„Coureurs die niet werken krijgen niets" nooit te worden" Hans Ree: „Ik heb me voorgenomen schaker tijdens wedstrijden moet salaris(je) worden aangevuld Voor en SPORT LEIDSE COURANT/'ZATERDAG 28 JANUARI ij WEGKAPITEIN JAN KREKELS: Hoogoventoernooi, een bijna steriel ritueel beseft dat aan zijn nieuwe functie van wegkapitein consequenties verbonden zijn. „Ik zal met mijn koersinzicht de zaken onderweg moeten regelen. Ik geloof dat we als ploeg kunnen rijden maar er zal wel door de anderen ook de onervaren jongens gewerkt moeten worden. Wie niet werkt, krijgt niets. En als het met de ploeg niet lukt, probeer ik met andere coureurs samen te werken. Je kunt nu eenmaal niet altijd uitdelen. Profwielrennen is een beroep!" Loonlijst De opstelling van Jan Krekels is begrijpelijk. Hoewel de zaken bij Jet Star Jeans goed voor elkaar zijn alle coureurs staan op de loonlijst zijn er geen vette contracten gegeven. Globaal gezien komt het er op neer dat iedereen duizend gulden netto per maand heeft Het resterende bedrag om tenminste tot het minimumloon te reiken, moet worden verdiend voor (startgelden) en tijdens de wedstrijden. Geen vetpot dus, maar wellicht hebben wielrenners een dergelijke aanpak wel nodig. Jan Krekels heeft daarover zijn mening. „De loop al wat jaren mee en kan dus vergelijken. Ik moet zeggen dat de contracten over het algemeen niet beter zijn geworden. In wezen krijg je nog net zoveel als vroeger. Bovendien is het premiestelsel minder geworden. Vroeger kreeg je een extra premie van de fabriek als je bij de eerste vijf reed. Nu wordt alleen de eerste plaats met een bedrag van 750 gulden beloond". De Limburger klaagt evenwel niet Hij is blij weer in het circus te kunnen meedraaien. Vertrouwen Het vertrouwen dat ploegleider Koos Rook in hem stelt, doet hem goed. (Van onze sportredactie) SITTARD - De bij de profwielerploeg Jet Star Jeans tot wegkapitein benoemde Jan Krekels wil het nog één keer proberen. Ondanks het feit dat hij in het verleden al eens officieel afscheid heeft genomen van het wielermétier komt hij terug. Zelfs de uiterst zware val die hij vorig jaar in het Belgische Zeele maakte, kan hem niet weerhouden. De 30-jarige Limburger beseft dat hij wellicht een moeilijk seizoen tegemoet gaat, maar blijft optimistisch. Realistisch zegt hij: „Er worden natuurlijk van deze nieuwe ploeg prestaties verwacht. Directeur De Gans is volgens mij een harde, een echte zakenman. Maar je kunt als coureur nog zo veel willen, maar als je blij bent het leven te hebben dan kan niet worden verwacht dat ook nog eens om de vette prijzen wordt gestreden. Aan de andere kant is het natuurlijk wel zo dat onze ploeg zich moet laten zien. Een vroege ontsnapping in een grpte wedstrijd kan bijvoorbeeld best mogelijk zijn". De snelle sprinter, die vorig jaar nog beslag legde op de tweede plaats in het Nederlands kampioenschap, Begrijpelijk want op 24 juli 1977 zag het er nog naar uit dat Jan Krekels definitief uit de rijen van de wielerprofs was verdwenen. „De kwam tijdens een wedstrijd in het Belgische Zeele ten vaL Het gevolg was een schedelbasisfractuur. Drie dagen heb ik in coma gelegen. Daarna is er in de situatie e^n verbetering ingetreden. Toch heb ik af en toe nog last van hoofdpijn. Ik denk dat ik te snel uit bed ben gekomen. Maar ik kan nu eenmaal niet stil