Hoe groter de geldgever hoe meer het commerciële aspect prevaleert Als lasten groter worden dan baten aan Ireclame, dreigt afhaken Sportsponsoring isuitde hand gelopen mee wilden pikken onder het motto: moet ik dan steeds van de ene basket naar de andere hollen voor niets om de buitenlander in leven te houden. De zucht naar publiciteit maar ook de dwang om te investeren teneinde kran tenkoppen, radio en tv te halen, weas niet meer te temmen. Gevolg: er moest steeds meer (gratis) reclame over het scherm dwarrelen, op de radio gebracht worden en in kranten gepubliceerd om het erin gestopte geld eruit te halen. Het zal niet bij alle grotere sponsors het geval zijn de zaken die voor enige duizenden guldens per jaar een schaatser met reclame op zijn trainingsjack laten lopen worden buiten beschouwing gela ten want bij die eigenaars is de ijdelheid al gestreeld als zij hun naam af en toe op foto of tv-scherm zien maar een van de eerste werkelijk grote sponsors, die in verscheidene takken van sport ac tief was, liet nauwgezet bijhouden hoe veel seconden de merknaam op het scherm kwam, hoe dikwijls de naam door de radio werd vermeld en hoeveel centimeters groot de koppen in de kran ten waren. De sponsoring ging voort zo lang die „opbrengst" aan reclame het totale, aan de clubs uitgekeerde bedrag overschreed. Zuiver een zakelijke instelling en dat mag de sponsor niet eens worden verwe ten. Wel dat hij min of meer chanteert als hij vindt dat zijn naam niet voldoen de wordt gepubliceerd. Het is gebeurd dat een vereniging een zielig briefje schreef om alsjeblieft de naam van de sponsor en niet alleen de eraan ge- ,plakte clubnaam te vermelden omdat het bedrijf anders de sponsoring zou sta ken. Het is gebeurd dat een bedrijf een —SPORT DEN HAAG Enige grote sponsors hebben persoonlijk het sprookje onthalsd, dat zij hun inanciële steun mede verstrek- 11 sen om de sport te dienen en :en club te helpen. De aversie, lie in diverse nieuwsmedia is ontstaan tegen het meewerken aan „gratis reclame" heeft hen ertoe gebracht af te haken. Als de opbrengsten minder worden jan het bedrag dat erin wordt i [estoken, blijven er van alle nooie praatjes slechts de bittere .jüÉlillen voor de club over. De BfjBPonsor ziet er geen brood meer «IJn, nadat hij zelf de zaken ■qjchromelijk heeft overdreven vjdoor het onderste uit de kan te K&lvillen hebben. Redelijke recla- i#«ne werd getolereerd maar zodra |E5||een sporthal wordt volgestouwd SSglnet zoveel borden en allerlei jï^pndere vormen van naamsver- feapielding dat er geen camera MÉneer omheen kan, is het duide- wjgïijk dat de normen worden JËgiiverschreden en ingrijpen niet IpMiit kan blijven. Dat stadium ÉLsSiebben sommige sponsors be- Ej|a,eikt cn hoewel bepaald niet $SjBnag worden vergeten dat er in- fflfcerdaad geldgevers zijn, die het ^Èieste met de sport of een club jSgmoor hebben, dient een scheid- aBldijn te worden getrokken. Als §§fjat de sponsor niet zint, haakt ■BaBtii af, laat sport en club meedo- jjparenloos in de steek en wijst met gglSen beschuldigende vinger naar |B9je media. Illlffroen destijds de Vereniging Sportsponso- gllwing Nederland werd opgericht, waarvan ||||ieen groot aantal vooraanstaande spon- |É|||$ors lid werd, leek er enige lijn in de |É|a|chaos te zijn geschapen. Er kjvamen l&michtlijnen voor sponsoring, overeenkom- |®Mten met diverse sportbonden en een ^■vruchtbare uitvoering van de delicate.af- y8Hfaire leek een reële mogelijkheid. Hoewel iedere sponsor, geschraagd door eer af deling public relations, toegaf en ^^ivaarom oök niet want „voor wat hoort Er kan van die zijde worden tegengewor pen dat van ministeriële zijde niet conse quent wordt gehandeld en dan heeft men groot gelijk. Als in Rotterdam moest worden ingegrepen, had dat ook moeten gebeuren bij bijv. de wereldkam pioenschappen ijshockey in de A-groep. De EBU (European Broadcasting Union) heeft richtlijnen, waarmee bij elke inter nationale ontmoeting die op tv komt gro tendeels de hand wordt gelicht. Tijdens die wk haastte een kauwgomfirma zich de naam levensgroot in beeld te laten brengen terwijl in Rusland geen stukje 'gum te koop is. Japanse firma's etaleer den hun naam voor artikelen die de doorsnee-Rus met geen mogelijkheid kan aanschaffen. Er was geen sprake van „vaste" reclame zoals de EBU eist maar de organisatie deed niets, het ministerie van CRM evenmin. Twee maten