iiMiia
Hervormde diakonie-
collectanten
opereren nog in
stijlvol zwart
Noordwijkse politie
verdrijft krakers
WAARDERING VOOR EEN
125-JARIGE INSTELLING
Eerste vergadering
Streekfederatie PvdA
STAD/REGIO
LEIDSE COURANT
DINSDAG 9 JANUAR11979 PAGINA 5
College-secretaris E.
d'Haan.
Met alle grote
waardering voor de nog
vlotlopende activiteiten
van de mandjesophalers
in de katholieke kerken,
een échte collectant vind
je alleen nog maar terug
in Gods koele voorhoven
van reformatorische
huize. Het specifieke
handwerk met zakjes
voorzien van twee houten
grijpvatten wordt nog
immer met enige
overgave verricht binnen
de bedehuizen langs de
Nederlandse Hervormde
route op weg naar de
Grazige Weiden, waar de
herders en kudden van
het Kind van Bethlehem
de eeuwigheid verbeiden.
„Heel concreet", zoals we
tegenwoordig onder
allerlei omstandigheden
zeggen, vinden wij een
oprecht opererende
collectie van collectanten
binnen de Leidse
gemeenschap; een
ontwapenend wapenfeit,
gestoken nog steeds
dienstdoend livrei: 125
jaar College van
Collectanten van de
Leidse Hervormde
Diakonie. Vanmiddag
staat men daarbij even
stil, met een receptie in
het Hooglandse Huis en
vrolijke stemmen binnen
een stemmig geheel.
Waar het feestend
collecterend college op stoelt
is een menselijke
onvolkomenheid die het
midden van de vorige eeuw
tot excessen leidde die men
wenste te bestrijden. Daar
had je en heb je nog
steeds bij de thans
bevriende hervormde
gemeente zeer
achtenswaardige hervormde
burgers die als diakenen
door het leven gingen. Deze
diakenen hadden voor de
uitvoering van hun taak van
oudsher Stephanus was
daar al mee begonnen
allerlei hulpkrachten in
dienst. Sinds de apostelen
optraden werd er al
verzameld, gecollecteerd,
onder de christenen. Veel
later hadden niet alleen de
katholieken hun
collecterende gewoonten,
ook de reformatorische
deelgelovigen konden niet
buiten het aardse slijk bij
de prediking van het
evangelie. Om maar een
heieboel nare zaken rond
het geld te vermijden,
mogen we volstaan met het
constateren, dat de diakenen
Op mijn omwegen door stad en land kóm
ik graag mensen tegen. Elke morgen tussen
tien en elf uur kunt u mij telefonisch vertel
len wie u graag in deze rubriek zou willen
tegenkomen. Het nummer van mijn geduldi
ge telefoon is 071-122244; u kunt dan naar
toestel 18 vragen.
Het collectantencollege van de Hervormde diakonie bij het 100-jarig bestaan, in de Pieterskerk in 1954, gefotografeerd.
bij de collecten handen te
kort kwamen en
hulpkrachten moestgn
inschakelen. Studenten,
onder andere. Een heel
gevaarlijk hulpleger dus, in
dit opzicht, want studenten
zijn altijd al geld
absorberend geweest.
Zo bleek halverwege de 19e
eeuw, en misschien ook al
eerder, bij de afwerking van
de hervormde collecten
„nogal eens iets aan de
strijkstok te blijven
hangen". Daaruit ontstond
de behoefte om een ander
soort hulpkrachten in de
arm te nemen, betrouwbare
lieden waarop men kon
rekenen. Op 1 januari 1854
waren er negen
onbesproken hervormde
draagkrachtige mannen uit
het Leidse zakenleven die
voor het eerst als
diakoniecollectanten dienst
gingen doen in de Pieters-,
Hooglandse en Marekerk.
