U'
P'
■ol:
polio polio polio polio polio polio polio polio
olio polio polio polio polio j'olio polio
o polio polio polio polio polio polio pol
polio polio polio polio polio polio polio
polio polio polio polio polio polio polio
lio polio polio polio polio: polj o polio polio
io polio polio polio polio polio polio polio poli'
olio polio polio polio polio polio- polio polio po.
polio polio polio polio polio polio polio polio y
polio polio polio polio polio pclio polio polio j
olio polio polio polio polio polio polio polio po:
o polio polio polio polio polio polio pólio polio
polio polio polio polio polio polio polio polio p<
polio polio polio
lio polio polio
io polio polio
olio polio po
polio polio
polio polio
olio polio
o polio polio
polio polio
polio polio
lio polio pol
io polio po
olio polio
polio poli
polio poli
olio pol
o polio
polio polio
polio
lio
10
011
polio polio polio pi
polio polio pol:
polio polio poli'
o polio polio po.
lio polio polio v
lio polio polio j
lio polio po:
lio polio
lio jit
gevaar voor degenen die nog niet zijn ingeent ook
stukken kleiner".
Een belangrijk deel van het betoog van mr. Doek draait
vooral om dat feit. Ook in andere gebieden van
Nederland zijn er mensen die niet zijn ingeënt tegen
polio, maar het vaccinatie-percentage ligt daar op zo'n
niveau, dat kans op besmetting voor die mensen uiterst
klein is. In de gebieden„waar dit percentage lager ligt.
de Veluwe en op de Zeeuwse eilanden, zijn ook de
meeste besmettingsgevallen geconstateerd. Juist op die
gebieden zijn zijn voorstellen dan ook gericht.
Toch, als mr. Doek niet denkt aan ai te vergaande
justitiële maatregelen (gevangenisstraf), hoe wil hij dan
bereiken dat dat percentage van wel-gevaccineerden
in de „epidemie-haarden" wordt opgevijzeld. Mr. Doek:
„In mijn artikel heb ik het voorbeeld van de rhesus-baby
aangehaald, waarvan de ouders niet wilden dat er
bloedtransfusie op werd toegepast. Dat waren Jehovah's
Getuigen. Er is in dat geval bereikt dat de ouders tijdelijk
uit de ouderlijke macht werden ontzet door de Raad
van de Kinderbescherming, zodat die baby gered kon
worden. De periode dat die kinderen uit de ouderlijke
macht werden onttrokken, duurde slechts veertien
dagen. Daarna trok de Raad voor de Kinderbescherming
zich terug en konden de ouders de opvoeding weer
zelf ter hand nemen. Ze hadden daarna geen enkele
bemoeienis meer met de Raad, hoorden daar ook niets
meer van. Iets dergelijks zou ook moeten gebeuren
als er een vaccinatieplicht wordt ingesteld en de ouders
weigeren daaraan mee te werken", zo vindt mr. Doek.
Commissie
Overigens voelt de heer Doek ook wel iets voor de
instelling van een ad-hoc commissie, die zich binnen
de rechtbank uitsluitend bezig gaat houden met de
vaccinatie-problemen. Ouders die weigeren hun kinde
ren te laten inenten tegen polio kunnen daar hun
zaak voorleggen. Die commissie zal de ouders er dan
waarschijnlijk in alle gevallen op wijzen dat hun
beslissing niet gegrond is.
De Alkmaarse kinderrechter heeft na bekendmaking van
zijn plannen in het artikel in het maandblad Geestelijke
Volksgezondheid overigens verbazingwekkend weinig
reactie gehad. Vanuit het parlement is helemaal niet
gereageerd, hetgeen hij zeer betreurt. Wel kreeg hij
twee brieven van ouders, die hem trachtten duidelijk
te maken, dat ze het niet eens zijn met zijn voorstellen.
„De mensen beroepen zich op het feit, dat als hun
kind iets overkomt, dat de wil van God is. Maar ik
deel niet de mening van de briefschrijvers, waarin onder
meer wordt verwezen naar stukken uit de bijbel. Ik
ben zelf lid van de Gereformeerde Kerk en ga ook
naar die kerk. Maar mijn ideeën over de wil van God
verschillen blijkbaar wezenlijk van die van de ouders
waar wij nu over praten".
Gewone, mondelinge reacties heeft mr. Doek ook gehad.
