3ÏEE1 oplossing vorige puzzel weekpuzzel door dr. Pluizer postzegels dierenportret DENKSPORTEN/HOBBY LEIDSE COURANT ZATERDAG 5 MEM 97T Oe prijswinnaars van de puzzel van vorige week zijn Vijftien gulden: mevr. M. Deijkers-De Meij, Irenestraat 24,2316 RL Leiden B. H. Wisman, Israëlhove 6,2172 VR Sassenheim De prijzen worden binnen drie weken per cheque toegestuurd. NR. 18 KRUISWOORDRAADSEL Horizontaal: 1 gezelschaps spel; 7 deel v.e. boom; 8 ringvormig koraaleiland; 10 luchtig gebakje; 12 zonder beweging; 14 wagenvracht; 15 telwoord; 17 op het genoemde; 19 samenzwering; 21 sleutelbloemige plant; 24 dans; 25 boom; 27 bok- sterm (afk.); 28 smelting van sneeuw kloosterlinge; 37 bevroren water; 38 laatstleden (afk.); 39 roofdier; 41 regi ment infanterie (afk.); 43 loonbelas ting (afk.); 44 aan de voorzijde op iets; 45 zinspreuk; 46 persoonlijk vnw.; 48 te weten (afk.); 49 lawaai; 51 oude lengtemaat; 52 uitroep; 53 bovenhoek v.e. zeil; 55 nummer (afk.); 57 Europese rivier; 58 100 liter (afk.); 59 bijbelse naam; 60 onder aardse ruimte; 62 bijwoord; 64 mu zieknoot; 65 deel v.e. fiets; 66 stof; 69 band (in maatschappelijke zin); 71 mislukking; 72 toiletbenodigdheden; 74 doorloop; 75 leesteken; 77 vreem de munt; 78 arbeid; 80 sportploeg; 81 trommelslager. Verticaal: 1 vis 2 Kleding stuk; 3 voorzetsel; 4 muzieknoot; 5 gravure; 6 klein vaartuig (fig.); 7 vloeibare spijs; 9 vreemde munt; 10 van tijd tot tijd; 11 geluid v.h. schaap; 13 vreemde titel; 14 eenheid van elektrische spanning; 15 etage (afk.); 16 windrichting (afk.); 18 schaakfiguur; 19 zuivelprodukt; 20 trekdier; 22 maanstand (afk.); 23 kruisbloemig plantengeslacht; 24 one nigheid (fig.); 26 gezichtsorgaan; 29d feit; 31 strafbaar grappenmaker; 32 fluitspeler; 33 argument; 35 uitschot; 38 loterijbriefje; 39 doortochtgeld; 40 loopplaats voor kippen; 42 mager; 47 hengselmand; 50 telwoord; 52 stapel; 54 deel v.e. geweer; 56 soort visnet; 58 Europeaan; 59 ademhalingsor gaan; 61 bloem; 63 muzieknoot; 64 dat is (afk.); 65 roofvogel; 68 maan stand (afk.); 69 type zeilvaartuig )afk.); 70 spijsverteringskanaal; 73 verbrandingsrest; 76 open strook in een bos als afscheiding; 77 honing drank; 79 1000 meter (afk.); 80 te genover (afk.). Welke 2 sleutelwoorden vormen de letters uit de vakjes 11 26 44 62 6 59 7319 25 36 en 21 4661 23 3321755328? Oplossingen onder vermelding van Puzzel 18 dienen uiterlijk woensdagmiddag in bezit te zijn van: Leidse Courant Postbus 11,2300 AA Leiden Eigen postcodenummer svp leesbaar vermelden Blokkades Zoals bekend, wordt in veel ge vallen het al dan niet maken van een contract reeds in de eerste slag beslist. Het is dan ook normaal dat een goede speler, alvorens in de eerste slag bij te spelen, het slagveld nauwkeurig overziet, de aanwe zige vaste slagen en mogelijke verliesslagen telt en vervolgens een plan opstelt om de eventu eel ontbrekende slagen te ver overen. Het onderstaande spel is daar een goed voorbeeld van. Menigeen zou down zijn gegaan als een plausibele speelwijze zou zijn gevolgd (die overigens vaak uitstekend is) maar in dit geval niet tot het beoogde doel zou hebben geleid. Zuid moest 3 SA spelen en west kwam uit met klaver 4. Al vorens in noord een kaart wordt bijgespeeld maakt de leider de balans op en ziet dat hij zes vaste slagen in handen heeft. Het is duidelijk dat de ontbre kende drie het gemakkelijkst uit de ruitenkleur kunnen worden A84 °AH9 o B 1094 872 92 M B107 63 B 105 w o°V84 oA52 W7 U 076 109543 H VB HV5 7632 o H V 8 3 A 6 gehaald, omdat zuid