Bekroond met goud en zilver Kinder Boeken Week begint woensdag IndeJordaan is Nederlands enige kinderboeken winkel te vinden Hoe lang is het geleden, dat boeken als „Schoolidylle", „De AFC-ers", „Roeland Westwouf'en „De scheepsjongens van Bontekoe" voor het eerst in handen van kinderen vielen? Enkele tientallen jaren. Een gouden tijd, waarin mannen de jongensboeken schreven en vrouwen die voor meisjes. J.B. Schuil, Joh. Kievit, Been en Fabricius voor de jongens, Cissy van Marxveldt, Diet Kramer en Top Naeff voor de meisjes en alles was eerlijk verdeeld. Sindsdien heeft het kinder- en jeugdboek zich tot volwassen geëmancipeerd. Maar men kan zich thans afvragen, waar het lekkere jongensboek van des tijds is gebleven, om tegelijkertijd te constateren, dat het vakvrouwschap danig vorm heeft gekregen. Loze kreet? Nee. Alle griffels, zilver en goud zijn dit jaar naar schrijfsters gegaan. Er komt niet één man aan te pas. Voor een globaal overzicht: een jaar of tien geleden ontdekten verscheidene auteurs gelijktijdig, dat er zo weinig boeken wa ren voor de oudere jeugd. Deze groep wilde niet tot de kinde ren worden gerekend, maar volwassen waren ze evenmin. Een moeilijk bereikbare groep ook; ze lazen wel Woutertje Pieterse en de Camera Obscura (invloed school) of boeken, die „min der geschikt" werden geacht. Als één man stortten de auteurs zich toen op deze arme vergeten groep. Jeugdproblemen wer den uiteengerafeld en in begrijpelijke termen te boek gesteld. Het begrip oudere jeugd was immers synoniem voor probleem. „Gooi ze de ogen open", riepen schrijvers, „of ze willen of niet". Tot iemand bitter liet optekenen: „Komt, laat ons peda- goochelen, het kind zij ons ten prooi". Onderwijs en biblio theek keken elkaar begrijpend in de ogen en waren het roe rend eens: het kind moet léren. Het leven is geen lolletje en het moet zijn afgelopen met het gezellige leesvoer met al dat onwaarschijnlijke. Taboes werden met scherpe pen doorbro ken: een boek zonder echtscheiding was hopeloos ouderwets, homofilie, derde wereld en eenzaamheid werden nauwkeurig uitgelegd en de oudere jeugd begreep plotseling wat de boze wereld met hen voor had. Veronderstelde men. Welnee. De bestverkochte boeken zijn nog steeds de vlot en meestal niet zo best geschreven boeken, waarin het avontuur centraal staat, met een gezellige pan boerenkool met worst en warme voetjes aan het einde. Al is van enige bestendiging langzamerhand wel sprake. „Het"kinderboek bestaat in feite al niet meer; er zijn jeugdboeken' voor in de plaats gekomen, met duidelijkere leeftijdsgrenzen dan voorheen. 'Hoewel anderen weer fel tegen die leeftijdsaanduiding zijn, zoals de schrijfster Tonke Dragt, die knorrig opmerkte, toen zij de Staatsprijs kreeg voor haar hele oeuvre: „Er zijn toch ook geen boeken voor lezers van 70 tot 75 jaar". Maar zij vergiste zich. Gedeeltelijk. De uitgevers zijn zich ervan bewust uit te geven voor leeftijdsgroepen, al gaan zij daarin bedenkelijk ver. Hun aanduidingen kunnen in de prak tijk - boekhandel, kopende grootmoeder - best handig zijn en gedeeltelijk waar: wat een achtjarig kind leuk vindt, kan voor een twaalfjarige stomvervelend zijn. Al blijft het vastpinnen per leeftijd een hachelijke zaak, omdat geestelijk gesproken geen tienjarige gelijk is aan een