Niet, dat het nou zo'n „beste
broodwinning" was, maar
het is bekend, dat in de
crisisjaren na '30 er een
middenstander was,
notabene lid van een ander
kerkgenootschap, die de
suggestie kreeg, zich te laten
overschrijven naar de
hervormde kerk en
collectant te worden. Dat
was immers goed voor de
zaak.
Dat is verleden tijd. De
hervormde collectanten van
de diakonie zijn
achtenswaardig gebleven,
maar de samenstelling laat
zowel werkgevers als
werknemers zien en ze
„plukken" zonder aanziens
des persoons. Dat was
vroeger wel anders, toen de
collectanten de hele kerk
„voor hun rekening" namen,
behalve de „hoge zijde", de
rijke rij vlak vóór de
[preekstoel ofwel kansel; die
deden de diakenen zelf. Ik
sprak er verder over met de
heer E. d'Haan, secretaris
van het College sinds een
jaar of acht, die van die
oude en voormalige
diakonale prins geen kwaad
meer weet. Voor hem blijft
•dit orgaan van bijstand een
bloedserieuze zaak: „Een
vriendenkring, met een
starre traditie; collega's die
niet meer te scheiden zijn,
niet meer weg te denken in
alle hervormde kerken". Ze
werken 's zondags bij
toerbeurt: zes zondagen
dienst, zes zondagen vrij.
Het werk rouleert in
fusieverband met het andere
orgaan van bijstand: het
college van Kerkcollectanten
van de kerkvoogdij, „maar
de beide clubs bestaan nog
Het meest opvallende bij
publikaties over het
125-jarige College is wel, dat
steeds vermeld wordt het
collecteren „in het zwarte
pak met de zwarte
handschoenen". De
streepjesbroek hoort daar
helemaal bij. „Behoorlijk"
gekleed dus. Wie het waagt
„ongekleed" ter collecte te
verschijnen, mag nog steeds
rekenen op een vriendelijk
aandoende boete. Vroeger
was die boete niet zo erg
vriendelijk, altijd nog
vijftien cent per ongeklede
keer, en dat was tientallen
jaren geleden een fiks
bedrag. Hoe hou je nou zo*n
collecterende club in stand?
„Wel", zo meent de heer
d'Haén, „het is op zichzelf
al een hele band onderling,
maar als er iemand afvalt,
zoek je in eigen kring
naarstig naar een opvolger,
of bij meelevende
kerklieden waavan je mag
verwachten dat ze hun
zondagse beurt zullen
vervullen".
Mevrouw d'Haan, die zelf
diaken is („collectanten zijn
nog steeds heren; als vrouw
word je eerder predikant
dan collectant"), vertelt
inmiddels iets over de
'manier van contributie
betalen voor de collectanten,
„bat gaat heel speciaal, op
de ledenvergaderingen, elke
twee maanden. Ze worden
dan bij de penningmeester
geroepen, de jongst
aangestelde collectant als
laatste en hij dient zich heel
bescheiden op te stellen. Die
jongste in dienstjaren is ook
nog steeds degene die voor
de koffie zorgt. Zo wordt hij
op de langere duur door de
overigen geaccepteerd. De
contributie gaat niet over de
giro; je komt bij de
penningmeester met „baar"
geld in de hand". „Ja
zeker", valt de heer d'Haan
zijn vrouw-diaken bij: „als
je maar je wil houden aan
die stijl, aan dat pak en die
handschoenen. Zelfs de
jeugd is hiertoe nog bereid.
Bij gezamenlijke diensten
met de gereformeerden
maak je nog weieens mee,
dat de collectant niet „in
kleding" is. Dat valt dan
toch wel op en dan krijg je
reacties zonder meer. Het is
een traditie die nog volop
gewaardeerd wordt".