slechts een verliesslag daarin hoeft af te staan. Er is echter wel een pro bleem. De enkele dekking in klaveren maakt de situatie ha chelijk. Als zuid in ruiten van slag gaat dreigen er een groot aantal klaverslagen verloren te gaan. De leider ziet echter, dat de klaveren 4—4 kunnen zijn verdeeld (en dan gaat alles goed) en dat west maximaal 5 klaveren heeft (uitkomst met de vierde van boven). Oost heeft er dus minimaal drie. En dat laat ste houdt in, dat zuid bij een 53 klaververdeling altijd down gaat, tenzij de kleur blokkeert. Daarom moet zuid de eerste slag direct nemen en niet een keer ophouden, wat vaak juist wel goed is. Na de eerste slag te hebben genomen kan het contract niet meer down, omdat direct ruiten kan worden ge speeld en de tegenstanders, na het nemen van ruitenaas, niet meer dan twee klaverslagen kunnen incasseren. Het is waar dat de klaverkleur geblokkeerd blijft als zuid de eerste slag laat lopen, maar dan gebeurt het volgende: oost speelt in de tweede slag klave ren na en west wacht met het nemen van ruitenaas tot de der de ruitenslag. Oost kan dan de klaverslagen: een down. Met open kaarten kan zuid zjch daar nog tegen wapenen door, tenslagen, over te schakelen op de hartens. De 2 naar noord en •(als west de 5 speelt) de 9 in de dummy.' Oost komt dan aan slag en zuid maakt zijn contract via drie schoppens, drie hartens, twee ruitens en een klaverslag. Speelt west in plaats van de harten 5. de 10 dan neemt noord, waarna zuid met schop pen naar zijn hand gaat en de hartenmaqoeuvre herhaalt. Op gemerkt moet nog worden dat het spelen van hartenaas en - heer gevolgd door een derde harten niet goed is, omdat oost hartenvrouw in de tweede slag kan afgooien, zodat west aan slag komt, In dit spel zou het contract met een zorgvuldige behandeling van de hartenkleur inderdaad nog gewonnen kun nen worden, maar die speelwij ze is aanzienlijk minder kansrijk dan de eerstgenoemde. In de eerste plaats is zuid afhankelijk van een 33 hartenverdeling, waarbij oost tenminste een hon- neur moet hebben, maar erger is nog dat zuid down gaat als de klaveren 44 zijn verdeeld. Hij verliest dan namelijk drie klaverslagen, een ruitenslag en een hartenslag. De stormachtige gebeurtenissen in de finale om het kampioen schap van Nederland hebben aangetoond dat de damsport niet aan bloedarmoede lijdt. Het grote percentage winstpartijen en de breedte van de vaderland se top staan voortdurend garant voor spektakel. Wat de veertien finalisten in Ze venaar en Soesterberg in het zogenaamde 3e Mondileder-toer- nooi hebben laten zien was vaak om te watertanden. Van daag twee fragmenten uit dit toernooi dat twee weken lang de gemoederen danig heeft be zig gehouden. Eerst - natuurlijk, zou ik bijna zeggen - de verliespartij van Harm Wiersma tegen Johan de Boer op het moment dat de ex- wereldkampioen op weg leek naar de titel. Van Wiersma we ten de dammers genoeg. De Boer is voor velen een „onbe kende". Tot 1966 was hij een veelbelovende jeugdspeler, daar na stopte hij vijf jaar om zich Wiersma aan de studie te wijden. Inmid dels heeft de 32-jarige theoreti cus vooral op het terrein van de Roozenburg veel analytisch werk verricht. We komen in de partij De Boer- Wiersma na wits laatste zet .31 2429 (zie dfagram). Hier is 7—11 verhinderd door de grote klap 38-32 27x49 35-30! 25x43 37—31 49x19 23x3 26x37 en 3x6! Juist op tijd zag Wiers- Finale ma deze catestrofe opdoemen en koos voor 31.9-14 32. 