jVerweer van Aantjes onjuist
ËeidóaQowumt
7im Aantjes stap voor stap omhoog in Nederlandse politiek
i/lgr. Zwartkruis: wijding gehuwden
ot priester niet overmorgen,
naar wel in het verschiet
DE JONG:
Ontluistering
Ander beeld van
kerken nodig om
gemengd-gehuwden
te bereiken
NENLAND
LEIDSE COURANT
^mnenl
DINSDAG 7 NOVEMBER 1978 PAGINA 9
onze parlementaire re-
HAAG Mr. W.
jtjes, voorzitter van
CD A-fractie in de
Kamer, is
^waarschijnlijk al
dan dertig jaar
iloos. Hij heeft
Nederlanderschap
foren toen hij in
dienstnam in de
krijgsmacht. Het
iveer van Aantjes
I hij zich in Ham-
vrijwillig heeft
neld om zo bij
igkeer in Nederland
de Westduitsers te
Inen ontsnappen, is
{list omdat hij na
^tneming een half
lang in een Neder-
kamp bij Hooge-
i als bewaker of als
kinistrateur heeft
(end. „Ik geef geen
voor de verklarin-
van Aantjes", zei
(vrij geëmotioneerde
IL. de Jong, direc-
van het Instituut
Oorlogsdocumen-
|e, gisteravond.
Jong maakte gisteren
|nd, dat Aantjes op 12 ok-
r 1944 is opgeroepen door
naanse SS, een SS-af-
van niet-Duitsers. Hij
zich hiervoor vrijwillig
toen hij, eveneens
in Duitsland te
s gesteld. Omdat
lij es weigerde, als SS-mili-
I gevechtshandelingen aan
front te verrichten, werd
werkgesteld in het straf-
Port Natal bij Assen.
;ns dr.De Jong staat het
Idat Aantjes in dit kamp,
(waar uit de Nederlandse
voor de Duitsers
werkzaamheden moesten
ichten (o.a. tankvallen)
als gevangene werkzaam
weest. Verklaringen van
ïvangenen hebben aan
J licht gebracht, dat Aan-
Jong (I) en zijn medewerker de heer A.J.van der Leeuw van het Rijksinstituut voor Oorlogsdocu
mentatie: belastende feiten
tjes in Port Natal een functio
naris van de kampleiding
was. „Hij behoorde dagelijks
tot degenen die ons appèl af
namen en bracht dan met de
Duitsers de Hitlergroet", al
dus een getuigenverklaring.
Gebleken is dat Aantjes sinds
1945 deze feiten tegenover ie
dereen, ook tegenover zijn
echtgenote, bewust heeft ver
zwegen.
De „zaak-Aantjes" is aan het
rollen gekomen op 26 oktober
j.l., toen dr.De Jong van de
Haagse advocaat mr.I.E.Hes
hoorde dat „in de wandelgan
gen van de Eerste Kamer ver
teld werd" dat Aantjes in de
oorlog lid zou zijn geweest
van een Duitse organisatie:
het Nationalsozialistische
Kraftfahrtkorps. Dr.De Jong
reageerde daarop met de
medededeling, dat hij nooit,
ook zelfs niet bij geruchte,
vernomen had dat er op Aan
tjes' gedrag tijdens de bezet
ting iets aan te merken viel.
Bij toeval echter hoorde een
dag later een medewerker
van dr.De Jong, de heer A.J-
.van der Leeuw, dat Aantjes
lid zou zijn geweest van de
Nationale jeugdstorm van de
NSB. Hij kreeg deze informa
tie vari de Amsterdamse ad
vocaat mr.H.P.J.Dolk, die met
Aantjes op de middelbare
school had gezeten. Mr.Dolk
zei toen tevens de stellige in
druk te hebben dat het in
hoge politieke kringen in Den
Haag geenszins onbekend was
dat er op het bezettingsverle
den van Aantjes enige smet
ten rustten.
Onmiddellijk na de medede
lingen van mr.Dolk zijn dr.De
Jong en de heer Van der
Leeuw in de archieven van
het Rijksinstituut voor Oor
logsdocumentatie gedoken.