Sinds rond 1950 wordt in de
hervormde kerk
gecollecteerd met het
handige zakje. Voordien was
het de lange stok. „Dat ging
heel reglementair", vertelt
de heer d'Haan; „tijdens de
schriftlezing doodstil met
die stok omhoog, vol eerbied
voor de gewijde teksten. Pas
als de dominee doorging
met de liturgie ging de
collectant ook weer verder,
waarschijnlijk even storend
als vroeger de collectanten
in de katholieke kerk de
aandacht onderbraken. Hoe
dan ook, de liefdegaven
moesten geïnd worden. Nu
is dat alleen nog maar
tijdens het orgelspel". De
organist kan wel wat
verslapping velen, daar
luisteren toch maar weinig
mensen naar.
Aan de Zoeterwoudse singel
woont de heer G. Stigter,
voor de „broekjes" onder de
collectanten gewoon ome
Gerrit. Een halve eeuw lang
heeft ome Gerrit gehengeld
met het zakje. Helemaal in
stijl. Hij maakte het 75-jarig
en het 100-jarig bestaan van
het college mee. Thans is de
heer Stigter met z'n 82 jaren
zowat de enig overgebleven
collectant van het verleden
en één van een handjevol
ere-leden. Zeventien actieve
leden vandaag,
zevenentwintig toen Gerrit
meer dan vijftig jaar
geleden door de diaken
werd aangenomen en zwaar
genoeg bevonden. „Vroeger"
is een veelgehoord woord
uit zijn mond. Gerrit Stigter
komt nog op elke
vergadering met z'n
„adviserende" stem, maar
geef hem maar „toen". „We
hadden collectanten die
nooit oversloegen; er was
geen radio, geen t.v., alle
leden waren op een
vergadering. Men zegde zelfs
verjaardagsbezoeken aan
familieleden af om aanwezig
te kunnen zijn. Je
vergaderde tot een uur of
half drie 's nachts toe,
achter gesloten deuren
omdat het niet meer zo
officieel was. De sleutel
gooide je later bij de
beheerder in de
brievenbus".
Gerrit Stigter en zijn
medecollectanten gedurende
de „roaring twenties"
droegen 's zondags lange
geklede jassen met dubbele
sluiting. En dan die lange
stok. „Je raakte wel 'ns een
keer een dameshoed die aan
de stok bleef hangen, tot
verontwaardiging van de
betrokken dame. Het was
wel een gespreid risico,
want we hadden toen nog
drie collectes in één dienst,
in plaats van die ene
tegenwoordig. Ach ja, en
dan die uitgaansdagen.
Tegenwoordig maar één per
jaar. Destijds trokken we er
soms een dag of drie, vier
op uit. Naar Duitsland
bijvoorbeeld. En als er een
makker was die een glaasje
wijn te veel op had, legden
we hem rustig in 't
kippenhok. Daf was nog 'ns
wat anders dan een
streepjesbroek".
Op die dagen teerden Gerrit
en consorten, „dat was ons
enige uitje en gloriefeesL
Het waren jaren dat we
helemaal geen vakantie
kenden. Nogmaals: die
vergaderingen eens in de
twee maanden sloeg
niemand over.
Tegenwoordig komen ze
maar te hooi en te gras.
Eens waren het
liefdediensten; dat is er een
beetje af, vrees ik. Het is
moeilijk collectanten te
krijgen, vooral 's zomers. De
jongeren hebben veelal een
boot en dan trekken ze naar
de plassen. Dan weet je het
wel; ze komen als ze zin
hebben".
In die „lange stokken-tijd"
was het werken van 's
ochtends zeven tot 's avonds
zeven. „Dan zaten de
mensen vaak te slapen in de
bank, op zondagmorgen.
Soms duurden de diensten
tot over twaalven. Vóór die
tijd holden de soldaten, die
met het middaguur in het
garnizoen terug moesten zijn
op een holletje de kerk uit,
op weg naar de kazerne. En
andere gemeenteleden stond
je heel zachtjes met je stok
tegen hun vest aan te
prikken. Ze schoten dan
wakker met een zucht en
lieten hun cent vallen". Ja
zeker, dat was de tijd van
de „stoofjes met het kooltje
vuur" in de kerkbank.