Dat is dus meten met twee maten en de sponsor die terecht, daarover hoeft geen misverstand te verstaan zijn geld rendabel gemaakt wil zien, mag daarover kwaad zijn. De een wel, de an der niet. Maar ook dat is een gevolg van te lang laten doorwoekeren zodat de hoge instanties er niet meer uitko men en te hooi en te gras „een voor beeld stellen". Overigens lijkt het een drogreden dat een sponsor vooral ook nodig is om in ternationaal te kunnen uitkomen, een dikwijls geldverslindende zaak. Nadat het voetbal furore had gemaakt met Eu ropa-Cupvoetbal, volgde de ene na de andere sport. Dat was nog eens lucratief. Maar het deelnemen aan zo'n toernooi kost wel geld. Wie geen sponsor had, moest met allerlei acties zoals glazen verkopen en een loterij organiseren, dat geld bijeen brengen. De sponsor werd, mede om gezichtsverlies te voorkomen, min of meer gedwongen extra geld te fourneren. Weer logisch dat hij daarvan revenuen wil zien. Maar het staat te be zien of de clubs en hun bondsbesturen inderdaad zo arm zijn dat deelneming aan Europese toernooien zonder sponsor niet mogelijk is. Onlangs verbleef de Ne derlandse dames-basketbalploeg in een langdurig toernooi in Seoul en dat is niet naast de deur. Tezelfdertijd speelden basketballers in Bremerhaven, bevond de tafeltennisploeg zich in Pjongjang, waren volleyballers in Athene, en zwemploegje in Montreal. Als de bonden dat allemaal kunnen bekostigen, mede door een bij drage van de NSF, mag men zich afvra gen of die bonden en de NSF wer kelijk deelneming door een clubteam aan een Europees toernooi niet kunnen beta len. Extra-sponsoring zou dan achterwe ge kunnen blijven, waardoor extra-recla me niet zo nodig meer hoeft De gedachte dat een sponsor zich aan een club verbindt vanwege de mooie blauwe ogen van de voorzitter of omdat hij zo doel is op juist die sport kan men gevoeglijk vergeten. Business is business en daarop maakt het sponsoren geen uitzondering. Enige grote sponsors, o.a. een verzekerings maatschappij en een fabriek voor ver warmingsinstallaties e.d. hebben het be wijs geleverd door te zullen stoppen. Wel kraaiden zij gelukzalig dat de sponsoring hen zoveel tientallen procenten meer naamsbekendheid had opgeleverd. Nog een een bewijs dat het louter om de pu bliciteit gaat want over de clubs en hoe het daarmee verder moet, geen woord. Men haakt af want de baten overtreffen de lasten niet meer. Clubs die hun sponsor kwijt raakten - ook om andere redenen, bijv. faillisse ment en dat is helemaal een trieste zaak; duur doen in de sportwereld en het be drijf niet meer kunnen runnen - zakten veelal in snel tempo af naar de anonimi teit. Dure spelers moesten verdwijnen, misschien komt het zo ver dat dit met steeds meer clubs zal gebeuren en dan is er nog niets aan de hand want zonder buitenlanders spelen kan de competitie even spannend zijn. Dat de clubs dan op Europees niveau niet mee kunnen, zal een kwestie van tijd zijn. Er zijn bepaald wel Nederlanders die goed kunnen bas ketballen, volleyballen, ijshockeyen maar hen wordt de weg versperd door de aan getrokken krachten die dienen tot meer dere eer en glorie van de sponsor. Shirt reclame Vandaag wordt overigens nog een facet belicht Op de voorjaarsvergadering van het betaald voetbal, die in Zeist wordt gehouden, zal de eigenaar van de eerste- divisieclub FC Amsterdam, mede na mens enige vooraanstaande betaald-voet balorganisaties waarvan er een reeds wordt gesponsord door een bedrijf dat toevallig dezelfde naam heeft als de club, alsnog een poging doen shirtrecla me doorgang te doen vinden. Dan maar geen overheidssubsidie. Het zijn niet voor niets de clubs die ka pitaalkrachtig genoemd mogen worden: AZ, Ajax, Feyenoord, Roda (gesponso- red). Enige kans van slagen is er niet want andere clubs plus de spelers zullen tegen zijn. Maar het is te proberen. In dien er geen shirtreclame komt, dus geen sponsoring, zou het niet zo vreemd zijn als vanuit de voetbalhoek op de tweeslachtigheid van overheidswege wordt gewezen: waarom geen reclame op de shirts van voetballers en wel op die van beoefenaars van andere sporten waar evenzeer van professionalisme kan worden gesproken 'of ten minste semi- professionalisme. Er mag inmiddels worden gesproken van een chaos wat betreft de sponsoring. In consequentie, meten met twee maten, geen gelijkvormigheid - de ene radiover slaggever of t.v.