40- 34 4-10. Wiersma liet 7-11 nu na wegens 24-19 13x24 35-30 24x35 28-22 27x18 23-19 14x23 36-31 26x37 38-32 37x28 33x22 12-17 2x14 20x9 en taxeerde deze stand als remise. 33. 24-19 13x24 34. 34-30 25x34 35. 39x19 12-17 36. 43-39 17-22 37. 28x17 21x12 38. 38-32 27x38 39. 33x42 20-25 40. 39-34 14-20 41. 45-40 7-11 42. 36-31 11-16 43. 31-27 12-17? De Boer stevende al op winst af, nu gaat het nog snel ler; 44. 19-13 (19-14!) 8x28 45. 27-21 16x27 46. 29-24 20x29 47. 34x12 en Wiersma capituleerde. Opmerkelijk spel ook bij Jansen- Van der Bbrst, een partij waarin Jansen eens te meer zijn oor spronkelijke aanpak demon streerde: 1. 34-29 19-23 2. 40-34 19-23 3. 45-40 10-14 4. 32-28 23x32 5. 37x28 18-23 6. 29x18 12x32 7. 38x27 19-23 8. 41-37 14-19 9. 37-32 5-10 10. 46-41 10-14 11. 41-37 13-18 12. 35-30 20-25 13. 30-24 19x30 14. 33-28 en nu is Van der Borst die al dacht de opening, zonder kleer scheuren te hebben opgelopen, achter zich te hebben, opeens klaarwakker. Jansens slimme 35- 30 enz. hebben hem volledig verrast. Nu mag 14-19 niet wegens 28- 22 17x28 27-21 16x38 42x35 en 4-10 28x19 14x23 niet wegens 39-33 30x28 27-21 16x38 42x4! Dus: 14... 14-20 15. 28x19 9-13 (19-14 dreigde) 16. 39-33 30x28 17. 32x21 13x24 18. 37-32 7-12 19. 32-28 4-9 20. 42-37 9-13 21. 47-42 13-19 22. 40-34 24-30 23. 43-39 8-13 24. 38-33 30-35 25. 48-43 2-8 26. 42-37 11-17 27. 31-26 6-11 28. 38-31 1-6 29. 33- 29 20-24 (Op 13-18 28-22 17x28 21-17 12x32 29-24 20x40 39-34 40x29 26-21 16x27 31x2 11-17 2- 11) 30. 29x20 25x14 31. 34-29 14-20 32. 43-39 19-24 33. 38-33 20-25 34. 29x20 25x14 35. 49-43 3-9 36. 28-23 17-22 en Van der Borst verliest. Ook 36. 44-40 35x44 28-22 17x28 33x22 44x33 22-1711x22 en 27x7 wint. Zoals bekend hebben de Euro- pa-CEPT-postzegels voor dit jaar als thema „de geschiedenis van de Post- en Telecomminicatie- diensten". Gezien dit onderwerp heeft iedere „Nederland"-verza- melaar met belangstelling uitge keken naar de serie van twee Europa-zegels die op 2 mei zijn verschenen. En we kunnen met zekerheid aannemen, dat deze zegels bij de filatelisten in de smaak vallen, wat de laatste ja ren wel eens anders is geweest. Vooral de zegel van 55 cent zal goed aanslaan, omdat deze onze hobby als onderwerp heeft: de filatelie wordt in beeld gebracht door een selectie van reeds verschenen Nederlandse postzegels. Ook de door filatelisten gebruik te loep is afgebeeld, en het daaronder zichtbare gedeelte herhaalt zichzelf verkleind. Naast het Europa-CEPT-embleem ziet men de bijzondere tekst „Filate lie". De zegel is gedrukt in de kleuren oker, grijs, rood, groen, rose en zwart. De tweede zegel in deze serie heeft een waarde van 75 cent, en als onderwerp „berichtenver keer op zee". Dit onderwerp wordt in beeld gebracht door een schip' op zee, een seinsleu- tel als attribuut van de draadlo ze telecommunicatie. Daarnaast ziet men de roepnaam van Scheveningen Radio „PCH" in Europa-zegels: filatelie en Scheveningen-radio morsetekens. Dit ter gelegenheid van het 75-jarig bestaan van het Rijkskuststation Scheveningen Radio te IJmuiden. Als bijzonde re tekst op deze zegel „Scheve ningen Radio" en ook weer het CEPT-«mbleem. Deze zegel kreeg de kleuren rose, blauw, rood-bruin, grijs, geel en zwart. Het ontwerp voor de zegels werd vervaardigd door Jaap Drupsteen uit Weesp. De zegels werden in offset gedrukt door Joh. Enschedé en Zonen te Haarlem in een oplaag van 120.000 vel van 100 zegels voor de 55 cent-zegel. De oplaag van de 75 cent-zegel bedraagt 60.000 vel van 100 zegels. De zegels zullen verkrijgbaar zijn zolang de voorraad strekt en de geldigheidsduur