Onderzoekingen in archieven
van de NSB en van de Land
storm Nederland leverden
echter niets op. Nieuwe on
derzoekingen en gesprekken
met verschillende personen le
verden daarentegen de vol
gende gegevens op:
-het is niet waarschijnlijk dat
Aantjes lid van de NSB is ge
weest, maar op de middelbare
school had hij in 1941 en 1942
wel verschillende malen blijk
gegeven van sympathieën
voor de Duitsers:
-In 1943, toen Aantjes in Dor
drecht bij de PTT werkte, is
hij vrijwillig naar Duitsland
gegaan voor de „Arbeitsein-
satz". Hij werd tewerkgesteld
in Mecklenburg;
-Ruim een jaar later, op 12
oktober 1944, is Aantjes vrij
willig in dienst getreden van
de SS. Vanuit Hamburg, waar
hij zich aangemeld had om in
Nederland voor de Waffen-SS
politiediensten te verrichten,
werd hij overgebracht naar
Hoogeveen, waar het wapen
depot lag van de Landstorm
Nederland. Omdat hij weiger
de als militair te velde te
trekken, werd hij tewerkges
teld in „Port Natal" bij As
sen;
-In 1945, toen Aantjes rechten
wilde gaan studeren, heeft hij
de zogeheten studentenzuive
ring (men moest om te mogen
studeren een verklaring on
dertekenen waarin stond, dat
men geen anti-Nederlandse
praktijken had uitgeoefend)
genoemde feiten verzwegen.
Alle hierboven genoemde fei
ten, deels gestaafd door aan
wezige documenten, zijn vori
ge week vrijdag door De
Jong en Van der Leeuw voor
gelegd aan premier Van Agt,
minister De Ruiter (Justitie)
en onderwijsminister Pais, on
der wiens verantwoordelijk
heid het instituut van dr.De
Jong valt. Ook voerden De
Jong en Van der Leeuw naar
aanleiding van hun vondsten
een twee uur durend gesprek
met de heer Aantjes. Over de
inhoud van dit gesprek wilde
dr.De Jong gisteren niets
meedelen. Wel viel uit zijn
woorden op te maken, dat
Aantjes niet met alle op
schrift gestelde beweringen en
gebeurtenissen akkoord was
gegaan.
Op aandrang van premier
Van Agt en de ministers De
Ruiter en Pais is het afgelo
pen weekeinde nog nader on
derzoek verricht naar de sta
tus die Aantjes in Port Natal
bezat, alsmede naar zijn op
vattingen over de Duitsers ge
durende de oorlog.
Ook ex-gevangenen uit Port
Natal hebben verklaard, dat
Aantjes herhaaldelijk blijk
heeft gegeven van pro-Duitse
opvattingen. Ten aanzien van
de status van Aantjes in het
Drentse strafkamp is inmid
dels komen vast te staan, dat
Aantjes daar geenszins een
gevangene, maar een functio
naris in Duitse dienst is ge
weest.
Zelden zal een mens in zo korte tijd zo ontluisterd
zijn, als mr.W. Aantjes, voorzitter van de CD A-Tweede
Kamerfractie. Een onderzoek van enkele dagen, bij toe
val begonnen, heeft uitgewezen, dat hij in de Tweede
Wereldoorlog lid is geweest van de Germaanse SS,
waarvoor hij zich in 1944 als vrijwilliger had gemeld.
De regering kent sinds gistermiddag de inhoud van het
rapport, dat de staf van het Rijksinstituut voor Oor
logsdocumentatie over deze verbijsterende affaire heeft
opgesteld. De voorzitter van de Tweede Kamer heeft
het eveneens en zal het parlement ervan in kennis moe
ten stellen.
De ARP, partij van Aanties, de CDA-fractie, waarvan
hij voorzitter is, het gehele parlement en politiek Ne
derland zijn diep geschokt, mede omdat Aantjes enkele
harde feiten nooit vermeld heeft, of zelfs er een onjuis
te voorstelling van heeft gegeven. Vele oorlogsslachtof
fers en oudverzetsmensen zijn verbitterd en verbijsterd,
omdat een man, over wie zulke feiten thans openbaar
geworden zijn, zulke belangrijke functies heeft kunnen
ekleden, ondanks het feit dat enkele van zijn collega's
van een deel van de feiten op de hoogte waren. De
vraag, hoe dit alles mogelijk is geweest, zal nader be
antwoord moeten worden.
