijshockeyploeg, daarna bestuurslid, vijf j&ar penningmees ter, zes jaar vice-voorzitter en nu al weer twaalf jaar achtereen voorzitter van de Nederlandse IJshockeybond, waaraan hij al dertig jaar als bestuurder verbonden is. Schweers, die heel vroeger zelf de schaat sen onder heeft gehad en in zijn jeugdige jaren in Amsterdam een goed landhoc- keyer was, is de vlag van de Nederlandse IJshockeybond. Zijn techniek van verga deren, is uniek. Als Fred Schweers in een jaarvergadering praat, houden zijn leden hun mond dicht, om even later bij een uit drukking van hun voorzitter te gillen van het lachen. Omdat Fred Schweers er is op de jaarvergaderingen van de IJshockey bond worden deze doorgaans goed be zocht. Met Schweers aan de voorzittersha mer is er tenminste iets te beleven. De meesten zullen zo'n avondje uit niet wil len missen voor een of ander duur caba ret. Vijftig jaar ijshockey in Nederland, terwijl de Nederlandse IJshockeybond 45-jaar be staat dezer dagen. Schweers heeft de sport groot zien worden in Nederland. Voordat hij een bezoek ging brengen aan de vergadering van de Nederland se Sport Federatie in het Congrescen trum van de RAI praatten we onder het genot van een kopje thee (ener zijds) en een flesje Spa (anderzijds) over zijn sport. We kunnen er niet aan voorbij gaan dat Fred Schweers veran derd is. "Ja, die kerel met, die grote mond is maar liefst zeventien kilo af gevallen. Daar ben ik toch wel een beetje trots op. Er moeten nog vijf kilo 's af. Dat komt ook wel. Maar mijn mond blijf ik open trekken. Dat raak ik nooit kwijt". Wie wel? Vijftig jaar ijshockey in Nederland en nog steeds kan deze sport niet haar ei gen broek ophalen zonder inbreng van buitenlandse spelers Fred Schweers: „Wie kan dat wel in Europa? In Duits land, Zwitserland, Italië, Oostenrijk, Joegoslavië, om dan over de kleine ijs- hockeylanden België, Frankrijk en Spanje maar niet te spreken, spelen net zoveel imports als bij ons, als het niet meer is. En kijk eens naar andere spor ten in ons land. IJshockey heeft de naam maar wat denk je van voetbal en basketbal". Fred Schweers wil wat dieper op de zaak ingaan. „Wij kennen Nederlandse Cana dezen en statusspelers. Zij, die jaren in Nederland spelen, krijgen op een gegeven moment een Nederlands ijshockeypas- poort. Daarnaast kennen we de Neder landse Canadezen. Dat zijn spelers van Nederlandse ouders die ook dikwijls nog in Nederland zijn geboren. Zo spelen er ook een paar in ons Nederlands team. Twee van onze spelers zijn in Canada ge boren, de rest in Nederland. Neem Jack de Heer. Hij was twaalf jaar toen hij met zijn moeder - die gescheiden was - naar Nederland kwam. Die jongen leerde schaatsen in Canada, maar bouwde hier zijn sport uit. Kun je je indenken dat ik I I - kv Eddie Pasveer neemt zijn falen tegen PSV nogal lakoniek op. Hij heeft gelijk en hij heeft excuses want studeren voor fysiotherapeut en betaald voetbal spelen gaan moeilijk samen. Ook in Athene Spitz Kohn handhaafde Eddie Pasveer - in 1972 door FC Twente overgenomen van de zaterdagvereniging AZSV uit Aalten- trouwens mede omdat hij vol gende week woensdag in Athene in de eerste wedstrijd van het toernooi om de Europa Cup voor bekerwinnaars te gen Panionios ook een beroep moet doen op de vorige week afgestudeerde fysiotherapeut. Vandaar dat de voor slechts één maand aangetrokken Paul van der Meeren tegen PSV de volle ne gentig minuten op de bank bleef. De slechts tijdelijk in Enschede werkzame doelman mag op Europees niveau in elk geval niet in de eerste ronde aan treden. „Grote mond open- is niet voor niets geweest"

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1979 | | pagina 13