andere tienjarige. Naarmate het kind ouder wordt, krijgt Tonke Dragt steeds harder gelijk en zou de uitgever kunnen volstaan met een aanduiding - als die er tóch moet komen: veertien jaar en ouder. Want er verschijnen de laatste jaren steeds meer boeken die voor de jeugd zouden zijn geschreven, maar op een plank voor volwas senen niet zouden misstaan. In de praktijk merken de biblio- thekarissen dat en schaffen zij zich sommige titels dubbel aan, voor de jeugd en voor de volwassene. Vaak leerzame boeken, met een al dan niet diep weggestopt probleem. En onderhand blijft de stroom lekkere boeken ver schijnen, die nooit in de prijzen zullen vallen, maar altijd in de uitlening zijn. Waarbij men zich vaag werk herinnert als Roeland Westwout van Diet Kramer, het onbekommerde, lek kere en toch goede boek. Maar misschien komt dit genre later wel weer, als de jeugdboekenschrijvers (schrijfsters) alle pro blemen werkelijk hebben gehad en men zich opnieuw een vergeten groep realiseert: de gezelligheidslezers. Maar die zijn nog niet aan de beurt, die moeten eerst doorleren. Zeggen de mama's, die dit jaar gezamenlijk in de prijzen zijn gevallen en bij een gezellig potje thee eikaars verdiend gewonnen griffels bewonderen. F. J. BROMBERG een paar van. Maar dat zijn dan boeken die niettemin goed zijn. En je moet er ten minste iets van hebben. En als men dat met alle geweld wil, kunnen we natuurlijk be stellen". Nivard rekent het aantal ti tels uit, dat hij in voorraad heeft: een moeizame bereke ning. „Vorig jaar hadden we 2800 titels en daar zijn er zo'n duizend bij gekomen. We slaan in wat we goed vinden. De meeste titels lezen we eerst en anders vertrou wen we op de soort uitgever die geen rommel in zijn fonds heeft. Of we horen van anderen, dat een bepaald boek zo goed is. Dan nemen we het ook". Maar wat is goed... Nivard: „Veel kinderen vragen om een boek dat grappig en spannend is en dan bedoelen ze een dramatisch boek. Een beetje droevig, dat willen ze. Fraai voorbeeld is een boek van Laura Fitinghoff, „De/ kinderen van de grote fjeld"; prachtig vinden ze dat. Maar wat ik niet goed vind, zij^i ren die gewoon niet kunnen. Die heb ik dus niet". Wel heeft Nivard werk van Enid Blyton en alles wat be kroond werd en wordt. „Maar", constateert hij, „be kroning beinvloedt de ver koopbaarheid niet. Een goed verkocht boek wordt na be kroning niet méér verkocht en een boek dat weinig werd verkocht en bekroond wordt, vliegt niet plotseling de deur uit. Er blijft weinig vraag naar". Maar Nivard houdt zich niet zo bezig met de vraag of iets veel of weinig wordt ver kocht. Gedeeltelijk omdat hij dit idealisme nastreeft: „Ik probeer kinderen goede boe- ,ken te laten lezen en als ze via een hele stapel Pinkeltjes bij Guus Kuyer terecht ko men, ben ik echt blij voor ze. Helemaal, als ze vragen of daar óók dertig deeltjes van zijn... Overigens doet de prijs er weinig toe. Het is natuur lijk waar, dat in verhouding meer Pinkeltjes worden ver kocht. Maar tegen twee Pin keltjes staat wat prijs betreft één Kuyer. Dus...". Onder het motto „Stad en land" wordt van II t/m 21 oktober de Kinderboekenweek gehouden. „De eerste twee jaren van de kinderboekenwinkel wa ren moeilijk, maar nu gaat het echt heel goed. Zeker nu de kinderboekenweek voor de deur