ZlJN er verzachtende omstandigheden? Aantjes komt
van Bleskensgraaf en van de Gereformeerde Bond in
de Hervormde Kerk, van mensen die leefden in het
diep gewortelde besef dat men de overheid moet ge
hoorzamen, welke dan ook, zelfs de Duitse bezetter.
Oud-verzetsman Schakel, een fractiegenoot van Aantjes,
heeft gisteravond gewezen op de hersenspoelende in
vloed die daarvan op kerkleden is uitgegaan. Dat kan
Aantjes ertoe hebben bewogen in zijn ieugd de fouten
te maken, die hij zonder twijfel gemaakt heeft. Fouten
die zeer ernstig waren, hoewel bijvoorbeeld ook vast
staat dat Aantjes in het strafkamp voor spitters bij As
sen zich bepaald niet als een oorlogsmisdadiger, maar
menselijk heeft gedragen.
De gedachte echter, dat een politieke partij, een be
langrijke kamerfractie jarenlang geleid zijn door ie
mand, die waarschijnlijk zijn Nederlanderschap verlo
ren had door wat hij in de oorlog heeft gedaan, is
moeilijk te verwerken. Een oordeel uitspreken is niet
meer nodig. Want een zo vooraanstaand politicus, die
heeft verzwegen, wat thans bekend is geworden, heeft
zichzelf al geoordeeld en veroordeeld. Dit is niet meer
ongedaan te maken, ondanks de onbetwistbare naoor
logse politieke verdiensten van Aantjes.
De Nederlandse politiek, de arp en het cda zijn
door de ontluistering mede ernstig beschadigd. Het her
stel zal niet eenvoudig zijn.
ADVERTENTIE
PEPERZAK beheerst
Ontmoet onze kollekties
waardeer onze
REPAREREN - MODERNISEREN
en
'tvak!
e prijzen fl
:N II
(van onze parlementaire redactie)
)EN HAAG Het gebeurde vorige
treek in een van de vele gangen van
et Tweede Kamergebouw. Mr.Willem
tantjes, voorzitter van de fractie van
et CDA, spoedde zich naar een volgen-
e bespreking. „Ik hoop", zei een van
ïjn fractiegenoten, „dat hij het vol-
oudt. De laatste weken zijn fysiek zo
iwaar voor hem geweest dat we wel
voor zijn gezondheid vrezen. Hij
taat, als gevolg van allerlei gebeurte-
lissen in Kamer en fractie, onder een
laast onmenselijke druk. Als hij zou
lezwijken, wie zou hem moeten opvol-
en? Hij steekt met kop en schouders
loven de overige leden van de fractie
uit. Willem heeft een ontzettend groot
gezag opgebouwd".
De parlementariër die deze woorden
sprak kon niet vermoeden wat een paar
dagen later in de publiciteit kwam: een
zo forse opeenstapeling van belastende
feiten uit het leven van Willem Aantjes,
in de tweede wereldoorlog dat men wel
moet concluderen dat aan de glanzende
politieke carrière van Wim Aantjes een
eind gekomen is. Geschokt en vertwij
feld luisterden Aantjes' politieke vrien
den en tegenstanders maandagavond
naar de duidelijke en keiharde analyse
van propfessor Lou de Jong. Zelfs zijn
naaste vrienden kenden een aantal door
prof.De Jongs vermelde kerngegevens
niet. Ging het nu echt over Wim Aan
tjes, de eminente fractieleider, die zich
met al wat in hem is aan het aaneen
smeden van KVP, ARP en CHU wijd
de? De inspirator van velen, de man die
erin slaagde de bijbelse boodschap zich
tbaar te maken voor de samenleving
van vandaag en morgen? Hoe heeft
Wim Aantjes zo lang kunnen zwijgen
over een zaak die hem ongetwijfeld al
die jaren heeft achtervolgd?