-commentator meldt de sponsornamen om de tien seconden, de 'ander matigt zich zo veel mogelijk - geen eensluidende lijn wat de publiciteit in dagbladen betreft hoewel er richtlijnen zijn maar die kan eenieder ook naast zich neerleggen zo is bepaald, overdadig optreden van sponsors, kortom, de spon sorzaak is gruwelijk uit de hand gelopen. En wie stelt de ronde tafel, die van forse afmetingen zal moeten zijn, beschikbaar om te trachten een uitweg te zoeken waarin eenieder zich kon vinden en de langzamerhand verlammende greep van de sponsoring op de sport tot redelijk proporties wordt gebracht. Een voorbeêld - wellicht het eni ge - van belan geloze sponso ring is de man achter de Bos sche basketball club EBBC. Slechts het nummer siert de shirts van de spelers (in don ker tenue). De sponsor blijft op de achtergrond, eist niet zijn naam op shirts, vraagt niet om publiciteit maar verheugt zich louter in de successen van de ploeg die Nederlands kampioen werd en in het Euro pa-Cuptoernooi de finale bereik te zonder als sandwichman te moeten funge ren. wat" dat het verbreiden van naamsbe kendheid een drijfveer was om tot finan ciële steun over te gaan, werd door de handige pr-lieden toch niet vergeten te vens te melden dat zij een bijdrage wil den leveren tot ontwikkeling van sport en/.of club. Naarmate de sponsoring meer geld verg de, de bedragen hoger werden en de clubs om steeds meer vroegen, bleek dat alles mogelijk was indien er maar vol doende publiciteit tegenover stond. Een publiciteit, die de sponsor zelf moest kweken. Immers, een ploeg die in de middenmoot bivakkeert, is publicitair minder aantrek kelijk dan een koploper. Een degradant werd ronduit als anti-reclame ervaren. Om die ploeg zo hoog mogelijk te, doen komen, moest geïnvesteerd worden. In basketballteams moesten Amerikanen worden „ingebracht", in ijshockey ploegen Canadezen, volleybalclubs trachtten goe de spelers van andere ploegen over te nemen en neem dan maar aan dat zulks niet geheel gratis gebeurde ta feltennisclubs moesten versterkt worden, kortom, er moest geld in gepompt wor den teneinde publiciteit te verwerven. Omdat de ene sponsor daarvoor geld, soms heel veel geld, over had, moest de ander sponsor, wilde deze publicitair in de pas blijven, dat eveneens doen. De sponsors joegen elkaar dus op. Op den duur kostte bijv. een basketball- ploeg tonnen per seizoen spreek maar van vier ton een bijeengekochte ijs- hockeyploeg vergde een kapitaal, tafel tennissers van formaat lees Neder lands formaat verdienden een salaris waarvoor menig Nederlander- langer dan een tafeltennisseizoen moet werken en voorts lag het voor de hand dat de Ne derlanders in een ploeg met aangetrok ken buitenlanders ook wel een graantje brief schreef waarin met de rechter werd gedreigd als de naam van het be drijf, die was „gedeponeerd", niet werd. gebruikt. „Onze club heet nu eenmaal zo en u hebt niet het recht de oorspronke lijke naam te gebruiken", werd minzaam gemeld. Dat riekt naar chantage, zeker in het eerste geval. Hoewel van enige eenvormigheid niet kan worden gesproken, mede een gevolg van het feit dat de sponsoring steeds brutaler werd wat de media te laat had den onderkend, hebben reeds verscheide ne „nieuwsbrengers" zelf het mes in de gratis publiciteit gezet. Voor radio en tv zijn er ministeriële richtlijnen, die lange tijd door de uitvoerders aan de laars werden gelapt, tot het te dol werd en van hogerhand werd ingegrepen. Daar over nu treurt het bankbedrijf dat een groot bedrag over had voor een tennis toernooi, dat de naam van die bank droeg en aldus werd geafficheerd. Ak koord, voor wat hoort wat en zonder de steun van die bank zou het toernooi on mogelijk zijn. Overdreven De naam van het toernooi werd in de voorpubliciteit op redelijke wijze ge bruikt maar toen op overdreven manier die naam ook nog eens, door het leep opstellen van „vanghekken" en „opstap jes" waarop lijnrechters plaats moesten nemen, uren lang op het tv-scherm moest komen omdat de camera's anders niet konden registreren, werd van ho gerhand ingegrepen. De bank was kwaad, teleurgesteld ten minste, en dreigde een volgend toernooi niet meer te zullen steunen. Men had te veel wil len hebben want over een normale re clame zou waarschijnlijk niemand zijn gevallen. Maar het bedrag moest eruit komen, liefst veelvoudig.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1979 | | pagina 13