'NMAN OP WIG NAAR DE TELEVISIE STUDIO'S Gastacteur Henk van Ulsen: Dit stuk vreet aan je energie ,,Ik ben geen voorstander van treinkapingen,'> DONDERDAG 14 SEPTEMBER 1978 LEIDSE COURANT PAGINA D HAAGSE COMEDIE MET TOM STOPPARDS PARODIE" Onder een bloedrode vlag op het toneel staat Vladimir Iljitsj Oeljanov. beter bekend als Lenin: Kalend hoofd, de kin met het strakke puntbaardje naar voren. Exact volgens de conterfeitsels van het sociaal-real isme. Acteur Kees Coolen heeft zich in zijn huid gestoken. Even later voegt zich Bas ten Batenburg bij hem in de rol van de Roemeense dadaïstische dichter Tristan Tzara, gevolgd door Wim van Rooij als de stevig bebrilde Ierse schrijver James Joyce. Theatrale plaats van handeling: Zürich anno 1917. Werkelijke plaats van handeling: De Koninklijke Schouwburg waar de Haagse Comedie zwaar aan het repeteren is voor de première van zaterdag a.s. van Tom Stoppards stuk „Parodie". Na het doorlopen van een paar scènes wordt er plotseling geroepen om Henk. Henk van Ulsen, gastacteur bij het Haagse gezelschap, en in „Parodie" als consulair ambtenaar Carr de trait d'union tussen de door Stoppard opgevoerde grootheden. Henk van Ulsen heeft zijn solotoneel even in de steek gelaten voor een rol bij een vast en gesubsidieerd gezelschap. Voor een hoofdrol waar je u tegen zegt, die stijf staat van de tekst en door schrijver Tom Stoppard wordt omschreven als „Henry Carr, treedt op in twee gedaanten - als stokoude man en als diens jeugdige ego. Hij is zeer elegant gekleed en is vooral geïnteresseerd in de snit van zijn broek; hij heeft er het figuur voor" Onder en voor zijn ogen speelt zich het merkwaardige treffen af tussen Lenin in afwachting van de revolutie, Joyce in barensweeën van zijn chef d'oeuvre „Ulysses" en Tzara, uit de snippers van verscheurde teksten nieuwe poëzie brouwend en bouwend aan de legenda rische naam van Dada. Henk van Ulsen: „Het is een fantastisch stuk. Historisch zijn de basisgegevens van Stoppard juist. Die drie grootheden waren in 1917 in Zürich. Maar of ze elkaar ontmoet hebben is de vraag. Die hele geschiedenis speelt zich in het hoofd van Carr af. Daarom is het ook nooit naturalis tisch. Ik moest er ontzettend aan wennen, dat regisseur Jo Dua mij alsmaar de zaal in laat spelen. Maar zo is het. Het is parodistisch, cabaretesk, bijna kleinkunst. Het vréét aan je energie. En je moet ontzettend scherp luisteren als je alles wil begrijpen". Tom Stoppard, in Tsjechoslowakije geboren en als kind naar Engeland verhuisd, is geen onbekende bij de Haagse Comedie. Zijn „Rosencrantz en Guilden- stern zijn dood" werd zelfs tweemaal door het gezelschap gespeeld, in de Koninklijke Schouwburg en de laatste keer in het HOT. In dat stuk Stoppard Shakespeare's .Hamlet" in een volkomen ander licht en met ongebruikelijke, nieuwe accenten de revue passeren. In feite is hij in het origineel „Travesties" geheten „Parodie" vergelijkbaar bezig met een be langrijk stuk historie. Hij gooit die overhoop, relati veert die en de hoofdspelers erin, prikt er door heen en levert en passant een brok hartig commentaar op mensen en instellingen, dat van een grote beheer sing van zijn stof getuigt Henk van Ulsen: „De Haagse Comedie vroeg me voor de rol van Carr, ik las de Engelse tekst en ik zag het eerst niet We keken, met een stel collega's, naar het stuk op de Duitse televisie en toen was het langdradig en oninteressant. Ik zeg niet dat Duitsers geen toneel kunnen spelen, maar die parodistische kant verdronk in het loodzware. Toen kwam de Nederlandse tekst van Gerrit Kouwenaar en die heeft een geweldig werk verricht. Alle woordspelingen, woordgrappen en verwijzingen heeft hij weten te vertalen of weten te vervangen door voor een Nederlands publiek herkenbare. Die tekst is verschrikkelijk rijk. Terwijl je eraan bezig bent ontdek je er nog nieuwe dingen in. Het kan best zijn dat het publiek even een paar minuten niet alles helemaal bevat. Tenslotte blijft het een buitenlandse schotel en hier zijn we niet zo met literatuur opgevoed als in Engeland. Door