Het heeft hem gesterkt in de overtuiging dat wat hij
wil de juiste manier is. Maar de maatregelen zullen
toch vanuit de overheid moeten komen. „Ik vind het
bedroevend dat het nog niet in politieke kringen is
overwogen. Natuurlijk zit daar ook een politieke angst
achter, het ligt enorm gevoelig. De ouderlijke macht
gebaseerd op een godsdienstovertuiging is blijkbaar
een nog groter taboe dan de ouderlijke macht op
zichzelf". Hij noemt enkele van de „andere" argumenten
die door de vaccinatie-weigeraars zijn aangevoerd tegen
vaccinatie. „De kinderen zouden uit de groep worden
gestoten als ze ingeënt worden. Of dat waar is weet
ik niet, maar zelfs dan staan de ouders voor de keus
hun kind het risico te laten lopen invalide te worden
of het kind te laten verstoten. Een lichamelijke handicap
voel je elke dag. De slachtoffers betreuren die beslissing
van hun ouders hun hele leven. Dan lijkt me die keus,
als die er al is, niet zo moeilijk te maken".
Haalbaarheid
Mr. Doek twijfelt niet aan de juridische haalbaarheid
van zijn voorstellen. Mocht iemand die na invoering
van een vaccinatieplicht, tegen inenting is zich beroe
pen op vrijheid van godsdienst bij de Europese
commissie van de rechten van de mens, de instantie
die zich bezighoudt met zaken die ontstaan als de
Europese verklaring van de rechten van de mens
geschonden wordt, dan is hij volgens mr. Doek
kansloos.
Hij verwijst daarbij naar het geval van de boer die
weigerde lid te worden van een gezondheidsdienst, op
godsdienstige gronden. Er heerste tuberculose onder
zijn vee. De man werd verplicht lid te worden van
de gezondheidsdienst en ging daarom in beroep bij
de Europese commissie van de rechten van de mens.
Hij kreeg nul op rekest, omdat hier de gezondheid
in het geding was. In de Europese verklaring van de
rechten van de mens, het verdrag van Rome, staat
niet nader gespecificeerd of die gezondheid nu mens
of dier betreft.
„Ik ben ervan overtuigd dat een polio-zaak hetzelfde
resultaat zal hebben. Je kan niet accepteren dat ouders,
uitsluitend om hun godsdienstige overtuiging, de volks
gezondheid in gevaar brengen. Ik hoop dat dat besef,
nog voor er een epidemie uitbreekt, ook bij de overheid
doordringt".
KOOS VAN WEES
dat ik heb meegemaakt
was een man die zei: we
hebben een baby
gekregen en help me er
morgenochtend
alsjeblieft- aan herinneren
dat ik het aan m'n
schoonouders vertel. Of
iemand die tegen me
zei: ik moét morgen dat
en dat vliegtuig halen,
maakt u me alsjeblieft
goed wakker. In zulke
gevallen praat ik wel
even met de mensen.
Meneer, zeg ik dan,
meneer bent u echt
wakker?" De voor de
hand liggende vraag is
of zij zich wel eens
verslapen heeft kan
mevrouw Hofkes naar
eer en geweten
beantwoorden. Het is.
vertelt ze, in het
verleden wel eens
voorgekomen. Dat zoiets
geen prettig gevoel geeft
voegt ze er ten
overvloede aan toe.
Toen de APC met de
familie Hofkes een paar
jaar terug van de
Amsterdamse binnenstad
naar'het zeer landelijke
Stroet bij St. Maarten
verhuisde kwamen er
wat problemen. Tot op
heden heeft de
Pordercentrale te maken
met lijnstoringen. Iets
rampzaligers is er voor
telefonische wekkers
uiteraard niet te
bedenken. „Er werd hier
laatst gegraven en dan
was de lijn gestoord. Dat
is verschrikkelijk, dan
kun je gewoon mensen
niet bereiken. Het komt
ook wel voor dat ik
gewoon Amsterdam niet
kan krijgen, afschuwelijk.
Maar ook dat nemen de
mensen meestal heel
lakoniek op.Over de
storingsdienst van de
PTT is ze bepaald
ontevreden. „Vroeger als
er iets was waren ze er
zo, nu moet ik wachten
en dat kan natuurlijk
helemaal niet."
Het zit er In dat die
zelfde PTT een
concurrent van de
Pordercentrale wordt.
Het Staatsbedrijf heeft
al proeven gestart met
telefonisch wekken, In
Engeland en Amerika Is
het sinds lang mogelijk
om je door de
telefoondienst uit de
slaap te laten rukken.
Contact met haar
abonnees heeft
mevrouw Hofkes
eigenlijk nooit, met
kerst komen er wel
eens wat kaarten van
hen maar daar houdt
het elgenlllk mee op. De
woorden die ze
's morgens zegt noden
doorgaans ook niet tot
een gesprek. Hoewel ze
laat weten dat ze na
het Goelemorgen met
de APC" altijd even
wacht. „En dan vind Ik
het altijd toch wel
lammer als zll geen
goelemorgen terug
zeggen."
