Mercurius kwaad over heersende misstanden Ellende achter uniform en koppelriem van de nachtwaker GRONINGEN Het vrolijke potje jat Koot en De Bie er op de zon- jagavonden bij de VPRO van gouwen, heeft weinig uitstaande met de werkelijkheid van het feno- neen bewakingsdienst. Noch blijkt iet beeld te kloppen van een for- nidabel apparaat, een potige ko- onne in de marge van onze demo cratische rechtsorde, gelijk sommige alarmerende reportages n de media wel eens willen doen reloven. Ronduit vals tenslotte is het imago van „hoogwaardig personeel; jonge, energieke mannen, gerecruteerd uit de gelederen van politie, mare chaussee of korps mariniers", waarmee de veiligheidsfirma's schermen bij het verkopen van hun diensten. De waarheid moet luiden dat het om mensen gaat die maanden, misschien zelfs jaren, te weinig slaap hebben gehad, hun werk eigenlijk niet zien zitten, zichzelf onveilig voelen, er nauwe lijks nog tegenop kunnen. Mensen veelal, die zijn weggesaneerd uit de landbouw, de textiel of de bin nenvaart. Een groep die klem zit en zonder opleiding, zonder be hoorlijke instructies, zonder fat soenlijke arbeidsvoorwaarden aan de leeuwen wordt geoffreerd want je zult maar een knuppel in je nek krijgen. Drs. Hans Broek huis: „Het is me overkomen dat bewakers me laat in de avond op belden, omdat ze op het punt ston den zacht gezegd impulsieve dingen te doen; dingen die ik ze uit het hoofd moest praten". Hans Martens van de bond Mercurius: „Ik ken een bewakingsdienst waar vijftig procent van het personeel ziek is". Jroekhuis is andragoloog (zeg maar: menskundige) aan Ie universiteit van Groningen en heeft als zodanig on- ;erzoek verricht naar de omstandigheden waaronder be- 'akings- en beveiligingsmensen moeten werken. Hij éed dit in Groningen en Friesland en nam slechts één ewakingsdienst op de korrel, hetgeen een beperking nag heten. Hij staat echter achter de wetenschappelijk- ieid van het rapport dat zijn thematiekgroep heeft uit- [ebracht. En Martens van Mercurius durft hard te ma- ;en dat de bevindingen in Groningen en Friesland voor iet hele land gelden, voor het overgrote deel van de lewakingsdiensten, ook voor die diensten, welke de laat- te jaren als paddestoelen uit dé kweekbodem van roeiende onveiligheid zijn opgeschoten. ,Onze bond neemt het probleem zo ernstig, dat er «juist een speciale werkgroep Bewakingsdiensten is op- :ht. We maken ons verschrikkelijk kwaad over de eersende wantoestanden en gaan fikse eisen op tafel ggen". !en landelijke affaire dus, waarbij we praten over naar chatting 12.000 werknemers in dienst van particuliere leveiligingsbedrijven, een tiental grote en een onbekend iantal kleine. edrijfsdiensten vallen uiteraard buiten dit ader; die draaien gewoon mee in het totale ersoneelsbeleid). Jonge, energieke mensen iet hoogwaardige kwaliteiten! lans Broekhuis schetst een ander por- et. „Ik heb ten behoeve van dit inter- iew even nagelopen wat ze vroeger de len. Hier is het lijstje: automonteur, eeman, rietdekker, textielarbeider, schip- er, bakker, kok, landbouwer, winkelbe- iende, vertegenwoordiger. Dus bepaald een mensen bij wie het bewaken in het loed zit. Geen gewezen politiemannen of larechaussees, zoals de reclamefolders an de bewakingsdiensten beloven". Dat zou trouwens niet eens kunnen, ant die zouden te veel moeten verdie- en. De mensen over wie we praten, oen het uit nood, omdat ze geen werk ebben en moeilijk plaatsbaar zijn. De emiddelde leeftijd ligt eerder rond en oven de veertig dan eronder. Het zijn e wat oudere werknemers. Ze hebben aak al twintig keer voor niets op een dvertentie geschreven. Ze zijn bhj ver ast als zo'n bewakingsdienst meteen op un sollicitatie ingaat. Ze zien de unifor- len en de portofoons en ze denken: ou, dat zal wel een goed bedrijf zijn". to scholing „Wat gebeurt er vervolgens? Na een kort gesprekje en tien kniebuigingen bij wijze van medische keuring worden ze aange nomen. Ze kunnen al diezelfde middag beginnen. Geen scholing, geen training, een instructie...niets! Pet op en je ziet aar". )e ondervraagden hebben volledig en an harte meegewerkt aan het onderzoek an Broekhuis en zijn thematiekgroep. e hebben het