Overheid bedreigt
persvrijheid
Oranje Knipselboek: terugblikken met een glimlach
Deze week
extra
voordelig
bij uw Melkunie
leverancier:
Nog steeds tekort aan
vakmensen in de bouw
„Opticiëns lappen erecode
massaal aan hun laars"
Marine-instituut
testaat 150 jaar
reen asyl voor
ritrese vluchtelingen
Geniet van dagvers.
\^n de Melkunie.
Genland
LEIDSE COURANT
DINSDAG 10 APRIL 1979 PAGINA 11-
I (Van een onzer verslaggevers)
■pEN HAAGHet is moeilijk te schatten
eveel pubtikaties erin de loop der jaren
En verschenen over koningin Juliana. Het
fioet een gigantische letterbrei zijn, in eén
mensenleeftijd niet meer te verwerken.
0et Koninklijk Huis Archief bezi t alleen
eeds van de inhuldiging van de koningin
D september 1948 een kist met een inhoud
in een kubieke meter aan binnen- e 1
litenlandse kranteknipsel en
dekbladartikelen. De journalist Richard
fa Kaan, onder andere hoofdredacteur van
\bet tijdschrift Ons Koningshuis, heeft
nden doorgebracht temidden van dit,
kin vergeeld papier opgetrokken
standbeeld van de koningin. Het resultaat
\ishet thans bij uitgeverij La Rivière en
^Voorhoeve in Zwolle verschenen Oranje
tipselboek,, (prijs 24,50) dat aan de
nd van in hun originele vorm
afgedrukte kranteknipsels een beeld vormt
cd indrukken weergeeft van de zeventig
jaar dat prinses en later koningin Juliana
m ons midden is.
Geen geschiedschrijving dus in de
eigenlijke betekenis van het woord, geen
oordeel dus van mensen van nu over
situaties van toen, maar een beeld van hoe
men er toen tegenover stond. En dit geeft
het boek juist een bepaalde charme.
In het voorwoord zegt Kaan: tfAls u na het
lezen van dit boek meent een belangrijke
gebeurtenis niet te zijn tegengekomen, geef
ik u bij voorbaatgehjk". Het is duidelijk,
da t Kaan daarbij niet doelt óp het feit, dat
hij bij zo'n overstelpend aanbod wel
genoodzaakt was zeer selectief te werk te
gaan, maar da t hij bij voorbaat alle critici
de wind uit de zeilen wil nemen, die het
een „wat al te aardig" boek zullen noemen,
omda t enkele voor de koningin zeer
pijnlijke gebeurtenissen ontbreken. Maar
wat wil je, zal Kaan denken, ik stel een
boek samen ter gelegenheid van een
heuglijke gebeurtenis, de 70e verjaardag
van de koningin, en dan neem je, zoals zo
vaak in dergelijke omstandigheden gebeurt,
enige terughoudendheid in acht. Feit is, dat
ook met weglating van die gebeurtenissen
men geenszins kan stellen dat het boek de
indruk wekt dat de zeventig jaar van de
koningin gezapig voorbij gekabbeld zijn.
Wie het boek doorbladert, zal vaak om
meerdere redenen een glimlach niet
kunnen onderdrukken. Er is de afgelopen
zeventig jaar wel wat verandert in de
verhoudmgkoningshuisvolkdie is
volwassener geworden, niet op de laatste
plaats te danken aan koningin Juliana. Bij
de geboorte van prinses Beatrix in 1938liet
koningin Wilhelmina in de paleistuin een
bord plaatsen met de volgende tekst:
Ingevolge de wensch van HM. de
Koningin wordt het publiek beleefd
verzocht zich te onthouden van elke
luidruchtige huldebetoogingmet het oog op
de noodzakelijkheid van volkomen rust
voorHKH. ae Prinses". Veertig jaar
geleden kon dat
Zeventig jaar geleden, bij de geboorte van
prinses Juliana, schaamde een
hoofdredacteur zich niet voorde
navolgende ontboezeming: „Hetgeluk, dat
de geringste vrouwen in haar land kennen
en dat haar ontzegd scheen, dat telkens
van haar terugweek wanneer het was
genaderd, is n u ook het hare. Er is een
kindje in het Paleis".
