Grotten doen een boekje open Invalide Voorschotenaar voelt zich gemangeld tussen medici en zilverfabriek Stroomstoring door overbelasting 'Een groen pad door d'oude stad' Laatste jubilarissen Industriebond NVV 'INDRINGENDE' EXPOSITIE VAN SPELEOLOGEN EN RIJKSMUSEUM VAN GEOLOGIE EN MINERALOGIE „IK LAAT ME NIET ZOMAAR OP STRAAT ZETTEN' Op mijn omwegen door stad en land kom ik graag mensen tegen. Elke morgen tussen tien en elf uur kunt u mij telefonisch vertel len wie u graag in deze rubriek zou willen tegenkomen. Het nummer van mijn geduldi ge telefoon is 071-122244; u kunt dan naar toestel 18 vragen. IN WASSENAAR, VOORSCHOTEN, LEIDEN EN VALKENBURG LEIDEN/WASSENAAR Voorschoten kreeg weliswaar Een defect in een regelmachi- ongeveer tweehonderd tele- nisme van een 50 KV kabel foontjes van verontruste in- van een Wassenaars station woners de meldkamer van van het energiebedrijf Rijn- de Rijkspolitie honderd land, heeft gisteravond vanaf maar noodsituaties deden zich kwart over zes geheel Wasse- niet voor. naar en gedeelten van Voor- Ook de Wassenaarse politie schoten, Valkenburg en Lei- ondervond enige hinder van den zonder stroom gezet. de stroomstoring. Zo moesten Hoewel de reden van deze op verkeersplein „Den Deijl" stroomstoring officieel nog en op andere punten op de niet bekend is, wordt „over- Rijksstraatweg agenten wor- belasting" door Rijnland als den ingezet om het verkeer een mogelijkheid genoemd, „met de hand" te regelen. Het station beschikt namelijk Een woordvoerder van de po- in de regel over een tweetal litie Wassenaar daarover: kabels, maar tijdens het mo- „Grote moeilijkheden leverde ment van de storing was het dat allemaal niet op. Wel energiebedrijf net doende kwamen we even in perso- met het onderhoud aan een. neelsproblemen,. hebben we van beide kabels. andere zaken moeten laten Overdreven veel problemen liggen om de verkeerssituatie heeft het uitvallen van de goed te kunnen oplossen." stroom de voorziening was Het politiebureau zelf kon kort voor acht uur gistera- overigens wel normaal functi- vond weer op peil overi- oneren. Een noodagregaat gens niet met zich mee ge- zorgde voor voldoend*1 bracht. Het politiebureau van stroom. LEIDEN „Een groen pad door d'oude stad" is de titel van een boekje dat de gemeentelijke afdelingen Natuure- ducatie en Milieuzaken gisteren ter gelegenheid van We- reldmilieudag hebben uitgegeven. Het boekje is speciaal bestemd voor leerlingen van de zesde klassen van het lager onderwijs. Het boekje beschrijft een wandeling door een gedeelte van de oude Leidse binnenstad. In voor lagere schoolkin deren begrijpelijke taal wordt verband gelegd tussen de geschiedenis van de stad en de aanwezigheid van groen. Er zijn vragen in het boekje opgenomen, die de leerlin gen moeten beantwoorden. Aan het slot van het boekje worden de kinderen uigenodigd hun ervaringen in een verhaaltje op te schrijven. Op deze manier verwachten de samenstellers van het boekje, F. van der Sluis van de afdeling Natuureducatie en G. in 't Veld van bureau Mi lieuzaken, een positieve bijdrage te leveren aan een mi lieubewust gedrag bij de lagere schooljeugd. De wandeling begint aan de Breestraat-zijde van het Stadhuis. Hier worden de leerlingen met hun neus op de (verkeers)feiten gedrukt. Via de Pieterskerkchoorsteeg loopt de route naar het Pieterskerkhof. Nabij het Van der Werffpark worden de leerlingen in aanraking ge bracht met een stukje Leidse historie. Hier immers ont plofte een kruitschip in het begin van de vorige eeuw. De ruine, die ontstond,maakte gedeeltelijk plaats voor het Van der Werffpark. In het park krijgen de leerlingen een aantal opdrachten te vervullen. De