Arie Pieterse verruilde
de riblapjes voor oude
liefde op het schildersdoek
Kazan en Boy zijn
hard aan een nieuwe baas toe
PRECIES BLIJVEN, DAT IS M'N AARD"
Oud-Voorschotenaar Theo
v.d. Geest bouwde in
Gemert miljoenenbedrijf
STAD/REGIO
LEIDSE COURANT
ZATERDAG 2 SEPTEMBER 1978 PAGINA
Op mijn omwegen door stad en, land kom
ik graag mensen tegen. Elke morgen tussen
tien en elf uur kunt u mij telefonisch vertel
len wie u graag in deza-rubriek zou willen
tegenkomen. Het nummer van mijn geduldi
ge telefoon is 071-122244; u kunt dan naar
toestel 18 vragen.
Arie Pieterse: „Exposeren?
smit. Ik was de eerste die
daar onderuit kon kruipen.
Een jaar of twee scharrelde
ik wat rond in die smederij,
daarna werd ik slager, in
Leiden, in de Korte Diefsteeg.
Toen was ik 14 jaar".
Zo ging Arie Pieterse ruim
acht jaar door. Daarna nam
hij een slagerijtje in de
Herenstraat over. Daar kan
mevrouw Pieterse nu nog
boekdelen over schrijven,
want in feite beheerde zij de
financiën. Op z'n 23ste had
Arie net zo'n beetje de wind
in de zeilen toen de crisis
uitnodigde tot het dichtspijke
ren van de hele boel. Maar
dat gebeurde niet. Daar
zorgde Arie's vrouw wel voor.
Zoals dat soms heet: moe
stond 36 jaar achter de
toonbank, met onomstotelijk
plezier, en daar heeft ze zich
gehandhaafd. Arie was niet
zozeer de man van de finan
ciële transacties. Voor hem
bleef het doorgaans de
wereld van „anderhalf pond
riblapjes": „ik had geen
behoefte, groot te worden. Ik
was geen koopman, geen
zakenman. In de worstmake
rij lag mijn drang naar iets
doen, iets scheppen, iets
maken. Dat heb ik altijd
sterk gehad. Zo komen we al
een beetje op het onderwerp.
Ook aangaande het vlees had
Nee. eigenlijk niet".
ik een filosofische levens
stijl".
Niettemin, of juist daardoor,
is Arie Pieterse een man van
eer en deugd. Zelf slachten
heeft hij maar even gedaan,
maar hij vond zich eerder in
het worstdraaien. Echter ook
daaraan kwam een einde.
Toen Pieterse 58 jaar was,
schoof hij de zaak aan de
kant en verhuurde de slage
rij. Dat was in '66. „Ik heb
nog een jaar of wat gewerkt
in baantjes. Iemand wilde me
portier op seminarie Leeu
wenhorst maken, maar daar
had ik geen oren naar, dat
wil zeggen: toe nou... Ach
nee. natuurlijk niet; ik werkte
een poosje door in Hazers-
woude - waarnaar we waren
verhuisd - drie dagen in de
week. Pas afgelopen week
vrijdag behoort het slagers-
werk bij mij voorgoed tot het
verleden. Toen ik 60 jaar
was, 65 jaar, wilde ik ermee
ophouden. Maar ik ben 70
geworden, omdat het slagers-
bloed in mij toch wel echt
Nu doet hij dingen die hij
altijd graag wou doen. Teke
nen deed hij bij vader en
moeder thuis al; „dat deden
de kinderen bijna allemaal
daar. Die oude liefde ben ik
weer gaan opvatten toen ik
mijn zaak eraan gaf. Ik
begon weer te tekenen, maar
dacht opeens: verrek, dacht
ik. waarom koop ik geen
verfdoos en wat kwasten en
ga schilderen? Of ik een
opleiding daarin heb gehad?"
Arie Pieterse glimlacht even
en zegt dan: ..nee. eerlijk niet.
Dat zou ik ook niet durven.
Daar heb ik geen behoefte
aan, zonder eigenwijs te
willen zijn. Het liefste wat ik
doe is er zelf zien uit te
komen, al is het primitief".
Arie bekent wel een „afkij-
kertje" te zijn geweest: van
kaarten, foto's. „Vooral in het
begin. Maar het is goddank
een hobby gebleven. Tech
nisch is het misschien niet
verantwoord wat ik doe.
maar mensen die zelf schil
der- en tekencursussen geven
hebben me gezegd: blijf maar
lekker zo rommelen; omdat
ze mij als „zelfdoener" wel
zagen zitten, zoals dat heet
tegenwoordig".