voor frankering is onbepaald. Ook de Britse PTT brengt met de uitgifte van vier zegels de verkiezingen voor het Europese Parlement onder de aandacht. Deze verkiezingen zullen in juni a.s. plaats hebben. Naar men verwacht zullen dan 175 miljoen kiezers uit negen landen hun stem uitbrengen. Op de Engelse zegels, die op 9 mei a.s. zullen verschijnen, ziet men handen die de vlaggen van de landen behorend tot de EEG in stem bussen steken. De kleuren en waarden van de zegels zijn: 9 p. (blauw), 10,5 p. (roze), 11 p. (groen) en 13 p. (bruin). Het ontwerp voor de ze gels werd vervaardigd door Staf ford Cliff, die hiermee zijn de buut maakt als postzegelontwer per. Op de zegels als bijzondere tekst: „European Assembly Elec tions", en het silhouet van ko ningin Elisabeth. Het drukken werd verzorgd door Harrison and Sons (High Wycombe). Met de uitgifte van een minia tuur-blokje bracht de Oostduitse PTT hulde aan de grote geleer de Albert Einstein. Dit naar aan leiding van diens honderdste geboortedag. De zegel heeft een waarde van 1 mark, en toont het portret van Einstein en diens naam naast de jaartallen 1879-1979. Het blokje heeft als randschrift: „Albert Einstein E mc2 100. Geburtstag". Daaronder een afbeelding van de „Einstein-toren" van de Oostduitse Academie van Weten schappen te Potsdam. Het ont werp kwam van de hand van Joachim Riess te Karl-Marx- Stadt. Het drukken werd ver zorgd door de VEB Wertpapier- druckerei der DDR te Leipzig in een oplaag van 2 miljoen stuks. Ook San Marino laat het 100e geboortejaar van Einstein niet ongemerkt voorbijgaan. Op 29 maart j.l. verscheen een bijzon dere zegel in de waarde van 120 I. met ook weer het portret van de geleerde. Eveneens op 29 maart ver scheen in San Marino een serie van twee Europa-zegels. Ook hier wordt de postgeschiedenis in beeld gebracht, en wel met de afbeelding van een autobus op de zegel van 170 I. Het gaat hier om de eerste autobus die in San Marino dienst deed en tevens bestemd was voor het vervoer van post. Voor de af beelding op de zegel maakte men gebruik van een foto uit de tijd dat deze autobussen in dienst waren en dat was in de jaren 1915 tot 1925. Een voorlo per van de postautobus is te zien op een zegel in de waarde van 220 I. Het gaat hier om een door paarden getrokken post koets. eveneens naar een foto uit 1895.' Het drukken van de zegels was in handen van Helio Courvoisier S.A. in Zwitserland. door C. J. de Feijter Platov-studie In de rubriek van vier weken geleden heb ik u een studie van de gebroeders Platov voorgezet, waarin de eindspelredakteur van Schakend Nederland, de heer F. A. Spinhoven, een inkorrekte zet had aangegeven. Dat werd u voorgezet met het verzoek uw (jrachten er eens op te proberen en zowel schriftelijk als tele fonisch zijn daarop reakties ge komen. Hier is nog eens die studie: W. en M. Platov. E. v. „64" 1925. Wit: Kc7, Tf7; pionnen: c4, e2. Zwart: Ka5, Lg2; pionnen: d2. e4. Wit begint en houdt remise, en de oplossing is zeer kort, maar wél verrassend. 1. Tf7-d7, e4-e3, 2. Kc7-d6!, d2-d1D+KK, 3. Kd6- c5l,en dan blijkt ineens dat zwart zowel een matdreiging, dameverlies of een patstelling voor wit heeft te overwinnen en dat gelukt niet. Daarom: 3Dd1 xd7 en wit staat pat! Eén van de grote pieten op het terrein van de kompositie heeft eens gezegd dat alle studies in- korrekt zijn en dat was dan zwaar overdreven maar feit is dat herhaaldelijk na vele jarén een studie inkorrekt werd be vonden. Zo ook hier, na liefst meer dan vijftig jaren! Tegen de zet van de heer Spinhoven: 2..., Lg2-f3!l is geen kruid ge wassen, dank zij een onver wacht naar voren treden van een thema van dr. Neustadl uit 1896. Men zie het vervolg: 3. Kd6-e5,Het nemen van de loper gaat niet op, omdat wit dan na: 3. ef3:, d1D+KK 4. Kc5, Dd7: met zijn pion kan spelen en dus niet pat staat 3 Lf3xe2 4. Ke5-f4 (e4), Le2-d3 (+KK)! 