f I Nederland Ischitterde op |breed sportfront «jF'üiiil la"'i li - t in het land waar het aantal voetbalminnaars vele malen groter E is dan op de tribunes in het weekeinde zijn waar te nemen, P stond het Nederlands elftal centraal vanwege de plaatsing voor het toernooi om de wereldtitel in Argentinië. Oranje absorbeerde het felle licht van de publiciteit zodat voor het immense leger van andere sportbeoefenaars slechts een diffuus licht resteerde. Onterecht want als er een jaar was, waarin Nederland in de breedte schitterde op het sportfront, was het 1977. In het grote scala van sporten drong ons land in sommige gevallen op opzienbare wijze door tot de voorste linies. Nog nimmer in de historie van het tennis was het voorgekomen dat een vertegenwoordiger uit hetjage land" in het enkelspel doordrong tot de eindstrijd. Betty Stöve gelukte het. Ze verloor de finale, maar had niettemin een prestatie geleverd waarop Nederland tot dan toe niet kon wijzen. Dat zij in het damesdubbel en de mixed eveneens finaliste werd en ook in Forest Hills schitterde, maakt haar prestatie des te indrukwekkender. Het geweeklaag over de geringe faciliteiten die de sport in ons land nog steeds belemmert tot volledige ontwikkeling te komen, wordt deels opgeheven door de intensiviteit waarmee de jbeoefenaars zich inzetten, door de ontzagwekkende trainingsarbeid en de ernst waarmee zij met meer mogelijkheden begiftigde tegenstanders tegemoet treden. De zwemsport is er een voorbeeld van. Annelies Maas mag gerekend worden tot (een van) de jongeren die de fakkel hebben overgenomen, wat zij tijdens de Europese titelstrijd in Jönköping benadrukte. Zij is niet de enige, wel de exponent van het opkomende talent dat optornt tegen naties waar de sport al lang tot bijna iets „bovennatuurlijks" is verheven omdat het een onderdeel is van de propaganda die er voor een land vanuit gaat. Wat heeft de ruiterequipe als geheel en Johan Heins als eenling dan op dit punt voor Nederland onschatbare diensten bewezen. De ruitersport immers is er een waarvoor de belangstelling immer groter wordt. Concoursen hippique worden frekwent bezocht, het machtige medium dat de televisie is, volgt tot in de nachtelijke uren de verrichtingen van mens en paard, een twee-eenheid die in Wenen schitterde door zowel als ploeg als individueel de Europese erepalm te veroveren. De sport, die vele jaren door gebrek aan klassepaarden met mindere plaatsingen genoegen moest nemen, schaarde zich bij de top. Zoals in een andere tak van deze sport ook Jan Wagenaar deed die Europees kampioen van de pikeurs werd. voor het eerst in de geschiedenis. Feiten, die erop duiden dat Nederland op velerlei gebied - in vergelijkbare'landen moeten de uitblinkers gezocht worden in slechts enige, dikwijls zelfs een, sporten - in het voorbije jaar furore heeft gemaakt. Was daar ook niet de kunstzwemploeg die in Jönköping goud inpalmde? Een tak van de zwemsport die door velen wordt ondergewaardeerd. „Ballet in het water", wordt soms - denigrerend- opgemerkt. Wie thuis is in de „schone kunsten" en weet welk een bijna niet op te brengen discipline nodig is om ballet-opdevaste-grond te beoefenen, kan enigszins bevroeden welk een arbeid, hoeveel uren er gaan zitten in kunstzwemmen Juist door de aanduiding ballet-te-water krijgt kunstzwemmen mede de waardering die het verdient en die in Jönköping op ondubbelzinnige wijze gestalte kreeg. Sport in de breedte waarin Nederland uitblonk. De wielrennerij met Hennie Kuiper, tweede in de Tour de France, nog altijd de zwaarste strijd die een coureur kan aangaan. Gaby Minneboo en Cees Stam, die respectievelijk voor de derde keer in successie en voor de vierde maal in totaal wereldkampioen bij de amateur- en profstayers werden. De atletiek die exponenten had in hoogspringer Ruud Wielart die zich opwerkte tot de top van de wereldelite en Gerard Tebroke die met zijn record op de tien kilometer eveneens doordrong tot de „lijst van de superieure lange afstandlopers" die de sintelbanen bevolken. En atletiek moet toch gerekend worden tot de sporten waarin prestaties slechts mogelijk zijn door enorm veel „eigen werk". Zoals dat het geval is met tafeltennis, dat in de Oostbloklanden en het Verre Oosten hoogten bereikt die voor ons land onbereikbaar leken. Maar Bettine Vriesekoop versloeg toch het .uikje van de Europese jeugd en behaalt bij de senioren met aar zestien jaar prestaties die deze sport meer inhoud geven dan ze menig jaar tevoren had. Dat geldt ook voor sporten als karate en zaalhandbal, waarvan de eerste als oosterse sport „vreemd" mag heten voor Nederland en de tweede voor Oost Europa onvervreemdbaar bezit is. Niettemin kwamen de karateka's uit Tokio met liefst twee wereldtitels terug: het team en Otti Roethof individueel. De zaalhandbalsters slaagden erin de A-groep te bereiken, een formidabele prestatie die recht geeft op deelneming aan het toernooi om het weretdkampioenechap. Er was een Wil Hartog die in de exclusieve wereld van de motorcoureurs „toppubliciteit" werd door op het allerwege bekende circuit van Assen voor het eerst de Nederlandse vlag in top te doen gaan in de, ook letterlijk, zware 500cc-klasse. Het zijn nochtans slechts grepen uit een veelbewogen sportjaar dat enige opzienbare voetbaltransfers (Mansveld naar Feyenoord en Dusbaba naar Anderlecht) kende, waarin Jaap Havekotte voor de zevende keer in successie kampioen parachutespringen werd, Ajax landskampioen werd. Maar temidden van deze vele vreugdevolle feiten deden zich ook dieptepunten voor. De agressie op en om de voetbalvelden moet daartoe gerekend worden. Het is echter slechts een onderdeel, al is het er een waaraan niet genoeg vooral preventieve aandacht kan worden besteed, van het totale sportjaar waarin weliswaar voetbal centraal stond maar uit het diffuse licht zo veel positiefs naar voren trad dat Nederland zich over het sportjaar 1977 bepaald niet behoeft te generen. BIJ DE FOTO'S Jan Wagenaar, Europa's beste pikeur. Johan Heins „privé" en met de equipe de Europees kampioen van de springruiters. Annelies Maas neemt fakkel over. Hennie Kuiper, tweede in de Tour. Cees Stam, wereldkampioen profstayers. Jl Gaby Minneboo (midden), 's werelds beste bij de amateurstayers. B Charme en kunde: de kunstzwemploeg Europeeskampioen. |0 Ruud Wielart, hoog gesprongen en gestegen. 1 Gerard Tebroke liep naar de wereldtop. j2 Wil Hartog, eerste coureur die in de TT de 500 cc-klasse won. 14 Trieste noot, ook weer in 1977: agressie op en om de voetbalvel den, die vrijwel niet tegen is te houden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1977 | | pagina 21