ALBLASSERWAARD
Wim Aantjes werd 16 januari 1923 in
het dorp Bleskensgraaf in de Alblas-
serwaard geboren.
Na de oorlog studeerde Wim Aantjes
rechten in Utrecht In 1959 werd hij lid
van de AR Tweede Kamerfractie. In die
tijd stond Aantjes bekend als tamelijk
rechts; hij kreeg het nogal eens aan de
stok met de CNV-vleugel in de fractie.
Na de formatie van 1971, die het kabi
net-Biesheuvel opleverde, werd Aantjes
voorzitter van de AR-fractie.
MOEILIJK
Daarop volgde een van de moeilijkste
perioden in Aantjes' politieke carrière:
de kabinetsformatie 1972-1973. Biesheu
vel, opnieuw leider van de fractie, ver
liet na het toetreden van Boersma en
De Gaay Fortman tot het kabinet-Den
Uyl teleurgesteld de politiek en Aantjes
werd opnieuw voorzitter van de AR-
fractie. Hij verdedigde het ontstaan van
het kabinet-Den Uyl en maakte daar
door zeer zware maanden door omdat
de ARP „in het land" het niet kon ver
kroppen dat Biesheuvel door de politie
ke ontwikkelingen van begin 1973 „ver
drongen" was.
Bij de effectieve totstandkoming van het
CDA speelde Aantjes een opvallende
rol. Hij zei te vrezen voor een soort Ne
derlandse CDU en pleitte voor een
evangelische opstelling. Bij de kabinets
formatie van 1977 speelde Aantjes op
nieuw, als tweede man na Van Agt, een
belangrijke rol. Na fel gevochten te heb
ben voor samenwerking met PvdA en
D'66 berustte hij uiteindelijk in de tot
standkoming van het kabinet-Van Agt-
Wiegel.
Aantjes werd voorzitter van de 49 leden
tellende CDA-fractie en had het er niet
gemakkelijk mee. Juist in het afgelopen
weekeinde slaagde hij erin de altijd roe
rige ARP-top op één lijn te krijgen en
morgen (woensdag) zou onder zij leiding
een bezinningsvergadering van de CDA-
fractie - over het te voeren beleid - ge
houden worden. Wim Aantjes was zich
daarop al intensief aan het voorberei
den.
Zo ontwikkelde Aantjes zich tot een van
de belangrijkste Nederlandse politici,
met een centrale rol in het parlementai
re gebeuren. Politiek langzaam van
rechts naar links opgeschoven, maar
ook in staat de verschillende vleugels in
zijn fractie bijeen te houden.
EVERT MATHTES
|k ben ervan overtuigd, dat
5 wijding van gehuwden
it priester niet overmorgen
il gebeuren, maar wel in
it verschiet zit. Maar niet
'ij moeten daar mee begin-
Vooral uit de landen
aar de nood het grootst is
het verlangen naar wij-
van gehuwden groeit
idonesië, Brazilië, heel La-
ins-Amerika moeten de
irzoeken komen naar Rome,
Is de pastoraal daarmee ge
lat is en het in overleg ge-
eurt met de wereldkerk en
epaus."
gr. Zwartkruis, bisschop
an Haarlem, zei dit voor de
VRO-microfoon in een reac-
naar aanleiding van een
mmuniqué van de bis
hoppen over het gebeuren
het Landelijk Pastoraal
verleg, waar kardinaal Wil-
braiids een aanbeveling
'er het wijden van gehuw-
in tot priester als onaan-
aardbaar van de hand had
wezen.
de hele wereldkerk moe-
in we langzaam een gevoel
tijgen, dat we die richting
moeten, zo zei mgr.
wartkruis, die niet zo bang
was voor een negatieve reac
tie in het buitenland ten op
zichte van de Nederlandse
kerkprovincie. „Het moet
langzamerhand wel duidelijk
zijn, dat ook wij hier in Ne
derland niets willen buiten
de wereldkerk en buiten de
paus om."
