WN HUIS UT Kappersdagopleiding wordt flink ingekort Mannen permanent, het einde van valse schaamte ZO VERANDERT'S MANS UITERLIJK VOOR 32F PAGINA 8 LEIDSE COURANT DONDERDAG 6 SEPTEMBER Veredelde pruik vervangt model GRONINGEN Onlangs werd in Groningen een geheel nieuwe opleiding aan de kappersdagschool ter plaatse gestart. Als alles volgens plan verloopt zullen in de loop van twee tot drie jaren alle bestaande dagscholen dat zijn er veertien worden omgeschakeld naar het Groningse systeem. Het gaat in feite om de uitvinding van knip- en watergolf-slip-ons (soort veredelde pruik) die over een kale hoofdvorm kunnen worden getrokken. Leo Passage, een Amerikaan van Nederlandse afkomst, tekende voor deze opmerkelijke vondst. Een erg belangrijke vondst, omdat de kappersopleidingen in ons land, de een meer de ander minder, met een chronisch tekort aan levende modellen hebben te kampen. Dat betekende tot nu toe een groot aantal leegloopuren voor de cursisten. Met de slip-ons worden de „dode" uren zinvol opgevuld. Het betekent dat de opleidingsduur van drie jaar kan worden teruggebracht tot één jaar. En dat is natuurlijk van grote betekenis. Met deze nieuwe vinding is men in kapperskringen vanzelfsprekend erg gelukkig. De beslissing om dit systeem voor de kappersscholen in ons land in te voeren is genomen na rijp beraad en na een grondige studie in Amerika. De kappersdagscholen hebben een capaciteit van in totaal 1400 leerlingen. Niet minder dan 90 procent van de cursisten bestaat uit meisjes. De veertien scholen hebben twee bronnen van inkomsten: de cursusgelden en de vergoeding van de dames die zich als model laten behandelen. Modellen heeft men dus nodig om de leerlingen praktische ervaring te laten opdoen én als bron van inkomsten. De dagscholen zijn gevestigd in Amsterdam. Haarlem, Den Haag, Rotterdam, Utrecht, Arnhem, Nijmegen, Enschede, Groningen, Den Bosch, Breda, Eindhoven, Heerlen en Maastricht. Van de 1400 cursisten volgen er 900 de verkorte opleiding tot kappersbediende (een jaar) en ongeveer 500 volgen de driejarige cursus om de opleiding tot zelfstandig ondernemer af te ronden. De huidige gang van zaken is als volgt: de cursist traint een dag per week op een eigen model (moeder, zusje, etc.). Daarbij gaat het om alle handelingen die in de praktijk voorkomen. Voor theorie is een hele dag uitgetrokken. De overige drieëneenhalve dag doen de cursisten zoveel mogelijk praktijkervaring op, afhankelijk van het aanbod van modellen. Het systeem functioneert niet goed omdat er, zoals al gememoreerd, een tekort aan modellen is en omdat de cursisten eerst een goede praktijkervaring moeten hebben om Tiny Francis Hemelsblauw of kanariegeel gekleurde blousjes, jurken en jasjes; waanzinnig glimmende broeken van plastic; torenhooggehakte, wiebelende schoenen met een ouderwets puntmodel; het liefst een wollig permanentje..., maar de lol kan helemaal niet meer op als het gekrulde koppie haar ook nog eens wordt voorzien van een lekker blitz kleurtje. Helemaal te gek. Ziehier het modebeeld van nu, voorzichtig gestart in het vorige jaar, maar in 1979, al voordat dit jaar voor de helft voorbij was, uitgegroeid tot een algemeen tijdsbeeld. Enkele miljoenen op deez' wereld dromen ervan er uit te zien, zoals we hierboven hebben geprobeerd te schetsen, daarbij natuurlijk geïnspireerd door de sterren van het witte doek, de blauwgrijze beeldbuis, het groene voetbalveld of simpelweg het