USIE VAN RIJPWETERING EN VVOA GAAT DOOR ZO KREEG LEIDERDORP ZEN „ELZENLAANTJE" Leidschendammer vond de laatste stukjes van luchtoorlogsdrama Blacky: van pensiongast tot afstandshond "Autobedrijf zet gemeente in de bomen "AD/REGIO LEIDSE COURANT ZATERDAG 16 DECEMBER 1978 PAGINA 5 Op mijn omwegen door stad en land kom ik graag mensen tegen. Elke morgen tussen tien en elf uur kunt u mij telefonisch vertel len wie u graag in deze rubriek zou willen tegenkomen. Het nummer van mijn geduldi ge telefoon is 071-122244; u kunt dan naar toestèl 18 vragen. door Ton Pieters BART RIJNHOUT KAN WEER RUSTIG SLAPEN Er is een laatste link gelegd. Leidschendammer Bart Rijnhout kan weer rustig sla pen. Ooit heeft hij gezegd: „Ik zal niet rustig slapen, voordat ik precies te weten ben gekomen wat er met die Tsjechische piloten van Leid- schendam is gebeurd; ik be schouw het als mijn levens werk om daar volledige klaarheid in te brengen. Welnu, die klaarheid is gele verd en Barts haan kan ko ning kraaien als op vrijdag 26 januari '79 zijn boek „Het mysterie van de L 7788" het levenslicht zal zien. Dat wordt oprecht gevierd. Met genodigden op het gemeente huis van Leidschendam, de burgemeester erbij, inleidin gen door deskundigen, be zoek aan de wei waar des tijds de L 7788 is neergeko men, borrels, kranslegging, lunch en borrel en napraten. En, uiteraard, de presentatie van het boek aan de burge meester en de Tsjechische oud-bemanningsleden van de L 7788. Alles bij elkaar gaat het om „de geschiedenis van Wel lington L 1788, het ware ver haal van één van de vele". Het verhaal van slechts één van de 497 tweemotorige Vic- kers Wellingtonbommenwer pers die in de periode van 1939 tot 1945 een gedwongen laatste landing maakten of neerstortten. Van één van de rond 7000 vliegtuigen van vriend of vijand die in vijf jaar tijd in ons land zijn verongelukt. Ongeveer 7000 complete verhalen vol recon structies en tragedies. De „crash" van de Wellington L 7788 is daarvan slechts één verhaal, dat Bart Rijnhout helemaal heeft uitgewerkt tot in de schrijnende finesses. Die finesses begonnen in het najaar van 1940 bij Leid schendam, bij een nachtelij ke noodlanding. De beman ning nam de benen en voor een groot deel overleefden die uitgeweken Tsjechen dit einde van een vlucht Er werd een boek over geschre ven. Reden om te zijner tijd nader terug te komen op deze „ware geschiedenis in de re gionale beschrijving van de luchtoorlog in ons land". Wekelijks verschijnt in de Leidse Courant de rubriek „Hond zoekt huis". In deze rubriek wordt een hond beschreven die in het asiel verblijft om daar een zekere dood tegemoet te gaan... tenzij het dier een goed tehuis vindt. De in de rubriek beschreven honden zijn alle door hondenbezitters naar het asiel gebracht. Om uiteenlopende redenen, vaak begrijpelijk, maar soms ook volslagen onzinnig. De in „hond zoekt huis" beschre ven dieren zijn alle goed gezond, hebben een wormkuur ondergaan en zijn volledig ingeënt. Tegen betaling van ca. 60 gulden ten bate van zwerfdieren zijn ze af te halen. Adres: Nieuw Leids Dierenasiel, Besjeslaan 6b, Leiden. Tel.: 131670. Geopend di. t/m vr. 10.00-12.00 en 14.00-17.00 uur. Zaterdag van 10.00-12.00 en 14.00-16.00uur. Zondag en maandag gesloten. Blacky, een poedel van twee jaar oud, heeft zijn hele leven heen en weer gependeld tussen het asiel en zijn bazin. Soms verbleef Blacky twee maanden in het asiel en mocht dan weer voor een maand naar zijn bazin toe, maar veel vaker waren de logeerpartijen van veel langduriger aard. De langste periode waarin Blacky in het asiel verbleef was zeven maanden. Dat Blacky al die keren toch als „pensionhond" geboekt werd en niet als hond waarvan de baas afstand gedaan heeft werd veroorzaakt door de slechte gezondheid van Blacky's bazin. Want dit was de reden dat zij zeer frequent en vaak langdurig in het ziekenhuis moest worden opgenomen. Blacky verhuisde dan zolang naar het asiel en wachtte daar tot zijn bazin weer beter was. Het pleit voor Blacky dat hij dit toch zeer onregelmatige leven vooral in het begin zo goed opnam. Nu