route gaat vervol gens via de Garenmarkt over de Korevaarstraat naar het Plantsoen met zijn tropische vogelvolière. Op speelse wij ze worden de verschillende boomsoorten en de wijze waarop boomchirurgen de zwakkere soorten behandelen onder de aandacht van de kinderen gebracht. De wande ling, die naar schatting voor een klas met kinderen zo'n twee uur duurt, gaat vervolgens via de Kraaierstraat, over de Nieuwe Rijn naar de Botermarkt en eindigt weer bij het Stadhuis. Behalve aan het door de gemeente aangeplante groen, besteedt het boekje ook aandacht aan het spontaan aan wezig zijn van groen. Zo wordt er melding gemaakt van tussen straattegels groeiend straatgras en paardebloemen en tussen de stenen van de walmuren groeiende bloemen. Curieus is de esdoorn die tegen het pand Pieterskerkhof 38 staat aangeleund. Deze is waarschijnlijk niet door mensen geplant, gezien het feit dat de stam tussen twee stoepstenen staat, die daardoor in de loop der tijd hele maal zijn weggedrukt. Een ander wezenlijk onderdeel van „Een groen pad door d'oude stad", vormt de aanleg van geveltuintjes in de binnenstad. De door Van der Sluis en In 't Veld uitgestippelde wan deling is niet aan een seizoen gebonden. Zij draagt een duidelijk experimenteel karakter. Het onderwijzend per soneel wordt dan ook uitgenodigd reacties op het boekje, dat in een oplage van totaal tweeduizend exemplaren is verschenen, te geven. STAD/REGIO LEIDSE COURANT WOENSDAG 6 JUN11979 PAGINA 5 Wie al eens een keer van zijn leven in een wezenlijk echte grot is geweest, kan die kennismaking (hoe die ook uitgevallen mocht zijn) op een aangename en leer zame manier hernieuwen: Daartoe heeft een stel hoog waardige grottenkenners - wetenschappelijk aangeduid met de term „speologen" - in nauwe samenwerking met de educatieve dienst van het Rijksmuseum van Geologie en Mineralogie een knusse tentoonstelling inge richt in het museum aan de Hooglandse Kerkgracht in Leiden. „Het is de bedoe ling, er een gezellige vakan tietentoonstelling van te ma ken vertelde me gisteren mevrouw E. van der Wilk, sinds een jaar of vier hoofd van de educatieve dienst van het museum dat een rijkswondertje is op het ter rein van mineralen, curieu ze gesteenten en stenen, fos sielen en andere fenomenen in en op onze aardkost, waarbij voor een jaartje of honderdmiljoen niet wordt teruggedeinsd. De. expositie gaat donderdag 7 juni, mor gen dus, open en sluit pas op 31 augustus, als zowat iedereen weer op de basis is teruggekeerd en wie weet dan ook wat grottenerva- ring heeft opgedaan in de periode van het jaarlijkse „even op adem komen". De opzet van de tentoon stelling is, allerlei aspecten' van grot-onderzoek ofwel „speleologie") te belichten. Bij een eerste indruk moet je zeggen, dat Speleo Ne derland daarin behoorlijk is geslaagd. Geen wonder, dat deze door de spelonkwol ge verfde lieden zo zeer ter zake kunnen zijn, immers wanneer wij zon, zee en lucht opzoeken, dalen deze aardbewoners verre van speels af in het diepe der aarde om daar aan hun on derzoekende trekken te kunnen komen. Eventueel kan dat gebeuren in één van de schaarse grotten die wij in Zuid-Limburg bezit ten. Voorop staat, dat je speologie kunt beoefenen zowel uit sportief als uit wetenschappelijk oogpunt. Beide mogelijkheden wor den dan wel serieus aange pakt. Dat moet ook wel, want je kunt geen steek la ten vallen als je je met klimtechniek en grotduiken bezighoudt. Grote instructie ve foto's op de expositie ge ven daarvan een voorbeeld. Mevrouw Van der Wilk voerde me erlangs. „Bent u zelf weieens in een grot ge weest vroeg ze me be langstellend. „Ja zeker, er gens op Mallorca, dat was een grot met