de grappen die Stoppard met Oscar Wilde's „De ernst van Ernst" maakt, ben ik dat stuk ook nog maar eens gaan lezen. Elk woord vatten, hoeft niet. Als het publiek maar het gevoel heeft: Wat dóen ze 't goed. En: Het is tóch theater". Henk van Ulsen is al jaren met meer vast aan een gezelschap verbonden en soleert door het Nederlandse toneelleven. Als hij bij de Haagse Comedie uitgespeeld is, neemt hij zijn solo-voor- stelling van „Mijn held Tsjitsjikov" (uit Gogoljs „Dode zielen") weer op. Toch ligt het stempel „solo-acteur" Van Ulsen wat zwaar op de maag. „De mensen denken vaak dat je alles dan maar fijn in je eentje doet. Dat klopt natuurlijk met. Je maakt je voorstelling net zo als in een gezelschap. Samen met een vertaler of schrijver met wie je aan de tekst werkt. Onder de handen van een regisseur. In het geval van „Tsjitsjikov" Elise Hoomans. Ik heb niet zo lang geleden onder regie van Ko van Dijk nog 120 voorstellingen van „Spelenderwijs" in vrije produktie gespeeld. Bij een gezelschap werken betekent dus nauwe lijks „wennen", al heeft elke groep natuurlijk z'n zeer eigen sfeer. Die hele doorstroming van toneelmensen vind ik trouwens een erg goede zaak. Dat een Peter Oosthoek even bij Centrum vandaan „Herfst in Riga" regisseert, dat een Anne Wil Blankers nu in een vrije produktie speelt. Het doorbreekt het ritme waaraan je gewend bent, zet je voor nieuwe dingen en is eigenlijk voor alle partijen gunstig. Ik was in 1956 zo'n beetje de eerste die me losmaakte uit het vaste theaterverband om free lance te gaan werken. Al is free lance ook maar een woord, want je legt je toch weer vast. In een groter verband, met andere proporties. Deze rol in „Parodie" is overigens een mooie combinatie van solo en ensemble. Die Henry Carr is een solisti sche figuur en dat heb ik natuurlijk wel in me. Een kwaadaardige, supperrechtse Brit waarvan Stoppard-zelf volgens mij, spuugt. Zo'n ingebeel de eilander die maar wat kletst. Stoppard deelt trouwens wel meer tikken uit. Aan Zwitserland bijvoorbeeld, dat, wat er ook gebeurt, almaar weer in de plooi van z'n bergen valt. Terwijl de koekoeksklok - en dat is erg mooi in de voorstelling - maar dóór gaat. Het land is eigenlijk één grote klok. Bloedeloos". Aan het eind van de repetitie worden er een paar foto's gemaakt. Onder andere van Van f Henk van Ulsen als de consulair ambten; in Oscar Wildestijl, Henry Carr, in Tc Stoppards „Parodie" bij de Haagse Con die. Ulsen, die even doorspeelt als de oude Cj gehuld in een grauwe jas die als een deken hem heen valt. Een collega-acteur, in de zaal toekijkend, grinnikt: „Kijk eens hoe hij doet. Dat is vakmanschap". Van Ulsen: „2 figuur groeit terwijl je bezig bent. Zelfs tot het allerlaatste moment' BERTJANStf- ACTEUR JULIEN VAN REMOORTERE VAN OMSTREDEN KINDERBOEK: Julien van Remoortere OOSTENDE Ik was mij er niet van bewust dat zoiets kon gebeuren. Verdenkt U mij niet van sympathie voor terroristi sche acties". Zo reageert de Vlaamse schrijver van kinder boeken Julien van Remoortere op kritiek uit Nederland op zijn voor oktober aangekondigde boek „Kaap een trein. Het kin derboek is ten dele geënt op de gebeurtenissen rond de treinkamping bij de Punt vorig jaar juni. Met name in Drenthe was de uitgever verweten dat de titel een aansporing kan inhouden voor jonge lezers om hetzelfde te doen. Uitgeverij Lannoo heeft inmiddels met toestemming van de auteur de editie voor Nederland veran derd in „De Treinkaping". In het boek van Remoortere die in het dagelijks leven prive- secretaris is van de burgemees ter van Oostende en vooral in Vlaanderen de laatste jaren naam heeft gemaakt als schrij ver van sociaal getinte kinder boeken komt het Zuidmoluk- se probleem als zodanig niet aan de orde. Hij heeft zich slechts, zoals hij zegt, laten inspireren door de kaping en de dramati sche afloop daarvan met behulp van mariniers, het motief daar voor wordt ingegeven door de benarde positie van gastarbei ders in een niet me name ge noemd land. Van Remoortere: „Mensen hier in België zeggen tegenwoordig