Ponypark Slagharen na 15 jaar hard werken begrip in Nederland Het Ponypark Slagharen, vorig (aar door de Nederlandse Spoorwegen bekroond als de meest bezochte trekpleister van de NS-dagtochten, krijgt er twee formidabele wereldattractles bij. Ponyparkeigenaar Henk Bemboom wil tien miljoen gulden investeren in een op Canadese leest geschoeide wildwaterbaan en een In Amerika ontwikkelde „Looping-baan". Bovendien denkt deze vroegere Overijsselse middenstander er over om één van 's- werelds grootste reuzeraderen (waaruit men dan een magnifiek panorama heeft van Slagharen en omgeving) aan te kopen. Een zakenman met lef dus. Vijftien jaar geleden toen Henk Bemboom zijn activiteiten startte op een kaal stuk land nabij de Dedemsvaart tikte men veelbetekenend tegen het voorhoofd. „Bemboom je weet niet waar je aan begint. Dat gaat |e geld kosten. In dit dorp krijg je niets van de grond", zei men. Nu staat er In Slagharen een vermaakcentrum dat onder pretparkspecialisten in binnen- en buitenland vermaardheid heeft verworven. „Middenstanders" zegt Henk Bemboom bescheiden „hebben heel wat mogelijkheden als ze maar willen aanpakken". Hoe Bemboom bouwde aan zijn „Wonderland" in de Overijsselse polder, vertelde hij onlangs temidden van zijn attracties op het ponypark. Zijn relaas staat in bijgaand artikel. durfd hebben". Maar de ponyparkei genaar ging stapje voor stapje verder. „Ik vraag me steeds af, wat iets me kosten kan. Je moet natuur lijk wel risico's durven aanvaarden. Maar nooit teveel risico's nemen. Je moet het wel allemaal kunnen over zien". Bijna feilloos heeft Bemboom de af gelopen jaren de wensen van het pu bliek getaxeerd. Zijn kinderparadijs met tientallen attracties waarvan men. na betaling van de entreeprijs, f7,50, gratis gebruik kan maken, vol doet aan een behoefte. De verdere ontwikkeling van het Overijsselse „wonderland" na de start met huisjes en pony's is vol gens Bemboom een simpel verhaal. Voordat het zover was dat hij zich aan andere zaken kon gaan wijden dan het laten reilen en zeilen van het bungalowpark had Bemboom zich erg moeten inspannen. „Met bloed, zweet en tranen, figuurlijk ge sproken dan, hebben we het opge bouwd. Ik heb zelf patates staan bakken in het begin". Daarna is het vanzelf verder gegaan. Ik vond dat er naast het zwembad ook wat speel- werktuigen moesten komen. Dan kunnen de- kinderen in de buurt van de huisjes bezig zijn" dacht ik. Dus kocht ik bij het voormalige hotel Grimme in Emmen alle attributen van de naast het hotel gelegen speeltuin op en zette ze neer in Slagharen. RECLAME Het park werd groter en Bemboom begon natuurlijk reclame te maken, terwijl hij en zijn collega-middenstan ders in Slagharen in het zomersei zoen uitstekend zaken deed met de vakantiegangers die in het dorp hun inkopen deden. Touringcarbedrijven zetten het park op hun lijstje van leuke uitspannin gen en het geld stroomde binnen. En toen kocht Bemboom, die altijd 'belangstelling had voor kermissen, een autocoureursbaan. Weer werd hem dat door iedereen afgeraden. „Dat moet je niet doen Bemboom. Het is je gelukt om een leuk bunga lowpark met pony's op te bouwen. Laat dat nu zo man, je gaat er nou een kermis van maken", aldus de goede raad die men hem gaf. Maar Bemboom zette door en kocht ook nog een zweefmolen. Vervolgens maakte hij een zogenaamde all-in prijs" en weer tikte iedereen veelzeg gend naar het voorhoofd. „Want", zei men, „dat lukt niet" EIGEN WEG Maar Bemboom ging zijn eigen weg. Hij raakte steeds meer vertrouwd met kermisattributen en in enkele jaren werd hij een bekende figuur in dat wereldje. „Ik bezocht al eerder ker missen en circussen. Want de orga nisatie van zo'n evenement vind ik interessant. Het afbreken en opbou wen van