kent hij beheerder Will Tiele evengoed als zijn bazin en voelt zich in het asiel eigenlijk meer thuis dan waar ook. Het is dan ook aan deze instelling van Blacky te danken dat de bazin haar hond nog zolang heeft kunnen behouden. Toch trekken hond en bazin nu beide aan het korste eind. De gezondheidstoestand van laatstgenoemde verslechterde zozeer dat ze bij familie moest gaan wonen om verzorgd te worden. Het spreekt haast vanzelf dat Blacky niet mee kon verhuizen, en uiteindelijk van „pensionhond" tot „afstandshond" werd gedegradeerd. Na twee jaar heen en weer geschuif bleef Blacky nu definitief in het asiel maar komt daarmee tegelijkertijd ook voor deze rubriek in aanmerking. Want al voelt hij zich in het asiel nog zo thuis, het is toch beter dat hij een nieuwe baas krijgt die hem een regelmatig leven kan Volgens beheerder Will Tiele is die kans zeer groot want naar zijn zeggen is Blacky een ideale hond die zich werkelijk bij iedere omstandigheid moeiteloos kan aanpassen. Dat is in het verleden ook wel gebleken. Ook andere aspecten van Blacky's karakter zijn zeer positief te noemen. Tegen autorijden heeft hij geen bezwaar en ook bij wat langere ritten protesteert hij niet. Blacky heeft genoeg aan alles wat hij door het autoraam ziet en kan zich daar opvallend lang mee amuseren. Aan andere huisdieren is hij, ook door zijn verbhjf in het asiel, volkomen gewend. Wat betreft de omgang met kinderen doet hij zijn afkomst zeker geen geweld aan. Poedels staan nu eenmaal bekend als kindervrienden. Iedere vorm van huisvesting is aan Blacky zeer besteed, hij voelt zich op een tweekamer-flat net zo goed als in een landhuis. Wat wel erg belangrijk is, is dat Blacky's baas veel met hem speelt Blacky is tenslotte pas twee jaar oud en spelen is nog zijn lust en zijn leven. Een uiterhjke beschrijving is van een poedel welhaast overbodig. Wat wel van belang mag worden genoemd is zijn afmeting. Blacky is een zogenaamde middenslag poedel. Dat houdt in dat de schofthoogte ongeveer 45 cm. bedraagt. Een alleszins redehjke rhaat. Verder heeft hij natuurhjk krullend zwart haar, waar overigens wel eens per dag een borstel doorheen gehaald moet worden. Poezen Over de beide poezen van vorige week valt positief zowel als negatief nieuws te melden. Het laatste betreft Stella. Dat was de zwart-witte poes van anderhalf jaar oud. Zij heeft helaas nog geen nieuwe baas mogen begroeten. Dit in tegenstelling tot Mirella, het jonge Cyperse poesje, dat heeft wel een nieuw tehuis gekregen. In Leiden. Zeer verheugend nieuws is te melden over Kazan, de Duitse herder die drie weken geleden in deze rubriek verscheen. Uiteindelijk heeft hij toch een nieuwe baas gekregen. En wel in Hilversum. Een eind uit de buurt, maar Kazan's nieuwe baas heeft zijn werkkring in Leiden. Zodoende. BART SPIJKER M YETERING/OUD ADE en Rijpwetering zijn gisteravond één voetbai- n. Ki ging. De leden van de watl clubs besloten in aparte ergaderingen, VVOA en etering op te heffen. Me- iaarna kwamen de leden e kersverse voetbalclub en kozen Anton van der voorzitter van Rijpwete- ot hun voorman het had heel wat voeten in de aarde voor het eindelijk zover was. De twee vergaderin gen hadden acht uur als offi cieel aanvangstijdstip. Het had echter pas zin een vergadering te houden wanneer er voldoen de stemgerechtigde leden aan wezig waren. Bij Rijpwetering gaf dat weinig problemen, er waren 91 stemgerechtigde leden present en dat was voldoende voor het houden van een wettige opheffingsvergadering. De le den van voetbalvereniging Rijp wetering waren het al snel eens, een discussie bleek overbodig, zodat werd overgegaan tot de stemming. Tachtig mensen spraken zich uit vóór opheffing en dus in feite ook voor een fusie met WOA. Toen de uit slag van de stemming bij Rijp wetering al bekend was, zocht men bij buurman WOA nog naarstig naar stemgerechtigde leden. Om acht uur waren er dat pas zestig, het vereiste aan tal was 84. Om kwart voor negen waren er zeventig handte keningen op de presentielijst geplaatst. Het bestuur, onder leiding van voorzitter Joop