vaak, er is zoveei werkloosheid, die gastarbeiders moeten weg zodat we werk voor onszelf scheppen. In mijn ver haal laat ik dan een groep kin deren optreden die daar dan tegenin gaat. Zij kapen een trein. Tussen een van de kapers, het meisje Sonja en een van de gegijzelden ontstaat dan een toenadering, een begrip voor eikaars problemen. Het boek is bestemd voor de jeugd, maar als je je lezers wil interesseren voor een belangrijk probleem, dan moet dat gebeuren met elementen die zich in onze we reld van vandaag voordoen, maar wat mij bij het schrijven van dat boek geboeid heeft, was vooral: wat zit er achter die gebeurtenissen. Voordat die trein gekaapt werd wist ik hele maal niets van het heel Zuidmo- lukse probleem". Begrijpt hij dat zijn boek wanneer men op de titel afgaat, op weerstanden kan stuiten? Julien van Re moortere: „Ik heb begrip voor de gevoeligheden van mensen die het afschuwelijke gebeuren bij De Punt hebben meege maakt. Als zij echter verder dan de titel kijken en zien wat eron der steekt, dan zullen ze de inhoud onmogelijk kunnen af wijzen. De filosofie erachter komt hierop neer: Wij maken heibel met elkaar, maar in we zen staan wij naast elkaar. Als je alleen afgaat op het nieuws zoals dat rond die kaping en de afloop ervan loskwam, is dat misschien onbegrijpelijk; kijk je daarentegen naar het contact dat groeit tussen de kaapster Anja en de gegijzelde jongen, dan is dat wel degelijk voorstel baar. Maar in het boek wordt niet goedgepraat dat het doel de middelen heiligt. Je kunt be grip opbrengen voor een zaak die mensen bepleiten en mijn sympathie gaat zeker naar die kinderen in dat boek leest. Die treinkaping kan nooit een goed middel zijn. Het is in mijn boek allemaal gebruikt als kleurrij ke illustratie van een bepaalde zaak en waarom zou dat niet mogen die mensen van el kaar gescheiden houdt, in dit geval gastarbeiders tegenover de andere kant. Paul van Velthoven Huurverhoging' blijkt misverstand OEGSTGEEST Leden van de commissie financiën heb ben zich ten overvloede zor gen gemaakt over een huur verhoging van 250 procent voor de bejaarden van het centrum Hofwijck. Er was sprake van deze ver hoging na een eventuele ver bouwing van het bejaarden centrum. Gisteravond werd tijdens de vergadering van de commissie Onderwijs duide lijk dat de veronderstelling op een misvestand berustte. „De verbouwingsplannen zijn nog in een pril stadium. Men wil het gebouw aanpassen aan de hedendaagse normen, maar over een huurverhoging voor de bejaarden is nog he- l:emaal niet gesproken. De vraag is of alle bewoners mee moeten betalen of dat een huurverhoging alleen moet worden ingevoerd voor de be jaarden die direct profijt vanb de verbouwing hebben", aldus mevrouw wethouder Blom. C&tllitbcAifooideÜfeX..' Hans van der Togt, televisie-omroeper: "Als je regelmatig voor het scherm verschijnt, dan is 't logisch datje wat variatie in je kleding hebt Het valt mede laatste tijd trouwens op dat mensen die nooit pakken droegen, in 'ngoed passend kostuum er opeens zo anders uitzien. Maar voor 'n avondje biljarten zou ik iets makkelijkers aan trekken. 1 Alles op z'n tijd dus!" Gentleman. Past zijn kleding uitstekend aan, aan zijn werk of aan zijn vrije tijd. Van tijd tot tijd stap je in 'n ander kostuum. Die zijn al lang niet meer zo stijf en opgeprikt Het moderne mannenpak gaat met zijn tijd mee. Er wordt door de mannen uitstekend gekombineerd. Let op! Daar zijn bijvoorbeeld 'n effen pantalon en effen vest met een gedessineerd kolbert Of de corduroy pantalon en corduroy vest gekombineerd met 'n tweed kolbert En die kleuren en stoffen zijn natuurlijk helemaal op elkaar afgestemd. Zo komt 'n man dit najaar goed gekleed te voorschijn. is modern. Ook los te dragen. Uni vest en pantalon, tweed jasje I Links: Bruin tweed kolbert gekombineerd met bruin vest en pantalon. Kombinatie van Zuiver Scheerwol. Rechts: Typisch voorbeeld van een moderne kombinatie. Corduroy broek en vest (uni) plus echt tweed jasje.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1978 | | pagina 10