5. Td7xd3. e3-e2 en zwart krijgt een dame en win) dan gemakkelijk. Met wederzijd se samenwerking is er zelfs nog een herhaling van die interferen tie op d3, maar dan op de on derste rij: Wit kan op de derde zet ook vervolgen met: 3. Kc5, Ka4 4. Ta7+KK, Kb3 5. Ta1, Kb2 6. Tg1, Le2:7. Kd4,Alles schijnt gered, de toren houdt de d-pion en de koning verovert de e-pion maar7Lf 11 met ge- diagram nr. 1 dwongen: 8. TH:, e2 en ook nu krijgt zwart een dame, met winst. Deze laatste variant is niet gedwongen; het kan voor zwart ook anders tot winst ko men. Zoals gezegd is dit thema voor het eerst door dr. Neustadl uitgebracht, later door Goeljajev, maar dit was ook nevenoplos baar; ik heb het verbeterd. Het thema kwam ook voor in de verdediging. U ziet dus dat er dikwerf in zo'n studie een groot gat zit! Het duurt niet altijd zo lang dat een inkorrektie wordt aange toond. Vaak komt dat naar vo ren wanneer er weer een toe- rnooiuitslag is gepubliceerd. Deze keer betreft het het studie- toernooi van de K.N.S.B. 1977, waarvan de uitslag in het april nummer van Schakend Neder land is te vinden. De deelne mers aan zo'n toernooi gaan dan de prijsgekroonde studies aan een scherp onderzoek on derwerpen en vinden dan wel eens wat. Zo ook hier. Ik laat u de eerste prijswinnaar zien: A. L. Kuznetsov/B. N. Sidorow. 1e prijs K.N.S.B. studietoernooi 1977. (Zie diagram nr, 1.) Wit: Kh1. Pd5; pionpen: b5. d7. e2, e7, g3, h2. Zwart: Kd1, Tc4, Lc5, Lh3; pion nen: b6. g4. Wit begint en houdt remise. Zwart heeft nogal wat materiaal ovenwicht -- daar staat tegen over dat wit twee pionnen heeft die op promotie staan. Alles draait er om of zwart kan profi teren van de slechte stand van de witte koning. Daar gaan we: diagram 1. Pd5-C3, Tc4xc3, 2. d7-d8+KK, Kd1-e1. Een tweede dame halen gaat nu niet wegens: 3. e8D?, Tc11 4. Dg5, Kf2!+K 5. Dc1.\ Lg2, mat. Wit moet de zwarte koning van de f-lljn houden, daarom: 3. Dd8-f8, Lc5xe7, 4. Df8xe7. Tc3-f3!, 5. De7-b4+K, Ke1-f1 6. Db4-b1+K, Kf1-f2, 7. Db1-g1+K, Kf2xe2, 8. Dg1xb6, Tf3-f1+K, 9. Db6-g1, Ke2-f3!, dreigt weer mat en dwingt tot: 10. Dg1 xfl+K, Lh3xf1. 11. b5- b6. Kf3-f2. En weer dreigt er mat. Hier volgt even een tussendia- gram: (Zie diagram nr. 2.) Wit: Kh1; pionnen: b6, g3, h2. Zwart: Kf2, Lf1pion: g4. De auteurs volgen nu met: 12. h2-h3, Lf1xh3, 13. b6-b7, Lh3- g2+K, 14. Kh1-h2, Lg2xb7 en wit staat pat! Maar we gaan nu even terug naar het tussendiagram! Want de kritikus vraagt zich daar toch even af, waarom of die h-pion naar h3 wordt gespeeld en niet naar h4? En stelt dan tot zijn verbazing vast dat die zet, die door alle betrokkenen is over zien, totWINST leidt voor wit! Kijk maar: 12. h2-h4l, g4xh3 en passant 13. Kh1-h2l, Lf1-g2, 14. g3- g4,en wit wint, daar een van de pionnen naar dame doorloopt! 12..., Kf2xg3, 13. Kh1-g1Lf1-g2, 14. h4-h5 en wit wint weer. Het is onbegrijpe lijk dat een zó eenvoudige winstvoortzetting door alle be langhebbende betrokkenen is overzien! Naar mijn mening is de onder- e°'2 diagram nr.3. staande studie een beste, maar ja, smaken versch len nu eenmaal J. H. Marwitz, Dalfsen. 