eindrapport gezien en de aangegrepen om bepaalde conclu- nog bij te scherpen. Ze willen be vist, dat de bevindingen in de open- aarheid komen en nemen de nadelige Rolgen ervan (ondernemingen die zeg- m: nou, dan maar liever niet in zee et een bewakingsdienst) op de koop >e. roekhuis en Martens in koor: „Het zijn ensen die met de rug tegen de muur aïm. Slechter dan ze het hebben, kan et. Daarom durven ze in de aanval te fietdócSoutunt „Ze slapen met de fles op het nachtkastje" huis apart: „Dat is een van de Ikbaarste ervaringen tijdens' ons on- zoek geweest. Je kreeg te maken met pdividualisten, met boeren, met schip- ps. Heel slecht georganiseerd. Kenden vakbond nauwelijks. Op onze eerste tgadering zaten mensen die al jaren ij een bewakingsdienst werkten en el- Ij&r alleen kenden van de mobilofoon. Ij kwamen nooit van het object, dat ze ledigden, af en ze kwamen nooit op ander object Je liep tegen een rm stuk vervreemding aan. Dat is k zij ons onderzoek doorbroken". ipeloosheid Iet beeld van de body-builder met een sduchte karateklap achter de elleboog, hiermee danig aangevreten. Broekhuis .J» Martens onttakelen het verder. Perso- eelsleden van particuliere bewakings- iensten lijden aan spijsverteringspro- ilemen en hebbep last van slapeloosheid. Ht laatste doet ze naar alcohol en pillen rijpen. Broekhuis: „Ze slapen met de es op het nachtkastje". Ze ondervinden üciale moeilijkheden, omdat ze zijn af sloten van het normale leven; ze wer en immers altijd op dagen en tijden dat e rest van de mensheid vrij heeft. Ze jn het slachtoffer van vervreemding op e arbeidsplaats. Hun werk, vaak in Uisternis en eenzaamheid verricht, is eestdodend. En als ze dan eens onraad espeuren, kunnen en mogen ze'niets an- ers doen dan de politie bellen. Hun arbeid Puur passief. ij de door Broekhuis doorgelichte be- akingsdienst draait het personeel „de 'echtste ploegendienst, die je je kunt oorstellen". Met drie ploegen per object ioeten alle avonden, nachten, weekends feestdagen worden opgevuld, hetgeen herkomt op een 42-urige werkweek, of- twee uur langer dan normaal. Bo- todien is het ritme zeer onregelmatig. liensten van twaalf uur ïhtens het geldende rooster is een PETOP EN JE ZIET MAAR..., bewaker nooit een weekend echt hele maal vrij en heeft hij in de eerste week van elke cyclus geen enkele vrije dag. Het grootste knelpunt blijken de diensten van 12 uur die men periodiek moet draaien. Broekhuis: "Als die dan ook nog vallen in de weekends of op feestda gen, kun je in feite spreken van een on menselijke toestand". Er volgt een wetenschappelijk betoog over de verstoring van het slaap-waak- ritme dat bij ploegendiensten optreedt. En over de schadelijke gevolgen daarvan voor lichaam en geest. Een goede samen vatting vormen de woorden van dokter H. Zuidema, adjunct-directeur van de medische dienst van Philips, onlangs op een bedrijfsgeneeskundig congres uitge sproken. "Voor mensen die 's nachts werken, betekent de verstoring van het natuurlijke dag- en nachtritme een extra belasting. De jongste wetenschappelijke inzichten halen een streep door de opvat ting dat het omdraaien van het dag- en nachtritme een kwestie is van wennen. Je went er nooit aan. Recent medisch-bi- ologisch onderzoek van de Duitse profes sor Rutenfrenz heeft uitgewezen dat de extra belasting het best kan worden be perkt door iedereen die 's nachts heeft gewerkt, direct daarop aansluitend 24 uur vrij te geven. Ik vind dat een uiter mate nuttige suggestie". ge de kans op een ontploffing, zonder verbinding dwars door het land moet ploeteren naar zo'n station, terwijl zijn collega in de auto wacht Wat gebeurt er als zo'n man bij het station inderdaad een of meer saboteurs aantreft? Hij is goed de klos". Minimale beloning Nooit uitgerust Zo luidt het ideaal. De werkelijkheid blijkt uit een in het Groningse rapport aangehaalde noodkreet: „We draaien ons zelf finaal kapot en hoe kan iemand nou twaalf uur achtereen een goede be waker en beveiligingsman zijn?" Waarbij een bedrijfsarts aantekent: „Als je een week nachtdienst draait, duurt het vijf dagen voordat je lichaam weer hersteld is. Maar jullie ploegenwerkers, jullie ra ken nooit uitgerust. Dat