Cy
otiel
'en geleden vroeg het
■fdag IC-Handelsblad zich af
"earaan de lezers zich
hun dagelijks leven
ergeren. De krant
maakte van de
nieuwsgierigheid een
prijsvraag en weldra
- boomden de irritaties
jege- binnen. De roddelende
i'lurvrouwhet knippen
nagels en het rissen
van rode besjes, de
fluitende melkboer en
ondepoep bleken heel
wat Nederlanders
Vevel, woedeaanvallen
korte boosheidjes te
bezorgen. De kroon
spande de wekker, het
geluld van deze
kken itelende klok zoals dat
ochtends vroèg zoete
dromen verscheurt. In
tientallen inzendingen
was dit instrument zij
het in verschillende
doordingen als grote
ergernis vermeld.
Ij Mevrouw Hofkes wekt.
ionder c, jawel, 't Is
toUs de vraag of ze
dor het bijhouden van
een moestuin en de
Inmaak van groenten
tijd zou vinden. De
^■Amsterdamse heeft
"el andere dingen aan
bear hoofd, Inderdaad:
wekken.
'e' idee is eigenlijk van
d man. Hij ging, toen
ZB nog in Amsterdam
"oondenaltijd met de.
,fam naar zijn werk en
moest daar vaak
en klachten van
"aden die zich hadden
aanhoren. Dat
was het begin van de
wek-centrale. Mevrouw
Hofkes: „We hadden
telefoon gekregen, in '62
is dat geweest. We
zeiden maar dan moeten
we ook iets met dat ding
doén, nou toén zijn we
de Amsterdamse Porder
Centrale begonnen." Ze
heeft er zelf plezier om,
vertelt met een zekere
ironie: „In het begin
wekten we dag en nacht,
zaterdag en zondag.
Moet je je voorstellen.
We woonden toen nog
ergens op een zolder.
We zetten een
advertentie in een krant
en hadden zo onze
abonnees. Een
brandweerman, geloof ik,
was onze eerste
abonnee.Dat wekken,
dag in dag uit, hebben
de porders overigens
niet zo lang vol
gehouden. „Dat was niet
te doen. Ik zette een
wekkertje, werd om het
half uur wakker, dat was
slopend. We hebben
toen al gauw die zondag
laten vallen en maakten
er een regel van dat we
pas na half vijf gingen
wekken. Dat hebben we
acht jaar volgehouden
en toen hebben we er
half zes van gemaakt en
vijf dagen in de week."
Aan die eerste jaren
denkt ze met een zekere
weemoed terug. Hoewel,
terugverlangen naar die
tijd doet ze zeker niet.
Lachend herinnert ze
polio polio polio
polio polio polio
io polio i^olio poli
polio polio polio r
o polio polio polio
polio polio polio
io polio polio poli
polio polio polio p
o polio polio polio
polio polio polio
polio
o polio pol iV» "fWfto
polio polio polio
io polio polio poli
polio polio polio i
o polio POlicBwii-O
polio poli^ipStli)
io polio polio poli
- lio PQiikf-PfilÉvP T
polio
oiio flCTio polio
i
0
i
o polio polio polio
polio poli|
o polio po!
polio polio polio p
o
i
gplio $gj$-o
lxo
polio polio polio
o polio polio poli
polio polio polio i
o polio polio polio
polio polio polio
'ene°! i0 POÜO polio pOÜ
polio polio polio p
polio polio polio
lio polio polio
pq3-"~ polio poli
polio
3.0
'Yla.0
IO
,>oli
io p
'O li o
olio
In Nederland zijn meer dan 350.000
mensen niet ingeënt tegen polio. Op
zich niet zo verontrustend, omdat
het merendeel van die 350.000 men
sen woont in gebieden waar het
besmettingsgevaar gering is. Een
ander deel echter woont in de „polio
haarden" van ons land, de Veluwe
en de Zeeuwse eilanden. Op die
gebieden richt de Alkmaarse kinder
rechter en lector mr. J. Doek zijn
voorstellen vaccinatie verplicht te
stellen en kinderbeschermingsmaat
regelen te treffen.
„Als je ziet dat er ouders zijn die hun kinderen weigeren
in te laten enten tegen polio en je bekijkt de gevolgen
die dat kan hebben, onder meer levenslange invaliditeit,
dan moet je objectief gezien toch tot de conclusie
komen dat de grenzen van het toelaatbare door die
ouders worden overschreden", aldus mr. J. Doek.
kinderrechter in Alkmaar en lector in het jeugdrecht
en jeugdbescherming aan de Universiteit van Amster
dam.