een uitnemen de gelegenheid tot het aan kweken van claustrofobie en op één van de onder grondse meren werd nog een concert gegeven ook", antwoordde ik. „Nou,die grot is hier niet voorhan den", aldus de geologisch onderlegde mevrouw Van der Wilk. Maar dat was geen bezwaar, want veel van die druipsteengrotten hebben iets van elkaar weg. „Het is de bedoeling, dat je een en ander herkent van wat je zelf, als toerist, van een grot hebt gezien", vindt het hoofd van de educatieve dienst. Meteen al zit je met je neus op het sportieve as pect van het grotten-wezen. Panelen en kasten die iets laten zien van wat er alle maal in een grot is te vin den en van wat mensen die verantwoord willen afdalen allemaal aan apparaten bij zich moeten hebben. Je ziet hoe zo'n speoloog of speolo- ge - want in dit opzicht zijn ook heel wat vrouwen niet voor een kleintje vervaard - zich heeft uitgedost, daarbij de vergelijking met een kik- Mevrouw Van der Wilk bij enkele zoek uitgeruste modepoppen. vorsman niet uit de weg gaand. Mevrouw Van der Wilk: „Vooral als je een onbeken de grot in moet, gaat de hele handel mee: snorkel en zuurstofcylinders, horloge, hoogte- en drukmeters, een lamp op de helm. Geen car bidlamp natuurlijk, want die gaat onder water uit. volledig voor het grotonder- Boven water kun je het in een grot aardig met een carbidlamp stellen overi gens. De klemtoon ligt wel hier op: ga nooit in je een tje de grot in. Minstens met twee man of met een groep. Een grot kan gevaarlijk zijn". Dat laat deze tentoon stelling „Wereld in duister nis" niet zozeer zien, maar ik kan het me wel levendig voorstellen. Vanzelfsprekend kun je buiten je technische hulpmiddelen, zoals daar zijn: koorden touwen mag je niet zeggen, zo heeft me vrouw Van der Wilk erva ren), laddertjes (touwlad- dertjes wel), laarzen of be rgschoenen. Voeg daarbij een instelling des geestes die fris van de lever is en je komt een heel eind, zoals enkele volledig toegeruste vrouwenfiguren (waarmee mevrouw Van der Wilk po seerde voor de fotograaf)' duidelijk laten zien in een tentoonstellingshoekje. Dui delijk wordt gemaakt, dat je ook onderaards vrij com fortabel kunt bivakkeren met een ferme lunch en een versterkende dronk. In omvang is de expositie „Wereld in duisternis" niet groot, maar niets aan we tenswaardigs is er overge slagen. De bezoeker leert er veel bijvoorbeeld over het ontstaan van een grot in kalksteengebied, druipsteen zie je op enkele panelen ontstaan. „Wereld in duis ternis" voert de beschouwer terug naar de tijden dat de Neanderthalermens de grot ten bewoonde, samen met dierlijke lotgenoten, zoals de grottenbeer (op welke een rituele jacht werd ge maakt), de grottenleeuw (die tienduizenden jaren geleden een kaak achterliet ih het Brasemermeer, ondanks het gebrek aan een grot ter plaatse, hetgeen betekent dat een grottenleeuw niet direct een grot nodig had om te kunnen leven en een kaak achter te laten) en een grottenhyena,die toendertijd ook niet voor de poes moet zijn geweest. En afgezien van de vliegen, spinnen en vleermuizen was (en is) het in de uitgeslepen grotten een fauna van jewelste. Op de expositie maakt men kennis met de blinde grot- tensalamander en eveneens oogloze vissen, waarvan in een aquarium enkele speci mina in levenden lijve aan wezig zijn als uitgebleekte goudvisjes die het zonder plantengroei moeten doen en in ondergrondse poeltjes en meertjes hun weg feil loos vinden dankzij hun ex cellent „tastvermogen" dat geluiden en trillingen op vangt. Dat, en nog veel meer, is „Wereld in duisternis" die niets uit de doeken doet over de Grote Groene Grot ten Griezel die als een spe- leo-monster van „Loch Ness" de