i
1
/I
der
inret
Leids Jaarboekje 1978: weer
schat aan informatief spitwerk
Malle Pietje als
verkopende' gast
op ,Arti'-veiling
Werknemers
gemangeld
Vlietschans geopend
ffi
Riethoven en Woudstra
benoemd tot ereburgers
NA 4
STAD/REGIO LEIDSE COURANT DINSDAG 3 OKTOBER 1978 PAGINA 5
Op mijn omwegen door stad en land kom
ik graag mensen tegen. Elke morgen tussen
tien en elf uur kunt u mij telefonisch vertel
len wie u graag in deze rubriek zou willen
tegenkomen. Het nummer van mijn geduldi
ge telefoon is 071-122244: u kunt dan naar
toestel 18 vragen.
Het verschijnen van het
(Leidse) Jaarboekje - voor
geschiedenis en oudheid
kunde van Leiden en
Omstreken - is een telkens
terug kerende bron van
genoegen. Voornamelijk
omdat er elke jaar opnieuw
(het is alweer het zeventig
ste deel, dit boekje 1978) zo
veel uitermate boeiend
informatief spitwerk uit
naar voren komt. Steeds is
het voor de geïnteresseerde
in het Leiden van gisteren
een erg prettig naslagwerk
je. „Zo hoor (lees) je weer
'ns wat", denk je al na een
paar bladzijden. Het Jaar
boekje is in de loop der
tientallen jaren er niet
dikker op geworden, maar
typografisch is het een
verzorgd feest voor het oog.
Beugelsdijk heeft er, in
opdracht van de vereniging
Oud-Leiden, wederom iets
fraais van gemaakt.
Uiteraard zijn het elke keer
de „Bijdragen" die het
nodige historische stof doen
opwaaien. Zo is meteen al
de bijdrage van J. G.
Endhoven, zowel vermake
lijk als onthutsend. Hij
verzorgde het onderwerp
„Bedevaart als straf - door
het Leidse Gerecht opgeleg
de bedevaarten van 1370-
1500". Een verhaal dat
zogoed als in één adem
gelezen kan worden, tenzij
je sommige passages drie
keer wil „ondergaan",
omdat het zo onwaarschijn
lijk voorkomt. Vredebreuk
en meineed mogen vandaag
tot de juridische lachertjes
worden gerekend, in de 15e
eeuw bood de toekomst in
dergelijke gevallen weinig
hoop op verder levensge
not: de late middeleeuwen
zonden dergelijke misdrij-
vers op pelgrimage naar
Jeruzalem - er was nog
geen El Al en een koude
lunch aan boord - en
aansluitend kon de gestraf
te rustig rekenen op 50 jaar
verbanning. Een bedevaart
naar Rome, waar de paus
had te putten uit de „schat
der Kerk", de overvloedige
verdiensten van Christus en
de heiligen, die alle verge
ving mogelijk maakte, was
binnen het pelgrimerend
kader slechts een peule-
schil.
Bedevaartsplaatsen waren
in die tijden even talrijk als
benzinepompstations ten
onzent. Bij terugkomst kon
je het gerecht niet vertel
Een detail uit een schilderij door de Meester /an de Lucia-legende. dat als
illustratie dient bij de bijdrage „Bedevaart als straf
len: „ik ben even in Santia
go de Compostela geweest,
of in Canterbury, of in
Lübeck, of in Laon; mijn
ziel is nu schoongewassen,
ook al heb ik een keer
„onnutte" woorden gebe
zigd over de eer van Jacob
Vinckensoensdochter". O
nee, je had een „betoog"
over te leggen, een geschre
ven bewijsstuk, dat je
inderdaad maanden aaneen
de grootste ellende had
beleefd, alleen al om in St.