Stra- ver, werd al wat zenuwachtig. Straver zag het somber in maar greep naar het laatste redmid del, de telefoon. En heel lang zaam groeide het aantal leden. Overal werden de voetballers van WOA vandaan gesleept. Een jongen kwam direct van zijn werk, zijn overall deed wat komisch aan op deze belangrij ke gebeurtenis. Twee mensen kwamen rechtstreeks van een bruiloft. Maar eindelijk bereikte men het vereiste aantal en open de Joop Straver om kwart voor tien de vergadering. Een bijeen komst die niet zo vlot verliep als die van Rijpwetering. Vooral de wat oudere leden waren fel tegenstander van het plan, de jongeren leden geloofden wel in de fusie en zo ontspon zich een heftige discussie. Erevoorzitter van der Fits ver wierp het plan in een indruk wekkend betoog. Kees van der Poel, die zeer nauw betrokken was bij de opbouw van WOA, vond het jammer dat er een fusieplan was maar achtte het samengaan van de twee vereni gingen noodzakelijk. Uiteinde lijk stemden 59 vóór het plan en dat was voldoende voor het ontbinden van WOA. Volgende fase was de oprich tingsvergadering die werd ge houden in de kantine van Rijp wetering. Een wat moeizaam gebeuren omdat de leden van Rijpwetering al ruim twee uur de opheffing van hun club aan het vieren waren. Na het voorle zen van de statuten werd over gegaan tot de verkiezing van het bestuur. Zonder tegenkandida ten werd het voorgedragen be stuur snel geïnstalleerd. Nog een keer moesten de leden van de nieuwe vereniging stemmen, ditmaal een voorzitter. Kandi daat waren Joop Straver en Anton van dei* Geest. Rijpwete ring was wat ruimer vertegen woordigd en dus werd Anton van der Geest als voorzitter gekozen. Het was feest voor Kam steeg, voor Leiderdorp, voor de clientele (voor zover ze vrijaf had kunnen nemen) en voor een stel jeugdige deelnemertjes (de toekomst mag je nooit uit het oog verliezen), die met veel muziek, conférence door grappenmaker Hans Versnel uit Noordwijk en met vetplantjes werden beziggehouden. Daar was koffie en een probleemloze verversing. Daar waren ook voor de aanwezigen inge lijste platen met bomen voorzien van een verklaren de tekst achter glas. Dat waren dan levensverhaal tjes van de fijnspar, pla taan of beuk. Alles zonder reclame. Net zomin als de 86 elzen, die uiterlijk nooit zullen verraden dat ze bindingen hebben met Kamsteeg Zuid (wat Noord doet is een heel andere zaak). De Voorhof se elzen zullen weinig van doen hebben met een voertuig op vier wielen. Het laantje is er nu aan de winterse rust toe. Alleen het progressief bestuurde Leiden valt niet over een (ver) boompje meer of minder. Daar moet meneer Kamsteeg nog een modus voor zien te vinden. Je weet in Leiden nooit, of men er nu een hekel heeft aan auto's of niet. Uil venslustige poedel Blacky ranfussen de buien en itormvlagen door Bm®heeft een automobiel- jedrijf woensdagmid- t^chi lag een belofte mi- tschieu§evoelig ingelost, agst iet was een leuke en itunt van meneer A. 3ui* Camsteeg, zetelend in nrkf)egstgeest. Hij had ijn geachte clientele roor een verrassing ;ezet: „toen u dit Biar, 1978 dus, bij ons m nieuwe auto ocht, beloofden wij i, als een soort be- hot ;cheiden tegenpresta- J H(ie, ergens in uw on- 10 (evmg een boom op e zetten. Het is nü hO0)oomplanttijd en tijd )m onze belofte ge- ,.v stand te doen", liet IGjneneer Kamsteeg aan :ijn afnemers-1978 ^eten, per circulaire. So kreeg Leiderdorp :r een extra boom- ilantdag bij. Burge- neester Van der Have Ichroomde niet om eze plechtigheid met ijn persoonlijke aan- bezigheid op te luiste- ■en. Van de vele Lei- ierdorpse Kamsteeg- danten was het me vrouw Els Ruijm- aard die officieel de eerste els in de grond zette op de Brunel- kamp in de woonwijk Voorhof Zuid. Het was één van de 86 elzen die aan de Lei- derdorpse autobezit ters, en derhalve aan de Leiderdorpse ge meenschap, werden aangeboden. De wat kale Brunelkamp werd gesierd met de Lei derdorpse gemeentevlag en de vaderlandse driekleur. Daartussenin pootte me vrouw Els haar els, een boompje dat een onderdeel vormt van de omzomende begroeiing van een pad, dat loopt