Veertig jaar geleden, toen prinses Juliana
eens met een hofdame in Den Haag op
zoek was naar babyartikelen, vond een
hoofdredacteur het nodig zijn stadgenoten
in een hoofdredactioneel artikel te
kapittelen over hun onbeschaamd gedrag
omdat het was samengedromd rona de
winkel. „Het Nederlandsche volk is
democratisch, doch in zijn optreden
tegenover vorstelijke personen, anders dan
bij officiële gelegenheden, kan het, moet
het nog veel leeren van het buitenland, met
name van Engeland en België. Het publiek
zal dienen te leeren, dat onze Koningin, dat
ons Prinselijk Paar ook menschen zijn en
zich graag zoo gedragen, wanneer het
mogelijk is. Maar dan zullen wij allen ons
moeten kunnen beheerschen en de Prinses,
wanneer Zij wensch t te winkelen, met een
Veertig jaar geleden kon dat.
Maar in 1949 haalde een dientplichtig
militair met een ingezonden briefde krant,
waarin hij verontwaardigd protesteerde
tegen de verplichte afdracht van lOcent
van het solenj als bijdrage voor het 121/2-
jarighuwelijksfeest van koningin Juliana
en prins Bernhard. Dat kon toen weer.
Erkon intusen veelmeer. Een prinses van
Oranje werd in 1964 katholiek en het
huwelijk werd in het buitenland
ingezegendzonder aanwezigheid van de
koninklijke ouders; een prinses van Oranje
trouwde in 1965met ,,een niet adelijke
student, afkomstig uit bekende Rotterdamse
familie rookbommen versluierden in 1965
het huwelijk van de kroonprinses; in de
zeventigerjaren nemen kleinkinderen van
koningin Juliana fotografen tijdens het
défilé op koninginnedag in de tuin van
paleis Soestdijk met proppenschieters
onder vuur.
Het kwam allemaal in de krant Van
Nederland. En nu'—met uitzondering van
de rookbommen overigensin Richard F.
Kaans „Oranje Knipselboek".
OORZITTER DAGBLADPERS:
9IEDAM Er hangt de Neder-
dse Dagbladpers een aantal
atregelen boven het hoofd, die
i bedreiging vormen voor de pers-
jheid. In politiek Den Haag leeft
ik een „onthullend bewijs van ori-
Tip voor wat persvrijheid eigen-
betekent", aldus voorzitter H. A.
iris tern van de Vereniging de Ne-
irlandse Dagblad Pers.
een toespraak, gisteren in Schiedam, zei
ristem dat ook op het ministerie van CRM
gevaarlijk .onbegrip" heerst voor de vfij-
van meningsuiting.
)52oijdagbladvoorzitter verwijt CRM onder meer
de dagbladuitgevers niet voldoende wor-
betrokken bij de opzet van de televisiere-
le, die de advertentieomzet bij de „Ster-
ilige bladen" in acht jaar tijd met vijftig
procent heeft do^n kelderen. Volgens hem
wordt het tijd da)'de overheid met concrete
voorstellen komt voor een advertentiecompen
satiesysteem, waar nu al twee jaar opver ge
dacht wordt.
Als voorbeelden van maatregelen die voor het
krantenbedrijf ongunstige gevolgen zullen heb
ben noemde Christern ook nog de kans dat
kranten dit jaar voor het laatst vallen onder
het nul tarief van de BTW. De mogelijkheid
dat dagbladen in de Randstad willen uitbrei
den ook de vijftien procent toeslag moeten be
talen in geval van uitbreiding. Tot nu toe be
taalden alleen uitgeverijen dat perecentage in
het kader van de selectieve investerings rege
ling (SIR). De voorzitter vindt het met betrek
king tot de BTW onverteerbaar dat belasting
wordt geheven op informatie en over het laat
ste punt vindt hij dat er te weinig aandacht is
voor het feit dat dagbladen plaatsgebonden
zijn en niet zo maar naar regio's kunnen ver
huizen.