zwarte platenvinyl. Decennia lang wordt het modebeeld al bepaald door deze onbereikbare artiesten. Als bijvoorbeeld onze Nederlandse discopop Patricia Paay op de teevee verschijnt in een glimmend, felroze en vooral nauwsluitend pak, kun je er bijna vergif op innemen dat je later heel wat meisjes in een zelfde soort pak ziet paraderen. En als Ruud Krol zomaar op een zondag opeens het voetbalveld opstapt met een gepermanent krullenhoofd, zie je al heel snel collega's van Ruud met een dergelijk kapsel en wat later volgt een groot deel van de vaderlandse heren de gang van Ruud naar de kapper om voor veel geld een permanentje te laten zetten. Met je tijd meegaan heet zoiets. Mode is altijd zeer revolutionair geweest, maar een permanent bij mannen zal menigeen toch nog wel wat vreemd in de oren klinken, permanent werd immers toch steeds als typisch vrouwelijk gezien. Maar ook dat gaat al een beetje over. Het commentaar is wat verflauwd en beperkt zich hoogstens tot de opmerking: „Voor mij zou 't niets zijn", of Aan mijn lijf geen polonaise". Insiders in de permanentbranche bestempelen het commentaar op het permanent voor mannen als flauwekul. Mannenpermanent is volgens hen 't bewijs dat de valse schaamte bij vele mannen is afgevallen. De man ging vroeger alleen maar naar de kapper als zijn haartjes te lang begonnen te worden. „Dan was het alleen maar knippen en wegwezen". Maar het vrouwelijk schoon begon een jaar of wat terug oog te krijgen voor een op de mannelijke manier geknipte coupe. De man op zijn beurt ontdekte de dameskapsalon en toen kreeg je het beeld van de eindjaren zestig: „Een stiekemerd", die onopvallend een dameskapsalon binnenstapte, vervolgens als een. haas plaats nam achter een groot en zwaar gordijn en zijn haar eens lekker liet verwennen door een shampoobad en de schroeiende hitte van een lawaaiige föhn. Ook kon het gebeuren, dat 's avonds na zessen een stuk of wat mannen op een rijtje naast elkaar zaten in de damessalon met hun hoofd u raadt het al onder de haardroogkap. Maar alles was nog omgeven door een waas van geheimzinnigheid, want men durfde niet rond voor het gebeuren uit te komen. Maar werd de man weer haarbewust, de kapper is op zijn beurt ook heel wat mondiger geworden en is er zelfs toe overgegaan reeds bij binnenkomst van de klant direct diens haar te wassen. Het knippen in vet haar wordt al vaker en vaker door de moderne haarverzorgers pertinent geweigerd. Ook het föhnen is al een vast onderdeel geworden van het bezoek aan de kapper. „Naar uw zin meneer? Dat was dan wassen, knippen en föhnen. Geeft u maar 29,75. Ik dank u beleefd." Gouden tijden dus in de kappersbranche, wat zeker ook wordt veroorzaakt door het permanent, dat in prijs kan variëren van 55 tot bijna 90 gulden. Maar die boterham met een kluit roomboter is alleen weggelegd voor de moderne haarverzorger. Legio is het aantal kappers, dat niet is meegegaan met zijn tijd en nu vrij zwaar zit. Tijd en geld Permanent laten zetten is behalve een kostbare aangelegenheid, ook een wordt er weer schuim aan langdurige haarverwennerij. Maar wie met zijn tijd mee wil gaan moet daar ook wat voor over hebben. Denk maar eens aan het gezegde „Wie mooi wil zijn, moet pijn lijden". Een krullekop kost je zeker tweeëneenhalf uur van je kostbare tijd. Maar ja, dan zie er ook uit Allereerst het wassen. Dat gebeurt natuurlijk met een ongekend exclusieve shampoo, die natuurlijk niet bij de