zitten. Ik moet werken. Ik zal ook nooit in de WW gaan. Dat vind ik waardeloos. Toen ik indertijd met wielrennen stopte, heb ik gewerkt bij Fred Rompelberg, die wielrenner is maar ook een jj- aannemersbedrijf hééft. Ik moest allerlei dingen isoleren. Als ik indertijd als aankomend technicus aan de slag had kunnen gaan, was ik waarschijnlijk nooit meer in de wielrennerij teruggekeerd. Dat werk van isoleren was echter te eenvoudig. Koos Rook haalde me aan ook gemakkelijk terug. Met hem ben ik via de Onderneming bij Jet Star Jeans gekomen. Aan het eind van het komende seizoen wil ik kijken of het profwielrennen nog lonend Ik volg sinds tweeëneenhalf jaar een cursus voor cv-technicus en als ik dat diploma heb, kan ik een zaak beginnen. Ze lopen mij de deur plat, zodat ik buiten het wielrennen een goede boterham kan verdienen". gezelschap van Sosonko, komt weer naar buiten. „Ik denk dat ik nu maar meteen remise aanbied" deelt hij mee en is al weer verdwenen. Half onderuit gezakt stoeit hij verder met het minia- tuurspel. Andersson komt zich er mee bemoeien. Hij heeft zeer sterk gespeeld tegen Kortsjnoj en wisselt een paar woorden met Ree, die op dat moment alleen maar aan schaken kan denken. Na een korte analyse ziet hij geen winstkansen meer. Najdorf gaat ak koord met remise. Ruim een uur duikt Ree onder in de bar. In gezelschap van twee flesjes bier en Hans Böhm zondert Jan Timman zich af in een hokje, dat aan een politiebureau doet denken. Hij heeft net verloren van Portisch, maar aan zijn gezicht te zien had hij net zo goed kunnen winnen. Aan de overkant, schuin beneden, zit Kortsjnoj achter witte vitrage in het onbarmhartige TL- licht gebogen over zijn probleem. Een eenzaam man. Serieus Schakerstijd, de mooiste tijd van je leven? Ree lacht „Ik denk het weL Diensttijd in ieder geval niet, al ben ik niet in dienst geweest, gelukkig. De meeste toernooien beleef ik erg serieus. Ik leef ernstiger, gedisciplineerder, want het is natuurlijk wel enigszins een belasting. Je hebt meer tijd om je muizenissen in je hoofd te luien. Je wordt nerveuzer. Ik rook ook altijd veel meer tijdens een toernooi. Dit keer heb ik me meer gedistantieerd van het sociale leven, omdat ik het grootmees terresultaat nu wel erg graag wil ha len. Ik heb het een paar keer net gemist". „Als ik zo'n resultaat nog twee keer haal, ben ik officieel grootmeester. En dat is voor een Nederlander erg belang rijk omdat er maar weinig zijn. Jan Timman kan de aantrekkelijkste toer nooien uitkiezen, ik ben blij met elk toernooi. Als ik nu vijf punten haal, dus weer net onder dat grootmeesterresul taat, kom ik in totaal aan elfhonderd gulden. Van schaken alleen kan ik niet leven, maar ik lijd financieel geen ge brek. Het is beter dan een aantal jaren geleden. Misschien dat ons groepje daarom ook een betere verstandhou ding heeft. We zijn vriendelijker omdat we het iets gemakkelijker hebben". Hij maakt een vergelijking met de, doorgaans, sterke, Oost-Europeanen. „Daar is het veel moeilijker. Er zijn veel grootmeesters, het systeem is .harder, er is meer concurrentie. Daarom is er meer corruptie, worden partijen ge kocht. Want als je het niet redt, word je afgevoerd". Vriendschap Als hij twintig minuten loopt in de buurt van het Amsterdamse Leidse- plein, kan hij zowel bij Timman als Sosonko op