Gerrit Stigter blijft komen
op de vergaderingen en
geniet ervan als ze zeggen:
ha, ome Gerrit is er ook
weer bij. Maar hij kan het
nauwelijks verkroppen als
er stemmen opgaan om het
zwart en de geëigende stijl
af te schaffen. Dan zou de
hechte vriendschapsband
een veer laten.
IOORDWIJK De politie heeft dit
'eekeinde op last van het gemeen tebe-
tuur het door een groepje krakers
ezette pand Hoofdstraat 1 ontruimd,
■ij de zonder verzet of geweld verlo-
en aktie werden een drietal jongelui,
ie weigerden de voormalige woning
verlaten, gearresteerd en naar het
olitiebureau overgebracht. Daar
'erd tegen hen proces-verbaal opge-
laakt wegens lokaalvredebreuk,
Irafbaar gesteld bij artikel 139 van
et wetboek van strafrecht.
et was de derde maal dat de groep jeugdige
ttivisten tot een kraak-actie overging. Deze keer
etrof het de voormalige woning, die in het
Êrleden werd bewoond door de heer Droogh
Geruime tijd geleden kwam het inmiddels
m de gemeente toebehorende pand leeg. Aan-
ankelijk zou het bestemd worden voor een
tbreiding van het dienstencentrum ,,'t Tref-
int", maar een discussie in de gemeenteraad
aakte duidelijk, dat de meerderheid er de
wrkeur aan gaf om het huis op dit markante
int van de badplaats als woning te behouden,
aartoe was echter een grondige renovatie nodig.
Ke zaak wilde het gemeentebestuur echter nog
ns nader bekijken. De voorbereidingen blijken
eer tijd te hebben gevergd dan men had
irwacht, maar duidelijk werd intussen wel dat
et het herstel zeker een bedrag van zo'n 80.000
üden zou zijn gemoeid. Gezien de totale investe-
ng ziet het er naar uit, dat het pand voor de
•ciale woningbouw van weinig of geen betekenis
i zijn.
afwachting van het herstel, is het pand sedert
itfe tijd bij de dienst van gemeentewerken in
gebruik voor opslag van verkeersborden, drang
hekken en dergelijke materialen, teneinde deze
bij afzettingen en omleggingen van het verkeer
in de badplaat wat dichter bij de hand te hebben.
Deze, uiteraard tijdelijke bestemming, staat aan
gegeven op een bord naast de voordeur. De
kraak jongeren, die het pand als leegstaande
woning beschouwen, drongen zaterdagmorgen
naar binnen en voorzagen de gevel van spandoe
ken en de bij hun akties gebruikelijke leuzen.
Aan het ingrijpen van de politie ging een uitvoerig
overleg vooraf met het college van burgemeester
en wethouders. Ook werd contact opgenomen
met de officier van justitie. Burgemeester mr.
Bonnike en korpschef Basten vervoegden zich
omstreeks twee uur aan het kraakpand, en
spraken daar met een in de voordeur staande
jongeman. Op dat moment waren er een zestal
jongeren, waaronder een meisje binnen. Op de
vordering van de burgemeester om het pand te
verlaten, vroeg het gezelschap enkele minuten
bedenktijd. Dit werd hen verleend. Na een
herhaalde vordering van mr. Bonnike verlieten
het meisje en twee jongens de gekraakte opslag
plaats.
De andere jongelui weigerden het pand
te verlaten, dat volgens hen ten onrech
te door de gemeente als opslagplaats
wordt gebruikt. Daarop gingen enkele
politiemannen binnen, die even later
met de drie weigerachtige krakers naar
buiten kwamen. Van verzet bleek geen
sprake. „Zij gedroegen zich beslist niet
onhebbelijk", aldus de burgemeester,
wien het was aan te zien, dat een
dergelijke operatie nu niet bepaald tot
de plezierigste bezigheden van z'n ambt
behoorde.