Mr. Doek kwam nog maar kortgeleden in de publiciteit
toen hij in het maandblad Geestelijke Volksgezondheid
pleitte voor een ingrijpen van justitie in gevallen waarin
ouders weigeren hun kinderen te laten inenten tegen
de gevreesde polio. Mr. Doek wees in het blad onder
meer op de universele en Europese verklaring van
de rechten van de mens, waarvan de laatste in
Nederland rechtstreeks van toepassing is, en waarin
zowel bepalingen staan vastgesteld ten aanzien van
de vrijheid van godsdienst als de volksgezondheid.
Mr. Doek is, hoewel hij dat in zijn werkkamer in het
gerechtsgebouw aan de Geestersingel in Alkmaar uitste
kend weet te verbergen, uiterst verontwaardigd over
de feiten zoals die er nu liggen. De laatste polio-epidemie
hegf&flieer dan honderd slachtoffers geëist. Ondanks
aÖKfcorzorgsmaatregelen van de overheid na de laatste
epjsBinie in Staphorst, enkele jaren geleden, brak er
in jHhi van dit jaar opnieuw een epidemie uit die ook
nog de euvele moed had zich yit te breiden naar het
Canadese vasteland. De meeste Nederlandse ouders
die weigerden hun kind te laten vaccineren bleven in
die houding volharden. Ze wilden niet meewerken aan
het programma dat de overheid na het uitbreken van
de epidemie had opgesteld. Suikerklontjes gedrenkt in
vaccin, het lijkt zo het voor de niet-weigeraar minst
ingrijpende middel in de „voorzienigheid Gods", werden
halsstarrig geweigerd. In een brief aan de voorzitter
van de Tweede Kamer schreef mevrouw Veder—Smit,
staatssecretaris van Volksgezondheid en milieuhygiëne:
„Niet anders dan met deernis zal, naar het zich laat
aanzien, het uitwoeden van de epidemie worden afge
wacht" en „Op grond van de beschikbare informatie
moet helaas geconcludeerd worden, dat te weinig door
de niet gevaccineerde leden van de bedoelde protestant
se groeperingen gebruik is gemaakt van de mogelijkheid
zich te laten inenten".
Verbaasd
De berusting die uit die woorden van de staatssecretaris
spreekt, kan mr. Doek maar moeilijk begrijpen. Hij
verbaast zich er ook over dat niemand vanuit het
parlement is ingesprongen op die door de staatssecreta
ris gesproken woorden. In zijn artikel in het maandblad
Geestelijke Volksgezondheid dringt hij ook aan op
Kamervragen, waarin ondermeer gevraagd zou moeten
worden of „de minister het gerechtvaardigd acht dat
ouders op grond van hun godsdienstige overtuiging
hun ouderlijke macht zodanig gebruiken dat hun
kinderen de zeer aanzienlijke kans lopen levenslang
invalide te worden". Bij een eventueel negatief antwoord
van de minister zouden de kamerleden volgens mr.
Doek moeten aandringen op hantering van de juridische
middelen die de minister ter beschikking staan.
Bedachtzaam, onderwijl een pijp stoppend, zegt mr.
Doek nu over dat ingrijpen van de overheid op wat
beschouwd wordt als een zuiver persoonlijke zaak,
een zaak van de ouders: „Het weigeren van ouders
een kind te laten vaccineren is geheel in strijd met
het recht van dat kind op een gezonde ontwikkeling.
Als ouders weigeren gebruik te maken van de toch
zo eenvoudige, preventieve middelen, die de overheid
ter beschikking stelt, en zo het risico lopen dat het
kind zijn hele leven gehandicapt door het leven moet
gaan, dan moet je als overheid ingrijpen. De discussie
met die ouders moet worden voortgezet, er moet
blijven worden getracht hen te overtuigen van de
noodzaak te laten vaccineren. Maar ais dat niet meer
helpt zul je andere middelen moeten hanteren. Daarbij
valt te denken aan een vaccinatieplicht en maatregelen
op het gebied van de kinderbescherming", aldus mr.
Doek.
Hij realiseert zich dat daartegen vanuit de groeperingen
die inenting weigeren onder het motief dat een eventuele
zich de jaren dat ze
ruim driehonderd
abonnees hadden. Drie
telefoons gebruikten ze
en bovendien namen ze
een compagnon in de
arm die de
porwerkzaamheden
enigszins verlichtte. Die
tijden van drie telefoons
en driehonderd te
wekken slapers zijn nu
al lang weer voorbij.