bezoek. Dat gebeurt dan ook regelmatig. Eén van de principes van Ree, een man met een zacht karak ter, is dat vriendschap boven politiek gaat Toch vindt hij winnen niet erg. Ook niet tegen goede vrienden. „Ik heb ooit eens een partij gespeeld waarin ik glad ge wonnen stond, maar door een paar blunders alles verspeelde. Mijn tegen stander bood toen remise aan. Ik nam die met twee handen aan, maar vond het toch vernederend. De zou zoiets niet doen. Tegen Paul van der Sterren vond ik het wel een beetje zielig dat hij in zijn eerste grote toernooi nog niets had gemaakt. Maar dat heeft me er toch niet van weerhouden op het juiste moment toe te slaan en te winnen". „Zes zeven jaar geleden schaakte ik beter dan Timman. Maar toen zag ik al dat hij me voorbij zou gaan. Dat is niet leuk, maar je doet er nu eenmaal niets aan. Mijn streven is nu in ieder geval net zo goed te worden. Ik ga nog altijd vooruit, niet zo snel meer als voorheen weliswaar, en dat motiveert me. Ik weet dat ik niet de kwaliteiten heb om wereldkampioen te worden, maar dat betekent nog niet dat ik zeg: ik wil wel goed worden, maar niet beter dan, bijvoorbeeld, Timman. Ik ben niet bang om erg sterk te zijn." Filosofie Ongeveer twee jaar geleden is er een periode geweest, dat Ree zich heeft afgevraagd of zijn beslissing wel een verstandige is geweest In zijn pas poort staat nog altijd: beroepsschaker. Toch is hij afgestudeerd in de wiskun de met als bijvak filosofie. Filosofie? nooit voorgenomen schaker te woi op1 Dat is vanzelf gegaan. Ik neem me zo veel voor, ook niet met schake probeer toevallige mogelijkheden buiten. Ik ben een man van het ment. Er zijn spelers, die een duid Sf doel hebben, bijvoorbeeld een kon die aanval. Daar doen ze dan twintig z dei over, die culmineren. Zo ben ik Anderzijds moet ik er wel dat ik de gemakkelijkste weg neem „Die wiskunde zegt me momentei^,e genlijk niets meer. Als ik in vakbl) dai kijk, kan ik het nauwelijks meer vd uit Als ik de tentamens weer zou mo ko< doen, zou ik voor elk vak weer| week moeten uittrekken om het opste halen. Maar het betekent w meer voor me. Net als een oude re Dat is wel een beetje triest. Ik hai voorgenomen eèn proefschrift te si ven over topologie, een abstracte van wiskunde. Daar moet je maa intensief aan werken. En dan kor een toernooi tussen en kan ik he vergeten. Filosofie deed ik er bij. lijk. Het was eigenlijk, in vergeli; met wiskunde, te gemakkelijk. Met Pam wilde ik voor Vrij Nederland re week een stukje schrijven over sofische curiosa. Bewijzen dat Goi staat en zo. Maar daar is ook niefc gekomen". Een nieuwe wielerploeg stelde zich deze week voor in hotel De Grebbeberg in Rhenen: Jet Star Jeans. De ploeg bestaat uit tien mannelijke en twee vrouwelijke coureurs die onder leiding van ploegleider Koos Rook In het aan staande seizoen de nodige graan tjes willen meepikken. Jan Kre kels, die vorig jaar een zware val maakte, is de kopman. Voorts maken deel uit van het team Gerrie van Gerwen, Co Hoogen- doorn, Jan Hordijk, Matje Doh- men, Adrie van Houwellngen, Hans Langerljs, Johan van der Meer, Herman Ponsteen, Wim de Ruiter, Willy Kwantes en Petra de Bruin. Masseurs zijn Joop Decker en Jules Winkels, solgneur Bertu3 Fok en mecanicien ex-prof Huub Harings. Van 8 tot en met 26 februari gaat de ploeg In trai ningskamp in Cannes. Het