kost je wel tien jaar van je leven". „Je zult maar een knuppel in je nek krijgen" Een bewaker zelf: „Die nachtdiensten van twaalf uur zijn gewoon niet op te brengen. En dan moet je ook nog naar huis rijden. En dan kom je thuis, je pakt een paar uur slaap, maar dan sta je toch weer op, om iets aan de dag en aan je gezin te hebben. Volgens mij nekt het je op den duur". De vrouw van een bewaker tenslotte: „D'r is helemaal niks an. Je zit elk weekend alleen en je kunt zowat nooit naar een verjaardag of eens met z'n tweeën uit" Nog is de inventarisatie niet volledig van de ellende die achter uniform met scher pe vouw en koppelriem schuil gaat. Een ernstige klacht is, dat de nieuw aangeno men werknemers zonder enige vorm van inwerken op een object worden gezet, zelfs op objecten die gevaarlijk zijn. Vaak weten ze niet eens wat ze bewa ken. Broekhuis: „Ik ken een object waar de geigertellers uitslaan langs de route die de bewakers lopen". Brandbestrijding of EHBO, het wordt de mensen niet geleerd. Dan de risico's. Broekhuis: „In het noorden van Gronin gen moeten gasstations worden bewaakt Enkele jaren geleden vreesde men daar aanslagen en dat gevaar is natuurlijk niet denkbeeldig. Maar de bewakers rij den in auto's met mobilofoons die niet vonkvrij zijn. Dergelijke apparatuur is er wel, maar de dienst vindt het blijkbaar te duur om ze aan te schaffen. Het ge volg is dat één van de bewakers, vanwe- En nu het meest verbijsterende. Tegen over alles wat hierboven is opgesomd, staat slechts een minimale beloning. Mar tens van Mercurius: „Acht gulden en drieëntachtig cent per uur bruto, terwijl het minimum loon negen gulden zesenne gentig bruto bedraagt. Daar komen toe slagen op dertig procent voor ploegen dienst, soms tien procent gevarengeld, overwerk zodat je er als vakbond geen vinger achter krijgt. Maar bij ont slag van zo'n man wordt mooi het ba- sisloon als maatstaf voor een uitkering genomen". „Mensen, die met de rug tegen de muur staan" „Onze eerste eis is dus duidelijk: het mi nimum basisloon voor iedere bewaker. Uiteindelijk willen we ze dan naar hun werkelijke waarde betaald zien, waarbij je politiemensen in vergelijkbare functies als uitgangspunt kunt nemen. Wanneer een hoofdagent 41.000 gulden per jaar verdient, moet een hoofdinspecteur bi., een bewakingsdienst dat ook hebben. Verder eisen we een 40-urige werkweek, inplaats van de 42 tot 45 uren die nu ge maakt worden. We eisen een gedegen be drijfsopleiding. We eisen een behoorlijk promotiebeleid. Zo kan ik doorgaan, want het rammelt aan alle kanten. Weet je wat het is? Particuliere bewakings diensten zouden helemaal niet mogen be staan. Beveiliging is een overheidstaak". „Wij van Mercurius kunnen ons niet ver enigen met het verschijnsel bewaking als commerciële aktiviteit. Want wat krijg je? De verschillendediensten gaan on derling concurreren. De een duikt onder de prijs van de ander... Nou: aangezien je praat over een uiterst arbeidsintensie ve bedrijfstak, kun je dat alleen doen door je personeelskosten te drukken". „Hoewel? Wat de winstmarges bij parti culiere bewakingsdiensten precies zijn, weet ik niet. Maar ik ken een object waarvan de beveiligingskosten 800.000 gulden bedragen, terwijl de personeels kosten van die beveiliging hooguit op 400.000 gulden liggen. Dat geeft een indi catie". Slechte bedrijven Broekhuis rondt af: „Ons onderzoek heeft geleerd dat de bewakers noodge dwongen komen te werken bij slechte be drijven en dat ze daarom niet berexend zijn voor hun taak of de kans krijgen zich in hun taak te bekwamen. Ze moe ten het zien te stellen met minimale om standigheden en een minimale uitrusting. De wil om goed toegerust te raken, is aanwezig, zeer nadrukkelijk. Een negatie ve opstelling tegenover het werk zo van: laat maar waaien kom je niet te gen. In de weinige vrije tijd die ze over hebben, volgen ze vaak politiecursussen. Maar het wordt met gestimuleerd en niet gehonoreerd in de vorm van promotie. De bewakingsdiensten zouden trots die nen te zijn op hun personeel. Het tragi sche is dat ze er absoluut geen oog voor hebben". PIET SNOEREN

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1978 | | pagina 17