vanaf de Engelendaal tot aan de „grote groene long" die, globaal, ligt tussen het Heelblaadjespad en de Kervel- en Dragon- tuin; een milieubewuste, over een paar maanden weer groene, verbinding tussen Houtkamp en „groe ne long". Zo groen is meneer Kamsteeg helemaal niet: „dit was onze actie voör '78, het volgend jaar verzinnen we wel weer iets anders dat erin slaat. Dan gaat de beuk er weef op een andere manier in, zullen we maar zeggen". Het was. dus zó, dat iede reen die bij het bedrijf Kamsteeg Zuid (dat is zowat de Leidse regio)een nieuwe auto kocht in '78 meteen de bezitter of bezitster werd van een boom die aan de gemeente van inwoning geschonken zou worden. In Leiderdorp ging dat er meteen feeste lijk aan toe, met de waar devolle medewerking van Plantsoenendienst die alle overige 85 bomen vandaag de grond in had. Allemaal langs het „laantje zonder naam". Heer Kamsteeg, na afloop van het elsje plan ten, in de kantine van de gemeentewerf aan de Simon Smitweg: „onze actie strekt zich uit over zeven gemeenten rond Leiden die allemaal spontaan hebben gereageerd, behalve helaas Leiden, waarvan we op onze, herhaalde, aanbieding taal noch teken hebben vernomen. En daar zouden gewoon enkele honderden bomen een weg kunnen vinden, vanwege de klandi zie". In elke gemeente van „Kamsteeg Zuid" verloopt de actie (warm aanbevolen bij „auto-collega's en/of concurrenten") weer iets anders. Zo wordt het in Oegstgeest één heel dikke boom, in Katwijk wordt het een bepanting rondom een gezinsvervangend tehuis. In totaal zijn het ongeveer duizend bomen die Kam steeg dit jaar te vergeven had. Leiderdorp had de primeur. Kamsteeg had bij al zijn overwegingen één hoofdmotief: „ik vind, dat je als natuurbeschermer best autobezitter kan zijn en als autobezitter best natuurbeschermer. Wij, als mensheid, hebben de auto bedacht door één van onze hoogste gaven, creativiteit, te gebruiken. Die creativi teit is ons gegeven. De natuur is ons óók gegeven. We tonen dan pas verant woordelijkheid, wanneer we beide gaven zodanig beteu gelen, dat ze met elkaar blijven harmoniëren. Daar om onderstrepen wij onze overtuiging demonstratief met deze bomenactie". Daar ging Kamsteeg. Bur gemeester Van der Have kon de actie best gebrui ken. Hij zei tegen meneer Kamsteeg: „als u nog eens wat heeft, belt u ons maar..." En goeie burge meester is een zeuler langs de weg die alle graantjes voor zijn gemeente meepikt. Al is het een autobedrijf dat zich opeens met de aanplant van bomen be moeit. De burgemeester vond het een feestdag. Dat zèi hij later in de kantine, nadat mevrouw Els vlug voor de officiële vertoning in het Brunelkamp had gezorgd, tegen de achter grond van een dreigende bui. Hij suggereerde ook dergelijke acties bij andere ondernemingen, zoals handelaren in schoenen. Die zouden ook best eens bomen kunnen gaan wegge ven bij aankoop van een redelijk kwantun aan schoeisel. De burgemeester vond het allemaal maar fijn: „86 fijne elzen, ik hoop dat ze alle zullen blijven leven". Dit in connectie met „onze fijne Houtkamp en Heemtuin en andere fijne natuurdingen in onze fijne gemeente die we hebben en die leefbaar moet blijven". In de kantine op de ge meentewerf werd van gemeentewege door de heer Van Wijk, hoofd Plantsoe- nendienst, een uiteenzetting gegeven over bomen. Ten aanhore van een stel clien- tene van Kamsteeg en leden van Gemeentewerken. De heer Van Wijk had 't van een 18e eeuwse Frans man, en hij citeerde: „een boom planten is een blijk van vertrouwen in de aarde". Hetgeen mevrouw Els had gedemonstreerd. Tussen Engelendaal én al die kruidentuinen waar mensen wonen en leven. Het zou nu best het Elzen laantje kunnen gaan heten, lopend naar die groene Voorhof se long, waar men straks veel bomen terug- vindt die ook in de Hout kamp te vinden zijn. Alle maal inheemse bomen, wel zo'n zestien verschillende soorten. Daar heb je ook dé zwarte els, ofschoon in het laantje omtrent de Brunel kamp „hartvormige" elzen zijn geplant. Bomen planten op de Brunelkamp

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1978 | | pagina 5