team zal zich vooral richten op wedstrij den in Nederland en Belgle- en kleine meerdaagse koersen In Frankrijk. De ploeg zal, waar schijnlijk met Krekels en Van Ger wen, vertegenwoordigd zijn in Bordeaux-Parijs. Jan Krekels kijkt vooruit naar het seizoen met de nieuwe ploeg. WIJK AAN ZEE Stilte overheerst, emoties lijken uitgebannen. Bezadi- ging, beheersing. Twaalf schakers, eindeloze koppen koffie en een enkele tomatensap. Opstaan, zitten, opstaan, kijken bij collega's, zitten, peinzen. Een ritueel, steriel bijna. Een verdieping lager leeft het Hoogoventoernooi pas echt. Zes borden onder een stel schijn werpers. Rob Hartoch, met een micro foon om zijn nek, dendert langs alle stellingen en goochelt met stukken. „Een duidelijke loopgravenstelling, wit loert op het bevrijdende b5", poneert hij over Kortsjnoj—Andersson om die partij vervolgens nauwelijks meer eni ge aandacht te geven. Stukken vallen op de grond. Met inspraak van het vele publiek worden stellingen ver doorge speeld en uiteindelijk weer in him oor spronkelijke staat op het bord ge kwakt. Boven gebeurt niets. Daar wordt ge schaakt. Niemand, die onthutst uitroept „Joh, hoe kun je dat nou doen?" of juichend de gang oploopt. „Er is een strenge etiquette", zegt Hans Ree, Ne derlands derde schaker, columnist in de Haagse Post en afgestudeerd wiskundi ge. Hij heeft pikzwart, gedekt haar, dat enige nonchalance verraadt. Hij speelt tegen Najdorf. De Argentijn is een aan merkelijk charmantere uitgave van Ni- kita Chroetsjov. Een man, die door zaken inmiddels erg rijk is geworden en het schaken er uit puur plezier bij doet. Het is hem aan te zien. Hij pakt Timman bij de arm en fluistert glimla chend iets waarop de Nederlandse kam pioen even innemend reageert. Ree heeft vier uur lang weinig moeite met Najdorf en schuift zienderogen naar winst. „De loper gaat daar naartoe, hè, dat is zeker en dan eten we die pion vroeg of laat toch op", gniffelt Hartoch beneden. Tegen zessen blijkt ineens dat Ree de winst niet meer kan halen. „Ik heb te veel op zeker gespeeld" oordeelt hij zelf. „Ik wilde het al te veilig doen, hem geen greintje kans geven en heb daardoor te lang gewacht met het uitde len van de beslissende klap." De partij wordt afgebroken. Ree is af wezig. Met een zakschaakbord gaat hij in zijn eentje verder. Kennissen felicite ren hem toch met de winst. Hij lacht, maar schudt het hoofd, verdwijnt in de inmiddels lege speelzaal, krijgt even Sport zou het karakter blootle Voor de compromisloze Kortsjnoj dat zeker op, maar betekent dat dat het altijd zo is? „Je hebt onromantische mensen", zegt Ree, achter het schaakbord tot de i romantische partijen komen. Oi tend burgerlijke mensen, die in partij wel persoonlijkheid blijke bezitten. Maar het is zeker niet te spellen. Mijn persoonlijkheid vir ook maar gedeeltelijk terug in het De artistieke vingers omklemme laatste sigaret uit het zoveelste van die dag. Wijk aan Zee ligt in rode gloed waarvan de witte stuJ vanzelf zwart worden. Hans Ree j het, tegen middernacht, laat gei Zijn vrouw zit de hele avond al a televisie te kijken in de hotelkamer DICK HOFlJ Koos Rook moet zijn formatie naar succes en verdien sten leiden. kapitein. Hans Ree: „Tijdens zo'n toernooi rook ik ook veel meer".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1978 | | pagina 10