Hij noemde het belangrijk
dat er mensen zijn, die aan
de bisschoppen doorgeven
wat er leeft. Dezen echter
weten wat ermee kan worden
gedaan of niet gedaan. De
beleidsvisie moet worden ge
combineerd met de praktijk,
dan wordt het acceptabel en
vruchtbaar. De techniek van
de vergadering moet worden
herzien. „Het moet doorgaan.
Ik zou het verschrikkelijk
vinden als het niet doorging,,,
aldus mgr. Zwartkruis.
Mgr. Simonis, bisschop van
Rotterdam, vond, dat de
kwestie van de vrouw in het
ambt een beetje en passant
in het overleg aan de orde is
gekomen.„Er is een verkla
ring gekomen van de congre
gatie voor de geloofsleer,
waarin de vrouw in het ambt
wordt afgewezen met een
mijns inziens zeer goede the
ologische argumentering. Ik
ben er zeker van, dat de
mensen, die hierover tijdens
het LPO hebben gestemd
voor verreweg het overgrote
deel op geen enkele manier
deze verklaring gelezen heb
ben", zo zei hij.
Wat betreft het gering aantal
roepingen vond hij, dat te
weinig wordt gedaan om jon
ge mensen weer op de gewel
dige waarde van deze navol
ging van Christus te wijzen,
de grote waarde van het on
gehuwd zijn om wille van
het koninkrijk der hemelen.
„Persoonlijk meen ik, dat we
daar alles op moeten
gooien", aldus mgr. Simonis,
die hierbij wees op het feit,
dat het bisdom Rotterdam
momenteel al een twintig
kandidaten heeft, die zich op
het celibatair priesterschap
voorbereiden. Vier tot vijf
jaar geleden maar vier.
Bij de organisatie van het
LPO zette hij grote vraagte
kens: „Je kunt onmogelijk
zo'n stel heel belangrijke mo
ties zo maar op tafel leggen
en er zo maar eventjes over
laten stemmen". Ook over de
representativiteit van het
LPO had hij zijn vragen
„Als er bepaalde delegaties
van bisdommen en bloc voor
de omstreden punten hun
stem uitbrengen, dan is het
duidelijk, dat dit geen goede
weerspiegeling is van wat er
onder het kerkvolk leeft".
Hij vroeg zich ook af of er
in het LPO geen mensen die
nen te zitten, die uiteindelijk
na het uitwisselen van alle
argumenten voor en tegen
zich bij het leergezag van de
kerk neerleggen. „Ik wil dat
niet zomaar meteen uitma
ken, maar dergelijke vragen
zullen wel aan de orde moe
ten komen wil het LPO op
de een of andere manier in
de toekomst voortgang kun
nen vinden".
Hij zei tenslotte, dat het Lan
delijk Pastoraal Overleg he
laas niet leeft bij het zoge
naamde grondvlak. „Deze
dingen dreigen gauw een
enigszins zelfstandig bestaan
te gaan leiden. Zo gauw je
mensen betrekt in het be
leidsvlak van de kerk, ook al
is het adviserend beleid,
komt het toch al gauw los
van de basis te staan en
wordt het een. verzelfstandigd
lichaam.
Wat het communiqué van de
bisschoppen betreft (zie ons
blad van gisteren) overheerst
de mening, dat zij een vrij
positief geluid hebben laten
horen. Het LPO gaat door,
wanneer de procedure is bij
gesteld door alle betrokkenen
samen.
In de directe omgeving van
de bisschoppenconferentie
wordt verwacht, dat de bis
schoppen in hun studie alle
elf aanbevelingen zullen be
trekken, inbegrepen de aan
beveling over de gehuwde
priester. Verwacht wordt, dat
kardinaal Willebrands, die
deze week in Rome is voor
de jaarvergadering van het
secretariaat voor de eenheid,
zeker met de paus zal spre
ken over de aanbevelingen
van Noordwijkerhout.