kruidenier op de hoek voor een paar piek is te krijgen. En in deze tijd moet dat natuurlijk ook nog helemaal plantaardig zijn. Die kletsnatte, net niet druipende haren worden pluk voor pluk in een wikkel gezet en dan wordt er een of ander schuimend goedje op gespoten, dat de weerstand van de haren moet breken. Dit spul is beslist niet plantaardig, maar bestaat schrik niet voor een groot deel uit niet minder dan ammoniak, dat behoorlijk stinkt. Maar weer geldt het: „Wie mooi wil zijn Ping, ping, kassa Na de een kwartier lang durende ammoniakbehandeling die natuurlijk niet zo wordt genoemd, maar die een mondain klinkende Franse naam heeft meegekregen het haar toegevoegd, maar ditmaal geen gemeen goedje, maar een vitaminenpreparaat dat de weerloze haren moet voeden. Dan nog knippen, kammen en met je hoofd onder een stel rode lampen en klaar is de modepop met zijn permanentje. Even haartjes van de schouder borstelen en: „ping, ping, kassa De betere haarverzorgers zijn van mening, dat een permanent geen schade aan het haar berokkent, ondanks de ammoniakbehandeling. Natuurlijk zijn er volgens hen wel schadelijke permanenten, maar die zijn dan meestal goedkoop of het zijn de zogenaamde thuispermanenten. Bovendien worden door hen alleen maar zeer streng gekeurde middelen gebruikt, die beslist niet schadelijk zijn, ondanks hun hoge percentage ammoniak. De moderne kapper praat niet zo graag over het woord permanent. Hij gebruikt veel liever het woord structuurvorming. Deze structuurvorming kan trouwens niet iedereen krijgen. Ziet de kapper de wens van een klant niet zitten omdat het voor hem zogenaamd niet artistiek verantwoord is en dus niet past bij het hoofd of bij het type haar dan wordt de klant botweg z'n zo vurig gewenste permanent op een nette maar resolute manier geweigerd. De klant zal het dan zonder krullen moeten doen. ANTON CRAMER Cursusgeld De leerlingen die de kappersdagschool in Groningen bezoeken, moeten dit jaar wel een cursusgeld van 165,- per maand betalen. Dat is een forse verhoging ten opzichte van de 125,- die thans op de „klassieke" instituten wordt betaald. Daar staat echter tegenover dat de totale cursusduur met twee jaar wordt verkort. Nog dit cursusjaar wordt het Groningse voorbeeld gevolgd door een vijftal andere dagscholen, namelijk die in Den Haag, Haarlem, Breda, Den Bosch en Heerlen. De keuze is gemaakt onder meer op grond van aanwezige lesruimten, terwijl de cursisten over goed materiaal moeten kunnen beschikken. Voor een behoorlijke uitrusting zijn ze ongeveer 750,- kwijt. Voor meer informatie kunnen geïnteresseerden zich wenden tot: Kappersdagscholen B.V., Postbus 14044, Utrecht. De 8lip-on in de krulspelden H£5 VeAUEMML A/W JOH? zuiver scheerwol C&Jr U tOcA \MUktlyeX.! Er zijn bijzonder mooie QUADRO- kombinaties in de rekken bij C&A. Van Zuiver Scheerwol of wol met prima corduroy. Het uiterlijk van de man wordt dagelijks gevarieerd Boven: Dit QUADRO kostuum bestaat uit: 1. Geruit kolbert van Zuiver Scheenwol 2. Geruite pantalon van Zuiver Scheerwol 3. Effen vest van polyester/wol 4. Effen pantalon van polyester/wol. (niet afgebeeld) VIERDELIG EEN PRIJS: 325,- Onder: Dit QUADRO kostuum bestaat uit: 1Corduroy kolbert 2. Corduroy pantalon 3. Fijn geruit vest van Zuiver Scheerwol 4. Idem pantalon eveneens van Zuiver Scheerwol (niet afgebeeld) VIERDELIG EEN PRIJS: 325,-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1979 | | pagina 8