Jacob van Compostela of in
Rome te komen en weer
heelhuids terug te belan
den. De vonnissen met
combinaties van slaan of
met mes dreigen, vernieling
van meubilair en glasbreuk
zijn legio. Onze laat-twintig-
ste eeuwse rechter zal er
misschien een geeuwbui
van krijgen, maar in 1470
mocht je algauw rekenen
op een boetetocht naar
Einsiedeln waarvoor een
lichte gerechtelijke voor
keur bestond betreffende
overlast aan vrouwen en
vernieling. Zo'n „betoog"
ofwel betrouwbaar certifi
caat van boetedoening of
„zoen", werd doorgaans
afgegeven door een geeste-
lijke in het bedevaarsoord,
maar soms waren er ook
kosters, kerkmeesters en
zelfs een waard die als
„controlepost" optraden.
Een fijn artikel en een
aanmoediging om niet te
betreuren dat je de midde
leeuwen hebt moeten
missen. Maar er is méér in
dit Jaarboekje 1978 dat het
vernemen de moeite van
het doorbladeren en lezen
waard maakt. Ik voel het
echter toch wel als eeen
diepe ellende, dat je rech
terhand eraf gehakt kon
worden, als je geen „be
toog" kon laten zien. Afge
zien van je hoofd, dat op
het spel stond als vastge
steld kon worden, dat je
Jeruzalem van je leven nog
niet had gezien, ofschoon
het Gerecht die reisbestem-
ming had opgegeven.
Interessante bijdragen zijn
er ook van drs. Ingrid
Moerman (Lakenhal), die
schrijft over een tinnen
servies uit het midden van
de 16e eeuw, gevonden in
'68 op het spooremplace-
ment Herensingel; over de
grafsteen en het graf van
hoogleraar Scaliger (H. J.
de Jonge) en het grafmonu
ment van dit „pronkstuk"
der Leidse universiteit, van
de hand van Rudi Ekkart,
C. Willemijn Fock schreef
over de definitieve identifi
catie van Leidse zilversmid
Barend Gast (heel lang
heeft men gemeend, dat het
om Bart Jansz van Assen-
Delft ging).
Dan zijn er plaatjes met
praatjes (G. A. J. M. Ter-
wen) over „het beleg en
ontzet van Leiden geïllus
treerd" (eind 17e eeuw); mr.
Annie Versprille, onvolpre
zen oud-archivaris van
Leiden, beschreef het
„Memorandum van Jacob
Ie Poole, fabrikant in
greinen". Cholera en bloed
zuigers vierden hoogtij in
de eerste helft der 19e
eeuw in Leiden. Dit ervaart
men in het verhaal van A.
M. Luyendijk Elshout over
Dr. Gottlieb Salomon, arts
en praktijk in het jaar 1847.
De spoorlijn Leiden-Woer-
den, geopend in 1878, wordt
ter sprake gebracht door B.
J. van Vliet: „van Constanz
tot Leiden is de weg voor
den stoom geopend", zei
oud-minister Heemskerk bij
de opening, en burgemees
ter Brandt van Zoeterwou-
de (al eeuwen groen als
gras) sprak van „nu geen
schuiten van Boisot met
pekelharing naar Leiden,
doch een snuivend stoom-
paard". Concluderend: een
waardevol Jaarboekje, dat
je in de je boekenkast en in
ere kunt houden.
16 MILLE VOOR KAAP VERDE
Minister Oe Koning van ontwikkelingssamenwerking verricht de officiële
openingshandeling.
NALATIGHEID IN BEDRIJVEN
LEIDEN Op de zitting van
het Leidse kantongerecht ston
den gisteren twee bedrijven
terecht, daar werknemers deer
lijk gekneusd en gedeukt uit
het produktieproces te voor
schijn waren gekomen door na
latigheid.