Verwacht wordt, dat de bis
schoppen zich bij de voorbe
reiding en tijdens het LPO
zich minder afzijdig zullen
houden. Voortaan zullen twee
bisschoppen weer de verga
deringen van de agendacom
missie bijwonen. Over de da
tum van de volgende
bijeenkomst van het LPO
moet nog worden beslist. Op
de agenda zal dan het onder
werp „katechese,, staan.
Als de kerken zelf niet meewerken en ge
loofwaardiger worden in hun praktisch
handelen, zodat een oecumenisch pastoraat
kan groeien, dan blijft ook de oecumeni
sche katechese voor gemengd-gehuwden in
de lucht hangen.
Dat was een van de tendensen, die kon
worden gesignaleerd tijdens een studiedag
die de St.-Willibrordvereniging, adviesorgaan
en servicecentrum voor oecumene, in Den
Bosch had belegd, mede met het oog op
Willibrordzondag, die in de rooms-katholieke
kerken op 12 november wordt gevierd. Dan
zal ook gecollecteerd worden voor het werk
van de vereniging en van de Raad van Ker
ken in Nederland.
Dr. G. Dingemans, secretaris van de Her
vormde Raad voor de Katechese en pastor
B. Vredebregt, rooms-katholiek studenten
pastor aan de Erasmusuniversiteit in Rotter
dam droegen in inleidingen stof aan voor de
discussie.
De eerste deed dit in zijn kwaliteit van
voorzitter van een werkgroep van zes des
kundigen uit verschillende kerken, gevormd
om het „oecumenisch dooprapport" van de
Raad van Kerken bespreekbaar en bruik
baar te maken voor oecumenisch doopon-
derricht.
Hij zag daarin een goed motivatiepunt voor
oecumenische katechese aan gemengd-ge
huwden, omdat dezen de knelling van de
verdeeldheid van de kerken vooral heel
sterk zullen beleven rondom de doop van
hun kinderen.
In de werkgroep, een „samenspraak tussen
zes heren (zelfs zes theologen)", zo deelde
ds. Dingemans mede, is nu een ontwerp ge
maakt voor een doopkatechese met voorstel
len en suggesties. Voordat de werkgroep
haar materiaal zal aanbieden zal het worden
getoetst door een aantal gemengd-gehuwden,
die hun kinderen willen laten dopen of zelf
gedoopt willen worden.
We hebben geprobeerd om een weggetje
Xe wijzen, waarop gemengd-gehuwden wat
uit de impasse kunnen komen van het bis
sen twee kerken inzitten", aldus ds. Dinge
mans, die hoopvol besloot met te zeggen,
dat misschien de gemèngd-gehuwden dan
nog wel eens de voorhoede van de oecume
ne worden.
Maar voorlopig moest de andere inleider,
studentenpastor Vredebregt, vaststellen, dat
weliswaar vele gemengd-gehuwden hun hu
welijk in de kerken laten inzegenen - al
wordt hun aantal minder - maar dat zij ver
der weg blijven, omdat de kerken, achteraf
beschouwd, toch vreemdelingen zijn geble
ven.
Op hun vragen van persoonlijke, zowel als
van maatschappelijk-politieke aard vinden
ze bij de kerken geen goede strategieën
voor een antwoord. Ze bemerken niet, dat
de kerken met hun vragen bezig zijn. Pastor
Vredebregt pleitte, onder zekere voorwaar
den, voor een ervaringskatechese en achtte
het vooral noodzakelijk, dat de plaatselijke
kerken, waarvan hij het meeste heil ver
wachtte, een ander imago gaan krijgen.
Het gevaar is op het ogenblik groot, aldus
pastor Vredebregt, dat door gebrek aan
voorgangers en het kleiner worden van de
groep, de plaatselijke kerken zich steeds
meer gaan terugtrekken op het hoogkerkelij
ke werk ten behoeve van de eigen kleine
hoogkerkelijke groep. Daardoor komt er
binnen deze kerken steeds minder ruimte
voor vreemdelingen als gemengd-gehuwden.
Als we niet gaan werken aan een ander
beeld van de plaatselijke kerken hebben al
onze goede bedoelingen rondom doop en hu
welijksinzegening bij gemengd-gehuwden
weinig te betekenen, zo zei pastor Vrede
bregt