A. VAN DER PLAS NIEUWE SCHUTTERSKONING
Norman MacDonald, gedurende vijf jaar
Schutterskoning van schietvereniging
Sint Hubertus uit Voorhout, werd giste
ren tijdens de Koppermaandagschiet
wedstrijd onttroond door Arie van der
Plas. De kersverse Schutterskoning be
haalde zijn titel door in competitie te
winnen van Jan Jansen die eveneens
een totaal van 55 punten behaalde.
Echter met dat verschil dat Jansen al
vier punten had behaald bij het vogel
schieten en Van der Plas alle vijfenvijftig
met zaalschieten.
Nico van Helden won de P. van Werkho
ven wisselbeker voor de hoogste score
bij het buitenschieten, bij de kantine van
Foreholte, op de houten vogels (zie foto).
De onderlinge strijd werd bij de politie
mensen gewonnen door Richard Stam.
Eerste prijswinnaars bij het buitenschie
ten werden Th. Heemskerk, Jan van
Steijn, J. van Eijk en D. Ruijgrok. Tijdens
de ..boerenkool met worst" in het paro
chiehuis reikte burgemeester M. Th. van
de Wouw de prijzen uit na een, naar
zijn zeggen „heel geslaagde en bijzonder
goed georganiseerde dag".
Staatssecretaris opent gezond
heidscentrum Leiderdorp
LEIDERDORP Staatssecretaris mevr. E. Veder-Smit van
Volksgezondheid en Milieuhygiëne opent woensdag 24 januari
in Leiderdorp een nieuw gezondheidscentrum. Dit centrum is
gevestigd aan de Florijn 10 in het plan Winkelhof en zal onderdak
bieden aan huisartsen, wijkverpleegsters, maatschappelijk werk
sters, alsmede aan gezins- en bejaardenverzorging.
Voorafgaande aan de officiële opening om twee uur 's middags
wordt in het multifunctionele kerkcentrum "De Menswording"
aan het Heelblaadjespad een bijeenkomst gehouden waar de
staatssecretaris het woord zal voeren.
OEGSTGEEST De streekfederatie Leiden en omstreken van
de Partij van de Arbeid houdt op vrijdag 12 januari in gebouw
Tabema aan de Juli ana laan 1 in Oegstgeest haar eerste vergade
ring. Deze streekfederatie heeft tot doel een overleg op gang
te brengen tussen PvdA-bestuurders, fracties en leden uit de
Leidse regio.
Op deze eerste vergadering moet het bestuur van de federatie
gekozen worden. Ook zal het PvdA-statenlid Marietje van der
Molen een inleiding houden over aktuele ruimtelijke ordeningspro
blemen in de regio. Het belangrijkste discussiepunt van de avond
zal het woningbouwbeleid, zoals neergelegd in het "streekplan
Zuid-Holland West" zijn. De avond wordt besloten met een politiek
café, zodat de PvdA-ers uit de Leidse regio elkaar op een wat
informele manier kunnen leren kennen. Aanvang is 20.00 uur.
Leiderdorp kiest supersporters
LEIDERDORP Net als zoveel andere gemeenten kiest ook
Leiderdorp een sportman/vrouw en sportploeg van het jaar. De
keuze moet tot stand komen met medewerking van de Leiderdorp-
se bevolking en de sportverenigingen. Er kunnen hiervoor
schriftelijke suggesties worden ingeleverd bij het secretariaat,
afdeling sportzaken van de gemeentesecretarie. Eind maart zullen
de Leiderdorpse supersporters bekend worden gemaakt.
Voor de verkiezingen zijn wel een aantal spelregels opgesteld.
De sportman of sportvrouw moet een aktieve sportbeoefenaar
zijn die in Leiderdorp woont. Het is dus niet noodzakelijk dat
hij of zij ook aangesloten is bij een Leiderdorpse vereniging.
De sportploeg moet echter wel uit Leiderdorp komen, of de sport
in Leiderdorp beoefenen.