staat. Als de deur dan 's morgens om tien uur open gaat, stroomt de win kel vol en het blijft vol tot sluitingstijd om zes uur. Vo rig jaar draaide de winkel zonder verlies en dit jaar kunnen we aan uitbreiding denken". Aldus de 33-jarige Guillaume Nivard, die drie jaar geleden wegging bij eèn modern antiquariaat om voor zichzelf te beginnen: een eigen boekwinkel, maar dan alleen met kinderboe ken. Waarom kinderboeken?. Guillaume: „Wie nu in een gewone boekwinkel staat, heeft geen overzicht meer. Dat moet voor die mensen helemaal niet leuk zijn. Je kunt onmogelijk alles lezen. Daarom wilde ik specialise ren, om een overzicht te heb ben van wat ik verkoop. Met kinderboeken gaat het nog, al wordt het langzamerhand moPiliiU pn loTor. in'n vrouw, en ik en nog een meisje erg veel. We willen gewoon geen onzin verkopen, ook letterlijk niet". De kinderboekenwinkel van Guillaume en zijn vrouw Rie tje heet gewoon: „De kinder boekenwinkel". De zaak is te vinden in de Eerste Bloemd- warsstraat op nummer 23 in het hartje van de Amster damse Jordaan. Guillaume: „Het gaat ook goed met de winkel, omdat Amsterdam zo'n groot afzetgebied heeft. Ik bedoel, dat de Amster dammers ons nu wel weten te vinden. Maar ook de men sen van buiten Amsterdam, die de Jordaan willen zien en dan vanzelf langs komen. Daarbij komt, dat wij de eni ge kinderboekenwinkel van Nederland hebben". Het kinderboek is in vrijwel alle boekwinkels een wees kind, dat in de meeste geval len ook nog in de hoek staat. Onderwijs en bibliotheek doen er alles aan om het kind via het boek mondig te maken, maar zakelijk lijken daar haken en ogen aan vast Nivard begint daar anders over te denken. „Het eerste jaar was om echt moedeloos van te worden, al waren we op het ergste voorbereid. Ge lukkig hadden Rietje en ik hiernaast een koffieshop, waardoor we het in het be gin konden uitzingen". In de Amsterdamse Jordaan lukt het. En in andere (grote) steden? Nivard heeft zijn bedenkin gen. „Specialiseren is toch al moeilijk. Maar in Den Haag zou het mogelijk moeten zijn. En in steden als Nijmegen, Utrecht, Groningen mis schien, waar universiteiten zijn of waar het culturele kli maat erg gunstig is". Nederlands Bij Guillaume Nivard en zijn vrouw Rietje zijn alleen Ne derlandse kinderboeken te vinden, keurig gerangschikt naar soort en leeftijd. Ni vard: „Maar alleen boeken die in onze ogen goed zijn. Niet van die pocketseries die je ook bij de slager kunt vin- Hpti Al hphbpn .i-"- Guillaume en Rietje Nivard, eigenaars van de enige kinderboekenwinkel in Nederland, te vinden in de Amsterdamse Jordaan. Gouden Griffel voor de leeftijd tot 6 jaar Wide Wiele Stap (Miep Diekmann en The Tjong Khing, Querido, prijs 5,50.) Vriendelijk boekje voor de kleinsten, waarin tekeninge woorden één geheel vormen. Tal van geringe met oorzaak en gevolg, worden speels uitgebeeld. Voor de leeftijd 9 tot 13 jaar De kinderen van het achtste woud (Els Pelgrom, uitg. mos, prijs 24,90.) Een boerengezin neemt in oorlogstijd vluchtelingen gegevens leveren een goede sfeer op, maar van een duidel 112 verhaal is geen sprake. Karakters komen er nogal van af, joden hebben te clichématige namen, zoals dit vol zit met cliché's. Wel prettig om (voor) te lezen. Zilveren Griffel voor de leeftijd tot 6 jaar Ze lopen gewoon met me