„Rotterdams
havenslib
verder in
zee storten"
(Van onze parlementaire
redactie)
DEN HAAG Er vanuit
gaande dat dit zinvol is, wil
len de Tweede-Kamerleden
Verkerk-Terpstra en Scher-
penhuizen (beiden VVD), dat
het havenslib uit Rotterdam
tenminste vijftien kilometer
uit de kust in zee wordt ge
stort. Zij steunen (door mid
del van vragen) een verzoek
daartoe, dat de gemeenten 's-
Gravezande en Monster
(Zuid-Holland) aan de minis
ters Ginjaar (Volksgezond
heid) en Tuijnman (Verkeer
en Waterstaat) hebben ge
daan.
Het havenslib wordt nu
steeds gestort op de zoge
noemde loswal-Noord. Vol
gens 's-Gravenzande en Mon
ster wordt dit slib, waarin
aanzienlijke hoeveelheden
zware metalen en organisch
gebonden chloor zitten, door
de onderstroom meegevoerd
naar de kuststrook, die tot
hun grondgebied behoort.
HELDER Het Ko-
iklijk Instituut voor de
rine bestaat op 29 april
jaar. Op die dag zullen
ïingin Juliana en prins .Be-
ird de viering van de „dies
n Den helder bijwo-
rder is een aantal festivitei-
op touw gezet om de vie-
g luister bij te zetten, zoals
ddagen voor verschillende
icierskorpsen en op 6,7 en
een symposium over
Westeuropese marines in de
toekomst. Tijdens dit sympo
sium zullen deskundigen hun
visie geven op de rol van de
NAVO en de diverse marines
in de komende decennia. Ook
de bevolking wordt betrokken
bij de feestelijkheden, zoals
juttersmarkten, een taptöe,
vlootdagen, vuurwerk en een
tentoonstelling in het gebouw
van het Koninklijk Instituut
voof de Marine. Sluitstuk van
de jubileumviering wordt een
reünie voor de mensen met.
een adelborstopleiding.
aad van Kerken vraagt
ie-embargo Zuid-Afrika
IERSFOORT De raad van Kerken in Nederland heeft
teren bij minister-president Van Agt aangedrongen op een
Bltreffender olie-embargo van de Nederlandse regering te-
Zuid-Afrika. Wil de olie-embargo worden nageleefd, ook
or de multi-nationale ondernemingen, dan moet de regering
totstandkoming van een sluitende wetgeving en van een
iciënt controleapparaat bevorderen.
raad dringt bij de premier aan op een verbod van de
derlandse regering op de uitvoer van olieprodukten naar
id-Afrika, bij wijze van voorbeeld. Dat zou weliswaar vooral
nbolische waarde hebben, maar toch de houding van Neder-
kd duidelijk maken.
raad ziet een olieboycot als mogelijk het beste middel om
regering van Zuid-Afrika op geweldloze wijze bereid te
jgen tot overleg over haar apartheidspolitiek.
HSTERDAM De vier Eritrese vluchtelingen die zich een
Jf jaar geleden als verstekeling op een Grieks schip hebben
opborgen, hebben hun actie moeten bekopen met een min of
er onvrijwillige aanmonstering voor onbepaalde duur.
ziet het althans naar uit, nu de vier gisteren een kort
ontrent hun verwijdering uit Nederland hebben verlo-
ndaag vertrekt het schip met bestemming Karachi met de
rstekelingen aan boord. Het is vooralsnog onzeker hoelang
hun zwerftocht nog moeten voortzetten. Woensdag legde het
up aan in de Amsterdamse haven, waarna de Eritreërs een
t rblijfsvergunning aanvroegen, die uiteindelijk is geweigerd.