Een mastenmaker, werkzaam
bij een mastenmakerij in Zoe-
terwoude, verspeelde bij het ge
bruik van de freesmachine - hij
bewerkte de zalingen van een
houten mast - het topje van een
vinger en het kootje van een
andere vinger toen zijn hand
tussen het apparaat bekneld
raakte. Het ongeval werd het1
bedrijf des te meer aangere
kend aangezien de arbeidsin
spectie herhaaldelijk had ge
waarschuwd dat de bewuste
machine beveiligd moest wor
den. „Die machine had een be
veiliging, maar die is gestolen",
aldus verklaarde de directeur
van de firma gisteren. „Ik heb
lange tijd gezocht waar die be
veiliging gebleven kon zijn. Eni
ge tijd geleden zijn wij verhuisd
van Langeraar naar Zoeterwou-
de en bij die verhuizing is de
beveiliging weggeraakt. Omdat
ik toch al voor hoge kosten
stond vanwege de verhuizing en
nieuwe investeringen wilde ik
eerst proberen om het verdwe
nen apparaat te vinden alvorens
een hoog bedrag extra te gaan
investeren. Die dingen zijn trou
wens moeilijk tè krijgen", was
zijn verweer.
De officier van justitie, mr.
Blok, was niettemin van mening
dat er sprake was van een
verregaande verwijtbaarheid.
„U bent vele malen door de
arbeidsinspectie gemaand. En
al die tijd dat U aan het zoeken
was, stond er een hoogst onveili
ge machine in uw bedrijf. Ik
begrijp daaruit dat U de handen
van uw werknemers opoffert
aan andere investeringen en ik
vind dat zeer laakbaar", aldus
officier Blok die 1000 gulden
boete eiste (of één maand hech
tenis). De verklaring van de
directeur dat hij het slachtoffer
geen opdracht gegeven had om
het apparaat te gebruiken - „het
was eigen initiatief' - en dat hij
erg begaan was met het hele
gezin weerhield rechter Van
Dijke er niet van om daadwer
kelijk 1000 gulden boete op te
leggen.
De ex-gabber van Swiebertje, Malle Pietje,
komt zaterdag 7 okt. a.s. in hoogsteigen
persoon de inmiddels door sfeer en
verkoopkracht befaamd geworden
goederenveiling ten bate van de Langeraar-
se muziekvereniging „Arti et Religioni"
opluisteren en activeren. Malle Pietje, die
als meneer Piet Ekel (acteur en imitator)
door het dagelijks leven gaat, is weer zo'n
„bekende Nederlander", waarvan de
veilingorganisatie zich telkenmale bedient
om extra animo los te slaan uit het
koperslegertje dat een stroom van goederen
in de wacht kan slepen. Het is weer de
zesde keer, dat „Arti" gaat profiteren van
de veilingopbrengst. De catalogus liegt er
niet om met nu al bijna 300 nummers,
artikelen die bijeengebracht zijn door
minstens 150 milde gevers, zowel instellin
gen en bedrijven als gulle particulieren. Elk
jaar gaat er een schepje bovenop. Het is
„Arti" van harte gegund.
Rond deze zesde Arti-veiling is een heel
netwerk van activiteiten gelegd. Het
Parochiehuis in Langeraar zal er bol van
staan, zaterdagavond, als om 8 uur
(natuurlijk „ten overstaan van een notaris",
in dit geval notaris A. v.d. Veen-Meerstadt)
het festijn losbarst. Zo zal Malle Pietje, die
ongetwijfeld op z'n sigaar blijft kauwen,
bijvoorbeeld de prijswinnaars bekendma
ken van de jeugdtekenwedstrijd. Er zijn
niet alleen fijne prijzen te winnen, de
uitverkorenen mogen bovendien met Piet
Ekel op de foto. Dan krijgt iedere bezoeker
die vóór 9 uur binnen is een gratis lot, ook
trouwens bij het besteden van een bepaald
bedrag. De drie prijzen zijn niet mis: 250
gulden voor een reis naar keuze, een
elektrisch fonduestel en een meter
krentebrood. Dat kan er best vanaf, want
de pot zal wel weer vet worden: vorig jaar
een opbrengst van ruim 13.000 gulden,
bijna 5000 „ballen" meer dan in '76.