een circus en sommige ker misattracties is een vak apart. Dat boeit me enorm". Na zijn „bliksemstart" ging Be mboom intensief de kermisvakbladen lezen. Hij verkende de markten kwam al snel tot de conclusie dat bij de regelmatige aankoop van superat tracties succes verzekerd zou zijn. Hij leerde de weg naar kermisexploi tanten en fabrikanten in binnen- en buitenland goed kennen en daarom was het niet zo verwonderlijk dat hij op een goede dag een half miljoen gulden investeerde in de aankoop van een Superzeppelin. Ook kwam er een dubbele achtbaan en Bemboom vond dat op zijn park maar eens de hoogste en grootste (en toch niet gevaarlijkste!) glijbaan van Europa moest worden gebouwd. Het kwam allemaal dik voor elkaar. Bemboom, vader van negen kinde ren. verzamelde steeds meer mede werkers om zich heen. Thans zijn er ongeveer 70 vaste werknemers, ter wijl er op hoogtijdagen (mede ter wille van de veiligheid) een dikke 400 mensen voor Bemboom aan het werk zijn. Hij kon het allemaal nog steeds overzien en haalde achtereenvolgens de ene attractie na de andere in huis: de Enterprise, de wervelende Troika, een lange kabelbaan en an dere attributen. BEGRIP Ponypark Slagharen werd een begrip en Bemboom kon zich ook veroorlo ven zich te verzekeren van de dien sten van radio-verslaggever en auteur Jan Hof, die hem adviezen ging ge ven op het gebied van public relati ons. Ook op dat gebied houdt Be mboom van stunts, want dit jaar heeft hij ook de Amsterdamse jour nalist Hans Knoop in de arm geno men. Nauwe contacten kreeg Henk Be mboom met de Duitse fabrikant van grote kerqiisattributen Anton 7 Schwarzkopf in Münsterhausen bij München. Die bouwde voor Be mboom een tweeduizend meter lange monorail met vier moderne treinstel len waarin de bezoekers een mooie tocht hoog boven het veelkleurige amusementspark maken. Daarna kwam er het speciale Amerikaanse videotheater Superscoopwaarin men lijfelijk de waaghalzerij van de meest durvende stuntmannen onder gaat. Intussen vergat Bemboom ook zijn pony's niet en bouwde samen met zijn zoon Willem aan „Texas in Hol land", een „dorpje" waarin de ro mantiek van het Wilde Westen her leeft. Tientallen miljoenen guldens zijn al gëinvesteerd, maar er komen nu dan ook gegarandeerd bijna één miljoen bezoekers per jaar naar Slagharen. Vorig jaar klopte Bemboom de Efte ling in Kaatsheuvel en ook dit jaar wordt zijn ponypark waarschijnlijk eerste of in ieder geval goede twee de. „Soms" zo vertrouwt Bemboom ons toe, „laat ik mijn vrouw me wel eens even in de arm knijpen om me ervan te overtuigen dat het allemaal wel waar is...". JONGENSACHTIG Jongensachtig vrolijk en met zekere trots troont hij ons mee naar de voornaamste superattracties in zijn park. „Dit moet je toch even gezien hebben" zegt hij lachend en even la ter staan we in de Superscoop. „Dit theater kon ik kopen in Houston, waar het de viering van het 200-jarig bestaan van Amerika opluisterde", vertelt hij voordat de lichten doven. Dan stormen de beelden op ons af. Hoewel we rustig alleen in het thea tertje zitten lijkt het alsof we inder daad de rit met de achtbaan meema ken. Onwillekeurig zetten we ons schrap als we met een auto een Amerikaanse „highway" opsuizen en met enorme snelheid tegen een plot seling stilstaande wagen lijken te botsen.. „Die sensaties zijn nog hevi ger als er volop publiek is„, vertelt Bemboom. Men houdt zich soms aan elkaar vast en men hoort dan ook wel wat mensen gillen. De mensen houden wel van sensatie, begrijp je wel. Die laatste woorden spreekt hij dikwijls uit. Het is een stopzinnetjegeworden waarmee hij als het ware zijn inzichten toetst aan die van anderen. Bemboom is gehecht aan zijn woon plaats Slagharen. Hij heeft een oude korenmolen (bouwjaar 1859) uit het dorp naar zijn park verplaatst en la ten restaureren. Hij heeft het amusementspark bewust zodanig opgebouwd dat alle attrac ties dicht bij elkaar staan. „Op die manier breng je de mensen bij el kaar", verzekert hij. „Men stelt dat op prijs". Nog steeds gelooft hij hei lig in één entreeprijs. „Laatst kwam er een oudere man naar me toe. „Bent u hier de baas" vroeg hij. Die man had tranen in de ogen van dankbaarheid, echt waar. Weet je waarom Hij had zijn kleinkinderen voor die ene entreeprijs de gehele dag kunnen laten genieten. Overal hadden ze in gewild en dat kon alle maal. „Mijnheer" zei die man, „har telijk dank, dat ik dit nog heb mo gen meemaken.... Dit soort dankbetuigingen sterken Bemboom in de overtuiging dat hij zijn park verder moet uitbouwen en niet moet tornen aan het karakter van zijn park. HAREN Nauwelijks hebben we de auto in de schaduw van de reusachtige Apolloboleen ruimtevaartattractie van het Ponypark Slagharen gepar keerd, of Henk Bemboom haast zich naar ons toe. Joviale begroeting. Een witgekuifde, 57-jarige man met een doorleefd gezicht dat ondanks een blije, innemende lach de sporen vertoont van de dagelijkse zorgen voor een miljoe nenbedrijf Maar de zaken gaan goed. Zo voortreffe lijk dat het Ponypark Slagharen niet bij de overheid behoeft aan te kloppen voor een subsidie. „Neen", vertrouwt hij ons later in zijn sober ingericht kantoor toe, „zodra ik mijn hand zou moeten ophouden word ik weer koop man. De successtory van Bemboom begon in 1963 toen hij het lumineuze idee kreeg om aan de Zwarte Dijk in Slagha ren een stuk grond te kopen en daar huisjes neer te zetten die hij tezamen met een pony aan vakantiegangers uit de Randstad ging verhuren. EENVOUDIGE HUISJES Henk Bemboom zal het nooit verge ten. Smakelijk lachend verhaalt hij hoe hij zijn entree maakte in de ver- blijfsrecreatie. Het begon met enkele tientallen een voudige huisjes. Niets bijzonders ei genlijk want de huisjes stonden op een kaal stukje land. Maar Bemboom had er een pony met wagentje bijge zet. Het was het Pinksterweekeinde. „Met de angst in het hart heb ik die za terdag mijn eerste Amsterdamse gas ten begroet. Want wat kon ik ze nu bieden?. Goed, een huisje, maar ver der ook niets. Weliswaar in een aar dige streek, maar vlakbij dat huisje in feite niets. Geen bos. Dus schoor voetend er heen. Maar bij de eerste woorden wist ik dat ik goed zat. Ik stelde me voor. „Boer", zei die Am sterdammer meteen zonder zich ver der te bekommeren om het huisje en omgeving, „waaris die knol?" Even later leerde Bemboom zijn kersverse gasten dat het paardje zou gaan lopen wanneer men op de bok „vort" zou zeggen en halt zou hou den bij het commando „hu". Ik heb die mensen de hele zaterdagmiddag niet meer gezien.... Ze kwamen en thousiast terug...". Nu zijn er maar liefst 800 pony's in het hoogseizoen op het park, die in de wintermaan den bij tientallen boeren verspreid over Noord- en Midden-Nederland verblijven. Bos is er nu ook bij het pretpark. Want Bemboom bestelde in die eer ste periode tweehonderdduizend bo men en struiken bij een kweker in Beilen. OP ROLLETJES Na dat eerste Pinksterweekeinde lie pen de zaken op rolletjes. „Het pu bliek reageerde er gunstig op", aldus Bemboom. Een jaar later liet hij in het park een fraai zwembad aanleggen. „Ja, je moest je gasten naast de pony toch ook wat extra's kunnen bieden. Dat was de grondgedachte. Ik wilde Slagharen groter maken, bekendheid geven en meer activiteiten in het dorp brengen. Zelf had ik een grote winkel, maar ik wilde wat extra's doen. Dat kon via de verblijfsrecrea- tie. Vakantiegangers naar het dorp halen en die zouden dan vanzelfspre kend ook boodschappen in de omge ving doen. Het zwembad