Ongeveer veertig doeken
heeft Arie Pieterse uit de
verf laten komen, 's Winters
werkt hij harder, is ook meer
geïnspireerd, dan in de
zomer. Inmiddels heeft hij
opmerkelijke resultaten
bereikt bij het op- en neer
strijken van bomen en ander
groen, van boerderijen, van
molens. Eén van zijn molens
is zelfs in Texas terechtgeko
men. Het opzetten gaat bij
hem zorgvuldiger nog dan het
uitbenen van karbonades. Al
die levende landgezichten
hebben zijn grote liefde. Op
het ogenblik is hij bezig met
de Rijndijkse Zwaantjeskerk
die op het punt staat van
afgebroken te worden. Dit
schilderij is een opdracht
voor iemand. Bij Arie staat
de Zwaantjeskerk. nauwelijks
hellend, nog tegen een schier
wolkeloze Hollandse hemel
afgetekend. Herinnering voor
de toekomst; Arie Pieterse
conterfeit de zwanenzang van
de Zwaantjeskerk.
Zonder nu direct de nood
druft te gevoelen, zou Arie
Pieterse - zoals verteld door
mevrouw Pieterse - niet
onmiddellijk afwijzend staan
tegenover een incidentele
verkoop van zijn doeken, in
eigen atelier vervaardigd,
evenals de vaak kunstig
gesneden bruine houten
lijsten. Bij Arie Pieterse kun
je direct terecht. Bij hem is
een definitie van kunst geven
geen voorwaarde voor het
onmiddellijk accepteren van
zijn werken in verf. „Je moet
kunnen kijken met oren, ogen
en hart" gaat weliswaar op
voor de uitdrukkingen van
schoonzoon Ronald Tolman,
maar bij Arie komt de
ontroering zonder meer van
het doek af, of komt er nooit
vanaf. Voor Pieterse is het
een rustgevende bezigheid,
die hij „ontzettend leuk"
vindt. Wat Arie doet - en hij
is niet de enige - is niet
realistisch, maar „goudeer
lijk" en open van visie. Of.
zoals zijn vrouw heeft erva
ren: „hij werkt met een
geduld als een ijzeren pot":
scherp van lijn en sprekend
van kleur" precies blijven,
een beetje fotografisch, dat is
m'n aard...", zegt Arie in z'n
atelier met zonnedakvenster.
Hij schildert niet „in natura",
want „dan komen ze achter
je staan en vragen: wat zit je
daar nou te doen?" „Expose
ren? Nee, eigenlijk niet.
Misschien in de Rabobank".
Maar die uitbouw, de verf,
kwasten, linnen, hout, zijn
een hele investering. En daar
komt bij, aldus mevrouw,
men vraagt er zelf om, om
die doeken van Arie Pieterse.
Nog een klein rukje en Arie
is 50 jaar getrouwd. Dan
moet ik weer komen, want
dan gaan alle rèmmen los, in
dat huis dat stijf staat van
het onderhoud. Daar is geen
sprake van kunst- of vlieg
werk. Appel zou van Pieterse
nog wat kunnen leren.
Arie begrijpt - bijvoorbeeld -
Karei Appel niet. maar durft
het bijna niet bekennen. Wat
is kunst? Je kunt je je zoiets
natuurlijk afvragen. Arie's
schoonzoon Ronald Tolman,
zelf kunstenaar, met sterke
en landelijke gehonoreerde
uitschieters in etsen en
gegoten bronzen, zou het zó
zeggen: „Kunst is kijken, heel
simpel (en dan dacht Ronald
gewoonlijk een paar seconden
stil na en zei dan, ontwape
nend)..., maar kijken, dót is
de kunst!". Daarom waren de
begeleidende teksten (en zijn
ze nog steeds) op Tolmans
werken altijd in spiegelbeeld
aangebracht, „want als men
zich niet de moeite getroost
om met een spiegeltje achter
mijn bijschriften te komen
kan men beter doorlopen,
dan is mijn werk aan dezul
ken geheel verspeeld". Ro
nald Tolman is geen gemak
kelijke. Arie wel. Maar dat is
een heel andere kwestie.
Arie Pieterse is nu 70 jaar,
woont in het Rhijnenburgse
Hazerswoude en was een jaar
of twaalf geleden nog fullti
me slager. Daarna begon hij
pas - volgens het oordeel van
zijn vrouw - te leven. En
volop te schilderen, want dat
is ongeveer hetzelfde. On
langs liet Pieterse aan zijn
huis een nieuwe keuken met
aangrenzend „hok" bijbou
wen. Subliem, helder gestuct
en glanzend betegeld. Dat
hok werd een zonnig en
innemend atelier waar je nog
gezéllig kunt zitten ook, met
zicht op de groene straat
buiten en binnen op het lage
boekenmeubeltje met een
olielampje, koperen koffiemo
len, een soldatenkepi anno
vóór 1940 en een dolk, met
linksboven tegen de muur het
Mobilisatiekruis '39; nostalgie
die hij in olieverf vereeuwigd
heeft.