Igens de raadsman van het viertyal, mr. H. Langenberg be
tent deze beslissing dat de vluchtelingen' voor onbepaalde
gedoemd zijn aan boord van het schip te blijven.
OOGARTSEN VINDEN ADVERTENTIES MISLEIDEND:
(Van een onzer verslaggevers)
UTRECHT „De opticiëns in Neder
land lappen de erecode massaal aan hun
laars, omdat zij steeds meer activiteiten
gaan ontplooien op het gebied van oog
heelkundig onderzoek. Door middel van
steeds aggressievere reclame-campagnes
in de dagbladen, lokken zij mensen die
eigenlijk bij de oogarts thuishoren naar
hun winkel. Daarbij wordt in de hele
presentatie gesuggereerd, dat de patiënt
voor oogonderzoek net zo goed bij de
opticiëns terechtkan." Aan het woord is
de Amersfoortse oogarts dr. H. Galema,
tevens bestuurslid van het Nederlands
Oogheelkundig Gezelschap (NOG).
Daarmee geeft hij uitdrukking aan een
algemene verontrusting die heerst onder
de leden van het NOG over het toene
mend aantal opticiëns dat zich waagt
aan oogheelkundig onderzoek, of althans
bij de oogpatiënt de suggestie wekt dat
het onnodig is om nog naar de oogarts
te gaan. „Wij vinden dat een zeer ge
vaarlijke ontwikkeling, die een bedrei
ging vormt voor een goede oogheelkundi
ge zorg in ons land. Omdat de mensen
denken dat een bezoek aan de opticiën
regelmatig onderzoek bij de oogarts ver
der overbodig maakt, wordt de kans
steeds groter dat oogafwijkingen zolang
onontdekt blijven, tot het te laat is. Een
opticiën is niet in staat en ook niet be
voegd om een oogheelkundige diagnose
te stellen".
„Al vijf jaar lang waarschuwen wij in
brieven aan het ministerie van Volksge
zondheid en Milieuhygiëne voor deze ont
wikkeling. Van de kant van de overheid
toont men wel begrip voor de bezwaren,
maar tot nog toe is er niks veranderd.
Vandaar dat we nu maar besloten heb
ben het in de publiciteit te gooien, want
zo kan het echt niet langer doorgaan".
Om zijn argumenten kracht bij te zetten
heeft het NOG besloten tot een massale
steekproef onder de 350 oogartsen in ons
land, waarbij een inventarisatie wordt
gemaakt van gevallen van de afgelopen
twee 'jaar, die deze ongerustheid moet
bevestigen. Eind mei verwacht men de
resultaten van die steekproef te kunnen
presenteren. Daarna zullen wij het mi
nisterie van Volksgezondheid voorstellen
zelf ook een objectief en onafhankelijk
onderzoek te laten instellen, zodat ons
geen partijdigheid of eigenbelang in de
schoenen geschoven kan worden", aldus
dr. Galema.
Volgens de statistieken is ongeveer an
derhalf procent van de Nederlandse be
volking is vatbaar voor een oogafwijking
die de naam „glaucoom" draagt. Ken
merkend voor deze afwijking is dat hij
uiteindelijk kan leiden tot blijvende
blindheid. Het vervelende is echter dat
de drager zelf nauwelijks zal kunnen
merken dat hij aan deze ziekte lijdt. Bij
glaucoom blijft de gezichtssterkte name
lijk tot op het laatste moment normaal,
enkel de gezichtshoek wordt steeds klei
ner. Na verloop van tijd dat kan wel
10 jaar duren treedt plotselinge en
niet meer te genezen blindheid in. „Zo
lang die laatste fase nog niet is ingetre
den is de kans op genezing groot. Daar
om is het zo belangrijk dat men zich re
gelmatig bij' de oogarts laat onderzoe
ken". Met name de leeftijdsgroep tot 16
jaar en de groep van ouder dan 40 jaar
lopen de meeste kans iets aan hun ogen
te krijgen. Men vreest bij het NOG dat
met het aantal mensen dat bij de oog
arts wegblijft ook het aantal gevallen
van blindheid door glaucoom zal toene
men. „Een duidelijke indicatie hebben
wij vanuit Engeland waar het aantal ge
vallen van blindheid door deze oogafwij
king viermaal zo hoog is als 'in ons land.