mee (Margaret Mahy, uitg. Lemniscaat, prijs 14,50) ZelopCrt Schitterend stout prentenboek over een jongen die nijlpaar- gCWOOfl met den achter zich aan krijgt en later... Dat legt tekenaar Ste ven Kellogg haarfijn uit; zijn gevoel voor humor sluit bij zonder goed aan bij dat van Margaret. Omslag van het schitterende prentenboekje „Ze lopen ge woon met me mee". Borre en de nachtzwarte kat (Jenny Wagner, uitg. prijs 12,50) Een prentenboekje voor de kleinsten met dubbele bodem: ouderwets-lieve prenten geven een drama weer, waarin een gezellige hond op ongezellig een kat uit huis wil houden. De tekeningen van Ron passen goed in deze kleine, milde vertelling die jonge zonder opdringerigheid te denken zet over egoïsme. Voor de leeftijd 6 tot 9 jaar Hoe de heks ezeltje Alf te pakken kreeg (Cora Annett, Lotus, prijs 10,80) Grappige tekeningen bij een grappig - soms verdrietig - v haaltje over een ezeltje dat zich verwaarloosd voelt, maar tot de ontdekking komt dat het heus wel wordt gewaarde net als alle andere dieren. Voor de leeftijd 9 tot 13 jaar De dag van de Geitenman (Betsy Byars, uitg. Kosmos, 14,90) Bijzonder geestige vertelling over een oude man, die zijn je wil beschermen tegen afbraak. Hoofdpersonen zijn drie deren, die een verklaring voor alles geven, voornamelijk de ogen van een dikke jongen die er nooit overheen dat hij vroeger niet het extra nijlpaard mocht zijn en problemen zit die met bittere humor worden uitgebeend. De Diddakoi (Rumer Godden, uitg. Hollandia, prijs Opvallend goed verhaal over een weerbarstig meisje met aanpassingsmoeilijkheden. De voortreffelijke ling van Charlotte van Gelder zorgt voor een glimlach bij regel en soms een grimlach. Voor alle leeftijden, dit boek Kizzy, die haar tranen bijna altijd woedend de baas is. Voorde leeftijd 13 jaar en ouder De gouden daken van Lhasa (Frederica de Cesco, uitg. pold, prijs 28,50) Na een wat stoffig begin over de eerste dertig bladzijden erg boeiend verhaal over Tibet, gezien door de ogen van vriendinnen, van wie één 'n Tibetaanse. Geen gemakkei boek, waarin spannende gebeurtenissen wel voor vaart zorg als het verhaal eenmaal loopt. Neigt naar het klassieke me jesboek. ad Het heksenkind (Helen Griffiths, uitg. Westfriesland, prijs ez< 16,90) In 1540 komt een eenzaam en zeer zwijgzaam meisje een do n binnenwandelen. Ze lijkt ouderloos en wordt opgenomen do een kinderloos boerenechtpaar. Het kind doet vreemd wordt gewantrouwd, zeker wanneer vluchtelingen verhal en: rondstrooien over hekserij: dat kind is ook behekst. Het ta gebruik in dit boek is opvallend clichématig, het verhaal hi rer boeiend. Jonge lezers hebben een verklaring voor vreemd drag gekregen: het ouderloze kind is autistisch. Overigens 1 men in dit boek te veel te moeilijke woorden voor. Een toren tegen de Romeinen (Mollie Hunter, uitg. Hollai prijs 18,90) Resten van torens, deel uitmakend van een verdedigingsln jjf van Schotten tegen Romeinen, brachten Mollie Hunter tot 1 schrijven van een historisch boek voor de jeugd. Spanni van begin tot einde, zoals het destijds geweest zou kunnittl zijn. Jammer dat de schrijfster tevoren verklapt, alles verzo nen te hebben. Zij lijkt echter bijzonder goed gedocumenteerd. fd< ek De]

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1978 | | pagina 18