Arie Pieterse zag het eerste
daglicht (en sliep er ook voor
het eerst) in Leimuiden en
volgde zijn ouders midden in
zijn jeugd naar Zoeterwoude-
dorp, waar vader Pieterse in
de Dorpstraat een smederij
ging drijven die nu allang uit
het dorpsgezicht is verdwe
nen, samen met zowat de
hele dorpskern tegenover de
Ned. Herv. kerk die vandaag
in de hoogstnoodzakelijke
steigers staat. „Ik was zo
knap, dat ik daar niet meer
op school ging. Vader zei: ze
kunnen je toch niets meer
leren. Ik wilde slager worden,
maar ik had een échte pa die
graag wou dat alle jongens
werden zoals pa zelf was:
Boy de boxer
Kazan de herder
Wekelijks verschijnt in de Leidse Courant de rubriek „Hona
zoekt huis". In deze rubriek wordt een hond beschreven die
in het asiel verblijft om daar een zekere dood tegemoet te
gaan... tenzij het dier een goed tehuis vindt. De in de rubriek
beschreven honden zijn alle door hondenbezitters naar het asiel
gebracht. Om uiteenlopende redenen, vaak begrijpelijk, maar
soms ook volslagen onzinnig. De in ..hond zoekt huis" beschre
ven dieren zijn alle goed gezond, hebben een wormkuur
ondergaan en zijn volledig ingeënt. Tegen betaling van ca. 60
gulden ten bate van zwerfdieren zijn ze af te halen. Adres:
Sieuw Leids Dierenasiel. Besjeslaan 6b. Leiden. Tel.: 131670
Geopend di. t/m vr. 10.00-12.00 en 14.00-17.00 uur. Zaterdag van
10.00-12.00 en 14.00-16.00 uur. Zondag en maandag gesloten.
Hoe een doortastende Voorschotense knaap
in het Brabantse zijn vleugels weer kon
uitslaan. Dat zou het opschrift kunnen zijn
boven een relaas, dat mij werd verteld dooi
de schoonvader van Theo van der Geest,
thans een jaar of 38, zoon uit een gezin van
18 kinderen waaraan moeder - die weduwe
was - toch handenvol werk moet hebben
gehad. In het kort komt de geschiedenis erop
neer, dat de uitbreiningsdrang, zakelijk
gezien, van Theo van der Geest werd beknot,
maar niet gesmoord. Theo was een jongen
die met niets begon en in twaalf jaar tijd
een respectabele onderneming heeft opgezet,
zij het dan vrij ver van moeders pappot
vandaan.
Ondanks dat het nieuwe bedrijf van Theo
ongeveer 150 kilometer van de Noordzee is
gelegen, blijft de naam dezelfde die ze was
in Voorhout: meubelfabriek "Noordzee"
omdat die naam in de loop der jaren
nationaal en internationaal goed is
ingevoerd. Nog geen jaar geleden gaf Theo
als directeur-eigenaar van "Noordzee"
opdracht tot de bouw van een fabriekscom
plex met bungalow in de gemeente Gemert
(N.B.). In de afgelopen maand is het
miljoenenbedrijf van oud-Voorschotenaar
Van der Geest gaan draaien op een terrein
van 3000 m2. Daar zijn nu 25 zeer moderne
houtbewerkingsmachines aan het werk gezet.
arbeid biedend aan ongeveer 25 mensen,
zoals machinale houtbewerkers, meubelma
kers, spuiters en afwerkers. Het produktie-
programma is al vrij formidabel en er moet
een levertijd van zes tot acht weken in acht
worden genomen.
Waarom ging Theo eigenlijk weg? We
gunnen Gemert natuurlijk best een
industriële aanwinst, maar Van der Geest
had ook in Voorhout (hij woonde sinds een
jaar of vijf zelf in Rijnsburg) kunnen blijven.
Helaas, het westen kon hem die gewenste
armslag niet verlenen, daarom was het voor
Theo en zijn hard samenwerkende vrouw
afnokken geblazen. Vertrouwend nu op de
toenemende orders, het vakbekwame
personeel en de pneumatische aandrijving
van althans de kleine handwerktuigen. Het
produktieprogramma vermeldt het
vervaardigen van zg. kleinmeubelen, zowel in
eiken als in noten uitvoering: lectuurbakken,
telefoontafeltjes, kapstokken, ladenkastjes.
secretaires, "buikkastjes", t.v- en discomeu
bels, enfin het hele bergzame meubelwerk
dat een kamerinterieur kan verlevendigen.