onderwereld on veilig heet te maken, maar wel attractief en boeiend een kijkspel (buitendien geeft nog een diaserie een algemeen overzicht van de speleologie) levert waarvan je, al vakantiehoudend, heel wat kunt opsteken. Vooral voor de jeugd had mevrouw Van der Wilk nog een leuk plannetje, dat zojuist bij haar was komen opzetten: „We zouden misschien in de grote vakantie met een knip- en bouwplaat, die voor een paar kwartjes te verkrijgen is, de kinderen hun eigen grot met bijbeho rend leven in elkaar kun nen laten zetten". Voorlopig doen we het met onze vluchtige grottenin- d rukken van destijds nog met de rotsvaste voorlich ting en verklaring van de bondige maar aansprekende tentoonstelling „Wereld in duisternis" die in „Geologie en Mineralogie" te bezichti gen en te genieten is. Ope ningstijden van maandag tot en met vrijdag van tien tot twaalf en .van twee tot vijf uur 's middags, alsme de op de zondagmiddagen van twee tot vijf uur.Wie weet hoeveel speleologen er na een bezoek nog bij zul len komen. 8 te LEIDEN De Industriebond NVV afdeling Leiden huldig de gisteravond voor het laatst haar jubilarissen in het Antonius Clubhuis. Vanaf 1 juli gaat de Industriebond met het NKV op in de Indus triebond FNV. Ter gelegen heid van het feit dat het voor het laatst om een speci fieke NVV- bijeenkomst han delde, was vakbondsleider A. Groenevelt naar Leiden geko men om de jubilarissen hun vakbondsonderscheiding te overhandigen. Het gehele ge beuren werd gisteravond mu zikaal omlijst door de Leidse Harmoniekapel. In totaal 23 trouwe leden viel de huldiging ten deel. Een be drag in geld en een wand- bordje ging naar de heren J. Siebert, W. Sinteur, D. Bon net, C. van Hemert en J. Nieuwenhuis. Zij zijn allen 50 jaar lid van de Industriebond. De heer A. Louwrier kon we gens ziekte niet bij de huldi ging aanwezig zijn. In ver band met hun 40-jarig lid maatschap ontvingen de he ren P. Ónderwater, W. van Oorde en H. Duffels uit han den van de heer Groeneveld de gouden speld, een porte monnee met inhoud en een wandbordje. Als zilveren jubi laris werden de heren J. Kok, H. van der Blom, F. Mentzij, J. de Vroede, A. de Heer, G. Neuteboom, B. Thijssen, M. de Vos. A. Nieuwenburg, N. Kasteelen en A. Vos gehul digd. Zij kregen de gebruike lijke zilveren bondsspeld en een wandbordje. Wegens ziek te konden de zilveren jubila rissen J. Brouwer, J. Griek- spoor en W. Lauwrier niet aanwezig zijn. Zij krijgen de onderscheidingen alsnog thuis bezorgd. VOORSCHOTEN - De 38-ja- rige M. Toret Martin uit de Voorschotense Tolstraat is vrijwel ten einde raad. Hij voelt zich een speelbal van beren medici, van wie enkele hem niet in staat achten om te werken terwijl een andere, en dan wel de keuringsarts van het GMD, hem wel ar beidsgeschikt heeft verklaard. Tot overmaat van ramp dreigt de arbeid hem ook ontnomen te worden, want zijn werkgever, de Voorscho tense Zilverfabriek heeft hem ontslag aangezegd. Tegen bei de procedures is de heer To ret Martin met een bewonde renswaardige inzet in het ge weer gekomen Zowel tegen de beslissing van de GMD- arts als tegen het voornemen tot ontslag van zijn werkge ver is hij bij hogere instan ties in beroep gegaan. Het lot van de heer Toret Martin is nog schrijnender als men be seft, dat de enkele jaren gele den tot Nederlander genatu raliseerde Spanjaard zich door kinderverlamming slechts moeizaam kan bewe gen en een bedrijfsongeval in de zilverfabriek het startsein ip geweest van alle misère. Als ik geen vrouw en kin deren had zou ik me niet zo druk maken. Maar ik ben verantwoordelijk voor mijn gezin. Ik laat me niet zo maar op straat zetten. Negen jaar ben ik in dienst van de