Ik loop even de catalogus door. De lijst van
goederen vermeldt de meest uiteenlopende
zaken, zoals „zuur", een imperiaal, een baal
cement, uiteenlopende maar versterkende
dranken, een paraplu, rollades, achteruit-
kijkspeiegel, een „kikkkerband", taarten,
blikken patat, een soepkip, paling, wassen
en watergolven, huisbezoek van Sint en
Piet, een fuik. Nou ja, zo kun je doorgaan
.Het is bijna vanzelfsprekend, dat deze
veiling weer een knaller gaat worden. Ik
wil ook niet-Ter Aarders opjutten om dit
alles niet hun neus voorbij te laten gaan.
Verder: Langeraar weet wat 't aan „Arti"
heeft, dus de eigen mensen hoeven we
nauwelijks aan te sporen. O ja: Malle Pietje
belast zich ook nog met de verkoop van
wat leuke antieke dingen (per slot „zat-ie al
in het antiek" in de dagen van Swiebertje).
Karrewielen, koperen kranen en nog meer
van dat aantrekkelijks.
Beton
De verwijtbaarheid was bij een
bedrijfsongeval in een betorifa-
briek in alweer Zoeterwoude
iets minder dan het eerstge
noemde geval. Een werknemer
was daar door een rijdende
portaalkraan tegen een stapel
betonplaten in elkaar gedrukt
en werd in het ziekenhuis opge
nomen met inwendige kneuzin
gen aan milt/blinde darm, nier,
alvleesklier en een ontwricht
bekken. De milt moest worden
weggenomen, de resterende
kwetsuren genazen en het slach
toffer was inmiddels weer aan
het werk, zo meldde de advo-'
caat van het bedrijf. De oorzaak
van het ongeluk moest worden
gezocht in het feit dat de afstand
tussen betonplaten en machine
veel te klein was geweest. „Elke
leek kon constateren dat een
afstand van 18 centimter veel
te kort was; dat moest wel fout
gaan", meende officier Blok. „U
had de commercie boven de
veiligheid verkozen, dat bleek
onder meer ook uit het feit dat
op meerdere plaatsen die af
stand zo kort was. Het gebrek
aan opslagruimte mag nooit een
reden zijn om de veiligheid te
verwaarlozen", meende de offi
cier die 750 gulden boete of 30
dagen vervangende hechtenis
eiste, omdat in dit geval niet van
tevoren was gewaarschuwd. De
advocaat ontkende dat er com
merciële overwegingen in het
spel waren geweest ten koste
van de veiligheid. „Het bedrijf
zit met pieken in de aanvoer
die even moeten worden ver
werkt. Ik geef wel toe dat er
misschien sprake was van enige
nonchalance, omdat het altijd
goed was gegaan". Rechter Van
Dijke honoreerde de slordig
heid met 750 gulden boete.
Burgemeester Vis met de twee dit jaar benoemde ereburgers. Van links naar rechts:
mevrouw Riethoven, de heer Riethoven, mevrouw Woudstra, de heer Woudstra en
burgemeester Vis.
LEIDEN - Traditiegetrouw reikte burgemeester
Vis gisteravond na afloop van de Taptoe weer
zilveren ere-penningen van de gemeente Leiden
uit. Dit jaar viel de eer te beurt aan de heer
M. J. J. Riethoven en de heer mr. C. J. Woudstra
om benoemd te worden tot ereburger van Lel
den. Terwijl muziekvereniging K G op het
Stationsplein een taptoe speelde ter ere van hun
benoeming, werden zij in de burgerzaal van het
Stadhuis gehuldigd.