5e pr toernooi K.N.S.B. 1979. (Zie di gram nr. 3.) Wit: Ke5, Tc8, Ph3;pion:d6. Zwart: Kg4, Tg2, Lb1pion: g5. Wit begint en wint. Een mooie stand met gelijk m teriaal met subtiel spel ki er een fijne dwangstelling Ph3-f4!,Het paard is nati lijk niet te nemen wei Tg8+K. 1 Tg2-d2, 2. Pf^ Td2-e2+K, 3. Ke5-f6, Te2-e6- Onverwacht, maar toch wel bt grijpelijk. De toren moet genomen, omdat anders de te pion er af gaat, Kf6xe6, Lb1-f5+K, Ke6-f6! sta zwart zich schadeloos aan witte toren: 5..., Lf5xc8. Pd5-b6, Lc8-f5, 7. Kf6-e5l, het is ineens uit wegens tei podwang. Hebt u de oplossing van driezet van Galitzky nog ev« nagespeeld? Enkele reaktia hadden geen goed resultat maar mijn hart zwol van tro als een bruine boon iri het w ter, toen ik van een problemi moest vernemen dat die driea volgens hem onoplosbaar wd Dus nog één keer: Wit: Kf6, Pb1, Pc5; pionnen: d; e2.-Zwart: Ke3, Pd4. Wit geeft mat in drie. a6!,De zwarte koning kl niet spelen. Op elke zet van h zwarte paard (uitgezonden 1Pe2:) volgt mat door OU en Df4. 1.... Pd4xe2, 2. b4l.en mat op de volgen! De uit Dyitsland afkomstige Do- bermann Pinscher is één van de weinige honderassen die naar één van zijn eerste fokkers is genoemd. Louis Dobermann leefde omstreeks 1865 in het Hertogdom Saksen-Weimar en was van beroep o.a. hondevan ger en nachtwaker. Hij fokte met Pinscher-achtige honden en men beweert dat bij het ont staan van de huidige Dober- manns zelfs setters, terriërs en greyhounds een rol hebben ge speeld. Van de Gordon-setter of de Manchester-terriër zou de Dober zijn black-and-tan teke ning kunnen hebben. Het ras is nu erkend in de kleuren zwart, bruin en blauw met een roest bruine aftekening. De vacht is kort, dik en glanzend. De mooie isabelkleur is in Nederland en andere bij de Fédération Cyno- logique Internationale aangeslo ten landen niet erkend. De ogen zijn donker en de. neus is zwart. Bij blauwe en bruin gekleurde honden mogen de ogen en de neus wat lichter zijn. Hoewel sinds 1961 het couperen van de oren in Nederland verbo den is worden nog steeds bij veel Dobers de oren gecou peerd. In Engeland komen bijna alleen honden met ongecou- peerde oren voor. Evenals in Nederland is in Engeland het couperen van de staart tot op circa 5 cm toegestaan. Hoewel we in een periode zijn- waarin grote honden „in" zijn, denk maar aan de nu zo popu laire Bouviers en Doggen wil men dat de Dobermann zijn middelmatige hoogte behoudt; de reuen mogen niet hoger zijn dan 70 cm en de teven ziet men liever onder de 67 cm. Van Duitse fokkers en keur meesters is het bekend dat ze Dobermann Pinscher niet voor iedereen geschikt Dobermann eigenaars zij» meestal erg positief over het k rakter van hun hond, voor het is hij namelijk trouw, aanhank lijk waaks, en gaat voor ze do het vuur. Tegenover vreemdl is hij soms wat wantrouwend. De nerveuze honden gaan lukkig tot het verleden behon Omdat de Dober graag wil g» hoorzamen, past hij bij een koft sekwente strenge en rechtvaa dige baas. Omdat dit ras fli actief is met veel uithouding vermogen, is het, mede vol zijn spierontwikkeling. noodzak lijk dat hij veel beweging kri Een achter zijn baas aansuk lende Dobermann is een ze! zaamheid, meestal holt hij ml een snelle, verende gang vi vooruit. Dagelijkse bewegli naast de fiets is ook aan te r den. vooral bij werkrassen altijd scherp op de gebitten letten; het is dan ook logisch dat de gebitsfouten bij een zo Duitse hond als de Dobermann Pin scher taboe zijn. Het gebit moet scharend en volledig zijn, met 42 tanden en kiezen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1979 | | pagina 24