Vijftig klanten heeft
mevrouw Hofkes deze
maanden, ze verwacht
dat het in de donkere
wintermaanden een
flinke honderd zullen
zijn en weet zeker dat
het record-getal van
driehonderd nooit meer
gehaald zal worden. „We
zijn" zegt ze, „gewoon
veel duurder geworden.
Ja, moet je nagaan, we
wekten toen voor een
riks per maand. En dan
gingen we zelf nog
kwitanties lopen, 't Is op
het ogenblik vijfentwintig
gulden. En de
elektrische wekker hè.
Daardoor zijn er ook
veel af gegaan hoewel er
altijd mensen blijven die
door de telefoon gewekt
willen worden."
Tegenwoordig begint
mevrouw Hofkes'
werkdag dus om half
zes. Ze staat doorgaans
nog wat vroeger op om
de band van het
antwoordapparaat af te
luisteren. „Veel mensen
komen pas 's avonds
laat tot de ontdekking
„Met
de APC,
goedemorgen.
Bent u
echt
wakker?"
dat ze 's morgens
gewekt willen worden.
Ja, /e kunt je ook voor
een keertje laten porren
of gebruik maken van
een tlenporrenkaart. Die
boodschappen staan op
de band. En dat noteer
Ik dan voor half zes.
Het komt wel voor dat
er vijftig gesprekken op
staan, daar moet Ik dan
zeker een half uur voor
rekenen."
Het nummer draaien (de
APC wekt door het hele
land) en als de telefoon
vaak na lang bellen
wordt opgenomen
even de wek-zin
uitspreken: „Met de
APC, goedemorgen". Dat
is het werk dat mevrouw
Hofkes vervolgens heeft
te verrichten.
„Je weet zo
langzamerhand wel bij
welke mensen je lang
moet bellen en welke
meteen wakker zijn. Het
komt wel voor dat ik de
mensen niet wakker kan
krijgen en dat is
ontzettend vervelend.
Maar 't is net of de
mensen gemakkelijker
zijn geworden want dan
bel ik ze 's middags op
en dan zijn ze meestal
totaal niet
verontwaardigd. Ik wek
de meest uiteenlopende
mensen. Bakkers,
mensen die een vliegtuig
moeten halen, acteurs.
Er zijn ook mensen die
je vragen ze 's ochtends
aan iets té helpen
ziekte van hun kind valt onder „de wil van God" hevige
oppositie te verwachten valt. Aan de andere kant rekent
hij op het ontzag binnen deze groeperingen voor de
overheid, als „dienaresse Gods". Verplichtstelling van
inenting tegen polio zou betere resultaten hebben dan
de discussie, die nu door de overheid met kerkeleiders,
priesters en burgers wordt aangegaan.
De enige moeilijkheid daarbij vormt volgens mr. Doek
of ingrijpen in de rechten van de ouders op dit gebied
valt te rijmen met de vrijheid van godsdienst, zoals
dat onder meer is vastgelegd in het Verdrag van Rome,
ofwel de Europese verklaring van de rechten van de
mens.
Rechtvaardig
„ledereen heeft bepaalde rechten die zijn vastgelegd
in de Verklaring van de Rechten van de Mens. Het
recht op vrijheid van godsdienst behoort hier ook
toe. ledereen heeft het recht zijn godsdienst te belijden
en eventueel te onderwijzen. Maar er staat ook in
dat die vrijheid ingeperkt kan worden als de gezond
heid van de mensen in het geding is. En daar draait
het hier om. Daar kunnen we ons op beroepen. Een
godsdienstige overtuiging is natuurlijk geen rechtvaar
diging anderen invalide te laten worden", zo zegt de
heer Doek.
Over zijn plannen tot een inentingsplicht, die overigens
ook al na de epidemie in Staphorst werden besproken
binnen de Gezondheidsraad maar toen bleven liggen
tot de daaropvolgende epidemie dit jaar, zegt hij: „Het
gaat me er uitsluitend om een norm te stellen. We
zullen die mensen helaas moeten dwingen hun kinderen
te laten vaccineren als ze er zelf niet aan meewerken.
Daarbij zal er heus niet gedreigd worden met gevange
nisstraf en dat soort zaken. Maar als we eenmaal de
norm stellen dat vaccinatie verplicht is denk ik dat
er een hoger vaccinatiepercentage ontstaat in die
gebieden waar dat percentage nu nog erg laag ligt.
Daarbij denk ik vooral aan de Veluwe en aan de Zeeuwse
eilanden, waar het inentingspercentage onder de zestig
procent ligt. Stel dat dat percentage wordt opgetrokken
tot tachtig of negentig procent, dan is het besmettings-