Een van de redenen daarvan is volgens
ons dat het oogonderzoek daar niet door
artsen wordt uitgevoerd, maar door opti
ciëns die weliswaar hoger gekwalificeerd
moeten worden dan de Nederlandse opti
ciëns. In de overige ons omringende lan
den, waar de oogheelkundige gezond
heidszorg in kwalitatief opzicht minder is
dan in Nederland, is het percentage blin
den eveneens hoger dan in ons land.
Optometrist
Dr. Galema vindt dat veel opticiëns -
„soms noemen ze zich ook wel optome
trist, dat klinkt geleerder" - bezig zijn
met doktertje te spelen. „Daarvoor trek
ken ze dan de bekende witte jassen aan,
schaffen dure apparaten aan voor oogon
derzoek, waartoe zij niet bevoegd zijn,
en soms verwijzen zij hun „patiënten"
zelfs met een pseudo-recept naar de oog
arts. Wij vinden dat een ongeoorloofde
vermenging van de volksgezondheid met
commerciële belangen. De opleiding van
opticiëns, die op MTS-niveau ligt, is ge
richt op oogmeting en dus bedoeld om
de klant een bril of contactlenzen aan te
meten. Maar zeker niet voor oogheelkun
dig onderzoek, waarvoor je als oogarts
14 jaar hebt moeten studeren. Maar de
opticiëns zeggen, wij zijn zo goed opge
leid, we kunnen best diagnoses stellen".
Tegenwoordig investeren de opticiëns
enorme bedragen in kostbare appara
tuur. Dat betekent dan weer dat jaarlijks
een veel hogere omzet gehaald moet
worden. Het gevolg is dan ook dat zowel
montuur als brilleglazen absurde prijs
verhogingen hebben ondergaan. De zie
kenfondsen zijn niet voor niets overge
gaan tot het bevriezen van de vergoedin
gen voor montuur en glazen. Het slacht
offer is dus de brildrager.
Veel opticiëns willen zich best wel bij
hun leest houden, maar willen zij kun
nen' blijven concurreren, dan moeten ze
wel meedoen. In veel gevallen wordt de
oorzaak van de oogklachten niet wegge
nomen met een bril, maar vooral de ou
deren onder ons zien de bril als het mid
del tegen alle kwalen. Het gevolg is dat
mensen brillen krijgen met zowat „ven
sterglas", waarvoor dan wel een slordige
paar honderd gulden neergeteld moeten
worden.
Een mogelijkheid zou zijn om vanuit het
NOG te gaan werken met het systeem
van „erkende opticiëns", maar liever zien
wij wettelijke maatregelen door de over
heid, die aan deze nijpende situatie, een
einde kunnen maken."
De opticiëns hebben het voordeel dat zij
meer tijd kunnen besteden aan de men
sen, terwijl er bij de oogartsen vaak lan
ge wachttijden bestaan. Galema wijst er
echter op dat voor een oogarts een paar
minuten meestal voldoende zijn om te
zien of er bij de patiënt iets mis is of
niet „Een blik met de oogspiegel is voor
een oogarts vaak voldoende om te zien
wat er met de ogen aan de hand is en
of verder onderzoek noodzakelijk is. Dan
kunnen wij ook zeggen, uw ogen zijn uit
stekend en U hoeft de eerste vijf jaar
niet meer terug te komen. Als we min
der zeker zijn kunnen we adviseren dat
hij over een half jaartje nog maar eens
terug moet komen. Maar dat vereist wel
een grote dosis deskundigheid en erva
ring, die een opticiën nu eenmaal niet in
huis heeft".