moest er komen om de klanten niet te ver/le zen". Dus prijkt er nu, temidden van tientallen, juist voor kinderen zeer aantrekkelijke kermisachtige attrac ties, nog steeds een mooi zwembad. VERSNELLING Daarna kwam er een enorme versnel ling op gang. Peinzend zegt Be mboom: „Als ik die ontwikkeling ook maar één moment had kunnen be vroeden, zou ik het wellicht niet ge- HUILEND „Men kan hier slechts één week in een huisje verblijven. Langer wil ik vakantiegangers niet hebben, want dan gaat het plezier er misschien voor hen af. Weet u wel dat ze hier na één week soms huilend weggaan. Op die manier krijg je in feite een dubbel aantal supporters... Bemboom („Ik blijf een gewone Slagharense middenstander die eruit gesprongen is") tracht bescheiden te blijven en heeft dan ook een eigen filosofie opgebouwd. „Geld", zegt hij „is natuurlijk nood zakelijk om de zaken te laten reilen en zeilen. Maar je moet je er niet aan hechten. Ik vind het fijn dat het dorp er zo van profiteert. In verre omgeving brengen we in het hoog seizoen de gasten onder. De horeca profiteert er ook van. Maar het moet niet uit de hand lopen. Het park moet geen banaal amusement gaan aantrekken, zoals men die in Ameri ka bijvoorbeeld kan aantreffen. Het moet verantwoord zijn. Jong en oud moetin Slagharen kunnen komen". DAGELIJKSE ZORG Het ponypark is een dagelijkse zorg, ook al draait het prima. Bemboom. met een stralend gezicht: „Ik heb ze ven zonen en twee dochters. Laatst zei de jongste: „Vader, is er wel één uur in mijn leven geweest dat we niet over het park spraken... „Weet je" vervolgt hij, wij zijn in feite kooplui met een stukje idealis me. Wij trachten onze zaken serieus af te handelen en in te spelen op de vraag van het publiek. Alle bezoekers moeten hier wat van hun gading vin den. Men moet tevreden naar huis gaan. Dat streven we na en er zijn dan ook nauwelijks klachten... Veiligheid wordt in Slagharen met de hoofdletter „V" geschreven. Terloops toont Bemboom dat hij voor elke kermissensatie een soort „bouw- boek" heeft klaarliggen. Dat is hier niet, maar in Duitsland wel verplicht. Daarom houd ik me aan de Duitse voorschriften. Het moet verantwoord zijn. Ik bestel alleen installaties waar ik van op aan kan. Er is een zware controle op apparatuur. Daarom is gebruik van onze attributen niet ge vaarlijk. Weet je, dit soort amuse ment fascineert ons elke dag weer. Je blijft er mee bezig, begrijp je wel... Bemboom wil niet dat zijn park een soort Efteling of een Flevohof wordt. „Het moet zijn eigen sfeer behouden. Het is in -feite als met de Zuidlaarder paardenmarkt. Er hangt daar een be paalde sfeer die je nergens anders krijgt, terwijl alles wat je ziet ook el ders wordt geboden. Maar ik wil hier bepaald niet zitten als de man die het allemaal weet, hoor" EIGEN SFEER „Je moet alleen de wensen van het publiek nuchter aftasten en je nooit willen verheffen, want dat is dom. Nogmaals, geld is mijn hoogste goed niet. Wel wil ik dat we er ieder jaar weer uitspringen en alles kunnen fi nancieren. Maar ik stel wel een ei gen norm. Ik wil niet ter wille van het geld allerlei bedenkelijke attrac tiesaantrekken". Aan het einde van het gesprek legt Bemboom (katholiek ogevoed) iets van zijn karakter bloot. „De mens" zegt hij, „is een hoger wezen die zijn eigen moraal moet hebben. Weet je, ze zeggen wel eens dat er wel licht geen hemel is. Dan zeg ik: Voor mij is het de moeite waard om zodanig te leven alsof er wel een he mel is". Tenslotte ook nog een ad vies van supermiddenstander Henk Bemboom aan zijn Nederlandse col lega's: „Kerels, praat niet teveel. Als je plannen hebt doe dan wat, en ver wacht niets van een ander".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1979 | | pagina 20