In zijn toespraakje loofde burgemeester A. Vis
de inzet waarmee sportorganisator Riethoven
ervoor heeft gezorgd dat de Tour de France dit
jaar in Leiden startte. „Dit gebeuren heeft im
bijzondere mate ertoe bijgedragen dat de stad
Leiden in positieve zin werd gepresenteerd",
aldus de burgemeester. Voorts prees de burge
meester de heer Riethoven om zijn bezielende
leiding van de Leidse ren- en tourvereniging
Swift. „Zijn activiteiten op sportgebied weet hij
te combineren met acties ten bate van het
geestelijk gehandicapte kind, wier lot hij zich
in sterke mate heeft aangetrokken", aldus de
burgemeester, die de heer Riethoven vervolgens
de erepenning der gemeente Leiden in zilver
overhandigde.
De andere erepenning werd uitgereikt aan mr.
Woudstra, die zich voor de Leidse gemeenschap
gedurende vele jaren verdienstelijk heeft ge
maakt als advocaat maar ook als bestuurslid
van een groot aantal verenigingen en instellingen.
Als voorbeelden hiervan noemde de burgemees
ter de vereniging voor christelijk middelbaar en
voorbereidend hoger onderwijs en de commissie
van samenwerking voor de arbeid onder studen
ten en afgestudeerden der Leidse Universiteit.
Mr. Woudstra is de eerste voorzitter van de
plaatselijke commissie voor de beroepsschriften
geweest, die in 1967 voor het eerst bijeen kwam.
Op 5 september van dit jaar legde hij die functie
neer. „Onder zijn gedegen en objectieve leiding
is deze commissie uitgegroeid tot een instituut
van rechtsbescherming van de burger, dat plaat
selijk in ruime mate vertrouwen geniet en op
landelijk niveau tot voorbeeld strekt. Vóór zijn
benoeming tot voorzitter van de commissie be
roepschriften is de heer Woudstra' bijna twintig
jaar actief geweest als lid van de Leidse gemeen
teraad.
llllllllll!!l!!llllllllllllll!l!!lllllllllllll!lll!lllllllllllll!llllllllllll!llli
LEIDEN De minister van ontwikkelingssa
menwerking, drs. J. de Koning opende gisteren
de nieuwe behuizing van de christelijke scholen
gemeenschap De Vlietschans in Zuid-West mid
dels het omdraaien van een schoolbord in de
aula van de school waardoor het getal „16.000"
verscheen. Dat betekende dat de actie van de
school voor een behoeftig lyceum in Kaap Verde
16.000 gulden heeft opgeleverd, een bedrag dat
zal worden omgezet in leermiddelen voor die
school.
De minister, die overigens twee zonen op De
Vlietschans heeft zitten, ging in zijn' toespraak
in op de algemene problematiek van de ontwikke
lingslanden. Volgens de bewindsman dienen er
spoedig ingrijpende maatregelen te worden geno
men om de ontwikkelingslanden uit de huidige
malaise te halen. „De klok staat weliswaar nog
niet op vijf voor twaalf, maar toch wel op elf
uur", meende de heer De Koning. „We moeten
de recessie niet proberen op te lossen door minder
ontwikkelingshulp te gaan geven, maar we moe
ten juist door het herstellen van de wereldecono
mie, dus ook die van de landen van de Derde
Wereld tot een oplossing zien te geraken. Het
beste middel om een ontwikkelingsland te helpen
is om de economische groei te bevorderen. We
moeten er dan echter wel voor zorgen dat die
groei ten goede komt aan alle lagen van de
bevolking in een ontwikkelingsland".
Minister De Koning verklaarde zich te verheugen
over de actie van de school voor Kaap Verde.
„Het bevorderen van onderwijs is een essentiële
factor bij het geven van ontwildcelingshulp. Kaap
Verde bevindt zich als gevolg van natuurrampen
in een slechte economische positie. Een bewijs
daarvan is wel dat er evenveel Kaapverdiërs in
de Verenigde Staten wonen als in Kaap Verde
zelf", aldus de minister, die zijn rede afsloot door
het publiek op het hart te drukken dat ontwikke
lingssamenwerking een plicht is.