zilverfabriek in Voorschoten en altijd werd ik gewaar deerd. In 1973 brak ik mijn been bij een bedrijfsongeval. Sinds mijn ongeval in de fa briek lijd ik veel pijn en kan niet voorgoed weer aan het werk. De controlerend genees heer heeft mij desondanks ar beidsgeschikt verklaard. Toen ik de fabriek vorige maand weer binnen kwam, bleek dat ik niet welkom was. De direc tie stuurde mij weer naar huis. Twee dagen later kreeg ik te horen, dat ik ontslagen zou worden". Dit zegt de heer M. Toret Martin. Deze uit Spanje afkomstige Voorscho tenaar is sinds zijn jeugd in valide. Bij de Dutch Chain Works, een onderdeel van 'the Royal Kempen Begeer Group' kwam hij negen jaar geleden in dienst Door zijn invaliditeit kreeg hij zittend werk te doen. Hij maakte wasmodellen voor de minia tuurtjes die in de zilverfa briek vervaardigd worden. In 1973 kreeg de heer Toret een arbeidsongeval. Hij struikelde over een dikke gaskabel die achter een deur lag. Hij brak daarbij een been. Met de breuk in zijn reeds door polio aangetaste been begon de el lende. „Mijn been is poliklinisch be handeld. De breuk genas zeer langzaam en ik moest negen maanden thuis blijven. Mijn bed stond in de kamer dan bleef ik toch een beetje bij de gebeurtenissen in het gezin betrokken. Na die negen maanden ben ik weer aan het werk gegaan. Ondanks de pijn zette ik door, ik dacht dat hoort zeker bij het gene zingsproces, maar op een ge geven moment werd het toch ondragelijk en vanaf 14 april vorig jaar ben ik niet meer in staat geweest om te werken. Enkele weken geleden kreeg ik een brief van de bedrijfs vereniging die op basis van een advies van de Gemeen schappelijke Medische Dienst (GMD) meedeelde, dat ik toch weer aan het werk moest. Nog steeds had ik veel pijn aan mijn been en regelmatig zette het ook op, maar op 7 mei moest ik weer in de fa briek verschijnen. Ik werd echter gelijk weer naar huis gestuurd en twee dagen later ontving ik een brief waarin men mij het ontslag meedeel de; in afwachting van een be slissing hierover door het Ge westelijk Arbeids Bureau (GAB) ben ik geschorst". Tegen het advies van de GMD waarin hij weer ar beidsgeschikt werd verklaard, is de heer Toret Martin in be roep gegaan. Hij meent dat hij niet tot werken in st&at is en zegt daarin gesteund te worden door de huisarts en dr.Lim, een controlerend ge neesheer. Om de neer Toret Martin kwijt te raken lijkt de direc tie van de zilverfabriek zich in vreemde bochten te wrin gen. Als reden tot het ontslag voert zij aan dat er geen wérk meer zou zijn. Daar naast noemt zij als veel ge wichtiger reden de houding van de heer Toret Martin te genover de bedrijfsleiding en collega's. Zo zou hij bijvoor beeld regelmatig de directie van allerlei kwalijke zaken beschuldigen en de directeur hebben beledigd. Dit zou vol gens de directie bevestigd kunnen worden door een aan wezige collega. De invalide Spanjaard wijst alle beschul digingen van de hand en noemt het pure verzinsels. „De directie is gewoon bang dat ik nu na een jaar in de ziektewet te zijn geweest me in de toekomst regelmatig ziek zal melden. De opmer king van de directie dat ik een diepgeworteld wantrou wen zou hebben tegen hen en dat ik daarom niet meer in het bedrijf gehandhaafd kan blijven is natuurlijk onzin. In Nederland zijn er duizenden werknemers die geen enkel vertrouwen hebben in de di rectie van hun bedrijf maar desondanks toch gewoon hun werk kunnen doen", aldus de heer Toret Martin. De heer Begeer, directeur van de zilverfabriek wilde op de uitlatingen van de heer Toret Martin geen commentaar ge ven. Sylvia van Leeuwen

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1979 | | pagina 5