Hulpkrachten
De oogartsen zijn wel bezig iets te doen
aan de situatie van lange wachttijden en
ook om wat meer tijd vrij te maken
voor de individuele patiënt.,, In de eerste
plaats willen wij helemaal af van de
oogmeting zelf. Dat is zonde van onze
tijd en daar hebben we ook niet al die
tijd voor gestudeerd. Dat routinewerk
willen we zoveel mogelijk uitbesteden
aan para-medische krachten, die bij een
oogartsenpraktijk kunnen worden inge
zet".
Op dit moment is er in ons land één op
leiding die jaarlijks een twintigtal oog
heelkundige assistenten aflevert Gedacht
wordt aan uitbreiding van deze oplei
ding. Daarnaast wil men door aanschaf
van nog betere apparatuur het onder
zoek verder verkorten om op die wijze
meer tijd vrij te maken voor een meer
individuele benadering van de patiënt
1 km fietspad
op 9 km weg
DEN HAAG In Nederland
komt gemiddeld één kilome
ter fietspad voor op elke 9
kilometer verharde weg voor
motorvoertuigen. Het gun
stigst is die verhouding in de
provincie Utrecht met 1 op 6,
afgezien van de Zuidelijke
IJsse lm eerpolders waar de
verhouding 1 op 4,5 km is.
Dit blijkt uit een onderzoek
van het.CBS, die een inven
tarisatie heeft gemaakt van
het fietspadennet in Neder
land.
Fietspaden komen voor in 674
gemeenten met in totaal 11,5
miljoen inwoners. 135 ge
meenten hebben geen fietspa
den. De totale lengte aan
fietspaden is 8.554 km, waar
van 2,057 binnen en 6.497 bui
ten de bebouwde kom. Overi
gens heeft ons land nog 606
km fietsstroken op de weg.
Gelderland heeft de meeste
kilometers fietspad (1.352 km)
en de provincie Groningen de
minste (375).
MEESTE WERKLOZEN TE WEINIG GESCHOOLD
DEN HAAG - „Op de ar
beidsmarkt bestaat nog
steeds een grote onevenwich
tigheid. De situatie in de
bouw is het afgelopen jaar
niet veranderd. We hebben
nog steeds een groot tekort
aan vakmensen. Voor tussen
vijf- en de tienduizend men
sen is er werk", aldus voor
zitter Van Eijkelenburg van
de werkgevers in de bouw,
gisteren in een toelichting op
het jaarverslag.
Van Eijkelenburg voegde er
aan toe dat de meeste werklo
ze bouwvakkers niet be
kwaam genoeg zijn om die
vacatures op te vullen. Hij
wees er ook op dat de door
de overheid in het kader van
bestek '81 voorgestelde bezui
nigingen (onder meer minder
huizen bouwen) op de langere
termijn de werkloosheid in de
bouw zullen bevorderen. Vol
gens van Eijkelenburg werken
ook de activiteiten van malifi-
de werkgevers nadelig voor
de werkgelegengehid in deze
sector.
De voorzitter kon nog geen
exacte cijfers geven over de
invloeden van de strenge win
ter op de resultaten in de
bouw. Hij verwacht niet dat
de opgelopen achterstond snel
kan worden ingehaald.
Van Eijkelenburg betreurt het
in het jaarverslag ook dat er
sprake is van een toenemende
polarisatie in en rond het
bouwbedrijf. Hij toonde zich
voorstander van een gezonde
overheidsplanning voor de
woningbouw.
Van Eijkelenburg teerdt over
igens per 1 mei af als voorzit
ter van het Algemeen Ver
bond Bouwbedrijf. Hij wordt
dan voorzitter van het Neder
lands Christelijk Werkgevers
Verbond en wordt voorlopig
vervangen door de huidige
vice-voorzitter L.A. van den