Trouwen, ook voor meubels naar eigen
ontwerp deinst Theo niet terug. Tja, dat is
weer zo'n Van der Geest-tak die van
ondernemen weet en zich niet in de luren
laat leggen.
Het nieuwe fabriekscomplex van Voorschotenaar Theo van der Geest
Deze week twee honden die hard aan een
nieuwe baas toe zijn. Allereerst de Duitse
herder Kazan. Ontegenzeggelijk een
exemplaar uit de toplaag van de asiel-be
volking, want Kazan is een rashond.
Compleet met stamboom, die echter een
geheel andere naam aan Kazan toe
schrijft. Kazan's officiële naam is Cilla,
maar de vroegere eigenaar vond deze
naam niet mooi genoeg, en veranderde
het in Cilia's huidige naam Kazan.
Op 11 augustus werd Kazan aan het asiel
afgestaan omdat haar baas (Kazan is een
teefje) in het ziekenhuis moest worden
opgenomen. Aanvankelijk wilde de man
zijn hond in pension doen in het asiel,
maar de tijd die Kazan daar zou moeten
doorbrengen zou veel te lang zijn voor de
hond. Zes maanden zou het zeker gaan
duren. Familie of kennissen waren niet
voorhanden om zolang voor de hond te
zorgen en de enige oplossing die overbleef
was afstand te doen van het dier. zij het
met bloedend hart. Het was alleszins be
grijpelijk dat Kazan's baas alle mogelijke
moeite heeft gedaan om zijn hond te
behouden, want in het asiel bleek het een
schat van een dier te zijn. Vriendelijk
tegen iedereen, ook als zij laneere tiid in
het hok moest verblijven. Gezien haar
leeftijd, 5 jaar, is dat een hele prestatie,
want doorgaans zijn honden van die leef
tijd erg speels. Toch is Kazan beslist geen
dooie sufferd, want eenmaal in de grote
buitenren speelt ze en draaft ze als de
beste. Ze is een ideale hond voor (niet al
te kleine) kinderen, die dan op hun beurt
weer iets voor Kazan over moeten hebben
door veel met haar te gaan wandelen,
want dat heeft ze beslist nodig. Tenslotte
een beschrijving van Kazan's uiterlijk. Dit
beantwoordt volledig aan de standaard
ras-herder. Spitse snuit, mooie staande
oren, hangende staart, mooie stand, enfin,
alles wat er zo bij hoort. Het enige afwij
kende aan Kazan is haar vacht. De kleur
is heel licht beige, bijna wit met hier en
daar een zwarte haar ertussendoor. Een
geslaagde combinatie, dat wel.
De tweede hond voor vandaag is Boy, een
boxer van een jaar oud. Hij werd op 22
augustus afgestaan omdat het dier vol
gens zeggen te weinig aandacht kreeg.
Daardoor liep hij telkens weg en ten
gevolge daarvan moest Boy de hele dag
aan de lijn liggen. Een volmaakte vicieuze
cirkel dus. Boy beantwoordt aan alles wat
men zoal van een boxer verwacht. Hij
lijkt speciaal op de wereld gezet om katte-
kwaad uit te halen met alles en iedereen
die hij tegenkomt. Dat straalt eenvoudig
van hem af. Een ander karakteristiek
punt is de omgang met kinderen. Daar
kan geen andere hond aan tippen en Boy
maakt geen uitzondering op deze boxers
regel. Als eventueel nadeel zou aange
merkt kunnen worden, dat Boy wel een
erg drukke hond is. Het is dan ook af
te raden deze hond anders dan in een
(betrekkelijk groot) gezin te plaatsen. In
ieder geval een thuis waar hij voldoende
ruimte krijgt om al zijn fratsen te kunnen
botvieren. Is aan deze voorwaarden vol
daan, dan heeft men de vrolijkste en
trouwste hond dien men zich wensen kan.
Evenals bij Kazan valt er weinig afwij
kends aan Boy op te merken. Hij is egaal
bruin met op de borst een klein wit befje.
Boy is ongeveer 55 cm hoog.
Trixi, de hond van vorige week heeft na
drie spannende dagen uiteindelijk een
thuis gevonden. Voorschoten bleek zijn
toekomst te zijn. Naar verluidt, verloopt
alles in volmaakte harmonie.
BART SPIJKER